1964-03-24: |
24.03.1964 op het Noordzeekanaal in aanvaring gekomen met de sleepboot IKA GOEDKOOP, deze zonk waarbij 1 opvarende om het leven kwam, de sleepboot is dezelfde dag gelicht.
Leeuwarder Courant 24-03-1964: In het Noordzeekanaal te Amsterdam is vanochtend nabij de Hembrugpont de sleepboot „Ika-Goedkoop" van de NV Reederij Goedkoop door haar eigen sleep de zeegaande „Geestland" zodanig aangevaren dat zij water maakte en kort daarna zonk. De kapitein van de gezonken sleepboot, de heer C. Wortel uit IJmuiden wordt vermist. De machinist en de matroos zijn gered. Een grote bok is vanmiddag begonnen het wrak te lichten.
De Telegraaf 25-03-1964: Kapitein Schip overvaart eigen sleper. Ika Goedkoop zinkt in 15 meter water. Van een onzer verslaggevers Amsterdam, dinsdag. Het Nederlandse vrachtschip „Geestland" (1937 ton) op weg naar zee voor een proefvaart met een gloednieuwe motor, heeft dinsdagmorgen omstreeks 7 uur op het Noordzeekanaal tegenover de petroleumhaven zijn eigen sleepboot, de „Ika Goedkoop" (400 pk) overvaren. Toen de vrachtvaarder de sleepboot aan de stuurboordachterzijde greep, „rolde" de „Ika Goedkoop" voor de boeg van de „Geestland" ondersteboven. De dekknecht en de machinist konden worden gered. De kapitein, de 28-jarige C. Wortel uit IJmuiden, wordt nog vermist. Duiker; Vlak bij de plaats van de aanvaring waren het bergingsvaartuig „Redder" en drijvende 130-tons bok „Gazelle" aanwezig ter assistentie van een baggermolen. Om 8 uur al was een duiker van het bergingsvaartuig bij het wrak van de „Ika Goedkoop". Hij constateerde een gat aan bakboord in de sleepboot, maar kon niet in het wrak komen. Onmiddellijk begon men met de berging van het op 15 meter diepte liggende scheepje. Om twaalf uur waren de stroppen bevestigd en om kwart voor 1 verscheen de „Ika Goedkoop" boven water. De deur van de stuurhut stond open, maar van kapitein Wortel was geen spoor te vinden. De telegraaf stond op „volle kracht vooruit". Ondersteboven; De sleepboot van rederij Goedkoop loopt 18 a 19 km per uur. „Maar de Geestland begon veel harder te lopen" vertelde vanmiddag dekknecht C.f M. Joenje (21). „Wij vroegen de machinist nog wat meer te geven, maar dat kon niet, want wij draaiden al boven ons maximum . ." „Dat het schip, dat wij vast hebben harder gaat lopen, gebeurt wel meer. Wij geven dan een paar trekken aan de fluiten dan nemen ze wel weer vaartterug. Ook gooien wij weleens los, als wij zien, dat, we het niet kunnen bijhouden", aldus dekknecht Joenje. Vanmorgen was ook al een keer aan de fluit getrokken, toen de „Geestland" op de „Ika Goedkoop" begon in te lopen, vertelde dekknecht Joenje. „Maar dit had geen resultaat. Eigenlijk ineens zat hij bovenop ons — ik heb de tros nog kunnen losgooien maar op hetzelfde moment drukte de „Geestland" ons ondersteboven ….." Onder gedrukt; Voor kapitein C. Wortel, machinist R. Schoot (26) uit Amsterdam en dekknecht Joenje was er geen kans meer om overboord te springen. „Ik werd tegen het dek van de sleepboot gedrukt — en voelde water. Door een of andere schok ben ik onder de sleepboot uitgekomen, maar even later werd ik door het schroefwater van onze sleepboot weer onder water gedrukt". „Hoe de machinist is gered? —.-toen ik even boven kwam zag ik hem op de romp van onze omgeslagen sleepboot bij het anker zitten. Ik ben later opgepikt door een klein sleepbootje, dat langs kwam. De machinist is door een ander schip aan boord genomen — maar de kapitein hebben wij niet meer gezien!" aldus dekknecht Joenje. Stilgelegen; De „Geestland", eigendom van de rederij Waling van Geest en Zoon in 's-Gravenzande heeft enige tijd bij de plaats van de ramp stilgelegen. Later heeft het schip de reis naar zee voor de proefvaart voortgezet. De Rijkspolitie te water uit Amsterdam is een onderzoek naar de juiste oorzaak van het ongeval begonnen.
Het Parool 06-08-1965: Kapitein berispt voor aanvaring in Noordzeekanaal.
(Van een onzer verslaggevers) Amsterdam, vrijdag. —- De Raad voor de Scheepvaart heeft de 46-jarige kapitein bij de grote vaart A. L. P. uit Rotterdam een berisping opgelegd voor zijn schuld bij de aanvaring tussen het m.s. Geestland — waarop hij gezagvoerder was — en de sleepboot Ika Goedkoop in het Noordzeekanaal op 24 maart 1964, waarbij de kapitein van de sleepboot, de heer C. Wortel uit IJmuiden, is verdronken. De Geestland (1937 brt.) was op weg naar de Noordzee voor een proeftocht met een nieuwe motor en werd bij het vertrek geassisteerd door twee sleepboten. De eerste, die achter had vastgemaakt, gooide spoedig los en het was de bedoeling, dat de Ika Goedkoop voorbij de Hembrug zou los maken. Ter hoogte van zijkanaal H werd de sleepboot door de Geestland overvaren, het schip kapseisde, alle opvarenden raakten te water en kapitein Wortel verdronk. De raad heeft aangenomen, dat de Geestland ten tijde van de ramp een snelheid had van ten minste tien mijl, in elk geval hoger dan reglementair was toegestaan. Het overleg tussen de kapitein en de hoofdwerktuigkundige voor het vertrek is summier en onvoldoende geweest en omdat het schip een nieuwe motor en een nieuwe schroef had wist de kapitein niet precies hoeveel vaart zijn schip liep. Bovendien had hij een onervaren derde stuurman op de bak laten plaatsnemen. De kapitein kon van de brug af de sleepboot niet zien en de derde stuurman was onvoldoende geinstrueerd. De laatste, die ook als betrokkene was hehoord, is van schuld vrij gesproken.
De waarheid 19-10-1965: Voer de “Geesland” te snel?. Aanvaring Noordzeekanaal voor de rechtbank. Heeft de „Geestland" op 24 maart van het vorig jaar te snel gevaren in het Noordzeekanaal en daardoor de sleepboot „Ika Goedkoop" overvaren? Met deze vraag heeft de Amsterdamse rechtbank zich hedenmorgen uitvoerig bezig gehouden en uit de verklaringen van de tot nu toe gehoorde verdachte en getuigen is dat niet duidelijk geworden. In de vroege ochtend van de 24e maart 1964 begon de „Geestland" aan een proefvaart, nadat het schip in het dok was geweest en de motoren waren gereviseerd. De sleepboot „Ika Goedkoop" was daarbij ter assistentie gevraagd. Ter hoogte van de Amsterdamse Coenhaven heeft het schip door een tot nu toe niet duidelijke oorzaak, de sleepboot overvaren. Dit scheepje kapseisde daarop, met het noodlottige gevolg, dat kapitein C. Wortel verdronk. De machinist en de dekknecht van de sleepboot kwamen er met een nat pak af. Aan de kapitein van de „Geestland" A.L.P. en aan de rijksloods le klasse H. A. B. was ten laste gelegd dat door hun schuld de sleepboot werd overvaren en dat ze de maximum snelheid in het kanaal hadden overschreden. Van de twee verdachten was vanmorgen alleen de loods verschenen, omdat de kapitein zich op zee bevindt. Bij het verhoor verklaarde de loods, dat de „Geestland" de toelaatbare snelheid had overschreden. De directeur van het loodswezen in het 3e district, waaronder Amsterdam valt, en die als getuige-deskundige optrad, verklaarde dat volgens zijn inzichten, mede gebaseerd op een verslag van de Raad van Scheepvaart, de loods op gebruikelijke en voorzichtige wijze heeft gemanoeuvreerd. De verdachte staat bij zijn dienst be kend als een zeer voorzichtig man Er zijn tegen de loods geer tuchtmaatregelen genomen. De beide volgende getuigen, de machinist van de sleepboot J. R. S. en de 23-jarige dekknecht C.M.J.. verklaarden beiden, dat aan boord van de sleepboot niets bijzonders is gebeurd, waaruit het ongeluk verklaard zou kunnen worden. De sleepboot was op de gebruikelijke manieren met het schip verbonden en voer ook op de normale plaats voor het schip uit. Het bevel van de sleepbootkapitein aan de machinist volle kracht te geven heeft niet mogen baten. Ondanks alle pogingen die de kapitein deed, kwam de „Geestland" met grote snelheid op het scheepje aanvaren en voordat de bemanning zich in veiligheid kon stellen, was het ongeluk gebeurd. Uit de diverse verklaringen kwam verder nog vast te staan, dat de sleepboot geen installatie aan boord had, waardoor hij rechtstreeks verbinding met de brug van het zeeschip kon krijgen. (de zitting duurt nog voort)
De Volkskrant 26-01-1966: Botsing in Noordzeekanaal. Kapitein onschuldig aan dood van sleper. Sleepboot aangevaren door eigen sleep. (Van onze verslaggever)
Amsterdam, 26 jan. — De rechtbank in Amsterdam heeft dinsdagochtend de 47-jarige kapitein op de grote handelsvaart A. L. P. uit Rotterdam wegens de hem subsidair ten laste gelegde overschrijding van de op het Noordzeekanaal maximum toegestane snelheid, veroordeeld tot een geldboete van honderd guldensubsidiair vijf dagen hechtenis. De officier van justitie, mr H. W. P. de Vries, had een geldboete van vijfhonderd gulden geëist wegens dood door schuld en overschrijden van de maximum snelheid. Het zou aan zijn grove schuld te wijten zijn geweest, dat de sleepboot Ika-Goedkoop op 24 maart van het vorig jaar door haar eigen sleep, het 1.937 ton metende motorschip Geestland, werd aangevaren met als gevolg dat de sleepbootkapitein C. Wortel verdronk. Gezagvoerder van de Geestland was kapitein P. De rechtbank sprak hem dinsdagochtend vrij van de hem primair ten laste gelegde dood door schuld.
De 44-jarige rijksloods eerste klasse H. A. B. uit Amsterdam werd overeenkomstig het verzoek van de officier van justitie vrijgesproken, „omdat geen fouten zijn gemaakt bij de besturing, maar bij de bevelvoering op het schip, die onder verantwoordelijkheid van de kapitein valt." De officier verweet tijdens de zitting de kapitein, dat hij geen orders aan zijn bemanning had gegeven om voortdurend op de sleepboot te letten. De raadsman, mr K. de Waard (ex-eerste luitenant ter zee en eerste stuurman) stelde daartegenover dat juist de bemanning van de sleepboot de afstand tussen beide schepen moet bepalen. In dit verband wees hij op een vroegere uitspraak van de Raad voor de Scheepvaart. Deze instantie heeft de gezagvoerder inmiddels de lichtste tuchtrechtelijke straf gegeven, namelijk een berisping. De inspecteur-generaal voor de scheepvaart had de raad gevraagd de kapitein geen straf op te leggen. |