1949-09-23: |
Uitspraak Raad voor de Scheepvaart in zake het stoten van het m.s. Lacra op de White Stones bij Sunderland, op reis in ballast van Boston naar Seaham Harbour. Voor herstel van de schade, de bodem in de midscheeps was opgezet, werd het schip in Sunderland in een dok opgenomen, alwaar de schade is hersteld. Oordeel van de Raad is dat het vastlopen van de Lacra op de stenen nabij Sunderland, waardoor zware bodemschade is ontstaan, is te wijten aan onzorgvuldige navigatie door kapitein J. Wiegman. Deze heeft, tijdens mist van South Smithie lichtboei evenwijdig met de kust noordwaarts varende, weliswaar regelmatig laten loden, maar bij de grote haast, die hij had om nog voor het einde van de week een kolenlading in te nemen, zijn reis langs de kust en daarna op de kust aan met groot risico voortgezet, zonder de hem bekend geworden gegevens behoorlijk te benutten. Hij heeft de gegevens veronachtzaamd en daardoor vrijwel op de gis gevaren. Toen de deining onregelmatig werd en het water verkleurde, heeft kapitein Wiegman ook daarmee niet voldoende rekening gehouden, zodat het schip langzaam stomende om 19.30 uur van 23 september 1949 vastliep. Mitsdien straft de Raad kapitein Jan Wiegman, geboren 14 juni 1909 en wonende te ’s-Hertogenbosch, door het uitspreken van een berisping. Gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant op 16 januari 1951. |