1851
PGC 180451
Groningen, 17 april. De brik VICE ADMIRAAL LUCAS, groot ruim 200 last, gebouwd op de werf van de heren K. Kater en A. Meulman alhier, is dinsdag l.l. van stapel gelopen, in tegenwoordigheid van vele toeschouwers en onder het wapperen der nationale vlaggen. Dit fraaie schip is gebouwd voor rekening van de heren Prins & Comp. te Schiedam, die bij het te water laten tegenwoordig waren en hun genoegen te kennen gaven over de schone bouworde van dien bodem, die zal bevaren worden door kapt. De Weerd, van Pekela.
Thans wordt op dezelfde werf de kiel gelegd voor een schoener-schip, groot 100 last, gebouwd wordende voor rekening van de heren E.M. Wieringa c.s., te Ezinge.
Ook wordt er een begin gemaakt met een schoener-schip, groot 90 last, genaamd JULIA, kapt. E.J. Gust, alhier.
NRC 130951
Groningen, 10 september. Heden morgen liep met beste gevolg van stapel de schoener JULIA, groot ongeveer 80 lasten, kapt. E. Gust en gebouwd door de heren K. Kater en A. Meulman.
Bij deze gelegenheid moeten wij tot ons leedwezen te kennen geven, dat in het beredenerend verslag door heren Gedeputeerde Staten aan de Staten van deze provincie, in hunne zomerzitting ingediend, weinig of niets omtrent de gewestelijke scheepsbouw, een zo belangrijke tak van industrie, wordt gevonden, iets wat ongetwijfeld zeer te bejammeren is, vermits men nu van een nauwkeurige statistiek te dien opzichte is verstoken.
1853
AH 030153
Vlissingen, 31 december. Heden zijn hier binnengebracht de Nederlandse schoener JULIA, kapt. E. Gust, als hebbende voor Rammekens schade bekomen door het aanzeilen van de Oostenrijkse bark BOXIDOR OPNICH, kapt. Gazzenich, alsmede laatstgenoemd schip, beide om te repareren,
NRC 220953
Falmouth, 18 september. Het alhier binnengelopen Nederlandse schip (opm: schoener) JULIA, kapt. E. Gust, van Rio Grande naar Bristol bestemd, heeft gedurende de reis op een klip gestoten en dientengevolge een lek bekomen. Hetzelve is op het droge gebracht, om de schade te onderzoeken (opm: zie PGC 240953). (NB. Ons vorig bericht als of dit schip naar zijn bestemming zou vertrokken zijn, was abusief).
PGC 240953
Het schip JULIA, kapt. Gust, van Rio Grande naar Bristol, te Falmouth om order binnengekomen, heeft op de reis gestoten. Genoemd schip is volgens bericht van Falmouth d.d. 18 september op het droge gehaald, nagezien en is bevonden, dat het met de vloed vijf voet water in het ruim heeft. (opm. zie NRC 220953)
NRC 051153
Amsterdam, 4 november. De Nederlandse schoener JULIA, kapt. E. Gust (bouwjaar 1851; kapt. Evert Gust), van Cardiff met spoorstaven naar Hamburg, is, volgens brief van Texel van de 3e dezer, de 1e dito in de Eijerlandse gronden gestrand en zal weg zijn; het volk is gered en een groot gedeelte der tuigage geborgen, ook hoopte men de lading te kunnen bergen. (Zijnde dit het schip gisteren gemeld.)
(opm: het wrak werd voor NLG 2.525 aangekocht door een consortium onder boekhouderschap van Gebrs. Goedkoop, Amsterdam; de schoener werd hersteld en ging in januari 1854 als POLLUX onder kapt. Jan Molenaar weer naar zee)
1855
NRC 140955
Gallipoli, 29 augustus. Het schip (opm: schoener) POLLUX, kapt. J. Molenaar, van Brindisi naar Galatz, is de 17e dezer alhier binnengelopen en ligt met een groot aantal schepen wegens tegenwind op de rede.
1858
AH 120658
Advertentie. A. Roos, makelaar, zal op maandag 28 juni 1858, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads Herberg, aan het IJ, verkopen: Een extra ordinair welbezeild gezinkt schoonerschip genaamd POLLUX, varende onder Nederlandse vlag, gevoerd door kapitein J. Molenaar, volgens meetbrief lang 25 ellen 50 duimen, wijd 4 ellen 45 duimen, hol 2 ellen 30 duimen, en alzo gemeten op 116 tonnen of 61 lasten. Liggende aan de werf Concordia, in de Oosterburger Voorstraat. Breder volgens inventaris en bericht bij bovengemelde makelaar of bij de cargadoors Kranenborg & Zonen.
1861
NRC 130961
Elseneur, 10 september. De Nederlandse schoener WILLEM, kapt. J. Molenaar, van Wyburg naar Edam, is alhier, wegens ziekte van de kapitein, binnengelopen.
NRC 180961
Elseneur, 15 september. De Nederlandse schoener WILLEM, kapt. J. Molenaar, van Wyburg naar Edam, alhier binnen, heeft na herstelling van de kapitein de 13e dezer de reis voortgezet.
1863
NRC 070863
Advertentie. H.J. Rietveld, C. Ament, P. Reineke en P.H. Craandijk, makelaars, zullen op maandag de 31e augustus 1863, des avonds ten 6 ure in de Nieuwe Stadsherberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de deurwaarder B.D. Beets, aan de meestbiedende of hoogstmijnende, in publieke veiling, verkopen:
- een extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast schoener-brikschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd CONCORDIA, gevoerd door kapt. E.T. Jager, in 1861 nieuw gebouwd, gemeten op 208 tonnen of 110 lasten en liggende aan de Oosterdoksdijk, met deszelfs volledige inventaris, breder bij biljetten omschreven.
- een zestiende aandeel in het ijzervast gezinkt schoenerschip WILLEM, kapt. Molenaar, gemeten op 120 tonnen of 63 lasten, de 3e mei l.l. te Bahia gearriveerd, varende onder directie van de heren Schrijver & Van Rossem.
Nadere informaties te bekomen bij bovengemelde makelaars of bij de cargadoors Hoyman en Schuurman & Van den Beij en Co.
NRC 020963
Publieke verkopingen in de Nieuwe Stads-Herberg te Amsterdam op maandag 31 augustus:
het schoener-brikschip CONCORDIA, kapt. E.T. Jager, gebouwd in 1861: NLG 27.000, in slag NLG 3500. Koper C. Ament (opm: een makelaar, mogelijk voor zijn opdrachtgever)
1/16e aandeel in het schoenerschip WILLEM, kapt. J. Molenaar: NLG 325, in slag NLG 40. Koper H.J. Rietveld (opm: een makelaar namens zijn opdrachtgever)
1867
NRC 070467
Rotterdam, 6 april. De schepen WILLEM, kapt. Jansonius, en ELIZABETH EN CHRISTINA, kapt. Visser, van Amsterdam naar Leba (opm: posn 54º46 N 17º33’’ O), zijn, volgens telegrafisch bericht van daar van de 5e april, in de nabijheid dier plaats gestrand en wrak, doch de bemanningen gered (opm: zie NRC 130467).
NRC 130467
Leba, 7 april. De 5e dezer des morgens ten 8½ ure strandde geheel nabij Leba, bij een orkaanachtige storm uit het noorden, het op hier bestemde Nederlandse schoenerschip (opm: schoenerbrik) ELISABETH EN CHRISTINA, kapt. G.K. Visser, circa 114½ last groot en WILLEM, kapt. J.L. Jansonius, circa 70 lasten groot, in ballast van Amsterdam komende, als vroeger vermeld.
De equipages van beide schepen hebben zich met levensgevaar gered.
Het schip WILLEM is totaal en de ELISABETH EN CHRISTINA zal waarschijnlijk wrak worden. Tuig en inventarissen zijn gisteren geborgen.
(opm: in een brief van 17 april wordt vanuit Coeslin aan de Koninklijke Ober-Präsident der Provinz Pommern gemeld, dat beide schepen, thuishaven Amsterdam, zijn gestrand ten westen van de monding van de rivier Leba nabij de haven Leba. De 8 resp. 6 opvarenden hebben zich met hun boten gered. Beide schepen waren nog in ballast, maar hadden spoorweg dwarsliggers zullen laden.
De schoenerbrik ELISABETH EN CHRISTINA was in 1850 gebouwd.
De schoener WILLEM, gebouwd in 1851 als JULIA, kapt. E. Gust, strandde op 1 november 1853 op de Eierlandsche Gronden [zie NRC 051153]; het wrak werd aangekocht door Gebrs. Goedkoop c.s. Amsterdam, hersteld en ging in januari 1854 als POLLUX onder. kapt. Jan Molenaar weer aan de vaart; in augustus 1858 verkocht, nu WILLEM, onder dezelfde kapitein)