1895-05-16: |
PGC 18.05.1895: Brouwershaven,16 mei. De bij Westerschouwen gestrande tjalk is de ONDERNEMING, schipper J. Sloots, met cement van Londen naar Alloa bestemd. De kapitein, diens vrouw, de stuurman en een matroos zijn behouden aan land en op de vuurtoren aangekomen. Het schip is vermoedelijk weg. (opm: zie ZZN 250595) Burgh, 24 mei. Zoals bekend is, strandde de 16e dezer maand, te 03.30 uur des namiddags, op het strand nabij de vuurtoren van Westen-Schouwen de tjalk ONDERNEMING, schipper J. Sloots van Stadskanaal, komende van Londen en bestemd naar Alloa (opm: zie NRC 160595). Wist de bemanning zich gelukkig te redden, omtrent het schip werd de mening geuit, dat het geheel en al verloren zou zijn. Men grondde deze mening daarop, dat door verschillende lekkages het binnendringen van het zeewater onvermijdelijk was, terwijl tengevolge van de zware lading – cement – het vaartuig diep het zand inwerkte. Toen echter j.l. zondag daarnaar een technisch onderzoek werd ingesteld, meende men alle hoop tot behoud van het schip niet te moeten opgeven en werd besloten te beproeven de tjalk eraf te krijgen. Door J. van Vessem te Burghsluis werd voor een som van NLG 595 aangenomen het schip in de haven van Burghsluis binnen te brengen. Met omstreeks 30 man begon men maandagmorgen de lading te lossen, hetgeen tengevolge van het binnengedrongen zand en water, waardoor de cement tot een harde massa was gevormd, geen gemakkelijk werk schijnt te hebben geweest. Toen de lading over boord was geworpen, bleek het eerst op hoeveel verschillende plaatsen het vaartuig lek bekomen had. Zo goed mogelijk werden de gaten gestopt; bij hoog water raakte woensdag de tjalk vlot en met behulp van een der schepen van en onder leiding van schipper H.T. Landegent van Burghsluis, bracht men het vaartuig, al pompende, behouden in de haven aldaar. Het schip heeft veel geleden en zal ter reparatie naar Groningen worden gesleept. |