1831
Op 9 maart 1831 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de WILLEMINA LAURENTIA, aangevraagd door S. Stratingh Ezn., Groningen, voor J.J. Swart als kapitein.
Monsterrol: 1831-33
Datum: 16-03-1831
Scheepsnaam: Willemina Laurentia
Scheepstype: niet vermeld
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Groningen, Groninger Archieven (Groningen)
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Bakker |
H.J. |
kok |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Beekman |
F. |
stuurman |
30 |
niet vermeld |
36 |
Blaauw |
T.G. |
matroos |
22 |
niet vermeld |
42 |
Borg, van den |
H.T. |
lichtmatroos |
14 |
niet vermeld |
17 |
Drukker |
B.H. |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Steffens |
J.A. |
koksmaat |
2 |
niet vermeld |
10 |
Swart |
Jacob Jans |
kapitein |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Vaalman |
C.H. |
lichtmatroos |
18 |
niet vermeld |
19 |
Veen, van |
J. |
kok |
24 |
niet vermeld |
52 |
DC 090831
Dordrecht, 8 augustus. Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen DEN GODE HENSIGHT, kapt. A. Jensen van Drammen met hout; JUFVROUW WILHELMINA LAURENTIA (opm: kof, bouwjaar 1831 WILLEMINA LAURENTIA), kapt. J.J. Swart van Liverpool met zout;
1832
AH 020632
Vlie, 30 mei. Binnengekomen: JONGE CORNELIS, kapt. T.H. van Slooten, van Liverpool; VROUW ANNA, kapt. H.J. Nagel, van Sunderland, liggen beide in quarantaine; AURORA, kapt. C.A. Hazewinkel, van Koningsbergen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Koningsbergen;
AH 260632
Vlie, 22 juni. Vertrokken: CONCORDIA, kapt. T.J. Dijk, naar Archangel; ALTE FREDERIK, kapt. J. Mund, naar Riga; ENGELINA, kapt. G.T. Borst, naar Koningsbergen; VROUW HILKE, kapt. N.H. Bonjer, naar Danzig; GEZINA HARMINA, kapt. J.H. Jonker, naar Memel; VREDE, kapt. M. Laeke, naar Brahéstad; JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, naar Oosterrisoer; HOOP, kapt. A.L. de Vries, op avontuur; REGINA, kapt. H.W. Stuit, op avontuur; VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, op avontuur; THERESIA JOSEPHINA, kapt. F. Ruster, op avontuur; JOHANNA, kapt. D.R. Douwes, op avontuur; GEZINA, kapt. M.N. Huizing, op avontuur; VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, op avontuur; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, op avontuur;
RC 140832
Rotterdam, 13 augustus. Den 11, des namiddags arriveerden DE VROUW HENDRIKA, kapt. H.J. Boswijk, DE VROUW ANNA, kapt. H. Wijkmeijer, en WILLELMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Libau;
1833
Op 12 juni 1833 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de WILLEMINA LAURENTIA, aangevraagd door S. Stratingh Ezn., Groningen, voor J.J. Swart als kapitein.
RC 270633
Rotterdam, 26 juni. De 25e dezer zeilden JOHANNA CORNELIA, kapt. G.M. Jansen, naar Batavia; ARCHANGEL, kapt. H. Ludders, naar Archangel; NESTOR, kapt. A. Bakker, naar St. Ubes; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, REMPKE, kapt. J.J. Oltmans, CATHARINA, kapt. H.G. van Dam en JOHANNA GEERTRUIDA, kapt. P. Pybes, naar Liverpool;
RC 130833
Rotterdam, 12 augustus. De 10e dezer, des middags, arriveerden te Helvoetsluis VENUS, kapt. J.H. Windhorst, van Baltimore; MINERVA, kapt. H. Albers, van Papenburg; BAREND HAITZEMA VIËTOR, kapt. J.H. van Wijk, CATHARINA, kapt. H.E. van Dam, NEPTUNUS, kapt. W.A. Bakker, JOHANNA GEERTRUIDA, kapt. P. Pybes, FROUWINA, kapt. K. Pijbes, CONCORDIA, kapt. F.H. Eddes en JOHANNA GEZINA, kapt. P.G. Schuur, van Liverpool; de 11e, des morgens, WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart en FLORA, kapt. D. Rooderkerk, van Liverpool.
DC 150833
Dordrecht, 14 augustus. Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen TELIATURA, kapt. Wm. Ducas, van Sunderland, met steenkolen; JOHANNA HILLEGONDA, kapt. J.D. Flik, van Marennes; BAREND HAITSEMA VIËTOR, kapt. J.H. van Wijk; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. S. Swart; de VROUW ANNA, kapt. H.K. Wijkmeijer, en MERCUUR, kapt. W. Herkema, alle vier van Liverpool, en alle vijf met ruw zout.
RC 050933
Rotterdam, 4 september. De 4e, des morgens, zeilden DE BATAVIER, kapt. D. Dunlop, naar Londen; DE VROUW MAARTJE, kapt. J. Spanjersberg, naar Lissabon; CONCORDIA, kapt. F.H. Eddes en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar Liverpool en DE VROUW ELIZABETH, kapt. C. van Gelderen, naar Gibraltar.
RC 171033
Rotterdam, 16 oktober. De 14e dezer, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis VENILIA, kapt. J.J. Kortrijk, van Calais; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Liverpool;
DC 171033
Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen VROUW MARIA, kapt. J.J. Wilters, van Hoekziel, met haver; GEZINA, kapt. K.K. Wijkmeijer, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. Jacob J. Swart, beiden van Liverpool, met zout.
1834
RC 270234
Rotterdam, 26 februari. De 6e dezer, des morgens, arriveerde in de Maas GRAAF CANKRIN, kapt. H. Blad, van Duinkerken en zeilden CHARLOTTA, kapt. G.J. Scheffer en JOHANNA HILLEGONDA, kapt. J.D. Flik, naar Bergen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar de Oost Zee.
DC 010334
Brielle, 26 februari. Heden morgen zeilden in zee: CHARLOTTA, kapt. G.J. Scheffler, en JOHANNA HILLEGONDA, kapt. J.D. Flik, beiden naar Bergen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar de Oostzee.
DC 150334
Brielle, 13 maart. Heden morgen zeilden in zee: GEZINA JACOBA, kapt. J.J. Wever, naar Bergen; MARTINA JOHANNA, kapt. R.J. van Driesten, naar Greenock; LEMMER, kapt. J. Tammes, naar Stettin; JUFVROUW JOHANNA, kapt. J.G. Seifferts, naar Noorwegen; GESINA, kapt. S.T. Kramer, naar de Oostzee; MERCURIUS, kapt. J. van Duyn, naar Dundee; FELIX, kapt. J.J. Kramer, naar de Middellandse Zee; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, en AUGUSTA CATHINKA, kapt. L.J. Dreijer, beiden op avontuur;
AH 020534
Binnengekomen:
Kadix, 27 maart. WILHELMINA LAURENTIA, kapt. Swart, van Dordrecht.
DC 060534
Hellevoetsluis, 4 mei. Van de morgen arriveerden uit zee: WILLEMINA LAURENTIA, kapt, J.J. Swart, van Cadix;
DC 120634
Hellevoetsluis, 9 juni. Heden morgen zeilde naar zee WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, op avontuur. De wind N.
DC 120834
Dordrecht, 11 augustus. Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen ANNA ADELHEID, kapt. G.J. Wesseling, van Leer, met zaad en olie; MINERVA, kapt. P.B. Lorentzen, van Fredrikhaven, met hout, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. Jacob Zwart, van St. Ubes (opm: Setubal), met ongeraffineerd zout.
DC 110934
Hellevoetsluis, 8 september. Heden morgen zeilden naar zee: GUTE HOFFNUNG, kapt. P. Gerdes, naar Bremen; GEERTRUIDA, kapt. R.R. Tunteler, naar Nantes, NEPTUNES, kapt. W.A. Bakker, naar Cardiff; LAMORAAL ULBO, kapt. H.A. Smaal, naar Shields; UDONIA, kapt. W.P. Wessels, naar Newcastle; HELENA, kapt. H. Permien, en die PERLE, kapt. W. Koops, beiden naar Rostock; NEERLANDS KROONPRINS, kapt. J. van der Weyde, naar Lissabon; CATHARINA JULIA, kapt. P.H. Hazewinkel, WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, en JOHANNA GEZINA, kapt. P. Schuur, allen naar Liverpool;
DC 231034
Hellevoetsluis, 20 oktober. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, van Bordeaux, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Liverpool.
DC 231034
Dordrecht, 22 oktober. Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen WILLEMINA LAURENTIA, kapt. Jacob S. Swart, en ALBERTINE, kapt. H.W. de Groot, beiden van Liverpool, met klipzout.
1835
RC 030335
Rotterdam, 2 maart. De 1e dezer, des namiddags, arriveerde te Helvoetsluis DE WELVAART, kapt. C.E. Bodiger, van Papenburg; de 2e, des morgens, zeilden DE JONGE MARIA, kapt. G.J. Meeuw, naar Smyrna; ELIZABETH EN CORNELIA, kapt. F. Parlevliet, naar New York; VENILLIA, R.J. Kranenburg, naar Boston; PIETER EN ABRAHAM, kapt. L. Overgaauw, naar Plymouth, JACOB CORNELIUS, kapt. H.B. Schuring naar Bordeaux; DE VIER GEBROEDERS, kapt. A.J. Bakker, naar Liverpool; DE JONGE MARGARETHA, kapt. J.K. Wijkmeijer, naar Newry; DE JONGE ALIDA, kapt. J. van Gelderen, naar Kadix; DE VIER GEBROEDERS, kapt. H.C. Schut, naar Bergen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar ….. ;
RC 250435
Rotterdam, 24 april. De 22e dezer, des namiddags, arriveerde te Helvoetsluis WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van St. Ubes (opm: Setubal).
RC 160535
Rotterdam, 15 mei. de 14e dezer, des morgens, zeilde van Helvoetsluis HARMONIE, kapt. C.J. Reus, naar Havanna; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar …. ; MINERVA, kapt. P.B. Lorentzen, naar Finland.
RC 300635
Rotterdam, 29 juni. De 28e dezer, des namiddags, arriveerde te Helvoetsluis WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van St. Ubes;
DC 020735
Dordrecht, 1 juli. Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen DELPHIN, kapt. Jans J. Kroger, van Archangel; GEZINA, kapt. K.K. Wijkmeijer, en JOHANNA MARIA, kapt. K.W. de Grooth, beiden van Nerva, en alle drie met hout; VROUW HENDRIKA, kapt. H.E. Boswijk, van Marennes, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. Jacob J. Swart, van St. Ubes, beiden met zout.
Op 4 juli 1835 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de WILLEMINA LAURENTIA, aangevraagd door S. Stratingh Ezn., Groningen, voor J.J. Swart als kapitein.
RC 110735
Rotterdam, 10 juli. De 9e, des morgens, zeilden DOLPHYN, kapt. P.D. Nap, naar Marseille; DE HOOP, kapt. L. Berkhoff, naar Lissabon; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar St. Ubes en FREDRIK WILHELM DE DERDE, kapt. B.J. Dirksen, naar Riga en arriveerden NIJVERHEID, kapt. P.H. Puister, van Oleron; ANTINA, kapt. R.J. Schuring en INDUSTRIE, kapt. P. van Duivenboden, van Liverpool; CATHARINA ENGELINA, kapt. E.H. de Groot, van Sunderland.
RC 150935
Rotterdam, 14 september. De 11e dezer, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis CONCORDIA, kapt. F.H. Eddes, van Boston; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van St. Ubes;
DC 150935
Dordrecht, 14 september. Aan deze stad zijn gearriveerd: de schepen ELICTRA, kapt. T. Colledge, van Newcastle, en CONCORDIA, kapt. T.H. Eddes, van Boston, beiden met stukgoederen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van St. Ubes, en ANTINA, kapt. R.J. Schuuring, van Marennes, beiden met ongeraffineerd zout.
RC 101035
Rotterdam, 9 oktober. De 7e dezer, des namiddags, zeilden van Helvoetsluis DE JONGE MARIA, kapt. G.J. Meeuw, naar Smyrna; MINERVA, kapt. P.B. Lorentzen, naar Drammen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar Cardiff en DE HOOP, kapt. G. Siebers, naar Antwerpen en arriveerden DIANA, kapt. R. Albers, van Bergen;
AH 311035
Cardiff, 18 oktober. Binnengekomen WILLEMINA LAURENTIA, kapt. Swart, van Dordrecht.
RC 211135
Rotterdam, 20 november. De 20e dezer, des nmorgens, arriveerden te Helvoetsluis DE VROUW HENRIETTA, kapt. H.F. Klie, van Liverpool; METTINA JANTINA, kapt. H.H. Koster en CLARA MARGARETHA, kapt. E.P. Dik, van Newport; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Cardiff.
RC 151235
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:
Naar Liverpool, het Nederlands kofschip WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart.
Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer.
1836
RC 050136
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:
Naar Liverpool, het Nederlands kofschip WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart.
RC 130236
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:
Naar Dundee, het Nederlands kofschip WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart.
DC 010336
Maassluis, 28 februari. Heden morgen zeilden naar zee: WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar Dundee, en HERSTELLING, kapt. H.H. Potjer, naar Newry.
DC 090436
Hellevoetsluis, 6 april. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: BATAVIA, kapt. H. Bruhn, van Batavia, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van St. Davids.
DC 070536
Maassluis, 4 mei. Heden morgen zeilden naar zee: WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, naar Dundee.
DC 180636
Hellevoetsluis, 16 juni. Heden morgen arriveerden uit zee: NIJVERHEID, kapt. F.J.J. Bouman, van Batavia, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Aberdour.
RC 250636
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Dundee, het Nederlands kofschip WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart. Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer.
DC 260736
Maassluis, 24 juli. Heden morgen zeilde naar zee: WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Zwart, naar Dundee;
DC 130936
Dordrecht, 12 september. Aan deze stad zijn gearriveerd de schepen VENILIA, kapt. K.J. Kranenburg, van Lissabon met ruw zout; MERWESTROOM, kapt. D.H. Hazewinkel, en WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, beiden van Bergen met stokvis en traan.
DC 081036
Hellevoetsluis, 5 oktober, Heden morgen zeilde naar zee: WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, op avontuur;
DC 081136
Hellevoetsluis, 5 november. Gisteren namiddag arriveerde uit zee: WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Cardiff.
1837
RC 140237
Te Rotterdam in lading liggende schepen naar:
Belfast: het Kofschip WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart; vertrekt ten spoedigste.
Idem: het Kofschip CATHARINA JULIA, kapt. P.H. Hazewinkel.
Adres ten Kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer
RC 020337
Rotterdam, 1 maart. Den 28 passato (opm: verleden [maand]) zeilden van Helvoetsluis de VROUW GEZIENA, C.H. Luch, naar Londen, HARMONIE, H.H. Naatje, en de JONGE TJARK GIEZEN, L.T. Sok, naar Newry, KLEINKINDEREN, A. den Breems, naar Gibraltar, GEZIENA, K.K. Wijkmeyer, naar Liverpool; de VRIENDSCHAP, R.R. Sap, en JUFFER WILLEMINA LAURENTIA, J.J. Swart, naar Belfast, en GEERTRUIDA SMITS, E.C. Eilts naar Bordeaux.
RC 180437
Den 17 dezer arriveerden te Helvoetsluis ALBERTINA, H. Potjewijd, GEZIENA, K.K. Wijkmeyer, JOHANNA GEZIENA, P.G. Schuur, en DOROTHEA, P. de Boer, van Liverpool; VRIENDSCHAP, J. Kwakkelstein, van Lissabon; MONNIKENDAM, D.H. Kramer, van Triëst; MARIANNE, J.B. Cornelius, van Leer, en WILLEMINA LAURENTIA, J.J. Swart, van Cardiff.
RC 060737
Rotterdam, 5 juli. Den 3 dezer arriveerden te Helvoetsluis WILLEMINA LAURENTIA, J.J. Swart, en ARCHIBALD, J.C. Wendt, van Riga;
Op 12 juli 1837 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de WILLEMINA LAURENTIA, aangevraagd door S. Stratingh Ezn. (boekhouder), Groningen, voor J.J. Swart als kapitein. Deze zeebrief werd op 28 januari 1839 door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten en Accijnzen te Dordrecht naar Den Haag geretourneerd onder vermelding ‘schip verkocht’, waarna op 29 januari royement volgde.
RC 180737
Roterdam, 17 juli. Den 16 dezer zeilde WILLEMINA LAURENTIA, J.J. Swart, naar Libau (opm: Liepaja).
RC 050937
Rotterdam, 4 september. Den 4 dezer zeilde van Maassluis WILLEMINA LAURENTIA, J.J. Swart, naar Bergen.
RC 031037
Rotterdam, 2 oktober. Den 1 dezer arriveerde WILLEMINA LAURENTIA, J.J. Swart, van Bergen,
1838
AH 211238
Advertentie. Mr. E. van Eerde, advocaat en notaris, residerende te Groningen, gedenkt op donderdag de 17de januari 1839, des avonds te 7 uur, ten huize van de logementhouder A. Visser, in de Gouden Zon, in de Oosterstraat, te Groningen, publiek te verkopen een welbezeild kofschip, genoemd WILLEMINA LAURENTIA, groot 130 tonnen of min of meer 85 lasten, in het jaar 1830 nieuw uitgehaald, met deszelfs inventaris, zoals hetzelve laatst door kapt. Jacob J. Swart is bevaren geweest, thans liggende te Dordrecht. Informatiën zijn te bekomen bij de heren Sandbergen en Co., te Dordrecht en ten kantore van de ondergetekende notaris, bij wie, drie dagen voor de verkoop, alsmede ten huize van verkoop, de veil condities ter lezing zullen liggen.
Mr. E. van Eerde, advocaat en notaris. (opm: voor NLG 10.400 aangekocht door kapt. J.C. Riedlin Fonk, in 1840 scheepsbouwmeester te Amsterdam en in 1845 overleden)
1839
Op 26 februari 1839 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de MARIANNE, aangevraagd door H. Verweijde Czn, Amsterdam, voor Z.J. Prins als kapitein. (Boekhouder J.A. Klijn & Co te Amsterdam)
LC 030939
Harlingen. Binnengekomen: den 25 augustus het kofschip MARIANNE, kapt. Z.J. Prins, van Dantzig.
LC 100939
Harlingen. Uitgezeild den 5 september het kofschip MARTHA ALIDA, kapt. K.H. Plukker, naar Schotland; het kofschip MARIANNE, kapt. Z.J. Prins, naar Noorwegen.
ZP 171039 – 523
Heden zijn te Amsterdam gearriveerd de schepen:
MARIANNE, kapt. Z.J. Prins, ledig van Harlingen, liggende in het Oosterdok.
1840
ZP 190840
Het kofschip MARIANNE, kapt. Z.J. Prins, van Riga naar Bayonne, is de 23e juli te Lyngöer binnen gelopen.
ZP 160940
Het schip MARIANNE, kapt. Prins, was de 10e september te Bayonne bezig met laden voor Amsterdam.
ZP 250940
Te Bayonne waren de 19e september bezig met laden de schepen NOOIT GEDACHT, kapt. Lovius, voor Antwerpen, en MARIANNE, kapt. Prins, voor Amsterdam.
1841
AH 251141
Advertentie. Schepen in lading te Amsterdam:
Naar Bilbao. Het Nederlands kofschip MARIANNE, kapt. Z.J. Prins.
Adres bij C.J. de Grys en Zoon.
Op 27 december 1841 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de MARIANNE, aangevraagd door H. Verweijde Czn, Amsterdam, voor Z.J. Prins als kapitein.
1842
Op 29 september 1842 werd de zeebrief van de MARIANNE, kapt. Z.J. Prins door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten en Accijnzen te Amsterdam naar Den Haag geretourneerd, onder vermelding ‘schip verkocht’, waarna op 1 oktober royement volgde.
1843
Op 8 maart 1843 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERIK, aangevraagd door F. Machielsen, Amsterdam, voor H. Puncke als kapitein. (voorheen MARIANNE)
1844
AH 090744
Schepen in lading naar:
Livorno en Genua: het Nederlandse schoener kofschip FREDERIK, kapt. H. Puncke.
Adres bij Van den Bey en Co.
AH 060844
Schepen in lading naar:
Livorno en Genua: het Nederlandse schoener kofschip FREDERIK, kapt. H. Puncke.
Adres bij Van den Bey en Co.
1845
AH 220345
Advertentie. Heden overleed, na een langdurig lijden, in de ouderdom van ruim 39 jaren, mijn waarde behuwd-zoon Johan Christiaan Riedlin Fonk, in leven scheepsbouwmeester alhier, nalatende een dochtertje, te jong om haar herhaald verlies te beseffen.
Amsterdam, 19 maart 1845, F. Machielsen. (opm: scheepsbouwmeester van scheepswerf Het Wapen van Amsterdam)
OHC 190445
Advertentie. Die iets te vorderen hebben van, of verschuldigd zijn aan de boedel van den heer Johann Christiaan Riedlin Fonk, in leven Scheepsbouwmeester, onlangs te Amsterdam overleden (opm: werf het Wapen van Amsterdam, overleden 19 maart), worden verzocht daarvan vóór den 20ste mei aanstaande, opgave te doen ten kantore van den notaris J.A. Hoog, te Amsterdam.
Op 7 augustus 1845 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERIK, aangevraagd door P. Mink, Amsterdam, voor zichzelf als kapitein.
AH 301245
Amsterdam, 28 december. Het schip (opm: kof) FREDERIK, kapt. P. Mink, van hier naar Genua, is volgens brief van Ramsgate van 26 dezer, aldaar met verlies van zeilen, lek, enz. binnengelopen.
1846
AH 291046
Terschelling, 26 oktober. Het schip FREDERIK, kapt. P. Mink, van Riga naar Schiedam, is alhier zwaar lek binnengelopen.
1848
Op 11 maart 1848 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERIK, aangevraagd door F. Machielsen, Amsterdam, voor J.P. Mink jr. als kapitein.
1850
Op 9 juli 1850 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERIK, aangevraagd door J.P. Mink jr., Amsterdam, voor zichzelf als kapitein.
1852
Op 16 augustus 1852 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERICK, aangevraagd door D.L. Geest, Amsterdam, voor zichzelf als kapitein.
1853
Op 24 maart 1853 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERICK, aangevraagd door F. Machielsen, Amsterdam, voor A.C. Schaap als kapitein.
1854
Op 13 juni 1854 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FREDERICK, aangevraagd door A.C. Schaap, Amsterdam, voor zichzelf als kapitein.
1855
Op 6 april 1855 werd de zeebrief van de FREDERICK, kapt. A.C. Schaap, door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten te Amsterdam, naar Den Haag geretourneerd, zonder vermelding van reden maar bleek verkoop te zijn, waarna op 6 april royement volgde.
Op 11 april 1855 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TREKVOGEL, aangevraagd door J. van der Kooij, Amsterdam, voor zichzelf als kapitein.
1856
NRC 030456
Advertentie. C. Ament, J.J. van der Meulen en C.H. Bert, makelaars, zullen op maandag de 14e april 1856, des avonds ten 6 ure, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ verkopen: een extra ordinair welbezeild, gezinkt schoener-kofschip, onder Nederlandse vlag, genaamd TREKVOGEL, gevoerd door kapt. J. van der Kooij, volgens meetbrief lang 24 ellen 20 duimen; wijd 4 ellen 89 duimen; hol 2 ellen 34 duimen; en alzo gemeten op 123 tonnen of 65 lasten. Breder volgens biljetten en bericht bij bovengemelde makelaars. (opm: zie NRC 160456)
NRC 160456
Verkoping van schepen op maandag 14 april 1856 in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam: het gezinkt schoener-kofschip TREKVOGEL, kapt. J. van der Kooy: NLG 5.400, in slag NLG 1.450: opgehouden. (opm: op 5 mei werd de kof alsnog onderhands voor NLG 5.000 verkocht aan Jan Albertus Spijkman, Amsterdam, rustend scheepsgezagvoerder; kapitein werd kapt. J. Nanninga; zie ook NRC 181156)
Op 10 mei 1856 werd de zeebrief van de TREKVOGEL, kapt. J. van der Kooij, door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten te Amsterdam naar Den Haag geretourneerd zonder vermelding van reden, maar dat bleek verkoop te zijn, waarna op 13 mei royement volgde.
Op 10 mei 1856 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TREKVOGEL, aangevraagd door J.A. Spijkman, plaatsnaam niet vermeld, voor J. Nanninga als kapitein.
NRC 181156
Rotterdam, 17 november. De Nederlandse kof TREKVOGEL, kapt. J. Jannings (opm: bouwjaar 1831, kapt. J. Nanninga), van hier naar Newcastle, is volgens telegrafisch bericht van Alkmaar, heden morgen bij Egmond gestrand, doch het volk gered.