Familiegegevens en opleiding
Willem Abraham Frederik Stokhuijzen werd geboren te Arnhem op 21 december 1840 als zoon van Frederik Stokhuyzen, (officier van Gezondheid, directeur van de strafgevangenis te Leeuwarden en ridder Eikenkroon) en Geertruida Catharina van Geer.
Hij trouwde op 26 januari 1869 te Amsterdam als gezagvoerder ter koopvaardij en koopman met Catharina Elisabeth Johanna Freeman, geboren te Antwerpen op 21 juni 1848 als dochter van de scheepmaker John Frederic William Freeman en Anna Maria van der Waaije Pieterszen. Zij overleed te Zutphen op 08 september 1903.
Willem A.F. overleed te Den Haag op 05 maart 1934.
Gegevens ontleend aan een kwartierstaat van de televisiepresentator Kick Stokhuyzen in Gens Nostra 65, (3), 2010
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
W.A.F.Stokhuijzen (met als adres de Gebr. Goedkoop te Amsterdam) werd met vlagnummer 842 per 19 november 1867 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein C.Blok. Als zijn schip is vermeld de “Juno” 002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 12/19 november 1867 staat vermeld dat tot effectief lid is voorgedragen/benoemd Willem Abraham Frederik Stokhuyzen, oud 27 jaar, voerend de brik “Juno”, voor rekening van de Gebr. Goedkoop, op voordracht van kapitein C.Blok.023.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
842 1867-1871 brik Juno Gebr.Goedkoop
1872-1874 fregat Jupiter idem
1875 geen vermelding van schip en boekhouder
1876-1878 fregat Jupiter Gebr.Goedkoop
1879-1884 fregat Urania idem
Vermelding van vertrek en aankomst in Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek terugkomst
W.F.A.Stockhuijzen Juno 27 december 1867 geen melding
Bouma025 vermeldt W.A.F.Stokhuyzen als gezagvoerder gedurende:
-
* 1867 t/m 1871 van de ijzeren brik “Juno”, gebouwd in 1863 te Amsterdam, 257 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;
* 1873 t/m 1875 van het 3/mschip “Jupiter”, gebouwd in 1865 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;
* 1877 t/m 1878 van het 3/mschip “Jupiter”, gebouwd in 1865 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;
-
* 1879 t/m 1883 van het fregat “Urania”, ex Socotra, gebouwd in 1874 te St.John, 1410 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip werd in 1883 verkocht naatr Noorwegen.
Overige bijzonderheden
“Bekende gezagvoeders (van de Gebr. Goedkoop te Amsterdam) uit den lateren tijd zijn vooral IJ.Feenstra … en W.A.F.Stokhuyzen. De laatste is van 1859 tot 1866 stuurman geweest op de Alida en heeft vervolgens eerst de brik Juno (II), later de Jupiter en tenslotte de Urania gecommandeerd.”081
Uit: “Het Fregatschip Adriana 1891-1908” door A.Belder & T.F.J.Pronker. Uitg. De Stroombaan Papendrecht 2002. p.73
In 1873 was Gerrit Bruijn, later kapitein, 3de stuurman op het fregat “Jupiter”. “De reis, onder Kapt. W.A.F.Stokhuyzen, ging van Amsterdam naar Java en terug met lading en passagiers.”
In het Commissie verslag van de “Enquete omtrent den Toestand van de Nederlandsche Koopvaardijvloot 1874-1875” staat een interview dd 05 september 1874 met de heer Pieter Goedkoop, scheepsreder te Amsterdam waar in de nummer 5718 sprake is van de volgende vraag en antwoord:
“Vraag: Zijn er altijd nog al retourvrachten te krijgen op Java?
Antwoord:
In den regel wel, doch dat wisselt zich af. Een paar dagen geleden bijv., heb ik een zeer treurig telegram van Java ontvangen, waarin gemeld wordt , dat de vrachten f 52 staan, een bedrag waarrmede niet te verdienen is;
koffij was niet te bekomen, en voor groote schepen was geen emplooi. In dien tegenspoed deel ik ook, want de Elisabeth en de Jupiter bevinden zich nu te Java. De Sliedrecht is op dit oogenblik met eene lading steenkolen te Singapore, waar het ook al slecht schijnt te staan. Die slappe toestand is een gevolg der massa’s regen die op Java gevallen zijn gedurende den laatsten moessontijd, zoodat geene producten afkomen, terwijl overvloedig scheepsruimte aanwezig is.”