1831
Op 15 maart 1831 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de GOEDE HOOP, aangevraagd door S.L. Pinksterboer, Veendam, voor zichzelf als kapitein.
Monsterrol: 1831-62
Datum: 02-04-1831
Scheepsnaam: Goede Hoop
Scheepstype: niet vermeld
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Veendam, Gemeentearchief (Veendam)
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Bosscher |
Harmannus |
kok |
1.67 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Pinksterboer |
Luitje Steffens |
stuurman |
30 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Pinksterboer |
Steffen Luitjes |
schipper |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Vrede, de |
Geert Antony |
matroos |
26 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Monsterrol: 1831-50
Datum: 05-08-1831
Scheepsnaam: Goede Hoop
Scheepstype: niet vermeld
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Groningen, Groninger Archieven (Groningen)
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Laten, van |
A.R. |
kok |
3 |
niet vermeld |
15 |
Lukkien |
A.P. |
matroos |
20 |
niet vermeld |
45 |
Pinksterboer |
L.S. |
stuurman |
28 |
niet vermeld |
22 |
Pinksterboer |
Steffen L. |
kapitein |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
AH 280531
Terschelling, 25 mei. DE VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, van Riga; MARIA CLASINA, kapt. S.H. Hooghout, van Memel; DIANA, kapt. Oostra, van Koningsbergen; DE VROUW GEERTRUIDA, kapt. K.H. Bekkering, CATHARINA, kapt. Pot Jr., van Koningsbergen; DE VROUW FENNA, kapt. Addix, van Koningsbergen; CATHARINA, kapt. Lever, van Koningsbergen; DE EENDRAGT, kapt. Hut, van Koningsbergen; ELISABETH, kapt. Pijbes, van Koningsbergen; LOUISE, kapt. Bakker, van Koningsbergen; ARIUS, kapt. Hazewinkel, van Elbing; IDA CORNELIA, kapt. Broekema, van Danzig; DRIE GEBROEDERS, kapt. Daniels, van Danzig; CATHARINA, kapt. H. Heeren, van Lübeck; DE GOEDE HOOP, kapt. Pinksterboer, van Wismar; EMANUEL, kapt. G. Jacobsen, van Drammen; DE VROUW FENNEGINA, kapt. W.J. Pronk, van Christiansand; ANNA MARIA, kapt. H. Jensen, van Tonningen.
AH 160631
Vlie, 10 juni. Vertrokken: DE JONGE GERRIT, kapt. De Weerd, naar Hull; ZAANDAM, kapt. Zinger, naar Archangel; CHRISTINA, kapt. Boomgaard, naar St. Petersburg; JOHANNA JACOBA, kapt. Drent, naar St. Petersburg; HET JONGE REINTJE, kapt. Galle (opm: P.J. Colle), naar St. Petersburg; ALIDA IKINA, kapt. de Jonge, naar St. Petersburg; ARENDINA HENDRIKA, kapt. Boerhaven, naar Pernau; FORTUNA, kapt. Hedman, naar Christinestad; OSCAR, kapt. Sande, naar Finland; MARGARETHA HENDRIKA (opm: MAGRETHA HINDRIKA), kapt. Munneke, naar Oostzee; DE VROUW MARGARETHA, kapt. de Boer, naar Oostzee; CONCORDIA, kapt. Van Wijk, naar Oostzee; ARENDINA HERMINA, kapt. Hazewinkel, naar Oostzee; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. Sprik, naar Oostzee; DE VROUW GESINA, kapt. Joosten, naar Dantzig; BUITENWERF, kapt. Gust, op avontuur; VROUW MARIA, kapt. Meijer, op avontuur; GESINA, kapt. Kramer, op avontuur; GEERDINA, kapt. Stuit, op avontuur; HENDRINA JOHANNA, kapt. Ten Velde, op avontuur; ANNEGINA, kapt. Pot, op avontuur; ALBERDINA, kapt. Venema, op avontuur; LOUISE, kapt. Bakker, op avontuur; ANNA CORNELIA, kapt. Broekema, op avontuur; DIANA, kapt. Oostra, op avontuur; TJAKKIEN, kapt. Drewes, op avontuur; VRIENDSCHAP, kapt. De Boer, op avontuur; HOOP OP EENDRAGT, kapt. Bekkering, op avontuur; ZEELUST, kapt. Akkerman, op avontuur; DE HOOP, kapt. Engelsman, op avontuur; DE VRIENDSCHAP, kapt. Klasen, op avontuur; PROVIDENTIA, kapt. Witt, op avontuur; SARA, kapt. Botje, op avontuur; DE GOEDE HOOP, kapt. Pinksterboer, op avontuur; HERRIBERTUS HERMANUS, kapt. Ricke, op avontuur; LOUISA, kapt. Broekema, op avontuur; CHARLOTTE, kapt. Spiegelberg, op avontuur; DE JONGE JAN, kapt. Hart, op avontuur; DE GOEDE HOOP, kapt. Boon, op avontuur; DE GOEDE VERWACHTING, kapt. De Boer, op avontuur; DE EENDRAGT, kapt. Hut, op avontuur; DE JONGE TJALLING, kapt. Mellema, op avontuur.
1832
AH 160332
Terschelling, 12 maart. Binnengekomen: DE VROUW IKINA, kapt. D.L. Knoop, van Danzig; DE VROUW RIKA, kapt. R.E. Zoutman, van Koningsbergen; AMPHITRITE, kapt. H. Breckwoldt Lut, van Koningsbergen; DE GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Memel; DE VROUW ANNEGINA, kapt. A.J. Boiten, van Memel; van de quarantaine ontslagen MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, van Londen.
AH 270332
Terschelling, 22 maart. Binnengekomen: Van de quarantaine ontslagen DE VROUW RIKA, kapt. R.R. Zoutman, van Koningsbergen; AMPHITRITE, kapt. H. Breckwold, van Koningsbergen; DE GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Memel; DE VROUW IKINA, kapt. D.L. Knoop, van Danzig; ANNA MARGARETHA, kapt. J. Tampke, van Hamburg.
AH 110432
Advertentie Schepen in lading te Amsterdam:
- Naar St. Petersburg. Het Nederlandse smakschip DE GOEDE HOOP, kapt. Steffen L. Pinksterboer. Adres bij Kranenborg en Van Mourik en de wed. P. Poolman Jz. en Zoon.
AH 020532
Schepen in lading te Amsterdam:
- Naar Koningsbergen. Het Nederlandse smakschip DE GOEDE HOOP, kapt. Steffen L. Pinksterboer. Adres bij Kranenborg en Van Mourik en de wed. P. Poolman Jz. en Zoon.
1833
AH 070633
Terschelling, 3 juni. Binnengekomen GUTE HOFFNUNG, kapt. S.L. Pinksterboer, van Lübeck.
(opm: de ex-GOEDE HOOP was tijdelijk uitgevlagd, maar herkreeg op 19 juni een Nederlandse zeebrief en haar oude naam)
Op 19 juni 1833 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de GOEDE HOOP, aangevraagd door S.L. Pinksterboer, Veendam, voor zichzelf als kapitein.
De GOEDE HOOP was tijdelijk als GUTE HOFFNUNG uitgevlagd naar een onbekende staat, meest waarschijnlijk Kniphausen, om de door Frankrijk en Engeland ingestelde boycot van de Nederlandse vlag te ontlopen. Nadat de Belgische vlag vrije doorvaart over de Westerschelde was toegezegd werd de boycot opgeheven, waarna de meeste van de circa 170 uitgevlagde schepen, waaronder de GOEDE HOOP, zich weer onder de Nederlandse vlag schaarden.
AH 170733
Carga-lijsten Amsterdam:
TWEE GEBROEDERS, kapt. C. Hansen, van Rendsburg met tarwe, rogge en garst;
GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer van Tonderen met tarwe.
AH 211133
Binnengekomen:
Vlie, 18 november. GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Swendburg (opm: Svendborg).
AH 271133
Carga-lijsten. Amsterdam: VERWISSELING, kapt. C. van der Drift, van Lissabon met kurk, ossenhoorn en zout; JOHANNA CAROLINA, kapt. J. Verdoes, van Bordeaux met wijn; DOROTHEA, kapt. S.J. Prange, van Bordeaux met wijn; BASTIAAN, kapt. W. van Beelen, van Rouaan met wijn, wouw, kaardenbollen, suikerbakkers-aarde en pleistersteen; EENDRAGT, kapt. B.C. de Groot, van Sunderland met een lading steenkolen; MARTHA CATHARINA, kapt. H.R. Legger, van Sunderland; CATHARINA ELISABETH, kapt. A.H. Schuring, EENDRAGT, kapt. J.H. Hut en ALIDA KLASINA, kapt. L.E. Tiktak laatste drie van Newcastle met een lading steenkolen; STANT FRIEZ, kapt. S.C. de Vries, van Archangel met teer, hennep, zeildoek en matten; DOROTHEA MARIA, kapt. H.P. Regt door Zee, van Koningsbergen met tarwe, talk en hennep; JANTINA ROELFINA, kapt. S.B. Kuiper, van Koningsbergen met tarwe, erwten en hennep; HARMINA, kapt. P.S. Brouwer, van Wismar, met tarwe; CAROLINA, kapt. J. Beekman, van Tonningen met tarwe; GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Zwendorp (opm: waarschijnlijk Svendborg) met gerst; MARIA LOUISE, kapt. H. Pieper, van Hamburg, met tarwe, rozijn, mineraalwater, kokosnoten, koehaar en lood; VIJF GEZUSTERS, kapt. A.J. Roeden, van Lynn met klompen.
1834
AH 190434
Binnengekomen:
Dantzig, 6 april. VRIENDSCHAP, kapt. Duit, van Amsterdam. 7 april. VROUW MARGARETHA, kapt. A.T. Steffens, HENRIETTE, kapt. M. Casseboom, ANNEGINA, kapt. E.K. Huisman en JOHANNA, kapt. Douwes, alle vier van Amsterdam. 8 april. AMALIA, kapt. L.F. Saathoff en DE GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Amsterdam.
AH 280534
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Rusland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, de Oostzee, enz.:
Hamburg en Altona. Het schip DE VERWACHTING, kapt. T.C. Tannen. Adres bij de Wed. J. van Wese en Zoon.
Koningsbergen. Het Nederlandse smakschip DE GOEDE HOOP, kapt. Steffen Luitjes Pinksterboer. Adres bij Kranenborg en Van Mourik en de Wed. P. Poolman Js. en Zoon.
Petersburg. De Nederlandse kof HYLKE JANSZ., kapt. Bordze Jans Siedzes. Adres bij de Wed. Jan Salm en Meyer en H.A. Hespe.
PGC 101034
Volgens brief van kapt. S.L. Pinksterboer, voerende het schip de GOEDE HOOP, van Koningsbergen naar Amsterdam, d.d. Rendsburg 29 september, was hij na zwaar gezeild en een anker en touw gekapt te hebben, om de Sont te bereiken, wegens NNO wind genoodzaakt geworden om overigens in goede staat te Rendsburg binnen te lopen om zich van een ander anker en touw te voorzien.
AH 201134
Carga-lijsten Amsterdam: EOLUS, kapt. G. Zwanenburg, van Villenova met vijgen; ANNA, kapt. H. Popken, van Mariensiel met glas; ANNA ADELHEID, kapt. G.V. Wesseling, van Duinkerken met manuf., glas, saffraan en spijkers; FENNEGINA, kapt. H.H. Duit, van Petersburg met veren, hennep-olie en koper; ANNA MARIA CATHARINA, kapt. W.D. Kleininga, van Petersburg met veren en hennep-olie; SARA, kapt. H.G. Botje, van Petersburg met koper, talk, bedveren en koopmanschappen; JEZELINA, kapt. R.R. Legger, van Petersburg met potasch, veren, zeildoek, ravensdoek, hennep-olie, paardenstaarten, koper en vislijm; ALIDA, kapt. G.H. Peperboom, van Windau met rogge, garst en dederzaad; LOUISE, kapt. E.E. Valk, van Riga met hout en lijnzaad; GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Koningsbergen met tarwe en lijnzaad; CATHARINA, kapt. G. Bronckhorst, van Koningsbergen met tarwe en erwten; ARENDINA MARIA, kapt. Boerhave, van Dantzig met balken en delen; DE VLIJT, kapt. J.S. Bakker, van Dantzig met tarwe en erwten; HILLEGINA GEERDINA, kapt. H.L. Roelfsema, van Dantzig met tarwe; TWEE GEBROEDERS, kapt. C. Hansen, van Wismar met tarwe; DOROTHEA, kapt. J.H. Petersen, van Rostock met tarwe; MARIA, kapt. H. Harders, van Rostock met raapzaad; VIER GEZUSTERS, kapt. L.G. Dublinga, van Rostock met tarwe; MARGARETHA, kapt. H.H. Nieboer, van Rostock met rogge, tarwe en lijnzaad; MARGARETHA ELISABETH, kapt. J.B. de Groot, van Hierting met raapzaad; PIETERDIENA, kapt. H.R. Duit, van Demmin, met tarwe; VEREENIGDE TROUW, kapt. O.S. Stuit, van Hamburg met koopmansgoederen, hoorn, koper, huiden en rijst; VAARWEL, kapt. O.W. Salomons, van Bremen met tabak, sigaren en terpentijn; TWEE GEBROEDERS, kapt. M. Röfer, van Varel met honig.
1835
AH 170335
Uitgezeild:
Vlie, 13 maart. GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, op avontuur. 14 maart. HELENA, kapt. D.J. Groeven, naar de Oostzee; ENGELINA JANTINA, kapt. B.J. Wychers, naar Koningsbergen; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, naar Oosterisoer; YPEUS, kapt. H. de Weerd en AMELINA, kapt. H. Naatje, naar Noorwegen; GEZINA, kapt. H.H. Veen, GEZUSTERS, kapt. E.Y. Post en JONGE HENDRIK, kapt. H.M. Post, op avontuur.
AH 130435
Binnengekomen:
Vlie, 8 april. ARENDINA MARIA, kapt. G.H. Boerhaven en GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Stavanger; GOEDE HOOP, kapt. H.L. Tasker, van Vordingberg; WILHELMINA, kapt. A.B. Visker, VRIENDSCHAP, kapt. R.P. Duit en VROUW LUMMEGINA, kapt. B.J. Goosens, van Oosterisoer.
RC 140435
Kapt. R.S. Pinksterboer (opm: smak de GOEDE HOOP), van Stavanger te Medemblik gearriveerd, rapporteert, dat in de avond van de 8e dezer voor hem in het Vlie is binnengelopen de kof ARENDINA MARIA, kapt. G.H. Boerhave, mede van Stavanger.
AH 280435
Uitgezeild:
Vlie, 25 april. BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
Terschelling, 23 april. DE GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, naar Terneus.
AH 190535
Binnengekomen:
Texel, 17 mei. ANNA CATHARINA, kapt. S.H. Veer, van Batavia; THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van Suriname; VROUW ALIDA, kapt. F.O. Timmer, van Cuxhaven; JOHANNES, kapt. H. Tobbens, van Papenburg; VIER GEZUSTERS, kapt. H.H. Middel, van Sunderland; DIANA, kapt. A. Nannings, van Ostende (opm: het Belgische fregat DIANE werd, na sinds september 1831 in Brugge opgelegd te hebben gelegen, nu door de naar Amsterdam verplaatste rederij Sinave [weer] onder Nederlandse vlag gebracht om gebruik te kunnen maken van de gesubsidieerde vrachten van de N.H.M.).
Vlie, 15 mei. VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Groot, van Christiaansand.
Terschelling, 14 mei. VRIENDSCHAP, kapt. P.N. Huising, van Stokholm; DE GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Fersund; ACTIEF, kapt. J.L. Meyer, van Memel; DE VROUW ANNEGINA, kapt. A.J.Boiten, van Koningsbergen.
AH 290535
Uitgezeild:
Terschelling, 24 mei. DE GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, naar Fahrsund.
AH 170635
Binnengekomen:
Vlie, 14 juni. ANNA CATHARINA, kapt. V. Pieper, van Petersburg; THERESIA, kapt. G.T. Ebeling, van Riga; ADRINA JACOBA, kapt. T.J. Reus, van Riga; HARMONIE, kapt. A.S. Galle, van Riga; JOHANNA OTTILIE, kapt. K.J. Bolhuis, van Stettin; DIANA, kapt. G.R. de Boer, van Eggersund; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, van Oosterisoer; GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Fahrsund.
Op 24 juni 1835 werd een nieuwe eerste zeebrief verstrekt voor de GOEDE HOOP, aangevraagd door S.L. Pinksterboer, Veendam, voor R.S. Pinksterboer als kapitein.
AH 031135
Texel, 31 oktober. Binnengekomen: VROUW FENNEGINA, kapt. W.J. Pronk, van Snoerkeiting.
1 november. DE HOOP, kapt. P. Haasnoot, van Lissabon; ZELDENRUST, kapt. G.J. Klein, van Bayonne; STAD EN LANDE, kapt. J.D. Leeuw, DELPHIN, kapt. J. Vos en JONGE ANNA, kapt. H.J. Hubett, van Drammen. Ter rede: kapt. R.S. Pinksterboer (smakschip GOEDE HOOP) van Petersburg naar Zaandam.
AH 121135
Carga-lijsten Amsterdam: DE GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Petersburg met lijnzaad; HOOP EN VERWACHTING, kapt. R.K. de Boer, van Petersburg met lijnzaad en hennep; ALIDA, kapt. A.A. Borgman, van Petersburg met lijnzaad; DE VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, van Petersburg met lijnzaad; GEERTRUIDA, kapt. J.D. Mellema, van Koningsbergen met erwten; DE VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyes, van Dantzig met hout; METTA MARGARETHA, kapt. H.B. Kols, van Stettin met kandijkistjeshout en zink;
1836
AH 070336
Vlie, 3 maart. Uitgezeild: GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, naar Kirkcaldij; GEERTRUIDA, kapt. R.R. Tunteler, naar Libau; VRIENDSCHAP, kapt. J. Klaasen, CORNELIA, kapt. R.A. Oortjes, JONGE DIRK, kapt. H.E. Vos en CONCORDIA, kapt. O.P. Smith, alle vier naar Noorwegen.
AH 050436
Terschelling, 1 april. Binnengekomen: DE GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Newcastle.
AH 090536
Vlie, 4 mei. Uitgezeild: JONGE ANNA, kapt. H.J. Hubert en VRIENDSCHAP, kapt. W.J. Visser, naar Nerva; JAN FREDRIK, kapt. G.H. Smit, naar Memel; UNITY, kapt. B.P. Baarsen, van Drammen; ONDERNEMING, kapt. D.L. Kuiper, naar Hull; JOHANNA HILLEGONDA, kapt. J.D. Flik, naar Riga; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Zeven, naar Noorwegen; GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, op avontuur.
AH 180536
Vlie, 15 mei. Binnengekomen: MARTHA ALIDA, kapt. K.H. Plukker, van Sunderland; VROUW HENDRIKA, kapt. L.K. de Jong, van Hull; GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, van Witstyn; GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Newcastle.
RC 090537
Rotterdam, 8 mei. Het schip de GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, was op den 27 april te Liverpool bezig met een lading voor Amsterdam in te nemen.
Op 8 juli 1837 werd een nieuwe eerste zeebrief verstrekt voor de GOEDE HOOP, aangevraagd door S.L. Pinksterboer, Veendam, voor R.S. Pinksterboer als kapitein.
PGC 290736
Kapt. J.E. Strumphler, van Riga te Amsterdam gearriveerd, heeft de 21e juli voor de Eems gepraaid de smak de GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, met hout van Nexoe naar Groningen.
1837
PGC 211137
De schepen de VROUW MARTHA, kapt. J.K. Vlas, van Hamburg naar Leeuwarden, de EENDRAGT, kapt. S.P. de Jonge, van Hamburg naar Groningen zijn de tiende en de schepen de GOEDE HOOP, kapt. R.S. Pinksterboer, van Hamburg naar Bordeaux, de TWEE GEBROEDERS, kapt. H.R. Onnes, van Rendsburg naar Bremen en de VRIENDSCHAP, kapt. B.F. Apveld, van Greifswald naar Rotterdam, zijn op 11 november te Cuxhaven binnengelopen. (opm: de tjalk EENDRAGT, kapt. S.P. de Jonge, werd verkocht en ging in de binnenvaart)
1838
AH 020338
Het schip de GOEDE HOOP, kapt. Remmelt Steffens Pinksterboer, van Bordeaux naar Amsterdam, lag volgens brief van Den Helder van de 27e februari bij de uiterton van het Texelse zeegat ten anker.
Kapt. R.S. Pinksterboer kreeg op 9 juni het commando over de hoeker VERTROUWEN, terwijl zijn vader S.L. Pinksterboer eerst op 7 februari 1839 een nieuwe zeebrief ontving. Het lijkt erop dat de smak vanaf maart 1838 tot februari 1839 in Amsterdam heeft opgelegd gelegen en/of een grondige reparatie heeft moeten ondergaan.
1839
Op 7 februari 1839 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de GOEDE HOOP, aangevraagd door S.L. Pinksterboer, Veendam, voor zichzelf als kapitein.
1840
PGC 140440
Het schip de GOEDE HOOP, kapt. Pinksterboer, van Dordrecht naar Newry, is de 5 april te Penzance binnengelopen, zijnde de kapitein gekwetst.
PGC 090640
Te Cardiff hebben den 26 mei een aanvang gemaakt met laden de schepen de GOEDE HOOP, kapt. Pinksterboer, en JANTINA ANNEGINA, kapt. Sap, beide voor Rotterdam.
1841
In maart 1841 werd de zeebrief van de GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten en Accijnzen te Groningen naar de Staatsraad te Den Haag geretourneerd, onder vermelding ‘schip verkocht’, waarna op 9 maart royement volgde.
Op 20 maart 1841 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FENNA EN CATHARINA, kapt. H.J. IJmker, Nieuwe Pekela, voor zichzelf als kapitein.
RC 250941
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:
Naar Dantzig, het Nederlands kofschip JOHANNA HENDRIKA, kapt. G.J. Das.
Naar Stettin, het Nederlands smakschip VROUW WENDELINA, kapt. W.J. Hilbrands; ligt gereed.
Naar Hamburg, het Nederlands smakschip ALBERDINA, kapt. G. Venema.
Naar Hamburg, het Nederlands smakschip FENNA CATHARINA, kapt. H.J. Ymker.
Naar Bremen, het Nederlands smakschip WILHELMINA CATHARINA, kapt. J.J. Jaski.
Adres bij Seeuwen & Mair.
1842
Monsterrol: 1842-2
Datum: 07-02-1842
Scheepsnaam:
Scheepstype: niet vermeld
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Oude Pekela, Gemeentearchief (Nieuwe Pekela)
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Balk |
Jacob Johannes |
stuurman |
28 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Panjer |
Jan Geerts |
kok |
6 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Ymker |
Harm J. |
schipper |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
GRC 230842
Lijst van de Nederlandse schepen, welke de Sont gepasseerd zijn:
Den 15 augustus. FENNA EN CATHARINA (Pekela), kapt. Ymker, van Macduff naar Stettin;
CHRISTINA MARIA (Groningen), kapt. Stuveling, van Rotterdam naar Petersburg.
PGC 111142
Gearriveerd te Harlingen de 5e november FENNA CATHARINA, kapt. Ymker, van Duinkerken, met gebroken giek en schade aan de tuigage.
1843
Monsterrol: 1843-1
Datum: 14-02-1843
Scheepsnaam: Fenna en Katharina
Scheepstype: smak
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Oude Pekela, Gemeentearchief (Nieuwe Pekela)
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Dijk, van |
Jochum Frans |
stuurman |
25 |
Nieuweschans (NL) |
niet vermeld |
Groot, de |
Hindrik Willems |
kok |
5 |
Nieuwe Pekela (NL) |
16 |
Weitinga |
Johannes H. |
matroos |
7 |
Veendam (NL) |
25 |
Ymker |
Harm Jans |
kapitein |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
1846
PGC 180846
Advertentie. Door versterf uit de hand te koop het smakschip FENNA CATHARINA (opm: FENNA EN CATHARINA, zie ook PGC 080147, groot 58 tonnen, zo als hetzelve laatst is bevaren door kapt. H.J. IJmker (opm: kapt. Harm Jans IJmker), en thans is liggende te Oude Pekela. Adres bij L.J. Wolters te Nieuwe Pekela.
1847
PGC 080147
Advertentie. Mr. S.C.H. Piccardt, notaris te Pekela, zal, ten verzoeke van de Wedw. H.J. IJmker, op dinsdag de 19e dezer, des voormiddags te 10 uren, te Nieuwe Pekela ten huize van H. Pijbes publiek verkopen het welbevaren kofschip FENNEGIEN CATHARINA, groot 58 tonnen, met deszelfs inventaris, zo thans is liggende voor de scheepswerf van J.W. Kuiper te Oude Pekela.
(opm: smak FENNA EN CATHARINA, bouwjaar 1831; laatste kapitein was wijlen Harm Jans IJmker; koper kapt. G.H. Ludolphij, die het schip als MARTJE noemde naar de vrouw met wie hij op 2 februari zou trouwen en de smak weer in de vaart bracht)
Op 10 februari 1847 werd de zeebrief van de FENNA EN CATHARINA, kapt. H.J. Ymker, door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten en Accijnzen te Winschoten naar de Staatsraad in Den Haag geretourneerd, zonder vermelding van reden, waarna op 12 februari royement volgde.
PGC 241247
Het smakschip de VROUW MARTJE (opm: smak MARTJE), kapt. Ludolphij komende van Antwerpen en bestemd naar Hamburg, was op de 18e dezer liggende op de Eems bij de Brouwersplaat. Hij heeft tot assistentie overgekregen een loods, maar is waarschijnlijk door de zware storm en de vele ijsgang voor zijn ankers weggeslagen of in het ijs bezet geraakt, zodat men na die tijd niets meer daarvan heeft vernomen. (opm: zie ook AH 251247)
AH 251247
Amsterdam, 24 december. Het schip VROUW MARTJE, kapt. Rudolphy (opm: smak MARTJE, kapt. Gerhardus Hendriks Ludolphij), van Antwerpen naar Hamburg, is de 22e dezer lek, met verlies van ankers, kettingen, zeilen, enz. in Texel binnengelopen, zijnde op de Eems in het ijs bezet geweest.
1848
NRC 060348
Amsterdam, 4 maart. Het schip VROUW MARTJE (opm: MARTJE, zie echter NRC 090348), kapt. Ludolphij, van Antwerpen naar Hamburg, is lek en met meer andere schade in de Oude Eems binnengelopen. Men was bezig hetzelve te Delfzijl binnen te slepen.
NRC 090348
Rotterdam, 8 maart. Het bericht aangaande het schip VROUW MARTJE (opm: MARTJE), kapt. Ludolphi, van Antwerpen naar Hamburg, overgenomen uit de Provinciale Groninger Courant no. 18, is gebleken onwaar te zijn.
NRC 280648
Amsterdam, 27 juni. Het schip de VROUW MARTJE, kapt. Ludolphi (opm: smak MARTJE, bouwjaar 1831; kapt. Gerhardus Hendriks Ludolphij), van Antwerpen naar Hamburg, is in de nacht van de 21e dezer bij Ameland gezonken, doch het volk gered. De lading zal vermoedelijk weg zijn.
Op 23 juni 1848 werd de zeebrief van de MARTJE, kapt. G.H. Ludolphi, door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten en Accijnzen te Ameland naar de Staatsraad in Den Haag geretourneerd, met vermelding ‘schip gezonken’, waarna op 26 juni royement volgde.