Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.C.de Veer werd met vlagnummer 899 per 02 november 1852 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein S.van der Meij. Als zijn schip is genoemd de “Maximiliaan Theodoor”. Toegevoegd is “bedankt” 002. Ten tijde van de inschrijving was de Veer 30 jaar002a.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd.26 oktoner/02 november 1852 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Klaas Carel de Veer, oud 30 jaar, voerend de bark “Maximiliaan Theodoor”, wonend te Arnhem, adres bij en op voordracht van kapitein S. van der Meij.023.
Klaas Carel de Veer was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1852 t/m (wellicht) 1865 met de vlagnummers 899 (1852 t/m 1854) en 505 (1854 t/m 1865).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 03 juli 1860 staat: “Tenslotte deelt de Heer Swart mede eenige berigten omtrent Torrestraat door Kapitein K.C. de Veer voerende het barkschip Dirk Arnold naar aanleiding van Art.72 der Wetten van het collegie ingezonden aan de commissie ter bevordering van de Wetenschappelijke Zeevaart.”023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
899 1852-1853 bark Maximiliaan Theodoor Wed.B.W.van Starckeneborg van Straten
505 1854 geen vermelding van schip en boekhouder
1855-1856 bark Java's Welvaren Wed.B.W.van Starckenborg van Straten
1857-1859 bark Dirk Arnold idem
1860 fregat Cornelia en Henriëtte idem
1861-1863 bark Amalia Augusta P.L.A.Goudswaard
1864 geen vermelding van schip en boekhouder
Vertrek en aankomst te Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek terugkomst
K.C. de Veer Cornelia Henriëtte 30 juli 1860 24 juni 1861
Amalia Augusta 08 februari 1862 01 januari 1863
Amalia Augusta 16 april 1863 12 januari 1864
Kiandra geen melding 01 april 1865
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
K.C. de Veer Maximiliaan Theodoor 1853-1854 1
Java’s Welvaren 1855-1857 2
Dirk Arnold 1857-1860 1
Cornelia Henriëtte 1860-1861 1
5 8
Bouma025 vermeldt K.C. de Veer als gezagvoerder gedurende:
* 1853 van het 3/mschip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor de wed B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam. Het schip voer in 1854 voor Wickel & Boot te Edam en was herdoopt in “Johanna Margaretha”;
* 1856 t/m 1857 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1858 t/m 1860 van de bark “Dirk Arnold” ex v/d Werf, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 618 ton o.m., varend voor de wed. van Starckenborg van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1860 verkocht naar Engeland;
* 1861 van het 3/mschip “Cornelia & Henriëtte”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 742 ton, varend voor de wed. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1861 verkocht naar Engeland;
* 1862 t/m 1864 van de bark “Amalia Augusta”, gebouwd in 1856 te Elshout, 755 ton o.m., varend voor C.Busken Huet te Amsterdam. Het schip voer in 1865 voor J.Smit Cz te Alblasserdam en was herdoopt in “Petronella”;
* 1865 van de bark “Kiandra” ex Drie Vrienden, gebouwd in 1853 te Zierikzee, 632 ton o.m., varend voor C.Busken Huet te Amsterdam. Het schip voer in 1866 voor W.Bakker Bz te Amsterdam en was herdoopt in “Vertrouwen”.
Overige bijzonderheden
Kapitein de Veer maakte in 1859 een tocht van Australië naar Nederlands Oost Indië via de Torres straat. Een en ander is vermeld in een reisverslag van kapitein N.D. de Boer (zie aldaar) De doorgang door Torres Straat kan geschieden via verschillende ingangen en wel via de algemeen gebruikte route bij Rain Eiland en via de vrij onbekende route, Blighs Entrance genoemd. De Boer beschrijft een reis die aanving op 8 juni 1859 te Port Philip en voerde langs Brambly Cay, Stephens eiland, Tennet eiland, het onbewoonde eiland Village, Cocosnoot eiland, Double eiland, Prince of Wales kanaal, Booby eiland, Post eiland en verder langs de zuidkant van Timor naar Passaroeang, alwaar hij op 13 juli arriveerde. De notitie is bedoeld als informatie over een minder gebruikelijke route door de Torres straat. Het bevat nog enige informatie over het Post-eiland, waar een voorraadschuur voor schipbreukelingen zou zijn ingericht door het goevernement van New-South Wales, maar die vóór het bezoek van kapitein de Boer kennelijk was leeggeroofd. Het verslag vermeld een aantal keren gezelschap van de “Dirk Arnold”, en ook het bezoek aan Post-eiland deed kapitein de Veer in gezelschap van kapitein de Boer. Op Bligh Entrance na kan ik geen van de genoemde eilandjes in de Times Atlas of the World terugvinden.
In:“Eenige aanteekeningen gehouden aan boord van het schip HENRIETTE MARIA op zijne reis van Melbourne naar Java door de Noordelijkste passage der Torres straat in 1859”. door N.D. de Boer, gezagvoerder van voornoemd schip.
Verhandelingen en Berigten betrekkelijk het Zeewezen en de Zeevaartkunde, Nr. 3, 1ste afd. 1862. p.1-11
Familiegegevens
Adrianus van den Abeele werd geboren ca 1792 te Veere als zoon van de scheepstimmerman Marinus van den Abeele en Margrietha/Margareta Christiaanse
Hij trouwde te Amsterdam op 02 januari 1817 als zeeman, 25 jaar, met Maria de Jongh, geboren te Amsterdam ca. 1795 als dochter van de scheepstimmerman Cornelis de Jongh en Anna Josina Backens. Zij overleed op 02 augustus 1851 te Middelburg, 57 jaar, gehuwd.Stadsarchief, Amsterdam
Adrianus overleed op 11 mei 1859 te Middelburg, 67 jaar, weduwnaar van Maria de Jong.zeeuwengezocht
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.van den Abeele was effectief lid/oprichter van het College Zeemanshoop. Op het moment van de oprichting (datum niet genoemd, maar zal 24 mei 1822 zijn geweest) was hij "uitlandig"019.
A.van den Abeele is als effectief lid van Zeemanshoop ingeschreven met nr. 007. Er is geen opgave van de ingangsdatum en het schip 002.
A.van den Abeele was in 1823-1824 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.
Adrianus van den Abeele was effectief lid van Zeemanshoop van 1822 t/m (minstens) 1840 met vlagnummers 7 (1822 t/m 1836) en 3 (1836 t/m minstens 1840).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 10 januari 1826 wordt een brief vermeld van kapitein A. van den Abeele dd Nieuwendiep 03 januari 1826 waarin hij stelt: “… de persoon genaamd J.A.Meijer bij mij aan boord geweest als kok, uit hoofde van desertie, dronkenschap & Brutaliteit heb weggejaagd … “. Hij vraagt het Bestuur de man op de Zwarte Lijst te plaatsen, maar dat wordt afgewezen, daar het reglement daarin niet voorziet. Wèl zal het Bestuur de ruchtbaarheid bij dergelijke gevallen bevorderen.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 11 maart 1828 staat vermeld een “Missive van kapitein A.van den Abeele dd 09 maart 1828 behelzende eenige toelichtingen omtrent het plaatsen van kat Ankers te Egomond aan Zee benevens eene aanmering over de vuuren aldaar.” 042 (Er was bgin 1828 aandacht vanuit het Bestuur van Zeemanshoop omtrent de situatie te Egmond aan Zee met betrekking tot het in zee krijgen van loodsschuiten. De opmerking van kapitein van den Abeele illustreert zijnaandacht voor zaken van algemeen belang.)
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 augustus 1828 staat vermeld dat kapitein van dern Abeele bedankt voor de voortdurende deelneming in het Weldadig Zeemans Fonds, maar in de notulen dd 25 september 1828 staat dat hij die melding intrekt.042
In de Bestuursvergadering dd 01 september 1831 en de Algemene Vergadering van 06 september 1831 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop wordt een verzoek behandeld van kapitein A. van den Abeele om uitstel van de betaling van de contributie. Dit wordt hem toegestaan voor 3 maanden. 042 en 023.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 23 februari 1832 staat de volgende melding:
“Bij Hoofdelijke omvrage verzoekt de President Penningmeester of de Heeren Effectieve Leden
A.van den Abeele J.J.Lausen Fr.P.Hoed
N.Hensken O.Olferts J.A.Zeylinga
J.B.Frerichs P.J.Spilliard J.Tholen
P.Bostijn P.Rolff F.A.Bunnemeijer
J.Boelen Jz J.E.Beckman O.R.Engelman
J.Stoffers J.Hartwijk J.G.Bart
H.H.Zeijlstra J.Y v.d.Zweep W.H.Boon
hebbende hunne contributie nog niet voldaan daartoe volgens de Wet door het Bestuur zoude worden aangemaand.”042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 november 1833 staat een brief vermeld waarin A. van den Abeele te Vlissingen verzxoekt “Lid te zijn in de 1e Classe gaande als opperstuurman n. Batavia op het schip Bellona.” Het bestuur gaat accoord. 042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 02 januari 1834 doet kapitein van den Abeele het verzoek “om voortduring en Effectief Lid te mogen blijven.” Het Bestuur gaat accoord mits hij zijn achterstallige contributie voldoet.042
In de Bestuursvergadering dd 29 november 1838 staat een verzoek van A. van den Abeele om uitstel van betaling, hetgeen wordt verleend tot 01 januari.042
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 juli 1840 staat de mededeling van de penningmeester dat de gewezen kapitein A. van de Abeele “nalatig is met het betalen zijner Contributie”. Het Bestuur maant hem vóór 23 augustus a.s. zijn contributie te betalen anders zal hij van het lidmaatschap vervallen worden verklaard. In de notulen dd 27 augustus 1840 zegt de penningmeester dat genoemde kapitein niet meer in Dordrecht woont “maar zich waarschijnlijk zal ophouden te Middelburg”. De penningmeester zal hem aanschrijven op dit nieuwe adres.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd24 juni 1841 staat het bericht dat kapitein v.d.Abeele zegt te berusten in de vervallenverklaring van zijn lidmaatschap.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 15 december 1842 staat een verzoek van het voormalig lid A. van den Abeele die vraagt “om eenige gelden om naar Middelburg te kunnen reizen.” Hij krijgt een gratificatie van f 20,-.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 februari 1856 vraagt A. van den Abeele, vroeger effectief lid, om een gratificatie. Hij krijgt f 20.-.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 21 september 1824 staat vermeld: "Verder gelezen eene Missive van Kapitein A.van den Abeele de dato 17 Dezer te kennen gevende, zich alleronverwachts in eene betrekking geplaatst vindend verzoekende van zijne Post als kommissaris te worden ontslagen".023
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 08 april 1856 staat de mededeling dat een gratificatie van f 20,- is toegekend aan A. van den Abeele “vroeger effectief lid”.023.
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamscche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
7 1825-1827 kof de Onderneming J.Meyes
1828-1829 fregat de Vrouw Hendrika idem
1830-1835 geen opgave van schip en boekhouder
3 1836 geen opgave van schip en boekhouder
1837 brik Prins Frederik der Nederlanden geen opgave
1838-1840 geen opgave van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt A. van den Abeele als gezagvoerder gedurende:
* 1820 t/m 1825 op het 3/m schip “Resolutie”, gebouwd in 1818 in Amerika, 280 ton o.m., varend voor Wijlep & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1825 verkocht naar Antwerpen.
* 1826 t/m 1830 van de kof “Onderneming”, gebouwd in 1800, bouwplaats niet vermeld, 111 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam
* 1829 t/m 1831 op het 3/m schip “Vrouw Hendrika”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 500 ton o.m., varend voor de Societeit voor Scheepsbouw te Amsterdam;
* 1838 op de brik “Prins Frederik der Nederlanden”, gebouwd in 1826 te Antwerpen, 247 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Adrianus van den Abeele van de:
“Resolutie, dd 27 juli 1820, 29 maart 1822
“Onderneming”, dd 03 mei 1825; 13 december 1825 en 11 december 1826;
“Vr. Henderica”, dd 10 november 1828.
Overige bijzonderheden
-
van den Abeele verzorgde vanuit Texel op 30 november 1828 met de “Vrouw Hendrika” een troepentransport van 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 15 april 1829 na 136 dagen065.
Volgens monsterrol nr. 920 dd 11 maart 1839 in het Gemeentearchief van Dordrecht monsterde aan als 1e stuurman van de “Stad Tiel” onder kapitein E.M.Chevalier, A. van den Abeele, wonend te Dordrecht, oud 46 jaar, met een maandgage van f 70,/ en vertrekt op 28 april 1839 uit Hellevoetsluis met 34 man naar Batavia. Hij keert terug in Holland / Amsterdam op 28 januari 1840.
Hieruit zou te concluderen zijn dat deze oud/kapitein een stapje terug heeft moeten doen. Zie ook de opmerkingen in de Bestuursnotulen van Zeemanshoop hiervoor.
Rotterdamsche Courant 29 augustus 1820114
Amsterdam, 27 augustus. Volgens brief van kapt. A. van den Abeele, voerende het fregatschip de RESOLUTIE, met troepen den 12 augustus uit Texel naar Batavia gezeild, gedateerd den 19 dito, lag hij toen met ZZW winden in de Hoofden (opm: Nauw van Calais) onder Calais geankerd, om het tij te stoppen; hij was reeds den 15den in de Hoofden geweest, doch niet dan westelijke en omlopende winden en zelfs twee dagen storm gehad hebbende, was hij wel 10 mijlen terug gezeild, om op die gevaarlijke plaats niet te kruisen; aan boord was alles wel.
Batavische Courant 27 januari 1821114
Advertentie. Vracht en passage naar Amsterdam met het snelzeilend gekoperd fregatschip RESOLUTIE, kapt. A. van der Abeele, zal tussen den 20 en 25 februari zeilen. Adres bij Brouwer, Nolthenius & Co, Batavia, den 25 januari 1821.
Bataviasche Courant 09 november 1822114
Het volgend uittreksel uit een brief van kapt. Van den Abeele, voerende het schip RESOLUTIE, aan een van de huizen van negotie te Batavia gericht, is ons ter plaatsing toegezonden. Wij geloven onze lezers daarmede geen ondienst te zullen doen.
Port-Louis, den 6 september 1822.
Wij zijn den 2 april in zee gelopen. Onze reis was van geen buitengewone omstandigheden vergezeld, voor dat wij in de Z.O. passaat kwamen. Daar, waar ik zelden anders dan goed weder heb aangetroffen, had ik nu storm en een hoge zee, hetgeen mij dan ook toen reeds deed veronderstellen, dat het om de zuid, en vooral dwars van de Kaap, niet veel beter zoude zijn, zoals wij het dan ook geducht ondervonden hebben. Toen wij op 37º40’ Z.B. 14º5’ O.L. van Greenwich kwamen, hadden wij reeds sedert enige dagen met zware winden en een hoge zee geworsteld, waarop wij vervolgens een hevige storm, vergezeld van orkaanvlagen en een schrikkelijk hoge zee kregen. Er kwam toen meer water bij de pomp dan gewoonlijk; de voorsteng spleet van onder tot boven, en het tussendek begon heen en weer te schuiven en te zakken. Dit weder hield met verdubbelde kracht aan, van den 7 tot den 13 juli. De verschansing werd weggeslagen en het schip was gestadig door de zee bedekt. Wij ontdekten een lek bij de achtersteven, dat zoveel water aanbracht, dat daardoor een gedeelte van de proviand beschadigd werd en naar de pompen spoelde. De puttingbouten benevens de rusten werkten alle los, en enige waren reeds gebroken, en het tussendek begon al meer te zakken. In deze toestand was ik, toen ik, met gemeen overleg, den 13 juli besloot tot verder behoud van schip en lading de Kaap de Goede Hoop aan te doen. Den 15 was ik in het gezicht van het land, doch beoosten Kaap Aguilhas. Daar het nu zeer goed weder was, trachtte ik onder het land langs het op te laveren tot op den 19 juli, toen ik des middags dicht bij voornoemde kaap was en zeker hoopte des anderen daags binnen te zijn, doch helaas, wij moesten nog hardere proeven doorstaan. In de nacht van den 19 op den 20 kregen wij een verschrikkelijke storm, vergezeld van zware donder en bliksem. Wij hadden grote vuurballen op de toppen van de masten. Dit weder nam al hand over hand toe en de zee werd zo verschrikkelijk, en liep in zulke verschillende richtingen, dat het op den 22 juli een ijselijke toestand werd. Ik kon het volk niet meer in hun logies krijgen, en moest hen achter logeren. Ik had alles goed dicht laten maken op het dek, doch het voorluik werd door de zee, die even als over een blinde klip over het schip liep, afgeslagen. De avond van den 23 was zo het scheen de laatste voor ons. Het schip wilde of kon niet langer bijliggen of tegen de zee oprijzen en ik zag dus geen ander uitzicht of uitkomst dan bedaard te blijven en de Almachtige om zijn hulp en bijstand in deze voor ons zo akelige omstandigheden te smeken. Ik kwam op het dek. De donkerheid van de nacht werd door het licht van de felle bliksem afgebroken en niets dan een gapende afgrond vertoonde zich voor ons oog. Ik resolveerde (opm: besloot) voor de wind af te houden, doch daar dit door ontelbare gevaren vergezeld was, vermaande ik eerst een ieder tot het uitoefenen van zijn plicht. Ik kreeg gelukkig het schip voor de wind en de zeilen bij; doch nu bleef er nog het meest over te doen: wij konden het schip met het roer geen meester blijven. Ik nam dadelijk twee kabeltouwen, die ik achter het schip liet slepen, Nu konden wij sturen, doch nu moest ik enige goederen over boord werpen, om het schip te lichten, opdat het niet in de zee zou smoren; na dit verricht te hebben was hetzelve gemakkelijker en ik had dus God dank weder hoop op behoud voor ons en het schip. Wij zeilden nu voor de wind. Ik kon dus geen hoop meer voeden de Baai Falls te bereiken, en, daar het schip in een situatie was, dat ik een haven moest zoeken, bleef er niets anders over dan naar deze heen te houden, waar wij den 11 augustus aankwamen. (opm: zie ook RC 051222)
Rotterdamsche Courant 30 november 1822114
Rotterdam, 29 november. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 26 november:
…..Het Nederlandse schip (opm: fregat) RESOLUTIE, Van den Abeelen (opm: A. van den Abeele), van Amsterdam naar Batavia, is den 11 augustus te Mauritius lek binnengelopen en bezig met lossen.
Rotterdamsche Courant 05 december 1822114
Amsterdam, 3 december. Kapitein A. van den Abeele, voerende het schip (opm: fregat) de RESOLUTIE, van Amsterdam naar Batavia, meldt van Port Louis, op Mauritius, in dato den 21 augustus, dat hij zijn reis tot op 37º40’ Z.B. 14º5’ O.L. vervorderd hebbende, den 7 juli door een hevige storm met orkaanvlagen belopen werd, die tot den 13 aanhield, waardoor het schip zwaar werkte, lek werd en verdere schade bekwam; hierop besloten hebbend de Kaap de Goede Hoop aan te doen, kwam hij den 15 in het gezigt van het land, doch beoosten Kaap Aguilhas (opm: Kaap Agulhas, 34º55’ Z.B. 20º0’ O.L.) , kruiste aldaar met mooi weer tot den 19, doch werd die nacht andermaal door een allerverschrikkelijkste storm overvallen, vergezeld van donder en bliksem, zo dat op alle de masten vuurballen stonden; het weer hand over hand toenemende met vreselijke hoge zeeën, die gedurig over het schip heenstortten, was hij den 23 des avonds, daar het schip volstrekt niet wilde bijleggen of rijzen en men niets dan de dood voor ogen had, genoodzaakt eerst al het touw van het dek, vervolgens het geschut, een sloep met pek- en watervaten en eindelijk ook een gedeelte van de lading over boord te werpen; het schip hierdoor gerezen zijnde gelukte het hem den 11 augustus, onder aanhoudend pompen, Port Louis te bereiken, alwaar hij nu bezig was de lading, waarvan enige goederen beschadigd waren, te lossen om te repareren.
Datum vanaf: |
1830 |
Kapitein: |
Topper, Jan Christoffel |
Overige informatie: |
1830 – 1833 |
Familiegegevens en opleiding
Louis Adrien Jules Boulet werd geboren te Amsterdam op 04 (of 02?) mei 1800.
Hij huwde met Geertruida Gezina Stadelaar, geboren te Loosdrecht op 15 februari 1800. Hij huwde voor de 2de maal met Hermina Maria Verhoop, geboren te Purmerend op 19 september 1813 en overleden 11 maart 1871.
De religie van Louis was Waalds. Hij woonde in 1853 op de Prinsengracht 327 en in 1854 op de Nieuwendijk
Louis overleed in maart 1867.
Louis Adrien Jules Boulet werd op 28 februari 1814 als leerling ingeschreven aan de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam004(531/1139). Volgens doopcedul nr.1139 werd hij gedoopt op 14 mei 1800 (vermoedelijk) te Amsterdam. Zijn ouders waren Louis Boulet, afkomstig uit Rijssel, rooms-katholiek en Elisabeth le Grand de Bologne de Byland, uit Parijs, gereformeerd. Beiden waren tijdens de inschrijving van Louis in leven en woonachtig op de “Roosegragt No90”. De vader had “thans geen beroep”.
Ten tijde van de inschrijving was Louis 14 jaar, 5 voet/2 duim groot en “heeft de natuurlijke kinderziekten gehad”.
Vanaf 01 juli 1814 wordt een driemaandelijkse voortgangsrapportage verzorgd:
“1 julij 1814 3/m rappt kent de regth _ met. en een groot gedeelte van de evenredigh. ...
19 augustus 1815 als ledemaat (gereformeerd) aangenomen door DoChevallier
25 septb 1815 geplt als cajuitwachter op het schip Johanna Maria Constantia Capn M.de Harder na Suriname (kapitein Matijs de Harder dateerde per 21 september 1815 een monsterrol van de “Johanna Maria Constantia”011).
5 aug 1815 heeft met A.H.Crombosch, Jan Hendk Stoelman en C.Clarisse als de meest gevorderde in de stuurmanskunst na de Eereprijs gedongen doch is bij loting aan Clarisse is te beurt gevallen
16 julij 1816 van de reise terug met goede attestatie
1 octob 1816 Id. heeft op zijne reise weinig vergeten en is bezig zich verder te bekwamen ...
9 mei 1817 geplt als jong matroos op het schip Graaf Bulouw (sic) Capitn Hendk Janssen naar de Berbice (Hendrik Jansen (sic) dateerde per 07 mei 1817 een monsterrol van de Graaf van Bul(l)ow”011).
17 novemb 1817 terug van de reise met goede attestatie Verzoekt en bekomt zijn ontslag en attestatie alsmede certificaat van vrijstelling van de nationale militie”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
L.A.J.Boulett werd met nr.361 effectief lid van Zeemanshoop per 11 juni 1833 op voorspraak van kapitein J.C.Luddens. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de “Anna Geertruida”002.
In de Algemene Vergaderingen van het College Zeemanshoop van 04/11 juni 1833 is voorgedragen/benoemd tot effectief lid Louis Adrien Jules Boulett, 33 jaar, wonende op de Boomsloot 42 te Amsterdam, voerende het fregat Vrouw Hendrika, op voordracht van kapitein J.C.Ludders. Hij kreeg vlagnummer 361023.
Hij werd per 29 juli 1834 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop003.
L.A.J.Boulet was effectief lid van Zeemanshoop met vlagnummer 361 in de periode 1833 t/m 1836, met vlagnummer 248 in de periode 1836 t/m 1854 rn met vlagnummer 69 in de periode 1854 t/m 1867.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 oktober 1838 bericht kapitein L.A.J.Boulett dat hij is hertrouwd met een 13 jaar jongere vrouw. Hij vraagt naar de konsekwenties voor het lidmaatschap en krijgt daaromtrent informatie.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 26 februari 1852 is een melding door één van de leden dat kapitein Boulet “zijn Equipagie tegen Zeemanshoop inneemt.” Het Bestuur zal hierover de kapitein aanspreken. In de vergadering dd 30 maart 1852 staat een verslag van dat gesprek . Deze heeft opgemerkt “dat het was geschied in eene kwade luim, weshalve deze zaak alsnu wordt gehouden voor afgedaan.”042
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 mei 1856 vraagt kapitein L.A.J. Boulett om een uitkering, die hem in de vergadering dd 24 juni 1856 wordt toegekend met ingang van 01 augustus 1856.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 januari 1857 staat een brief van kapitein L.A.J. Boulet, aanbiedende een werkje over de Zeevaart “verzoekende het aan Zeemanshoop te mogen opdragen”. Het verzoek wordt in handen gesteld van de Commissie Wetenschappelijke Zeevaart. In de vergadering dd 26 februari 1857 gaat het Bestuur accoord met het verzoek en in de vergadering dd 26 maart 1857 bedankt kapitein Boulet voor de toestemming.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 maart 1867 vraagt de wed. L.A.J.Boulet geb. H.M.Verhoop om de reglementaire uitkering welke haar op 02 mei 1867 wordt toegekend met ingang van 01 mei 1867.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 15 juli 1856 wordt gemeld dat aan kapitein L.A.J. Boulet per 01 augustus 1856 een uitkering is toegekend.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van 14 april 1857 staat vermeld een “Brief van Kapt. L.A.J.Boulet bedankende voor de aangenomen opdragt door het Collegie Zeemanshoop van zijn werkje getiteld “de Zeevaart “ en een exemplaar van hetzelve aanbiedende.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 07 mei 1867 staat vermeld dat per 01 mei 1867 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de we. L.A.J.Boulet geb. Verhoop.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
361 1833-1834 fregat De Vrouw Hendrika Soc.van Scheepsbouw
1835 geen opgave van schip en boekhouder
248 1836-1837 fregat Jeannette Philippine Soc.van Scheepsbouw
1838-1843 fregat Anna Geertruijda H.Angelkot Willink
1844 geen opgave van schip en boekhouder
1845-1848 bark A.R.Falck Boissevain en Co
1849-1853 bark Adelaar J.D.Landré en Co
69 1854-1855 bark Adelaar idem
1856-1866 geen opgave van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt L.A.J.Boulet als gezagvoeder gedurende:
-
1834 t/m 1835 op het 3/m schip “Vrouw Hendrika”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 500 ton o.m., varend voor de Societeit voor Scheepsbouw te Amsterdam;
-
1837 t/m 1838 van het fregat “Jeannette Philippine”, gebouwd in 1830 te Amsterdam, 670 ton o.m., varend voor de Societeit van Scheepsbouw te Amsterdam;
-
1839 t/m 1844 van de bark “Anna Geertruida”, ex de Planter, gebouwd in 1827 op de werf Hollandia van C. van Swieten te Amsterdam, 322 ton, varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam. Het schip werd in 1844 verkocht.
Verhoeff086 vermeldt dat het schip in 1840 werd gekocht onder de naam “de Planter” van de Gebr. Heemskerk te Amsterdam;
-
1846 t/m 1849 van de bark “A.R.Falck, gebouwd in 1846 te Alblasserdam, 651 ton o.m., varend voor Boissevain & Co te Amsterdam;
-
1850 t/m 1855 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1850 te Amsterdam, 440 ton o.m., varend voor J.D.Landrë & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1857 voor rederij Wed. van Hasselt & Co te Amsterdam en herdoopt in “Hercules”.
Overige bijzonderheden
“In 1846 was de “Anton Reinhard Falck” gebouwd voor Boissevain. Het verzoek voor deze bark van 338 last kwam uit Den Haag, waar invloedrijke personen een protegé, L.A.J.Boulet, een plaats als kapitein wilden bezorgen en in dat geval aandelen wilden nemen. Boulet blijkt commercieel een mislukking: over de eerste twee reizen, die veel te lang duren, vindt weinig uitkering plaats. Bovendien is hij een driftkop die voortdurend overhoop ligt met zijn ondergeschikten, die melden dat “de kapitein geen mens, maar een dier is“. Zijn ontslag kost Boissevain wel een paar slapeloze nachten. De reder wacht vervolgens driekwart jaar, tot zijn meest ervaren kapitein met de “Van der Werff” teruggekeerd is” (i.c. Pieter Teunisz van Duyvenbode050
Na een incident aan boord van de bark “Anna Geertruida” op 4 november 1839, op de retourreis van Padang naar Amsterdam ten NW van de Asforische eilanden, wordt de matroos Jacobus Bruining in de voetboeien gesloten. “Bruining had op die dag onder razen en vloeken zich achter de grote mast begeven en daar de derde stuurman Cornelis Ruygh gegrepen. Eerste stuurman Jacob Botter kwam tussenbeide en gaf Bruining opdracht zich koest te houden.” Bruining trok zich nergens wat van aan en ging door met vechten. Hij werd tenslotte overmeesterd en in de boeien geslagen. 104
Terugkomend van Batavia te Hellevoetsluis rapporteerde op 06 jun 1838 kapitein Bulsing: “Den 4 juni (1838) de “Janette Philiphine” kapt. Boulet onder de Singels”.005.
In de Harlinger Courant van 17 november 1852 staat het volgende bericht096:
Gepraaide schepen:
“Den 24 Aug. op 26o36’Z.Br. en 52o34’OL, Adelaar, Boulet, van Batavia naar Rotterdam.”
Familiegegevens en opleiding
Henricus Zoetelief werd geboren te Texel op 04 september 1792 als zoon van Jan Willemz. Zoetelief en Neeltje Breederoo.
Hij trouwde op 24 augustus 1818 te Amsterdam als zeeman met Martie/Marretje/Maria Pieters Rademaker, gedoopt te Den Burg/Texel op 27 september 1797 als dochter van Pieter Lammerts Rademaker en Annaatje Klaas Hoogendijk
Maria is overleden op 09 januari 1866 te Hatert, 67 jaar, weduwe. Uit de overlijdensadvertentie, aanwezig in de annoncecollectie van het Centraal Bureua voor Genealogie, blijk dat Maria Rooms Katholiek was
Hij overleed op 01 januari 1859 met als woonplaats Nijmegen/Hatert, 66 jaar.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.Zoetelief was met vlagnummer 126 in 1827 lid van het Amsterdamse zeemanscollege “De Blaauwe Vlag”.008.
H.Zoetelief werd met vlagnummer 240 per 18 december 1827 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” op voordracht van kapitein P.F.Wegener. Als zijn schip werd genoemd “Vrouw Hendrika” doorgestreept en vervangen door “Immegonda Sara Clasina”. Toegevoegd is “overleden”002
Hendrik Zoetelief, oud 35 jaar, wonende in de Bikkerstraat te Amsterdam is in de Algemene Vergaderingen van Zeemanshoop van 11/18 december 1827 voorgesteld/benoemd als effectief lid op voordracht van kapitein P.F.Wegener. Zijn vlagnummer werd 240023
H.Zoetelief werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 14 juli 1832.003
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 april 1859 staat een verzoek om een uitkering van de wed. H.Zoetelief geb. Rademaker, welke haar in de vergadering dd 31 mei 1859 werd toegekend ingaande 01 mei 1859.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 21 juni 1859 wordt gemeld dat per 01 mei 1859 een uitkering is toegekend aan de wed. H.Zoetelief geb. Rademaker.023
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlag jaren type scheepsnaam reder/boekhouder
240 1828-1830 fregat Immegonda Sara Clasina Soc. van Scheepsbouw
1831 fregat De Prins van Oranje idem
1832 geen vermelding van schip en boekhouder
1833-1834 fregat Immegonda Sara Clasina Soc. van Scheepsbouw
1835 fregat De Vrouw Hendrika idem
148 1836-1838 fregat De Vrouw Hendrika idem
1839-1851 fregat Immegonda Sara Clasina idem
1852-1853 geen vermelding van schip en boekhouder
42 1854-1858 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt H.Zoetelief als gezagvoerder gedurende:
* 1829 t/m 1831 van het 3-mastschip “Immegonda Sara Clasina”, gebouwd in 1816, 300 ton, varend voor de Societeit van Scheepsbouw te Amsterdam;
* 1832 op het 3-mastschip/pink “Prins van Oranje”, gebouwd in 1826 op de werf Het Witte Kruis van Jerem. Meijjes & Zn te Amsterdam, 570 ton o.m., varend voor de Societeit van Scheepsbouw te Amsterdam. Het schip verongelukte in 1832 in Straat Sunda;
* 1834 t/m 1835 wederom op de “Immegonda Sara Clasina”, zie hiervoor. Het schip werd in 1835 verkocht;
* 1836 t/m 1839 op het 3-mastschip “Vrouw Hendrika”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 500 ton o.m., varend voor de Societeit van Scheepsbouw te Amsterdam. Het schip werd in 1839 verkocht;
* 1839 t/m 1852 op het 3-mastschip “Immegonda Sara Clasina”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 770 ton o.m., varend voor de Societeit v. Scheepsbouw te Amsterdam.
Lloyd’s vermeldt087: “21 Jan.1850 IMMAGONDA SARA CLASINA been in contact, very leaky.” (het schip is kennelijk gerepareerd en in de vaart gebleven)
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Hendrik Zoetelieff als gezagvoerder van de:
“Amstel”, dd 10 september 1819; 12 maart 1821; 05 decemberr 1823;
“Immagonda Sara Clasina”, dd 22 april 1828; 08 september 1829;
“Prins van Oranje”, dd 04 mei 1831;
“Immagonda Sara Clasina”, dd 03 oktober 1834;
“Vrouw Henderika”, dd 27 oktober 1835;08 februari 1837; 16 maart 1838
Overige bijzonderheden
H.Zoetelief verzorgde per 25 september 1829 vanuit Texel met de “Immegonda Sara Klazina” een troepentransport van 2 officieren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 26 januari 1830 na 123 dagen.
Op 15 augustus 1842 vertrok hij vanuit Nieuwediep met de “Immegonda Sara Clasina” (een ander schip dan hiervoor. Zie hiervoor bij Bouma) en een contingent van 4 officieren en 130 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 24 november 1842 na 101 dagen.065.
Rotterdamsche Courant 19 april 1821114
Amsterdam, 17 april.
….uitgezeild Zr.Ms. oorlogs-fregat MELAMPUS, kapt. A.W. de Man en J. Boele van Vlissingen, beide naar Batavia; H. Zoetlief naar Braziliën, P. Sturk en F.P. Madsen naar Demerarij, J.E. Schneebeke, T. Pieters, D.G. Doekse, J. van Dijl en T.J. Vlieger naar Surinamen; G.R. Engelman naar Triëst; H. Hollander naar Marseille; D.C. Brunger naar Oleron; P. Hansen naar Sables d’Olone; P.B. de Jong naar Plymouth, J.J. Arends naar Sheerness; D. Ouwerhand naar Hull; R.S. Visser en J.J. de Jong naar Londen en J. Matzen naar Ahrensdahl (opm: Arendal)…..
Ammsterdamsche Courant 24 april 1823114
Advertentie. G.J. Roland Holst en J. Corver, makelaars, zullen op maandag den 5 mei 1823, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam in het voormalig N.Z. Heeren Logement op de Haarlemmerdijk verkopen: een extra ordinair, welbezeild Brikschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd DEN AMSTEL (opm: ex AMAZOON), laatst gevoerd door kapt. H. Zoetlief, lang 27 ellen, wijd 7 ellen 20 duimen, hol 3 ellen 40 duimen, het verdek hoog aan boord 1 el 45 duimen, alles Nederlandse maat, zijnde Amsterdamse maat lang 95 voeten, wijd 25¼ voeten, hol 12 voeten, het verdek 5 voeten. Breder bij de inventaris. Zijnde dit schip inmiddels uit de hand te koop. Bericht bij bovengenoemde makelaars en bij Jan Corver & Co. (opm: het schip werd in 1824 in Hamburg verkocht)
Rotterdamsche Courant 17 juni 1826114
Amsterdam, 15 juni. Scheepvaartberichten:
- Den 7 dezer is door de loodsschipper A.C. Lap, in Het Kanaal gepraaid Zr. Ms. packet-brik SIRENE, naar Curaçao gedestineerd.
- Door de loodsschipper A. Visser, is voor het Vlie gepraaid kapt. Zoetelief, van Bahia naar Hamburg, had 88 dagen reis, en kapt. H. van Harten van Cette naar Bremen…..
Javasche Courant 18 september 1828114
Batavia, 16 januari. Heden arriveerden alhier de brik NEERLANDS KROONPRINSES, kapt. H.M. Heijns, de 18. mei vertrokken van Antwerpen, het schip SUSANNA, kapt. P.C. de Roth, met een passagier, de 30. april vertrokken van Amsterdam, en het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff, de 15. mei vertrokken van Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 05 februari 1829114
Amsterdam, 3 februari. ….
….Het schip SUSANNA, kapt. P.C. de Roth, zou de 11e oktober, en de schepen IMMAGONDA SARA KLASINA, kapt. H. Zoetlief en MARY EN HILLEGONDA, kapt. Glazener, vóór de 15 dito van Batavia vertrekken; de beide eerste naar Amsterdam en het laatste naar Rotterdam.
Rotterdamsche Courant 17 februari 1829114
Amsterdam, 15 februari. Kapt. H. Zoetlief heeft op de 14e oktober laatstleden in de Straat Sunda gezien Zr.Ms. oorlogskorvet DE LEIJE, kapt.-luitenant van Lutsenburg, komende van een kruistocht van de zuidkust van Java naar Batavia gedestineerd. Aan boord was alles wel. Kapt. J. Tinkham, van Charleston in Texel binnen, rapporteert onder de Nederlandse wal gepraaid te hebben het schip NEPTUNE, van Boston naar Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 19 februari 1829114
Amsterdam, 17 februari. Kapt. H. Zoetlief rapporteert nog, dat met hem van Batavia vertrokken is het schip SUSANNA, kapt. P.C. de Roth en dat drie weken na hem van daar zou vertrekken het schip DE ONDERNEMING, kapt. H.M. Lelsz, beide naar Amsterdam
Javasche Courant 28 januari 1830114
Batavia, 25 januari. Heden arriveerden alhier de schepen HELENA, kapt. D. Grim, met een passagier, de 3. januari vertrokken van Japan, en IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, met Zr.Ms. troepen, de 25. september vertrokken van Amsterdam, en de brik JONGE JACOBUS, kapt. J.A. Pronk, met een passagier, de 25. september vertrokken van Rotterdam.
Rotterdamsche Courant 11 maart 1830114
Amsterdam, 9 maart. Volgens brief van kapt. H. Zoetelief, voerende het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, van Amsterdam naar Batavia, in dato 26 oktober, was hij toen op 8 gr. 9 min. noorderbr. en 22 gr. 51 min. westerlengte, in goede staat zeilende; de troepen en de equipage bevonden zich in de beste staat
Algemeen Handelsblad 24 juli 1830114
Carga-lijsten. Amsterdam, 23 juli. HENRIETTE, kapt. J.K. de Vries, van Bahia; VROUW MARIA, kapt. H.T. Mulder, van Petersburg; VROUW ELISABETH, kapt. W.A. Wijkman, van Stockholm; VROUW CATHARINA, kapt. A.H. Schuring, van Memel; VROUW TRIJNTJE, kapt. J.A. Meijer, van Lubeck; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. H.C. Kool, van Hamburg; INIMAGONDE SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff, van Soerabaija; CAROLINA EN JOHANNA, kapt. P.S. Matzen, van Demerary; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.J. Otte, van Dantzig; VROUW TRIJNTJE, kapt. P.G. Karst, JONGE YPE, kapt. E.J. Karst en JONGE WILLEM, kapt. W.J. Meilema, van Koningsbergen; ANTINA, kapt. J.G. Ducken, van Horsens; PETRONELLA, kapt. J.A. de Boer, van Garding; VROUW JANTJE, kapt. W.F. Pronk, van Heiligenhafen.
Algemeen Handelsblad 17 mei 1831114
In lading liggende schepen te Amsterdam:
Naar Batavia. Het nieuw gekoperd tweedeks fregatschip DE PRINS VAN ORANJE,kapt. H. Zoetelief, van Amsterdam. Adres ij d’Arnaut & Co…..
Algemeen Handelsblad 25 juni 1831114
Texel, 23 juni. Binnengekomen: MEDEMBLIK, kapt. Gray, van Londen.
Texel, 22 juni. Vertrokken: DE PRINS VAN ORANJE, kapt. Zoetelief, naar Batavia; MARCO BOZARIS, kapt. Adriaan, naar Batavia; DE TWEE JONKVROUWEN, kapt. Stegenga, naar Londen.
23 juni. SUSANNA MARIA, kapt. Spiegelberg, naar Suriname; SARA KJEDDING, kapt. Hansen, naar St. Ubes.
Javasche Courant 15 oktober 1831114
Batavia, 12 oktober. Wij vernemen, dat het Nederlandse particuliere schip genaamd de PRINS VAN ORANJE, kapt. Zoetelief, hetwelk in den beginne van de maand juni uit Texel is gezeild en onlangs alhier onze kusten was genaderd, op den 5 dezer maand, ’s avonds ten half tien ure, op dezelve (opm: kust van Java, in Straat Sunda) heeft schipbreuk geleden. Alleen de manschappen zijn kunnen gered worden en bevinden zich tegenwoordig te Anjer. Het lek, hetwelk het schip bekomen had, was zo groot, dat er aan geen herstel te denken was, en het vaartuig terstond is overzij geslagen en bijna geheel gezonken.
Javasche Courant 19 november 1831114
Advertentie. Vendu-departement. Op maandag den 21 november 1831 zullen verkocht worden in het lokaal der Beurs, voor rekening van de belanghebbenden, diverse scheepsgoederen als een grote boot, een sloep met toebehoren, zeil- en touwwerk, etc., voorts eau de cologne, papier, meubelchits, aardewerk, wit linnen, alles geborgen uit het op het Prinsen-Eiland verongelukte fregatschip de PRINS VAN ORANJE, kapt. H. Zoetelief.
Javasche Courant 20 december 1831114
Advertentie. Op de vendutie van vrijdag den 23 december 1831 zal op publieke vendutie verkocht worden het fregatschip de PRINS VAN ORANJE, op den 5 oktober jl. verongelukt aan de westzijde van het Prinsen-Eiland, zo als hetzelve aldaar is liggende.
Batavia, den 14 december 1831, voor H. Zoetelief (opm: de kapitein), Willem Beth.
Rotterdamsche Courant 08 maart 1832114
Rotterdam, 7 maart. Van het schip DE PRINS VAN ORANGE (opm: de pink PRINS VAN ORANJE), kapt. H. Zoetelief, van Amsterdam naar Batavia, op het Prinseneiland in de Straat Sunda gestrand, doch waarvan het volk is gered, wordt nader gemeld dat de kapitein alle pogingen tot berging van het schip en de lading had aangewend, waarna dit met twee gouvernementsprauwen, doch almede te vergeefs, was beproefd. Bij het afzenden van de brief was het nog niet in stukken geslagen en zouden nog andere pogingen aangewend worden, om iets daarvan of van de lading te bergen.
Algemeen Handelsblad 07 augustus 1833114
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Nederlandse koloniën:
Batavia, het nieuw gekoperd tweedeks fregatschip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Hendrik Zoetelief, van Amsterdam. Adres bij Coopman en De Witt en Lenaertz, Van Olivier en Comp., Hoyman en Schuurman….
Algemeen Handelsblad 28 september 1833114
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Nederlandse koloniën:
Batavia. Het nieuw gekoperd tweedeks fregatschip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Hendrik Zoetelief, van Amsterdam. Adres bij Coopman en De Witt en Lenaertz, Van Olivier en Comp., Hoyman en Schuurman en De Vries en Comp…..
Algemeen Handelsblad 10 oktober 1833114
Binnengekomen:
Texel, 8 oktober. AURORA, kapt. R.C. Betten, van Neuharlingersiel.
Uitgezeild:
Texel, 8 oktober. VIER GEBROEDERS, kapt. O.F. Fockem, naar Londen; JONGE HARM, kapt. G. Schroder, naar Yarmouth.
De twee onderstaande schepen zijn onder zeil geweest, doch door tegenwind niet uit kunnen komen. IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, naar Batavia; JEANETTE PHILIPPINE, kapt. C. Kenk, naar Rio Janeiro, Kaap de Goede Hoop en Batavia……
Algemeen Handelsblad 11 oktober 1833114
Uitgezeild: Texel, 9 oktober. IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, naar Batavia; JEANETTE PHILIPPINE, kapt. C. Kenk, naar Rio Janeiro, Kaap de Goede Hoop en Batavia.
Algemeen Handelsblad 19 oktober 1833114
Binnengekomen:….
….Cowes, 13 oktober. JEANNETTE PHILIPPINE, kapt. C. Kenck, van Amsterdam naar Rio Janeiro, de Kaap de Goede Hoop en Batavia; IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Amsterdam naar Batavia…..
Rotterdamsche Courant 05 november 1833114
De schepen IMMAGONDA SARA KLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Amsterdam naar Batavia, JEANETTE PHILIPPINE, kapt. C. Kenk, van Amsterdam naar Rio-Janeiro, de Kaap de Goede Hoop en Batavia, NEPTUNUS, kapt. F.W. Bastiaans, van Amsterdam naar Gibraltar, MARIA, kapt. H. van Veen jr., van Rotterdam, DE HOOP OP WELVAART, kapt. J.A. Panger, van Rouaan, beide naar Bordeaux, allen te Cowes binnen, hebben de 26e oktober hun reizen voortgezet
Javasche Courant 15 februari 1834114
Batavia, 13 februari. De 11e dezer is alhier aangekomen het fregat HELENA CHRISTINA, kapt. B.J. Martens, met enige passagiers, de 28e oktober vertrokken van Rotterdam; de 12e dezer de bark RIBBLE, kapt. S. van Delden, de 10e oktober vertrokken van Rotterdam, en heden het fregat IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, de 9e oktober vertrokken van Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 22 mei 1834114
Rotterdam 21 mei. … Kapt. A.J.J. van Lutzenburg, commanderende Zr.Ms. oorlogs-fregat ALGIERS, is de 2e februari van Batavia vertrokken en de 18e dezer in Texel binnengekomen en rapporteert, dat hij de 7e februari, op 6º24’ ZB 104º36’ OL, gepraaid heeft het schip IMMEGONDA SARA CHARLOTTA, kapt. W. Zoetelief, van Amsterdam naar Batavia ….
Algemeen Handelsblad 11 augustus 1834114
Binnengekomen:
Texel,…. 9 augustus. IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia; …
Algemeen Handelsblad 12 augustus 1834114
Carga-lijsten Amsterdam: IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia met koffie, suiker, peper en zijde; ….
Algemeen Handelsblad 12 augustus 1834114
Binnengekomen:
Texel, 9 augustus. IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia; ….
Algemeen Handelsblad 24 september 1834114
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Nederlandse koloniën:
Batavia. Het gekoperd tweedeks fregatschip IMMAGONDA SARA KLASINA, kapt. Hendrik Zoetelief, van Amsterdam. Adres bij Coopmann, De Witt en Lenaertz, van Olivier en Comp., Hoyman en Schuurman en De Vries en Comp…..
Algemeen Handelsblad 31 oktober 1834114
Texel, 29 oktober. ….
….Uitgezeild;
Texel, 29 oktober. IMMEGONDA SARA CLASIENA, kapt. H. Zoetelief ….
Algemeen Handelsblad 01 november 1834114
….Texel, 30 oktober. ….. Terug uit zee: IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia; …
Algemeen Handelsblad 14 november 1834114
….Uitgezeild:
Texel, 12 november. IMMAGONDA SARA KLASINA, kapt. H. Zoetelief, naar Batavia; ….
Javasche Courant 07 maart 1835114
Te Batavia zijn aangekomen de 4e maart het Nederlands schip PLEIADES, kapt. H.C. Ross, met een passagier, de 11e februari vertrokken van China; dito schip JONGE ADRIANA, kapt. C.F. Hempel, met een passagier, de 11e november vertrokken van Rotterdam; en dito schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, met twee passagiers, de 12e november vertrokken van Amsterdam.
Algemeen Handelsblad 24 september 1835114
Binnengekomen:
Texel, 22 september. IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff, van Padang; CATHARINA, kapt. M.B. Engelsman, van Hull…..
Algemeen Handelsblad 24 september 1835114
Carga-lijsten Amsterdam: IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff met koffie en bindrottingen…
Rotterdamsche Courant 26 september 1835114
Kapt. H. Zoetelief, van Padang, laatst van St. Helena, in Texel binnen, rapporteert, dat de 29e juli te St. Helena gearriveerd is het schip MERCURIUS, kapt. J.H. Seepe, van Batavia naar Amsterdam en dat hij de 27e juni, op 32º57’ ZB 32º27’ OL, gepraaid heeft het schip HENRIETTE EN HENRY, kapt. F.J. Vlieger, van Soerabaya en Batavia naar Amsterdam, aan boord alles wel.
Algemeen Handelsblad 28 oktober 1835114
Advertentie. Johannes Engelhardus Lublink, Gerrit Jakob Rolandt Holst, Floris der Kinderen, Andreas van der Sluis, Jan Corver, Jan Hendrik Arnold Balwé, Hendrik Gullen, Johannes Boelen, Hermanus Isaac Rietveld, Gerrit Willem Sesink Clee, Christian Adolf Schröder, Barend Dirk Bosscher, Christiaan Ignatius de Grys en Johannes Abram Lublink, makelaars, zullen op maandag de 4e november 1835, des avonds ten 6 ure, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ verkopen het extra ordinair welbezeild gekoperd tweedeks Nederlands fregatschip, genaamd IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Hendrik Zoetelief; lang volgens Nederlandse meetbrief 27 ellen 35 duimen, wijd 5 ellen 7 duimen, hol 4 ellen 53 duimen. Breder bij inventaris en bericht bij bovengemelde makelaars en de cargadoors Petrus Scheffer & Zoon.
Algemeen Handelsblad 28 oktober 1835114
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Nederlandse koloniën:
Batavia. Het gekoperd tweedeks tweedeks fregat DE VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief, van Amsterdam. Adres bij Coopman en De Witt en Lenaertz, van Olivier en Comp., Hoyman en Schuurman….
Algemeen Handelsblad 11 november 1835114
Advertentie. Verkoping van schepen in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ op maandag 9 november 1835:
- Het welbezeild gekoperd tweedeks fregatschip IMMAGONDA SARA CLASINA, gevoerd door kapt. H. Zoetelief. NLG 16.000. In slag NLG 6000. Koper: Van der Sluis…..
Algemeen Handelsblad 17 november 1835114
….Uitgezeild:
Texel, 15 november. VROUW HENDRICA, kapt. H. Zoetelief, naar Batavia; ….
Algemeen Handelsblad 20 november 1835114
Binnengekomen:
Texel, 18 november. ALBERDINA, kapt. H.A. Hazewinkel,, van Bristol; MEDEMBLIK, kapt. J. Gray en ALIDA IKINA, kapt. W.A. de Jong, van Londen; CHRISTINA, kapt. H.B. Engelsman en WILHELMINA HENDRICA, kapt. D. de Jong, van Hull; NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, van Petersburg; DRIE GEBROEDERS, kapt. F.J. Kramer, van Oosterisoer. VROUW HENDRICA, kapt. H. Zoetelief, terug uit zee.
Algemeen Handelsblad 12 december 1835114
….Uitgezeild:
Texel, 10 december. VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief, SARA MARIA, ….
Javasche Courant 20 april 1836114
Batavia, 19 april. Alhier zijn aangekomen: de 15e dezer het Nederlandse schip MARY EN HILLEGONDA, kapt. D.A. de Jong, met drie passagiers, van Rotterdam vertrokken de 1e januari; de 16e april het dito schip MARIA FREDERIKA, kapt. F.H. Zeijlstra, van Canton de 1e maart vertrokken; de 18e april de dito bark EENSGEZINDHEID, kapt. B.P. Martens, met een passagier, van Amsterdam de 22e december vertrokken, en het dito schip de VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief, van dito de 10e dito vertrokken…..
Algemeen Handelsblad 08 augustus 1836114
Volgens brief van kapt. J.E. Schneebeke, voerende het nieuw gebouwde schip CATHARINA JOHANNA, van Amsterdam naar Batavia, in dato 11 april, was hij toen in goede staat bij Poelau Babi (opm: Varkenseiland), bij Batavia, aangekomen; het schip had in alles boven verwachting goed voldaan. Kapt. Schneebeke rapporteert, de 25e januari tussen Madera en de Kaap de Goede Hoop gepraaid te hebben het schip SUMATRA, kapt. Jan Joosens, van Rotterdam naar Batavia en de 31e dito, op 2º19′ ZB 23º ?L, het schip DE VROUW HENDRIKA, kapt. Hendrik Zoetelief, van Amsterdam naar Batavia, aan beider boord was alles wel.
Algemeen Handelsblad 17 november 1836114
Binnengekomen:
Texel, 15 november. VROUW HENDRICA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia; NIJVERHEID, kapt. A. van der Linden, van Smirna; ONDERNEMING, kapt. R.H. Stubbe, van Drammen…..
Algemeen Handelsblad 17 november 1836114
Carga-lijsten Amsterdam: DE VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia met koffie, suiker, indigo en bindrottingen; HARMONIE, kapt. D. Spreeuw, van Suriname met koffie en katoen.
Rotterdamsche Courant 19 november 1836114
Rotterdam, 16 november. Kapt. H. Zoetelief, van Batavia, laatst van St. Helena, in Texel binnen, heeft op de hoogte van Bevezier gezien een schip, tonende Dordrechtse vlag met no. 35, zijnde die van kapt. J. van Nassau, voerende het schip DE STAD DORDRECHT, van Soerabaya, Passaroeang, Samarang en Batavia naar Dordrecht; voorts bericht kapt. Zoetelief, dat hem op St. Helena gerapporteerd was geworden, dat het schip DE ONDERNEMING, kapt. R. Dekker, van Amsterdam naar Batavia naar Rotterdam, tussen de Kaap de Goede Hoop en St. Helena door een Frans schip was gepraaid geworden.
Algemeen Handelsblad 21 november 1836114
Kapt. Hendrik Zoetelief, van Batavia, is Texel binnen, heeft in de ochtend van de 14e november, tussen de Galloper en Goodwinzand, gepraaid het fregat OCEAAN, kapt. Pieter Zunderdorp, van Rotterdam, naar Batavia; aan boord was alles wel.
Provinciale Groninger Courant 17 oktober 1837114
Ter rede van Batavia lagen op 20 juni Zr.Ms. oorlogsbrik ORESTES.
De Nederlandsche schepen de TWEE CORNELISSEN, kapt. S. Veenstra om op 30 juni naar Japan te vertrekken, de VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief en NEERLANDS INDIEEN (opm: fregat NEERLANDS INDIË, kapt. J.G. Veening
Provinciale Groninger Courant 08 december 1837114
Het schip de VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam, is volgens particulier bericht op 3 december te Texel binnengekomen
Zeepost 09 maart 1839 – 334114
Schepen ter verkoop te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg: het gekoperd fregatschip de VROUW HENDRIKA, kapt. Zoetelief, dinsdag 2 april.
ZeePost 01 april 1839 – 353114
Schepen ter verkoop te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg:
- Op dinsdag 2 april: het gekoperd Fregatschip de VROUW HENDRIKA, kapt. Zoetelief. …
ZeePost 03 april 1839 – 355114
Verkoop van schepen te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg op dinsdag 2 april: het gekoperd fregatschip de VROUW HENDRIKA, kapt. Zoetelief: NLG 24500, in slag NLG 13000. NLG 39300. Koper: G.J. Roland Holst (opm: een makelaar voor zijn opdrachtgever).
Javasche Courant 01 april 1840114
Te Batavia aangekomen schepen:
De 27e maart: ….; het fregat IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Samarang de 23e maart met een passagier;….
Javasche Courant 01 april 1840114
…Van Samarang vertrokken schepen:
De 21e maart: het fregat IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, over Batavia naar Amsterdam met een passagier. …./
ZeePost 27 juli 1840 114
Volgens brief van Texel van de 26e juli waren aldaar voorgaats twee schepen, volgens informatie de IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, en PETRUS, kapt. Trip, beide van Batavia naar Amsterdam, doch wegens tegenwind en stroom verhinderd binnen te komen.
Javasche Courant 06 januari 1841114
Batavia, 6 januari. De 1e januari is alhier aangekomen het Nederlandse schip DOGGERSBANK, kapt. W. Smith, van Rotterdam de 4e oktober, en het dito schip ADMIRAAL DE RUITER, kapt. H.A. Tekelenburg, van Amsterdam de 4e dito. De 2e januari: het dito schip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, met een passagier, van Amsterdam de 4e dito, het dito schip HUGO GROTIUS, kapt. J. Glazener, van Rotterdam de 11e dito, het dito schip ELIZA, kapt. A.F. Oosterlo, van Amsterdam vertrokken de 31e augustus, dito schip MARY EN HILLEGONDA, kapt. A. Glazener, met enige passagiers, van Rotterdam de 4e oktober, dito schip NEPTUNUS, kapt. W.H. Warnsinck, met een passagier, van Amsterdam de 4e oktober, en dito bark SARA ALIDA MARIA, kapt. C.P. Kuiper, van Hellevoetsluis de 11e dito. De 3e januari: de Nederlandse bark JAVA KOERIER , kapt. B.J. Doornik, van Hellevoetsluis de 4e oktober; dito schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, met een passagier, van Amsterdam de 4e dito; dito schip VAN GALEN, kapt. M. Marcussen, met vier passagiers, van Amsterdam de 4e oktober. De 4e januari: het Nederlands schip PETRUS, kapt. A, Stokvliet, van Amsterdam de 4e oktober, dito schip GERTRUDE, kapt. A. Schaap, met acht passagiers, van Rotterdam de 5e dito, Zr.Ms. schoener EGMOND, luit.t.zee 1e kl. W. Steffens, van Texel de 8e dito, en het dito schip RABENHAUPT, kapt. F.D. Sickens, van Groningen de 1e september.
Rotterdamsche Courant 09 januari 1841114
Kapt. S.IJ. Parma, van Amsterdam te Suriname gearriveerd, rapporteert op de hoogte van Madeira gepraaid te hebben het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, en op 32º44’ NB 16º38’ WL, het schip NEPTUNUS, kapt. W.H. Warnsinck Cz., beide van Amsterdam naar Batavia.
Algemeen Handelsblad 29`november 1841114
Carga-lijsten Amsterdam: IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff, van Batavia met koffie, suiker, peper, tin, huiden en bindrottingen; ….
Dordrechtsche Courant 30 april 1846114
Dordrecht, 29 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende schepen, als:
Voor Amsterdam: LUCIPARA’S, kapt. C. Visman; GOEDE VERWACHTING, kapt. F.H. Zeylstra; PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper; CHRISTINA AGATHA, kapt. O.P. Lap; IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief; PETRUS, kapt. A. Stokvliet; ZEELAND, kapt. J. Noord; KONING DER NEDERLANDEN, kapt. J.W. Retgers; DOGGERSBANK….
Javasche Courant 19 september 1846114
Batavia, 17 september. …. Heden is alhier aangekomen het Nederlandse schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, vertrokken van Amsterdam de 22e mei.
NRC 11 februari 1848114
Deal, 6 februari. De IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam, is alhier met schade aan grote- en bezaansmast, verlies van zeilen, enz, binnengelopen. Gepasseerde nacht was dezelve bij Dungeness op het droge geraakt, doch met de vloed weder vlot gekomen.
NRC 24 november 1849114
Mauritius, 22 september. Het fregatschip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam bestemd, is de 20e alhier lek en met averij binnengelopen en moet lossen om te repareren.
NRC 24 januari 1850114
Portsmouth, 21 januari. Het schip (opm: fregat) IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam, is alhier lek binnengelopen, zijnde aangezeild.
NRC 26 januari 1850114
Amsterdam, 25 januari. Aangaande het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, van Batavia herwaarts gedestineerd, met schade te Portsmouth binnengelopen, wordt volgens brief van de kapitein in dato 21 januari gemeld, dat hij op de reis veel slecht weder had doorgestaan en daardoor lekkage had bekomen. De 19e dito was hij door een Engels schip aangezeild en had daardoor de scheg, het galjoen, de kluiverboom, enz, verloren.
NRC 16 februari 1850114
Rotterdam, 15 februari. In de haven van Portsmouth wilde op 12 februari een met vijf man van het Engels strafschip bezette sloep naar buiten varen, toen zij met het Nederlands schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam bestemd, in aanraking komende omsloeg en allen wellicht het leven zouden hebben verloren, indien zij niet door de equipage van het Nederlands schip waren te hulp gekomen en gered.
NRC 23 februari 1850114
Portsmouth, 19 februari. Betreffende het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam alhier met schade binnengelopen, wordt gemeld, dat hetzelve nieuw gekoperd moet worden. Een gedeelte van de lading was in het schip gebleven.
Algemeen Handelsblad 25 februari 1850114
Portsmouth, 21 februari. Het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff, van Batavia naar Amsterdam, is, na te zijn gekalfaterd en een nieuwe koperen huid ontvangen te hebben, heden nacht uit het dok gehaald.
Algemeen Handelsblad 13 april 1850114
Portsmouth, 9 april. Het Nederlandse schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam, heeft de reparatiën geëindigd en vertrekt morgen naar zijn bestemming.
Provinciale Groninger Courant 19 april 1850114
Het schip IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, van Batavia naar Amsterdam te Portsmouth binnen, was de 9e april van de geleden schade hersteld en zou de volgende dag de reis voortzetten.
NRC 04 mei 1851114
Rotterdam 3 mei. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 44 schepen als:….
….Voor Amsterdam: KOOPHANDEL, kapt. H. de Boer; JOHANNA CATHARINA, kapt. D.C. Claus; MAXIMILIAAN THEODOOR, kapt. K. Latjes; THETIS, kapt. H.H. Rademaker; LUCIPARA’S, kapt. J. Kloppenburg; MARIA, kapt. H.D. van Wijk; IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief….
Familiegegevens en opleiding
Thomas Schut werd geboren te Amsterdam op 18 februari 1815.
Hij was getrouwd met Tomke Schoon, geboren te Nermersyhl op 02 oktober 1815.003
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
T.Schut werd met vlagnummer 463 per 23 april 1839 als effectief lid ingeschreven van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein C.N.Gorter. Zijn schip was de “Maximiliaan Theodoor”. Toegevoegd is “hon.lid gew.” 002. Ten tijde van de inschrijving was kapitein Schut 22 jaar en ongehuwd002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 16/23 april 1839 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Thomas Schut, oud 22 jaar, voerend het fregat “Maximiliaan Theodoor”, “wonend op het water”, op voordracht van kapitein C.N.Gorter. Hij kreeg vlagnummer 463023.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 22 mei 1866 staat het verzoek van kapitein T.Schut om zijn effectief lidmaatschap te mogen omzetten in een honorair lidmaatschap, hetgeen is toegestaan023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 13 februari 1855. Toegevoegd is: “bedankt 1866. Hon. Lid geworden003.
T.Schut was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1839 t/m 1865 met de vlagnummers 463 (1839-1854) en 183 (1854-1866).
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 03 mei 1866 staat het verzoek van kapitein T.Schut om zijn effectieve lidmaatschap te mogen omzetten in een honorair lidmaatschap. Het Bestuur gaat accoord.042
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Alamank voor Koophandel en Zeevaart.001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
463 1839 fregat Maximiliaan Theo B.W.van Straten
1840-1843 bark Theodora en Sara idem
1844 bark De Walvisch idem
1845 bark De Walvisch B.W.van Starkenborgh van Straten
1846-1853 bark De Walvisch Wed.B.W.van Starckenborgh van Straten
183 1854-1860 bark De Walvisch I dem
1861-1863 bark Maria Elize James Barge
1864-1865 geen vermelding van schip en boekhouder
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
T.Schut Maximiliaan Theodoor 1839-1840 1
Theodora & Sara (2de) 1840-1843 4
Walvisch 1844-1861 11
16 22
Bouma025 vermeldt T.Schut als gezagvoerder gedurende:
-
* 1840 van het 3/mschip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor B.W. van Straten;
-
* 1841 t/m 1844 van de bark “Theodora Sara, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 334 ton o.m., varend voor B.W. van Straten te Amsterdam;
-
* 1845 t/m 1846 van het 3/mschip “Walvisch”, gebouwd in 1840 te Amsterdam, 800 ton o.m., varend voor B.W. van Straten te Amsterdam;
-
* 1847 t/m 1861 van hetzelfde schip maar nu varend voor de wed. van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1861 verkocht naar Engeland;
-
* 1862 t/m 1863 van de bark “Maria Elise”, gebouwd in 1853 te Elshout, 754 ton o.m., varend voor James Barge te Amsterdam.
Vertrek en aankomst van schepen in Amsterdam093
Naam Kapitein Naam van het Schip Vertrek Aankomst
T.Schut Walvisch 31 maart 1860 21 februari 1861
Maria Elise 24 mei 1861 25 juni 1862
Maria Elise 23 september 1862 niet vermeld
Maria Elise 30 augustus 1862 18 augustus 1863
Overige bijzonderheden
F.Schut vertrok op 29 januari 1857 vanuit Nieuwediep met de “Walvisch” en een contingent van 3 officieren en 140 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 25 mei 1857 na 116 dagen065.
In het tijdschrift “De Zee”, jg.1881, p.201-216 en 281-330 staat een uitvoerige briefwisseling tussen de reederij Brantjes te Purmerend resp. Permanente Commissie uit de Amsterdamsche Reederijen met de Nederlandsche Vereeniging van Assuradeuren. Hierin is sprake van twee experts van de vereeniging van Assuradeuren en wel de heren Th. Schut en C.Huijser van Reenen.
In het Commissie verslag van de “Enquete omtrent den Toestand van de Nederlandsche Koopvaardijvloot 1874-1875” staat een verslag van het interview op 03 augustus 1874 met Thomas Schut, expert van de Vereeniging van assuradeuren te Amsterdam. Hij verklaarde sedert 10 jaar in zijn huidige functie actief te zijn, terwijl hij vroeger kapitein was en 32 keer op Java was geweest. Als expert van genoemde Vereeniging bepaalde zijn werk zich in het algemeen tot de kennis van de deugdelijkheid en zeewaardigheid van een schip
Amsterrdamsche Courant 04 april 1844114
Aankondiging. Te Amsterdam ligt in lading naar Batavia, het extra snelzeilend tot den overvoer van passagiers bijzonder ruim en gemakkelijk ingerigt, opnieuw gekoperd (opm: van nieuw koperbeslag voorzien) Ned. fregatschip WALVISCH, kapt. Thomas Schut, varende een geëxamineerde scheepsdoctor, om in de loop van deze maand de vertrekken. (opm: bekort)
Datum vanaf: |
1839 |
Kapitein: |
Schut, Thomas |
Overige informatie: |
1839 – 1840 MAXIMILIAAN THEODOOR |
Familiegegevens en opleiding
Gerardus Arnoldus Sandman werd geboren te Amsterdam op 30 oktober 1802 als zoon van Lambertus Sandman en Johanna Catharina Borgheijde
Hij trouwde te Amsterdam op 26 mei 1830, zeeman, geboren en wonende te Amsterdam, 28 jaar, gedoopt op 30 oktober 1801, (beide ouders bij het huwelijk overleden) met Anna (of Alida?) Maria Overhuis, geboren en wonende te Amsterdam, 24 jaar, gedoopt op 18 mei 1806 als dochter van Hermanus Fredericus Maria (bij het huwelijk overleden) en Hermina Smit. Bij het huwelijk werd een geboorteceduul overgelegd van Johanna Maria Overhuis, dd 26 april 1830, waarbij werd verklaard dat dit kind door beiden is verwekt. Anna overleed te Amsterdam op de Oude Turmarkt op 13 december 1873, 67 jaar oud.
De aangifte van het overlijden van Gerardus werd gedaan te Amsterdam op 06 mei 1852. In de akte is vermeld dat hij overleed op 28 januari 1852, namiddags 1 uur aan boord van het schip “Generaal List”, op dat moment varende ter hoogte van Madagaskar. Hij werd 50 jaar en zijn huisadres was Gelderse Kade 74, Amsterdam.
In het Bevolkingsregister 1851 van Amsterdam staat de koopvaardijkapitein Gerardus Arnoldus Sansman, geboren op 31 oktober 1801 te Amsterdam, Rooms Katholiek, in 1852 wonend op de Geldersekade 74. Overleden op 22 januari 1852.
Algemeen Handelsblad 07 mei 1852
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.A.Sandman werd met vlagnummer 431 per 04 augustus 1835 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein S.van Delden. Scheepsnaam is niet vermeld. Toegevoegd is “overleden”002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 28 juli/04 augustus 1835 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd G.A.Sandman, oud 34 jaar, voerende de brik “Koning der Nederlanden”, met adres en op voordracht van kapitein S.van Delden Az 023.
Gerardus Arnoldus Sandman werd per 16 maart 1841 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop
Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1835 t/m 1852 met de vlagnummers 431 (1835 t/m 1836) en 318 (1836 t.m 1852)
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd.26 oktober 1837 en die van 14 november 1837 van de Algemene Vergadering staat een verzoek om financiële steun aan 2 equipageleden “aan boord van het Brikschip Padang Kaptn G.A.Sandman … wegens geledene schipbreuk met gemelde bodem … “042 en 023.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 april 1838 wordt een brief vermeld van kapitein G.A.Sandman waarin hij meldt een reis naar NOI te gaan doen “in eene betrekking niet op de monsterrol vermeld”. Hij vraagt “zijne betrekking tot het fonds in het College te behouden”. Dit wordt toegestaan voor één reis, mits hij
f 90,- per maand zal storten.042
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 24 juni 1852 staat een verzoek om uitkering van A.M.Overhuis, de weduwe van kapitein G.A.Sandman. Deze wordt haar in de vergadering van 03 augustus 1852 toegestaan voor haar en 3 kinderen met ingang van 01 februari 1852042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 17 augustus 1852 van Zeemanshoop staat de toekenning van een uitkering aan de weduwe van kapitein G.A.Sandman per 01 februari 1852 voor haar en 3 kinderen.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
431 1835 brik Koning der Nederlanden B.W.van Straten
318 1836 brik Koning der Nederlanden idem
1837-1839 geen vermelding van schip en boekhouder
1840 fregat Maximiliaan Theodoor B.W.van Straten
1841-1844 fregat Generaal List idem
1845 fregat Generaal List B.W.van Starckenborgh van Straten
1846-1851 fregat Generaal List Wed.B.W.van Starckenborg van Straten
G.A.Sandman was in 1837 gezagvoerder op de brik “Padang”25. Het schip liep vast op de Goodwins Sands bij “vrijwel volmaakte weersgesteldheid” (Alg.Handelsblad 29 september 1837). De bemanning werd gered025, 039.
Bouma025 vermeldt G.A.Sandman als gezagvoerder gedurende:
-
* 1837 op de brik “Koning der Nederlanden”, gebouwd in 1837 te Amsterdam 807 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
-
* 1837 van de brik “Padang”, gebouwd in 1814, bouwplaats niet vermeld, 165 ton o.m., varend voor van Straten te Amsterdam.”In volle vaart op de Goodwins vastgelopen. Bemanning gered”;
-
* 1841 op het 3/m schip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
-
* 1842 t/m 1852 op het 3/m schip “Generaal List”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 770 ton o.m., varend voor B.W.Starckenborgh van Straten later de Wed. Starckenborgh van Straten te Amsterdam.
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de dienstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
GA Sandman Koning der Nederlanden[ 1e ] 1835-1837 2
Maximiliaan Theodoor 1840-1841 1
Generaal List 1842-1852 7
T 10 17
Overige bijzonderheden
G.A.Sandman verzorgde per 22 juli 1845 vanuit Nieuwediep met de “Generaal List” een troepentransport van 4 officieren en 130 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 06 november 1845 na 107 dagen065.
Rotterdamsche Courant 30 september 1837
Rotterdam, 29 september. Uittreksel uit de Lloydslijst tot den 26 dezer.
Men schrijft van Ramsgate, van den 26 dezer, dat de PADANG (opm: brik, kapt. G.A. Sandman), van Amsterdam naar Batavia gedestineerd, die morgen op Goodwin Sand was verongelukt, waarbij de opper-stuurman en twee man der equipagie zijn omgekomen, terwijl slechts een klein gedeelte der lading behouden is.
Familiegegevens en opleiding
David Boelhouwer werd geboren te Amsterdam op 11 mei 1813. Hij huwde met Cornelia Hendrina Joon, geboren te Amsterdam op 17 januari 1812. 003.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Boelhouwer, adres Kleine Kattenburgerstraat, werd met nr.530 effectief lid van Zeemanshoop per 12 mei 1840 op voorspraak van J.J.Ynsen. Het schip was de “Alida Willemina”002. Ten tijde van de inschrijving waren Boelhouwer en zijn vrouw 27 resp. 28 jaar. Ingeschreven staan 6 kinderen nl. David ( 29 oktober 1833); Gerrit Hendrik (03 juni 1836), Johannes Jacobus (14 december 1838); Cornelia Maria (07 november 1841); Cornelis Hendrik (29 april 1845) en Maxim Theodore (30 juni 1847). Toegevoegd is “bedankt” 002a.
In de Algemene Vergaderingen van 05/12 mei 1840 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd David Boelhouwer, oud 27 jaar, voerend de brik “Alida Willemina”, wonend in de Kleine Kattenburgerstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.J.IJnsen.023.
David Boelhouwer werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 23 januari 1849 en bedankte in 1860 023.
Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1840 t/m 1860 met de vlagnummers 530 (1840 t/m 1854) en 220 (1854 t/m 1860).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 december 1852 staat een bericht van de Zuihollandsche Maatschappij tot redding van Schipbreukelingen te Rotterdam dat een zilveren medaille is toegekend aan kapitein Boelhouwer.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 oktober 1853 staat het volgende:
“De Voorzitter (reikt) met een hartelijke toespraak aan kapitein Boelhouwer, den Zilveren Medaille en het daarbij behoorende getuigschrift uit aan dezen door de ZuidHollandsche Maatschappij tot redden van Schipbreukelingen toegekend, als een blijk van erkentelijkheid wegens het door hem, als Gezagvoerder van het Nederlandsche Barkschip Java’s Welvaren op den 27ste Juny 1852 op ongeveer 48o36’ Z.Br. en 51o5’ W.L. redden der Equipagie, bestaande uit 24 personen van het in eenen zinkenden staat verkeerende Engelsche Barkschip Paramatta gevoerd door Kapitein W.Curran, komende van Callao en bestemd naar Delawara, en hen veilig te Valparaiso aan wal brengen.”023.
In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was D.Boelhouwer van de bark “Theodora Mechtelda”.104.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
530 1840 brik Alida Willemina B.W.van Straten
1841-1844 fregat Maximiliaan Theodoor idem
1845 fregat Maximiliaan Theodoor B.W.van Starkenborgh van Straten
1846-1848 fregat Maximiliaan Theodoor Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1849-1853 bark Java’s Welvaren idem
220 1854-1859 bark Theodora Mechtelda idem
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
D.Boelhouwer Theodora Machtelda 30 april 1860 01 maart 1861
Theodora Machtilda 12 juni 1861 22 mei 1862
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam ` Schip ` Periode ` Aantal reizen Diensttijd
D.Boelhouwer Alida Willemina 1840-1841 1
Maximiliaan Theodoor 1841-1848 7
Java’s Welvaren 1849-1853 3
Theodora & Machtilda 1854-1862 5
16 22
Bouma025 vermeldt D.Boelhouwer als gezagvoerder gedurende:
* 1841 van de brik “Alida Willemina” ex Prins der Nederlanden, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 214 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
* 1842 t/m 1845 van het 3/mschip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor B.W. van Straten;
* 1846 t/m 1847 van hetzelfde schip maar nu varend voor B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam;
* 1848 t/m 1850 van hetzelfde schip maar nu varend voor de wed. van Starckenborg van Straten;
* 1850 t/m 1854 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1855 t/m 1862 van de bark “Theodora Machtilda”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
Jan Roelof Lusink werd per 27 maart 1852 vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de Java’s Welvaren onder kapitein Boelhouwer voor een reis van Amsterdam naar Californië. Hij meldde zich weer bij de school op 21 september 1853 004(533/2163).
De bark “Java’s Welvaren” vertrok op 29 april 1852 vanuit Cardiff en arriveerde via Kaap Hoorn op 31 augustus 1852 Valparaiso. Via San Francisco, vertrek 25 januari 1853 voer het schip over de Pacific naar Batavia en keerde ongetwijfeld via Kaap de Goede Hoop terug naar Europa.121
Bericht uit de Harlinger Courant dd 01 december 1852 onder de Scheepsberichten096:
“AMSTERDAM, 23 November. Volgens brief van kapt. Boelhouwer, voerende het schip Java’Welvaren, van hier naar Californie, in dato Valparaiso 29 September, had hij de geledene schade hersteld en dacht den 2 October, de reis naar San Francisco voort te zetten; aan boord alles wel.”.
Familiegegevens en opleiding
Klaas Latjes werd geboren te Oudeschild op Texel op 23 september 1805 als zoon van Frans Cornelis Latjes, zeeloods en later bij de Franse Marine, en Johanna Catharina Hoogendijk.
Hij huwde op 21 oktober 1830 te Oudenschild met Marijtje Hendrika Buijkes en na haar overlijden voor de 2e maal te Oudeschild op 25 januari 1845 met Cornelisje Gomes.
Hij overleed te Amsterdam op 12 april 1881.
Informatie per e-mail dd 18 maart 2004 van de heer C.P.Scholten te Leusden.
Klaas Latjes woonde op de Hoogte Kadijk 157 te Amsterdam. Hij werd geboren op 23 september 1805 op Texel. Zijn religie was Rooms Katholiek.098.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.Latjes, adres Heer Feys, werd met vlagnummer 579 effectief lid van "Zeemanshoop" per 13 april 1841 op voorspraak van G.A.Sandman. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de "Alida Willemina". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving waren Latjes en zijn vrouw 39 resp. 34 jaar. Ingeschreven staat 1 zoon uit 1832002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 06/13 april 1841 werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd Klaas Latjes, oud 35 jaar, voerend de brik “Alida Willemina”, wonend op Texel, adres bij de heer Feys Raamskooi te Amsterdam, op voordracht van kapitein G.A.Sandman. Zij vlagnummer werd 579.023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 05 augustus 1858 vraagt K.Latjes om een gratificatie wegens schipbreuk. “Gewezen van de hand als zijnde de schipbreuk waarop de verzoeker doelt reeds te lang geleden, dan om daarvoor nu nog een tegemoetkoming te verleenen.”042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 23 december 1873 staat het volgdende bericht: “Aanvrage van den Heer G.E.J.Ham onderstand verzoekende voor K.Latjens. f 15,- uit de Bussen toegestaan”.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 10 augustus 1858 wordt gemeld een: “Brief van K.Latjes, verzoekende tegemoetkoming wegens schipbreuk, het verzoek gewezen van de hand.” 023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 06 januari 1874 staat vermeld dat aan K.Latjes een gratificatie van f 15,- is toegekend. 023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
579 1841-1844 brik Alida Willemina B.W.van Straten
1845-1846 brik Alida Willemina Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1848 geen vermelding van schip en boekhouder
1849-1851 bark Maximiliaan Theodoor Wed.B.W.Starkenborgh van Straten
1852-1853 fregat Generaal List idem
248 1854-1855 fregat Generaal List idem
1856 geen vermelding van schip en boekhouder
1857 bark Henricus Gerardus Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1858-1866 geen vermelding van schip en boekhouder
Klaas Latjes voer o.a. op de “Generaal List”, in de veertiger jaren een Minister van Oorlog.
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
K.Latjes Henricus Gerardus 27 maart 1857 niet vermeld
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Dienstijd
K.Latjes Alida Willemina 1841-1848 5
Maximiliaan Theodoor 1849-1852 3
Generaal List 1852-1854 1
Henricus Gerardus (2de) 1857-1858 1
10 17
Bouma025 vermeldt K.Latjes als gezagvoerder gedurende:
* 1842 t/m 1846 van de brik “Alida Willemina” ex Prins der Nederlanden, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 214 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
* 1847 t/m 1848 van hetzelfde schip maar nu varend voor de Wed. van Starckenborg van Straten te Amsterdam;
* 1851 t/m 1852 van het 3/m schip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor de Wed. van Starckenborg van Straten;
* 1853 t/m 1856 op het 3/m schip “Generaal List, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 770 ton o.m., varend voor B.W.van Starckenborg van Straten te Amsterdam. Van Calcutta met rijst naar Londen lek geraakt en als wrak verkocht;
* 1858 van de bark “Henricus Gerardus”, gebouwd in 1853 te Amsterdam, 382 ton o.m., varend voor de Wed. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
De heer C.P.Scholten, e-mail c.p.scholten@planet.nl stuurde mij een overzicht van alle reizen van Klaas Latjes en zijn 3 zonen, Frans, Cornelis en Hendricus De reizen van Klaas werden gemaakt als ligtmatroos, matroos, 2e stuurman, 1e stuurman en gezagvoerder. De zonen hebben niet als gezagvoerder gevaren.
|
|
|
ZEEREIZEN
|
KLAAS
|
LATJES
|
|
|
|
|
|
Volgens de Monsterrollen van de Waterschout, niet gevonden in de Stortingsboeken
|
|
|
|
|
|
Nr
|
Codering
|
Schip
|
Kapitein
|
Boekhouder
|
Bestemming
|
Registratie
|
Terugkomst
|
|
|
|
1
|
38-117
|
Argyle
|
D Spreeuw
|
Fr Chr Comper
|
Suriname
|
12-11-1821
|
onbekend
|
|
|
|
|
|
|
soort schip?
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2
|
38-119
|
Argyle
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
27-09-1822
|
onbekend
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3
|
38-121
|
Argyle
|
,,
|
Faesch&Comp
|
Suriname
|
19-08-1823
|
onbekend
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Volgens de Stortingsboeken, Verklaring van de codering=1e Register deelnemers, 2e Stortingsboek, 3e Folionr Register
|
2e regel is Havenmeester
|
|
Stortsb
|
Schip
|
Kapitein
|
Boekhouder
|
Bestemming
|
Aanmonstering
|
Afmonst
|
Tijdsduur
|
Tussentijd
|
Rang
|
Gage
|
4
|
.320
|
Argyle
|
D Spreeuw
|
Faesch&Comp
|
Suriname
|
13-10-1824
|
09-05 1825
|
6m 3w
|
|
Ligtmatroos
|
17,-
|
|
.307/ 30-6
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
5
|
.320
|
Sophia Maria
|
GL Röpenhoff
|
Wed LThijm&Zn
|
Suriname
|
11-10-1825
|
26-04-1826
|
6m 2w
|
5m -
|
Ligtmatroos
|
14,-
|
|
.307/ 85-4
|
fregat
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
6
|
.320
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
15-09-1826
|
13-04-1827
|
7m -
|
4m 3w
|
Matroos
|
20,-
|
|
.307/143-4
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
7
|
.320
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
25-04-1827
|
06-10-1827
|
5m 1w
|
2w
|
Matroos
|
20,-
|
|
.307/179-4
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
8
|
.320
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
06-11-1827
|
14-07-1828
|
8m 1w
|
1m
|
Matroos
|
20,-
|
|
.307/220-4
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
9
|
.321
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
25-10-1828
|
17-06-1829
|
7m 3w
|
3m 2w
|
Matroos
|
20,-
|
|
.308/ 50-4
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10
|
.321
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
12-09-1829
|
25-03-1830
|
6m 2w
|
2m 3w
|
2e Stuurman
|
30,-
|
|
.308/ 89-3
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
11
|
.321
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
29-03-1830
|
02-10-1830
|
7m 1w
|
1w
|
2e Stuurman
|
30,-
|
|
308/125-3
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
12
|
.321
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
12-11-1830
|
10-06-1831
|
7m -
|
1m 1w
|
2e Stuurman
|
30,-
|
|
308/164-3
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
13
|
.321
|
Sophia Maria
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
26-09-1831
|
04-05-1832
|
7m -
|
3m 2w
|
1e Stuurman
|
50,-
|
|
308/217-2
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14
|
.322
|
Sophia Maria*
|
,,
|
,,
|
Suriname
|
04-05-1832
|
01-11-1832
|
6m -
|
0 ?
|
1e Stuurman
|
50,-
|
|
309/ 20-2
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
15
|
.322
|
Immegonda
|
H Zoetelief
|
H Zoetelief ?
|
Batavia
|
20-09-1833
|
28-08-1834
|
11m 1w
|
10m 3w
|
2e Stuurman
|
45,-
|
|
309/160-2
|
Sara Clazina
|
|
|
|
register start
|
|
|
|
|
|
|
135
|
fregat
|
|
|
|
in 1834
|
15-08-1834
|
Batavia
|
koffie, suiker
|
|
|
|
|
De vet gedrukte datum is afkomstig van de registratie van de Havenmeester
|
|
|
|
16
|
.322
|
Immegonda
|
H Zoetelief
|
Directeuren Soc
|
Batavia
|
03-10-1834
|
08-10-1835
|
11m 3w
|
1m 1w
|
2e Stuurman
|
45,-
|
|
309/100-2
|
Sara Clazina
|
|
Scheepsbouw/vaart
|
stukgoed
|
|
|
|
|
|
|
|
136
|
|
|
|
|
10-10-1834
|
27-09-1835
|
Padang
|
koffie
|
|
|
17
|
.322
|
Vr Hendrika
|
LAJ Boulet ?
|
,,
|
Batavia
|
27-10-1835
|
08-12-1836
|
13m 2w
|
3w
|
1e Stuurman
|
65,-
|
|
309/236-2
|
|
|
ballast
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
16-11-1835
|
??
|
niet in 1836 gevonden
|
|
|
18
|
.323
|
Vr Hendrika
|
H Zoetelief
|
H Zoetelief ?
|
Batavia
|
08-02-1837
|
29-12-1837
|
10m 3w
|
2m
|
1e Stuurman
|
65,-
|
|
310/ 73-2
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
138
|
|
|
|
|
???
|
13-12-1837
|
Batavia
|
koffie, zuiker
|
|
19
|
.323
|
Vr Hendrika
|
,,
|
R Scheffer& Z
|
Batavia
|
17-03-1838
|
09-03-1839
|
11m 3w
|
2m 3w
|
1e Stuurman
|
65,-
|
|
310/170-2
|
|
|
stukgoed
|
|
|
|
|
|
|
|
140
|
|
|
|
|
26-03-1838
|
26-02-1839
|
Batavia
|
koffie, zuiker, indigo
|
|
20
|
.324
|
Maximiliaan
|
F Schut
|
F Schut
|
Batavia
|
01-05-1839
|
22-02-1840
|
9m 3w
|
|
1e Stuurman
|
65,-
|
|
311/ 5-2
|
Theodoor
|
|
|
metselstenen
|
|
|
2m 2w
|
|
|
141
|
|
|
|
|
08-05-1839
|
14-02-1840
|
Batavia
|
koffie, zuiker
|
|
21
|
.324
|
Maximiliaan
|
GA Sandman
|
GA Sandman
|
Batavia
|
14-04-1840
|
08-03- 1841
|
10m 1w
|
2m 2w
|
1e Stuurman
|
65,-
|
|
311/ 87-2
|
Theodoor
|
|
|
stukgoed
|
|
|
|
|
|
|
|
142
|
|
|
|
|
25-04-1840
|
27-02-1841
|
Batavia
|
zuiker, koffie
|
|
22
|
.325
|
Alida Willemina
|
K Latjes
|
vStarckvStra
|
Batavia
|
01-05-1841
|
29-05-1842
|
12m 1w 11m 3w
|
11m 3w
|
Kapitein
|
90,-
|
|
311/202-1
|
brik
|
|
|
stukgoed
|
|
|
reparatie onderweg ?
|
|
|
143
|
|
|
|
|
12-05-1841
|
23-05-1842
|
Batavia
|
zuiker, koffie
|
|
|
|
In 1842 geen reis gevonden,ook niet in de Stortingsboeken, ook niet in het Schepelingen Register
|
Op 11-10-1842 naar Westerdok, op 20-04-1843 Odok
|
23
|
.326
|
Alida Willemina K Latjes
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
05-03-1843
|
in Westerdok op 18-02-1843
|
Kapitein
|
90,-
|
|
312/ 76-
|
|
|
|
ballast
|
|
|
Batavia
|
zuiker, koffie
|
|
|
145
|
|
|
|
|
09-05-1843
|
25-02-1844
|
9m 2w
|
3w
|
|
24
|
.327
|
Alida Willemina
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
08-03-1844
|
27-02-1845
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
312/159-1
|
|
|
stukgoed
|
|
|
Batavia
|
zuiker,koffie
|
|
|
146
|
|
|
|
|
18-03-1844
|
15-02-1845
|
10m -
|
3m 2w
|
|
25
|
.328
|
Ailda Willemina
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
18-04-1845
|
11-03-1846
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
312/261-1
|
|
|
Semarang
|
|
|
Tjilatjap
|
koffie, indigo
|
|
|
147
|
|
|
|
|
28-04-1845
|
09-03-1846
|
11m 1w
|
1m -
|
|
|
26
|
.328
|
Alida Willemina
|
K Latjes
|
,,
|
Samarang
|
03-04-1846
|
05-03-1847
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
313/ 61-1
|
|
|
|
stukgoed
|
|
|
Samarang
|
koffie,zuiker
|
|
|
148
|
|
|
|
|
08-04-1846
|
24-02-1847
|
11m 2w
|
1m 3w
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
27
|
.329
|
Alida Willemina K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
09-04-1847
|
21-03-1848
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
313/152-1
|
|
|
stukgoed
|
|
|
Tjilatjap
|
koffie, indigo
|
|
|
149
|
|
|
|
|
17-04-1847
|
09-03-1848
|
10m 3w
|
12m -
|
|
|
28
|
.331
|
Maximiliaan
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
07-03-1849
|
27-02-1850
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
314/21-1
|
Theodoor
|
|
|
stukgoed
|
|
|
|
|
|
|
|
??
|
|
|
|
|
09-03-1849
|
boek rep 151
|
check gedaan 330/331 niets gevonden
|
29
|
.331
|
Maximilliaan
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
08-03-1850
|
11-04-1851
|
13m -
|
|
Kapitein
|
80,-
|
|
314/137-1
|
Theodoor
|
|
|
stukgoed
|
|
|
|
|
|
|
|
152
|
|
|
|
|
boek rep 151
|
01-04-1851
|
Batavia
|
zuiker,etc
|
|
|
30
|
.332
|
Maximilliaan
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
12-05-1851
|
24-05-1852
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
314/250-1
|
Theodoor
|
|
|
stukgoed
|
|
|
Sourabaya
|
suiker, etc
|
|
|
|
182
|
|
|
|
|
23-05-1851
|
18-05-1852
|
11m 3w
|
1m 3w
|
|
31
|
.334
|
Generaal List
|
K Latjes
|
,,
|
Leverpool
|
15-07-1852-
|
03-04-1854
|
|
|
Kapitein
|
90,-
|
|
315/ 90-1
|
|
|
|
ballast
|
|
|
Batavia
|
suiker, etc
|
|
|
|
184
|
|
|
|
|
03-08-1852
|
26-03-1854
|
19m 3w
|
2m 2w
|
|
|
.315
|
Generaal List
|
K Latjes
|
staat niet verder ingevuld in de Stortingsboeken
|
|
|
|
|
|
/114-1
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.316
|
Generaal List
|
K Latjes
|
staat niet verder ingevuld in de Stortingsboeken
|
|
|
|
|
|
336/ 35-1
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
32
|
.336
|
Generaal List
|
K Latjes
|
,,
|
London
|
04-04-1854
|
niet verm
|
|
|
Kapitein
|
geen storting
|
|
316/ 79-1
|
|
|
|
ballast
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
20-04-1854
|
ramp
|
van Calcutta naar Londen met rijst
|
|
33
|
.337
|
Henricus
|
K Latjes
|
,,
|
Batavia
|
27-03-1857
|
22-05-1858
|
|
|
Kapitein
|
geen storting
|
|
316/182-1
|
Gerardus
|
|
|
stukgoed
|
|
|
Sourabaya
|
suiker
|
|
|
|
188
|
bark
|
|
|
|
02-04-1857
|
24-05-1858
|
13m 3w
|
|
|
|
|
|
|
Op 04-08-1858 vertrekt de Henricus Gerardus met kapitein C vd Zee naar Batavia
|
|
|
|
In het Register der Schepelingen wordt in 1855 en 1856 geen registratie gevonden, alsmede in 1858, 1859 en 1860. Verder is niet meer gezocht
|
|
|
|
|
conclusie : is gestopt met varen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Overzicht reizen per hetzelfde schip
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Argyle
|
|
|
4
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Sophia Maria
|
|
10
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Immegonda Clasina Sara
|
|
2
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Vrouwe Hendrika/Maximilliaan Theodoor
|
8
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Generaal List
|
|
2
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Henricus Gerardus
|
|
1
|
totaal 33
|
|
|
|
|
|
De “Generaal List”, geladen met rijst, varend van Calcutta naar Londen, onder gezag van kapitein Latjes, is op 03 juni lek geworden en teruggekeerd; 20 juli aan de grond geraakt, gezonken in diep water en als wrak verkocht.078.
Datum vanaf: |
1849 |
Kapitein: |
Latjes, Klaas |
Overige informatie: |
1849 – 1853 |
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.C.de Veer werd met vlagnummer 899 per 02 november 1852 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein S.van der Meij. Als zijn schip is genoemd de “Maximiliaan Theodoor”. Toegevoegd is “bedankt” 002. Ten tijde van de inschrijving was de Veer 30 jaar002a.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd.26 oktoner/02 november 1852 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Klaas Carel de Veer, oud 30 jaar, voerend de bark “Maximiliaan Theodoor”, wonend te Arnhem, adres bij en op voordracht van kapitein S. van der Meij.023.
Klaas Carel de Veer was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1852 t/m (wellicht) 1865 met de vlagnummers 899 (1852 t/m 1854) en 505 (1854 t/m 1865).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 03 juli 1860 staat: “Tenslotte deelt de Heer Swart mede eenige berigten omtrent Torrestraat door Kapitein K.C. de Veer voerende het barkschip Dirk Arnold naar aanleiding van Art.72 der Wetten van het collegie ingezonden aan de commissie ter bevordering van de Wetenschappelijke Zeevaart.”023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
899 1852-1853 bark Maximiliaan Theodoor Wed.B.W.van Starckeneborg van Straten
505 1854 geen vermelding van schip en boekhouder
1855-1856 bark Java's Welvaren Wed.B.W.van Starckenborg van Straten
1857-1859 bark Dirk Arnold idem
1860 fregat Cornelia en Henriëtte idem
1861-1863 bark Amalia Augusta P.L.A.Goudswaard
1864 geen vermelding van schip en boekhouder
Vertrek en aankomst te Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek terugkomst
K.C. de Veer Cornelia Henriëtte 30 juli 1860 24 juni 1861
Amalia Augusta 08 februari 1862 01 januari 1863
Amalia Augusta 16 april 1863 12 januari 1864
Kiandra geen melding 01 april 1865
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
K.C. de Veer Maximiliaan Theodoor 1853-1854 1
Java’s Welvaren 1855-1857 2
Dirk Arnold 1857-1860 1
Cornelia Henriëtte 1860-1861 1
5 8
Bouma025 vermeldt K.C. de Veer als gezagvoerder gedurende:
* 1853 van het 3/mschip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor de wed B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam. Het schip voer in 1854 voor Wickel & Boot te Edam en was herdoopt in “Johanna Margaretha”;
* 1856 t/m 1857 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1858 t/m 1860 van de bark “Dirk Arnold” ex v/d Werf, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 618 ton o.m., varend voor de wed. van Starckenborg van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1860 verkocht naar Engeland;
* 1861 van het 3/mschip “Cornelia & Henriëtte”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 742 ton, varend voor de wed. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1861 verkocht naar Engeland;
* 1862 t/m 1864 van de bark “Amalia Augusta”, gebouwd in 1856 te Elshout, 755 ton o.m., varend voor C.Busken Huet te Amsterdam. Het schip voer in 1865 voor J.Smit Cz te Alblasserdam en was herdoopt in “Petronella”;
* 1865 van de bark “Kiandra” ex Drie Vrienden, gebouwd in 1853 te Zierikzee, 632 ton o.m., varend voor C.Busken Huet te Amsterdam. Het schip voer in 1866 voor W.Bakker Bz te Amsterdam en was herdoopt in “Vertrouwen”.
Overige bijzonderheden
Kapitein de Veer maakte in 1859 een tocht van Australië naar Nederlands Oost Indië via de Torres straat. Een en ander is vermeld in een reisverslag van kapitein N.D. de Boer (zie aldaar) De doorgang door Torres Straat kan geschieden via verschillende ingangen en wel via de algemeen gebruikte route bij Rain Eiland en via de vrij onbekende route, Blighs Entrance genoemd. De Boer beschrijft een reis die aanving op 8 juni 1859 te Port Philip en voerde langs Brambly Cay, Stephens eiland, Tennet eiland, het onbewoonde eiland Village, Cocosnoot eiland, Double eiland, Prince of Wales kanaal, Booby eiland, Post eiland en verder langs de zuidkant van Timor naar Passaroeang, alwaar hij op 13 juli arriveerde. De notitie is bedoeld als informatie over een minder gebruikelijke route door de Torres straat. Het bevat nog enige informatie over het Post-eiland, waar een voorraadschuur voor schipbreukelingen zou zijn ingericht door het goevernement van New-South Wales, maar die vóór het bezoek van kapitein de Boer kennelijk was leeggeroofd. Het verslag vermeld een aantal keren gezelschap van de “Dirk Arnold”, en ook het bezoek aan Post-eiland deed kapitein de Veer in gezelschap van kapitein de Boer. Op Bligh Entrance na kan ik geen van de genoemde eilandjes in de Times Atlas of the World terugvinden.
In:“Eenige aanteekeningen gehouden aan boord van het schip HENRIETTE MARIA op zijne reis van Melbourne naar Java door de Noordelijkste passage der Torres straat in 1859”. door N.D. de Boer, gezagvoerder van voornoemd schip.
Verhandelingen en Berigten betrekkelijk het Zeewezen en de Zeevaartkunde, Nr. 3, 1ste afd. 1862. p.1-11
Familiegegevens en opleiding
Het Bevolkingsregister 1880-1917 van Den Helder vermeldt al inwoners:
Dirk van Dale, geboren 19 november 1828 te Wormer, Nederd. Hervormd, geen beroep opgegeven, wonend in huis K30, op 08 augustus 1885 te Den Helder gevestigd komend van Edam en weer naar Edam vertrokken op 15 oktober 1890.
De huisvrouw van Dirk was Sieuwtje van Brederode, geboren op 13 december 1827 te Wormerveer, Nederd. Hervormd en verder dezelfde gegevens als haar echtgenoot.
In het Bevolkingsregister van Edam wordt een gezin van Dale genoemd met ene Dirk als zoon van Pieter van Daale (dubbel a), zeeman, geboren 28 september 1820 te Harenkarspel en getrouwd met Antje de Wit, geboren op 28 juni 1821 te Ilpendam. Of dit de gezochte D. van Dale is, blijft volstrekt onzeker.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.van Dale werd met vlagnummer 578 effectief lid van Zeemanshoop per 04 juli 1854 en op voorspraak van H.de Wijn. Zijn schip was de "Johanna Margaretha"002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 27 juni/04 juli 1854 werden als effectief lid voorgedragen benoemd Dirk van Dale, oud 25 jaar, voerend de bark “Johanna Margaretha”, wonend te Edam, op voordracht van kapitein H.de Wijn023.
- van Dale werd per augustus 1854 deelnemer in het Weldadig Zeemansfonds van Zeemanshoop en bedankte in 1860.003
Een Dirk van Dale wonend te Amsterdam was met vlagnummer 16 in de periode 28 maart 1861 t/m zijn bedanken in 1863 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Tevens was met hetzelfde vlagnummer een D. van Dale lid in de periode 1866-1868111
Ik heb sterke twijfels of het hier dezelfde van Dale is die vanuit Edam voer.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
578 1854-1855 bark Johanna Margaretha geen opgave
1856-1859 bark Wilhelmina J.L.Wickel en J.Boot te Edam
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
- van Dale Wilhelmina 01 mei 1860 26 april 1861
Bouma025 vermeldt D. van Dale als gezagvoerder gedurende:
* 1855 van de bark “Johanna Margaretha” ex Maximiliaan Theodoor, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 396 ton o.m., varend voor J.L.Wickel & J.Boot te Edam;
* 1857 t/m 1861 van de 3/msch “Wilhelmina”, gebouwd in 1857 te Edam, 492 ton o.m., varend voor J.L.Wickel & J.Boot te Edam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Jan Visser werd geboren op Schiermonnikoog op 16 september 1827 als zoon van Eltje Jacobs Visser en Trijntje Ruurds Fenenga.
Hij trouwde op 14 februari 1849 te Schiermonnikoog als zeeman met Bernadina Melles Fenenga, geboren op Schiermonnikoog op 09 januari 1827 als dochter van Melle Jans Fenenga en Johanna Edzard Leensma.
Beide echtelieden waren aan boord van de bark “Argonaut”, die op een reis in 1868 van Yokohama naar Kobe spoorloos is verdwenen.
In het Bevolkingsregister van Edam wordt vermeld Jan Eltjes Visser, hoofd van het gezin, geboren 16 september 1827 te Schiermonnikoog, Nederduits Hervormd, van beroep “schipper buitengaats”, wonend aan de Nieuwehaven Wijk 4, nr. 172.. Zijn echtgenote was Bernadina Feninga, geboren op 08 januari 1827 te Schiermonnikoog. Als kinderen worden opgegeven Melle (* 02 november 1849, Schiermonnikoog), Eltje Jacobs (*01 oktober 1852, Schiermonnikoog), Trijntje (*25 november 1853, Edam), Gerrit (* 01 november 1856, Edam), Jan (*06 maart 1861, Edam), Johanna Edzerdina (* 1865, Edam) en Marike Jacoba (* 14 november 1867, Yokohama). Het gezin werd per 09 juni 1869 ambtshalve volgens artikel 20 KB, uitgeschreven.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Visser Ez. was met vlagnummer 49 in de periode 1860 t/m 1868 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
J.Visser was de laatste kapitein op de “Argonaut” “die in 1868 met het schip tussen Yokohama en Kobe ten onder ging”. (schriftelijke mededeling T.F.J.Pronker - Vlieland, 18 juli 2002)
Bouma025 vermeldt J.Visser Ez als gezagvoerder gedurende:
* 1856 van de bark “Johanna Margaretha” ex Maximiliaan Theodoor, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 396 ton, varend voor J.L.Wickel & J.Boot te Edam. Het schip is in 1856 op weg van Nieuwediep naar Fredrikstad, in de Noordzee gezonken. De bemanning werd te Kragerö binnengebracht (Bouma);
* 1857 t/m 1860 van de bark “Thetis”, gebouwd in 1844 bij C.Smit te Alblasserdam, 319 ton, varend voor J.L.Wickel & J.Boot te Edam. Het schip voer in 1861 voor de Gebr. Wittering te Amsterdam en was herdoopt in “Jonge Eduard (Bouma);
* 1860 t/m 1865 van de brik “Martha Theresia”, gebouwd in 1860 te Risør, 270 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend;
* 1866 t/m 1867 van de bark “Houtvaart” ex Jan Hendrik, gebouwd in 1847 te Maassluis, 611 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. In 1868: “Vermist” (Sweys);
* 1868 van de bark “Argonaut”, gebouwd in 1858 op de werf “De Boot” van F.F.Groen te Amsterdam, 387 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. “Vermist tussen Yokohama en Kobe” (Bouma).
Handelsblad. “Kobe (Osaka) 20 Julij 1868. “Aangaande het Nederl. Barks ARGONAUT Kapt. Visser, op 20 Junij uit Yokohama herwaarts vertrokken, heeft men sedert niets meer vernomen. Er hebben sinds het vertrek van het schip twee typhonen op de oostkust geheerscht.” (Hoedemaker).
Een portret van de bark “Thetis”, staat op p. 148 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het portret hangt in hotel van der Werff te Schiernmonnikoog
Een portret van de bark “Martha Theresia”, staat op p. 155 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het origineel is in bezit van Ch. F. Ellis.
Een portret van de bark “Argonaut”, staat op p. 156 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp.
Overige bijzonderheden
“In de kapiteinsregisters komt zijn naam voor de eerste maal in 1850 voor. En wel op de bark Thetis, dragende 170lasten, metende 319 tonnen, gebouwd in 1844 met als reders J.Dinkel en J.Boot te Edam. Hij meldt zich bij de oprichting van het zeemanscollege op Schiermonnikoog aan in 1861 en krijgt no.49. Van 1863 vaart hij op de bark Maria Theresia .In 1866 heeft hij van dezelfde rederij de bark Houtvaart (ex Jan Hendrik) …Een andere J.E.Visser, geboren in 1835 krijgt dan de bark Martha Theresia.(dit zouJacob Eltjesz Eltjes geweest kunnen zijn, die op 10 april1835 te Schiermonnikoog is geboren alsjongste zoon van Eltje Jacobs Visser en Trijntje Ruurds Fenenga) In 1867 gaat hij over op de bark Argonaut … en weer voor dezelfde rederij. Op een reis naar Japan zou Visser de bedoeling hebben gehad om in Japan een bestaan op te bouwen. Het succes bleef echter uit. Op een tussenreis van Yokohama naar Kobe, is de Argonaut spoorloos met de gehele bemanning ten onder gegaan. Aan boord was ook zijn gezin.”061
|