Inloggen
WELVAART (DE) - ID 10513


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1826-11-29 / 1854-11-00 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1826
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Werf 'De Oranjeboom' - (A. de Graaff & Zn), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Launch Date: 1826-07-20
Delivery Date: 1826-11-14
Technical Data

Gross Tonnage: 142.00 lasts
Gross Tonnage 2: 268.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 28.31 Meters Registered
Beam: 7.79 Meters Registered
Depth: 3.45 Meters Registered
Configuration Changes

Datum 31-10-1826
Type: Additional Ship Data
Omschrijving: afmetingen lang over stevens 101 voet, wijd binnen zijn huid 27½ voet, hol in het ruim 12 voet 2 duim, tussendek hoog 6 voet 2 duim, Amsterdamse maat of 28,31 x 7,79 x 3,45 meter, tussendek hoog 1,75 meter Nederlandse maat

Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1826
Datum agenda: 1826-11-29
Register nr: 18260811
Scheepsnaam: WELVAART
Type: Fregat
Lasten: 142
Gebouwd in provincie: Noord Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Schumacher, L.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Koert, C.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1826-11-21 DE WELVAART
Manager: Firma Louis Schumacher, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1834-07-25 MARGARETHA CATHARINA
Manager: Herman Angelkot Willink, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Herman Angelkot Willink, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1844-08-19 WOLTEMADE
Manager: Firma Corns. Balguérie & Zoon, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Corns. Balguérie & Zoon, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij acte 36, fregat de WELVAART, eigenaren per medio november 1826

Louis Schumacher, Amsterdam (boekhouder en 6/16e part)
G.J. van der Laan, Amsterdam (2/16e part)
H.P. de Bordes, weduwe van J. van Bosse, Amsterdam (1/16e part)
firma A.L. van Harpen & Zoon, Amsterdam (1/16e part)
firma Da Costa Gomes, De la Penha & De Castro, Amsterdam (1/16e part)
A.C. Warneke, weduwe van A.G. Heineken, Amsterdam (1/16e part)
J.H.F. Schmedding, Amsterdam (1/16e part)
firma Holst Graafland & Strik, Amsterdam (1/16e part)
R. Bronkhuijzen, Leiden (2/16e part)

 

Ship Events Data

1826-07-20: DC 220726
Amsterdam, 20 juli. Even zo is het fregatschip de WELVAART, gebouwd door de scheepsbouwmeesteren A. de Graaf en Zoonen, op de werf “De Oranjeboom”, voor rekening van de heer Louis Schumacher, heden met de beste uitslag te water gelaten.
1836-09-00: Damaged
De MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers de 29e juni van Batavia naar Amsterdam vertrokken, was op de hoogte van Madagascar door een vliegende storm uit het Z. naar N.O. belopen geworden, waardoor de boot weggeslagen, 2 man gekwetst en schip en tuigage veel hadden geleden.
1843-01-08: Damaged
Op 18 januari 1843 loopt het schip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Amsterdam naar Batavia, te Cowes binnen met verlies van de boegspriet, verschansingen, kombuis enz.
1843-02-04: Damaged
Op 4 februari 1843 te Cowes heeftde MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Amsterdam naar Batavia, door aandrijving van een driftig geworden vaartuig schade aan het hek bekomen en een anker en ketting moeten laten slippen.
1853-04-12: Damaged
Op 12 april 1853 is WOLTEMADE, kapt. Hus, te Akyad lek uit zee teruggekomen. Hetzelve maakte twee duim water in het uur en zal de lading moeten lossen om te repareren.
1854-00-00: Final Fate: Missing

Op 1 november 1854 wordt in de Straat Banca de WOLTEMADE onder kapt. Hus gepraaid, onderweg naar Shanghai en is sindsdien vermist.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

C.Koert werd geboren te Amsterdam op 22 november 1791.

Hij was gehuwd met Susanna Petronella Teeringh, geboren te Amsterdam op 01 juni 1796. Ten tijde van de inschrijving in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop had het echtpaar een: dochter (04 mei 1820), zoon (20 juni 1821), zoon (01 mei 1823), dochter (06 mei 1825). 003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

In het Inschrijfregister van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop" staat C.Koert vermeld achter nummer 33 maar met als enige verdere mededeling: "Honorair Lid geworden"002.

In de Algemene Ledenvergadering van het College Zeemanshoop te Amsterdam op 01 november 1822 werd C.Coert (sic) aangenomen als effectief lid op voorspraak van kapitein Jansen. De notulen vermelden geen vlagnummer023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 15 september 1825. Bedankt in april 1860.003

C.Koert was bestuurslid van het College Zeemanshoop in 1823, 1825, 1827, 1831-1835 en 1844-1859019.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 10 oktober 1825 staat vermeld dat kapitein C.Koert zijn functie van commissaris neerlegt “uit hoofde van zijn ophanden zijnde vertrek naar de Berbice.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 december 1826 staat een brief vermeld van kapitein C.Koert “wegens deszelfs vertrek naar de Berbice … “042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 november 1827 staat een bericht van C.Koert bedankende voor de functie van commissaris “uit hoofde van zijn aanstaand vertrek.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 04 juni 1835 staat een verzoek van kapitein C.Koert, “om wegens bijzondere omstandigheden van de Boetens op het niet bijwone der Wekelijksche vergadering te worden vrijgesteld hetwelk wordt toegestaan provisioneel voor zes maanden. “042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 maart 1860 bedankt C.Koert voor het effectief lidmaatschap en opteert voor het honorair lidmaatschap, hetgeen wordt toegestaan.042.

 

In de notulen van de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 18 juli 1826 wordt gemeld dat op donderdag 20 juli 1826 het schip de "Welvaart" met als gezagvoerder kapitein C.Koert van stapel zal lopen023.

In de notulen van de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop dd 26 april 1859 staat een toespraak van de voorzitter van het College:

“Waarde Heer Koert. Aftredend Commissaris

Vergun mij als daartoe aangezocht de tolk te mogen zijn der Effectieve leden van dit Collegie.

Uwe herbenoeming met algemeene stemmen (in weerwil van U verzoek niet weder in aanmerking te mogen komen) zal wel het sprekendste bewijs zijn, welke waarde wij er aan hechten U voortdurend als Bestuurder te bezitten. De redenen echter, dien U tot die aftreding nopen, moeten, maar willen wij ook hoog billijk noemen. Schoon het ons smart en rest ons dus niets dan hier openlijk onzen ongeveinsden hartelijken dank te betuigen, voor al het goede wat door Uwe zorgen gedurende een tijdvak van het vierde gedeelte eener eeuw tot stand wierd gebracht of gehouden.

Vleitaal zou het schijnen, zoo wij daarover in bijzonderheden traden, genoegdoening daarvoor in Uw eigen hart te ondervinden, zal wel het grootste loon daarvoor zijn.

Zie onder het genot eener voortdurende gezondheid nog lang den voortduur en bloei van dit Collegie toenemen, en maak er staat op, dat gij door ons steeds beschouwd zult worden als een edele steunpilaar van het Weldadig Zeemansfonds.”023

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 17 april 1860 staat een verzoek van kapitein C.Koert om het effectieve lidmaatschap te mogen ruilen voor het honoraire lidmaatschap, hetgeen werd toegestaan.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 21 juni 1860 wordt vermeld dat, vanwege landurige verdiensten aan C.Koert “het honorair commissariaat” wordt opgedragen, hetgeen hij heeft aangenomen.023

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 26 juli 1870 staat vermeld een: “Brief van de Heeren P.Kraaij en J.J.Rijfsnijder berigtende het overlijden van hunnen schoonvader de Heer Casparus Koert op de 22ste dezer maand”. De voorzitter memoreert de verdiensten als commissaris uit de effectieve ledenen daarna honorair commissaris “steeds een ijverig voorstander der belangen van het Collegie en Fonds te zijn.” 023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                  jaren             type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        33                         1825-1833     fregat               De Welvaart                                         L.Schumacher

                                      1834-1835     geen vermelding van schip en boekhouder

        15                         1836-1853     geen vermelding van schip en boekhouder

          7                         1854-1859     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt C.Koert als gezagvoerder gedurende:

*    1817 t/m 1826 van de pink “Welvaart”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. Het schip werd in 1826 geveild in Amsterdam;

*    1826 t/m 1834 van het 3/mschip “Welvaart”, op 20 juli 1826 te Amsterdam van stapel gelopen023, 264 ton o.m., varend voor L.Schumacher te Amsterdam. Het schip voer in 1835 voor H.Angelkot Willink te Amsterdam en was herdoopt in “Margaretha Catharina”.

 

Het Archief van de Amsterdamse Waterschout11a bevat monsterrollen op naam van kapitein Casparus Koert op de:

“Gerarda Jacoba Louisa”, dd 23 november 1815 (origineel van de rol gezien en bevat naam Gerarda Jacoba Louisa, bestemming Berbice, correspondent D.W.D Schoemacher);

“Welvaart”, dd 22 september 1817; 09 oktober 1818; 21 oktober 1819; 06 november 1820; 13 november 1821; 18 november 1822; 18 november 1823; 19 november 1824; 12 oktober 1825; 21 november 1826; 23 november 1826; 31 oktober 1828; 03 november 1829; 22 oktober 1830 en 20 juli 1833.

 

Overige bijzonderheden

 

Voorstelling der door-ijzing van eenige koopvaardijschepen, door het Groot Noord-Hollands Kanaal nabij Purmerend op den 9 Januarij 1830 opgedragen aan de gezamenlijke reeders dier schepen.” van J.H.Koekkoek en H.W.Hoogkamer

In de Provinciale Atlas van Noord-Holland, Collectie Prenten en Tekeningen, Purmerend 082a.

Ansicht uit het Rijksarchief van Noord-Holland

In Onderschrift staat:

                           namen der schepen                                                   namen der heeren reeders

 

De Louisa Agatha            De Maria en Jacoba         De Heer J.van Beeck Vollenhoven  De Heeren Buys, de Bordes & Jordan   -

    Willem Ernst                -  Welvaart                     De Nederl.Scheepsreederij              De Heer L.Schumacher

 -  Jonge Lodewijk Antonie -  Diana                           De Heren L.Bienfait & Zoon            De Heeren J.A.Westerloo & Comp.

 -  Wilhelmina en Maria    -  Twee Gebroeders                          Insinger & Comp.                          H.& C van de Stadt

 

Uit een bezoek aan de nog steeds bestaande sluis in het Noordhollands kanaal in Purmerend op 05 augustus 1997 kon ik afleiden dat de schepen met de boeg in de richting van Alkmaar-Den Helder liggen. Zij waren dus op 09 januari 1830 op weg naar hun buitenlandse bestemming.

Monsterrol in Archief van de Amsterdamse Waterschout dd,  03 november `829, kapitein Casparis Koert, 17 bemanningsleden, bestemming Berbice, boekhouder L.Schoemacher.

 

Rotterdamsche Courant 09 maart 1816114

Amsterdam, 7 maart. Den 6 maart is voor Amsterdam teruggekomen het brikschip JOHANNA GERARDA LOUISA, kapt. C. Koert, naar Berbice (opm: Berbice River, Brits Guyana) gedestineerd; hetzelve heeft sedert 10 december bij de Lemmer in het ijs gezeten, en daardoor zware schade, zo aan de spijkerhuid als anderszins, bekomen.

 

Rotterdamsche Courant 24 april 1821114

Amsterdam, 22 april. De schepen DIANA (opm: brik), gevoerd door wijlen kapt. J. Stratingh, en thans door stuurman F. Bax, en de WELVAART (opm: pink), kapitein C. Koert, zouden de 18e maart van Berbice naar Amsterdam vertrekken.

 

Rotterdamsche Courant 14 juni 1821114

Amsterdam, 12 juni. Kapitein C. Koert, voerende het schip de WELVAART, van Berbice den 10 juni in Texel binnen, is den 5 dito bij Goudstaart (opm: Start Point) gepasseerd een schip met geelgeschilderde gangen, poorten en met een galjoen, voerende Nederlandse vlag, en van de voortop een vlag rood, wit en rood, zijnde die van het Zeemanscollegie te Dordrecht.

(opm: volgens RC 160621 was het bedoelde schip de ATALANTE [fregat ATALANTA], kapt. C. Zwanenburg, 30 mei uit Texel gezeild naar Suriname)

 

 

Datum vanaf: 1826
Kapitein: Koert(Coert), Casparus
Overige informatie: 1826 – 1833

Familiegegevens en opleiding

Hendrik Wente Jr werd geboren te Amsterdam op 04 september 1781.

Hij was getrouwd met Maryann Jobe, geboren te Gainsborough op 29 juli 1777. Het echtpaar had ten tijde van de inschrijving 2 zoons (20 februari 1818 en 17 maart 1820). Maryann overleed in september 1859.118

Algemeen Handelsblad, 19 october 1843

“Slechts weinige dagen na het afsterven van mijn geliefde oudste Zoon, ontving ik de bedroevende tijding dat mijn hartelijke beminde Echtgenoot, HENDRIK WENTE, op den 16den Mei jl aan Boord van het door hem gevoerd wordende schip Lucia Maria, op reis naar J                         AVA, is overleden in den ouderdom van ruim 61 jaren

AMSTERDAM, 14 Oktober 1843

M.A.JOBE Wed. H.WENTE

Strekkende deze algemeene tevens tot bijzondere Kennisgeving, met verzoek van Rouwbeklag verschoond te blijven.”

 

Hendrik Wente Jr uit Amsterdam werd volgens doopcedul 709 gedoopt op 07 september 1781. Zijn ouders waren Hendrik Wente uit Amsterdam, van beroep horlogemaker, en S.G.Passijnk uit Zwolle. Beiden waren gereformeerd en het gezin woonde in de Rapenburgerstraat te Amsterdam. Hendrik junior werd als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam "ingenomen" per 14 februari 1798. Hij was toen 16 jaar en 5 voet/1½ duim lang. Er was een drie-maandelijkse voortgangsrapportage van 4 april 1798 - 27 november 1799 met aantekeningen zoals: "10 oct 1798 kent den aard der Sinus tafelen" en "als Lidmaat aangenomen". Voorts de opmerkingen:

" 20 8br (1799) gedeserteerd

  27 9br (1799) gerevolveert hem weegens zijne Desertie te casseeren"004-530/741.  (resolveren - besluiten tot; casseren = uit het ambt    ontzetten. Beiden vlg. WNT).

Kennelijk heeft Hendrik Wente, na zijn gedwongen vertrek van de Zeevaartschool, het vak in de praktijk geleerd en is tenslotte gezagvoerder geworden

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Wente werd met vlagnummer 272 per 23 september 1828 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van A.A.Herman. Als zijn schip wordt genoemd de “Lucia Maria”. Toegevoegd is “overleden” 002.

In de Algemene Ledenvergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 16/23 september 1828 werd Hendrik Wente Jr, wonende in de BuitenBantammerstraat en voerende de bark “Diana”, op voordracht van kapitein A.A.Herman voorgedragen/benoemd tot effectief lid met als vlagnummer 272023.

 

Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 30 oktober 1825. Toegevoegd is: “Bedankt als kunnende niet betalen zie fo, No189”003.

Er is een tweede opgave: waar er een aangave als lid van het WZF wordt vermeld per 18 juli 1829.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In denotulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd. 02 januari 1834 wordt vermeld “Een brief van den Heer Kapt. H.Wente do 10 Decemb. kennis gevend van de aanneming van 5 Buitenlandsche Honoraire Leden te Berbice.”042.

In de Bestuursvergadering van 26 mei 1842 doet kapitein H.Wente mededeling over een reeks van onderwater liggende klippen “niet ver van Passaroean.”042.

In de Bestuursvergadering dd 29 februari 1844 vraagt de wed. H.Wente, geb. Job om een uitkering. In de vergadering dd 28 maart 1844 wordt deze haar toegekend ingaande 01 augustus 1843.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd. 31 mei 1842 staat een mededeling van kapitein H.Wente “wegens een reeks van klippen door hem ontdekt, tusschen Passaroeang en Probolingo. 023.

In de Algemene Vergadering van 02 april 1844 wordt het verzoek om een uitkering gehonoreerd door de weduwe van kapitein H.Wente, geboren Job, met ingang van 01 augustus 1843.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      272                          1828          brik                  Diana                                                    S.A.Westerloo & Co

                                     1829-1830    brik                  Diana                                                    A.S.Westerlo & Co

                                     1831-1832    brik                  Diana                                                    S.A.Westerlo & Co

                                        1833          geen vermelding van schip en boekhouder

                                        1834          sch.kof           Diana (2, gebouwd in 1834)             de kapitein

                                        1835          sch.kof           Diana                                                    S.A.Westerlo & Co

      172                          1836          sch.kof           Diana                                                    idem

                                     1837-1842    fregat              Lucia Maria                                         J.P.Jannette Walen

 

Bouma025 vermeldt H.Wente als gezagvoerder gedurende:

*   1829 t/m 1832 op de brik “Diana”, gebouwd in 1804, bouwplaats niet vermeld, 190 ton o.m., varend voor S.A.Westerloo & Co te Amsterdam. Het schip strandde in december 1832 bij Petten;

*   1834 t/m 1836 op de schoenerkof “Diana”, gebouwd in 1834, bouwplaats niet vermeld, 155 ton o.m., varend voor S.A.Westerloo & Co te Amsterdam;

*   1838 t/m 1844 op het 3-mast schip “Lucia Maria”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 720 ton o.m., varend voor J.P.Jeannette Walen te Amsterdam;

*   1838 t/m 1843 op het 3-mastschip “Jacoba Cornelia Clasina” ex Lucia Maria, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 717 ton o.m., varend voor J.P.Jeannette Walen te Amsterdam.

 

In het Archief van de Amsterdamse Waterschout bevindt zich een monsterrol011a:

38-103 19 april 1817, fregat De Vereeniging, kapitein Adriaan Roos, Nederlandse vlag, bestemming Suriname, boekhouder H.v.d. Pol & Poncelet & Zoon, 20 bermanningsleden, waaronder opperstuurman Hendrk Wente uit Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

"De Drie Gebroeders" op de rede van Batavia057:

17 januari 1839       "... ontvingen van het fregatschip Lusia Maria kaptijn Wente 2 ankers azijn 1 tros à 4 duim dik à 59 vaam lang à 5 duim kabelslag".

     "De Drie Gebroeders" op de rede van Soerabaja057:

12 maart 1839           "... ontvingen van de Luscia Maria kaptijn Th.Wente 2 ankers zuurkool 1 anker augurkjes 1 anker azijn en 20 pruimen ...".

Het fregat "Lucia Maria" onder gezag van Hendrik Wente en met 33 manschappen dateerde de monsterol op 20 augustus 1838 met bestemming Batavia. De boekhouder was J.P.Jannette Walen011.

 

Op 19 maart 1841 werd Pieter Hendrik Barkey vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op het schip de Lucia Maria onder kapitein H.Wente vanuit Amsterdam met bestemming Batavia. Hij meldde zich weer op school per 20 april 1842004(532/1862)

Op 06 april 1843 werd Dirk Ernst Nolting vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de "Lucia Maria" onder kapitein Wente voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school op 03 april 1844004(533/1929).

Marinus Johannes Benjamin Noordhoek Hegt werd door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaats op de "Lucia Maria" onder kapitein H.Wente. Marinus maakte twee reizen als ligtmatroos vanuit Amsterdam naar Batavia. De plaatsingsdata resp. data van terugmelding waren 24 augustus 1838 - 09 oktober 1839 en 19 oktober 1839 - 21 december 1840004(532/1774).

 

Heinrich Behrens was eerste stuurman op het fregat "Lucia Maria". Hij werd "in oktober 1843 gezagvoerder in de plaats van kapitein Hendrik Wente, die eerder dat jaar op zee was overleden"009.

 

H.Wente verzorgde per 20 oktober 1838 vanuit Nieuwediep met de “Lucia Maria” een troepentransport van 4 officieren en 130 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 07 januari 1839 na 79 dagen065.

Hij vertrok op 03 mei 1843 vanuit Nieuwediep met 3 officieren en 130 manschappen eveneens met de “Lucia Maria”. Hij arriveerde te Batavia op 03 september 1843 na 123 dagen065*.

 

 

Voorstelling der door-ijzing van eenige koopvaardijschepen, door het Groot Noord-Hollands Kanaal nabij Purmerend op den 9 Januarij 1830 opgedragen aan de gezamenlijke reeders dier schepen.” van J.H.Koekkoek en H.W.Hoogkamer

In de Provinciale Atlas van Noord-Holland, Collectie Prenten en Tekeningen, Purmerend 082a.

Ansicht uit het Rijksarchief van Noord-Holland

In Onderschrift staat:

                          namen der schepen                                                  namen der heeren reeders

 

De Louisa Agatha           De Maria en Jacoba        De Heer J.van Beeck Vollenhoven De Heeren Buys, de Bordes & Jordan  -

 Willem Ernst               - Welvaart                    De Nederl.Scheepsreederij           De Heer L.Schumacher

 - Jonge Lodewijk Antonie - Diana                          De Heren L.Bienfait & Zoon         De Heeren J.A.Westerloo & Comp.

 - Wilhelmina en Maria   - Twee Gebroeders                       Insinger & Comp.                       H.& C van de Stadt

 

Uit een bezoek aan de nog steeds bestaande sluis in het Noordhollands kanaal in Purmerend op 05 augustus 1997 kon ik afleiden dat de schepen met de boeg in de richting van Alkmaar-Den Helder liggen. Zij waren dus op 09 januari 1830 op weg naar hun buitenlandse bestemming.

Monsterrol in Archief van de Amsterdamse Waterschout dd 05 november 1829, kapitein Hendrik Wente, 13 bemanningsleden, bestemming Berbice, boekhouder J.A.Westerloo.

 

 

Datum vanaf: 1833
Kapitein: Wente Jr, Hendrik
Overige informatie: 1833

Familiegegevens en opleiding

Hendrik Mulder werd geboren/gedoopt te Amsterdam op 12/16 augustus 1797 als zoon van Barend Mulder en Susanna Heydewig Homberg. De doop geschiedde door pastor Johannes Tissel van de Evangelisch Lutherse kerk

Hij huwde op 02 augustus 1826 als zeeman , 28 jaar, als weduwnaar van Catharina Elisabeth Harbers, met Helena Maria Kip, gedoopt te Amsterdam op 30 mei 1794 als dochter van de wijnkoper Jan Willem Kip en Helena Veer , 32 jaar door de pastor Petrus Haack van de Hervormde Westerkerk.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Mulder werd met vlagnummer 174 effectief lid van Zeemanshoop per 01 augustus 1826 op voordracht van H.Funk. Zijn schip was de Gouda Susanna. Doorgestreept en vervangen door Sirius. Toegevoegd is "Honorair lid gew."002.

Hendrik Mulder, oud 29 jaar, geboren te Amsterdam, wonende op de Braak nr.63, werd op de Algemene Ledenvergadering van 25 juli/01 augustus 1826 voorgesteld/aangenomen als effectief lid op voordracht van kapitein H.Funck. Zijn schip is niet genoemd.  Zijn vlagnummer werd 174023.

 

Hij werd per 30 juni 1832 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop. Er is toegevoegd dat hij bedankte in 1862.003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 05 juni 1862 van Zeemanshoop gaat het Bestuur accoord met de overgang van het effectieve naar het honoraire lidmaatschap.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 08 juli 1862 staat het verzoek van kapitein H.Mulder om van het effectief lidmaatschap te wisselen naar het honorair lidmaatschap hetgeen wordt toegestaan.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        174                       1826-1827     geen vermelding van schip en boekhouder

                                      1828-1833     brik                   Louisa en Agatha                                 J.van Beek Vollenhoven

                                      1834-1835     bark                 Margaretha Catharina                         H.Angelkot Willink

        104                       1836-1839     bark                 Margaretha Catharina                         idem

                                      1840-1843     bark                 Sirius                                                      idem

                                      1844-1853     bark                 Sirius                                                      H.Willink

         28                       1854-1859     bark                 Sirius                                                      idem

                                      1860-1861     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt J.Mulder als gezagvoerder gedurende:

*    1826 t/m 1834 op de brik “Louisa Agatha”, gebouwd in 1800, 168 ton o.m., varend voor J.van Beeck van Vollenhoven te Amsterdam. In 1834 in de storm gestrand op Kaap Hinlopen op weg naar New York

*    1835 t/m 1836 op de bark “Margaretha Catharina” ex Welvaart, gebouwd in 1826, 268 ton o.m., varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam;

*    1837 t/m 1840 op de bark “Gouda Suzanna”, gebouwd in 1836 te Amsterdam, 228 ton o.m., varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam;

*    1841 t/m 1860 op de bark “Sirius”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 519 ton o.m., varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam. Het schip werd in 1860 gesloopt.

(Verschillen met de opgaven uit de AAKZ!)

 

Overige bijzonderheden

Op 14 december 1831 wordt Lourens van Haften vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de "Louisa Agatha" onder kapitein H.Mulder voor een reis vanuit Amsterdam naar Philadelphia en Cuba. Lourens keert terug op 21 juli 1832004(532/1656).

 

Het Archief van de Amsterdamse Waterschout bevat de volgende monsterrollen:

38-148       12 mei 1837, bark Gouda Suzanna (met een z!), kapitein Hendk Mulder, bestemming Batavia, correspondent H.Angelkot Willink, 16 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, 3e stuurman/bootsman, timmerman, kok , 6 matrozen, 2 ligtmatrozen, 2 kajuitwachters en een schrijver.

38-150       11 mei 1838, bark Gouda Susanna (met een s!), kapitein Hendk Mulder, bestemming Batavia, correspondent H.Angelkot Willink, 15 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, 3e stuurman/bootsman, timmerman, kok , 6 matrozen, 2 ligtmatrozen en 2 jongens.

In de index op de monsterrollen wordt hetzelfde schip met dezelfde kapitein genoemd dd 27 februari 1836, maar in de map 38-146 was het document niet terug te vinden.

 

“Reizen rond Kaap Hoorn onder Nederlandse vlag. Overzicht vanaf de ontdekking in 1616 tot het einde van de Nederlandse grote zeilvaart in 1911”. door H.Hazelhoff Roelfzema. Uitgave Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarder, 2010, 88 pp plus Bijlage met een Chronologisch Register van Reizen van 1616 tot 1911.121

p.45 e.v.  “ Een supercarga 1830 Louisa en Agatha” .

In voorgaande publicatie staat een uittreksel van een verslag van Jan Pieter Willeumier, agent van de West-Indische Maatschappij die vanaf 1830 een reis meemaakte op de schoenerbrik “ Louisa Agatha”  naar de westkust van Zuid-Amerika via Kaap Hoorn. De naam van de kapitein van dit schip wordt niet vermeld door Hazelhoff Roelfzema, maar hett zal zijn gegaan om Hendrik Mulder. De reis begon te Amsterdam, via het Noordhollands Kanaal en Nieuwediep en ging richting Kaap Hoorn. Op 27 januari werd uit Nieuwediep vertrokken. Op 9 april passeerde het schip Kaap Hoorn en kwam op 8 mei aan te Valparaiso. Van daar ging de reis “ naar Cobija, de nieuw aangelegde in- en uitvoerplaats voor Bolivia dat toen nog een stukje kust tot zijn territorium mocht rekenen”. Op 10 juni ging het schip naar Arica . Als uitvoerproducten worden kina en tin vermeld, De volgende haven was Paita en op 12 september Guayaquil. Nadat wederom een aantal havens Peru en Chili werden aangedaan . Op 24 maart 1831 vertrok het schip vanuit Valparaiso naar Antwerpen

 

Voorstelling der door-ijzing van eenige koopvaardijschepen, door het Groot Noord-Hollands Kanaal nabij Purmerend op den 9 Januarij 1830 opgedragen aan de gezamenlijke reeders dier schepen.” van J.H.Koekkoek en H.W.Hoogkamer

In de Provinciale Atlas van Noord-Holland, Collectie Prenten en Tekeningen, Purmerend 082a.

Ansicht uit het Rijksarchief van Noord-Holland

In Onderschrift staat:

                           namen der schepen                                                   namen der heeren reeders

 

De Louisa Agatha            De Maria en Jacoba         De Heer J.van Beeck Vollenhoven  De Heeren Buys, de Bordes & Jordan   -

   Willem Ernst                -  Welvaart                     De Nederl.Scheepsreederij            De Heer L.Schumacher

 -  Jonge Lodewijk Antonie -  Diana                           De Heren L.Bienfait & Zoon          De Heeren J.A.Westerloo & Comp.

 -  Wilhelmina en Maria    -  Twee Gebroeders                         Insinger & Comp.                        H.& C van de Stadt

 

Uit een bezoek aan de nog steeds bestaande sluis in het Noordhollands kanaal in Purmerend op 05 augustus 1997 kon ik afleiden dat de schepen met de boeg in de richting van Alkmaar-Den Helder liggen. Zij waren dus op 09 januari 1830 op weg naar hun buitenlandse bestemming.

Monsterrol in Archief van de Amsterdamse Waterschout dd 16 oktober 1829. Brik “Louisa & Agatha”, kapitein Hendrik Muller (sic), 13 bemanningsleden, bestemming Lima, boekhouder van Beek Vollenhove.

 

 

 

Datum vanaf: 1834
Kapitein: Mulder, Hendrik
Overige informatie: 1834 – 1835

Familiegegevens en opleiding

Jan Hugo Schepers (“zich schrijvende Jan Hugo Schippers”) werd geboren te Amsterdam 26 mei 1811.

Hij trouwde met Alida Catharina Ruyter, geboren te Amsterdam op 09 april 1811en overleden 11 april 1877.

Jan Hugo overleed op 20 april 1872. Bij zijn overlijden werd Amsterdam als woonplaats vermeld.003 een 118.

In het Bevolkingsregister 1851 van Amsterdam staat de koopvaardijkapitein Jan Hugo Schippers, geboren 26 mei 1811 te Amsterdam, Nederlands Hervormd, in 1853 gekomen van Buiksloot wonend in de Haarlemmer Houttuinen en in 1855 op de Haarlemmerdijk.

 

Jan Hugo Schippers werd per 17 mei 1824 “ingenomen” als leerling van de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart. Hij was toen 13 jaar, 1 el/44 duim lang en had de “natuurl.(ijke) kinderz.(iekten) gehad”. Volgens doopcedule 1544 werd hij op 31 juli 1811 te Amsterdam gedoopt als zoon van Jan Hugo Schippers uit Gouda, van beroep schipperknecht, en Gesina de Ruyter uit Amsterdam, beiden gereformeerd en wonende in de Hasselaarssteeg nr.18 te Amsterdam.

Van zijn schoolvorderingen werden 3-maandelijkse rapporten bijgehouden van 17 mei 1824 t/m 01 juli 1829 in de vakken zeevaartkunde, schoolonderwijs (bestaande uit hollands, frans en engels), scheepswerk en tekenen. Voorts zijn de volgende bijzonderheden vermeld:

10 oktober 1825        “gepl. bij de Engelse meester”;

06 oktober 1825        “bekomt eene prijs in het schoolonderwijs v.d.Palin(?) Gedenkschriften”;

01 januari 1826         “gepl. bij den tekenmeester”;

01 april 1826              “bij den Constapel”;

20 december 1826    “als Ledemaat aangenomen bij Do Wunder”;

06 augustus 1827      “bij het uitdelen der prijzen loffelijke vermelding in de 3e klasse Zeevaartkunde”;

20 maart 1828           “geplaatst als ligtmatroos op het schip Mary & Hellegonda Capt. A.Glasener naar Batavia voor Rotterdam”;

06 april 1829             “terug van de reis met goede attestatie”;

19 oktober 1829       geplt als ligtmatroos op het schip Miltiades Kapt. J.P.Corbiëre naar Smirna”;

22 februari 1832       “terug van de reis met goede attestatie”; “op dato honorabel ontslagen” 004-532/1544.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.H.Schippers werd met vlagnummer 335 per 03 januari 1836 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voorspraak van kapiteinH.Mulder. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de “Margaretha Catharina”. Toegevoegd is “overleden”002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 29 december 1835/05 januari 1836 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Hugo Schippers, oud 25 jaar, voerende de bark “Margaretha Catharina”, wonende te Amsterdam, op voordracht van Hendrik Mulder023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 12 juni 1838. Toegevoegd is “met de 1e mei 1855 van beroep veranderd”

J.H.Schippers was van 1854-1870 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 22 februari 1855 verklaart J.H.Schippers “van beroep te zijn veranderd en geen plan te hebben voor eerst weer te gaan varen.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 juli 1857 staat vermeld dat J.H.Schippers en D.Boer Lutjens als lid toetreden tot de Commissie voor het Wetenschappelijke der Zeevaart.042

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 augustus 1872 staat een verzoek om de reglementaire uitkering door de wed. kapitein J.H.Schippers geb. Ruyter, welke haar in de vergadering dd 26 september 1872 wordt toegekend ingaande 01 november 1872.042

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 08 oktober 1872 staat vermeld dat per 01 mei 1872 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de weduwe J.H.Schippers geb. Ruijter.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer               jaren          type                 scheepsnaam                  naam reder/boekhouder

       335                      1836-1843    bark                Margaretha Catharina   H.Angelkot Willink

                                    1844-1850    fregat              Johanna                        J.J.Granpré Moliëre & A.W.ten Cate

                                       1851          geen vermelding van schip en boekhouder

                                    1852-1853    fregat              Elisabeth Antonia          J.J.Granpré Moliëre & A.W.ten Cate

       109                      1854-1871    geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt J.H.Schippers als gezagvoerder gedurende:

*   1837 t/m 1844 van de bark “Margaretha Catharina” ex Welvaart, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 268 ton o.m., varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam;

*   1845 t/m 1851 van het 3/mschip “Johanna”, gebouwd in 1833 te Amsterdam, 840 ton o.m., varend voor J.J.Granpré-Moliëre & A.W. ten Cate. Het schip voer in 1852 voor Boissevain & Kooy te Amsterdam en was herdoopt in “Hester”;

*   1853 t/m 1854 van het 3/m schip “Elisabeth Antonia”, gebouwd in 1837 te Dordrecht, 862 ton o.m., varend voor J.J.Granpré Molière & A.W.ten Cate.

 

Overige bijzonderheden

In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was oud-gezzagvoerder J.H.Schippers, commissaris van Zeemanshoop.104.

 

In 1856 werd door de overheid een Raad van Tucht ingesteld die als taak had klachten over wangedrag van kapiteins de onderzoeken en te beoordelen. Van deze Raad waren drie koopvaardijkapiteins lid te weten “D.Boes Lutjens, J.H.Schippers en T.D.Sickens. Kapitein Dirk Boes Lutjens fungeerde tevens als secretaris. De Raad hield in Amsterdam zitting.” 104.

 

Op 09 juni 1838 werd Sierik Visman vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de “Margaretha Catharina” onder kapitein J.H.Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op 28 juni 1839 op school terug004-532/1790.

Op 16 juli 1839 werd Sierik Visman vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de “ Margaretha Catharina onder kapitein J.H.Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op 09 mei 1840 op school terug004-532/1790.

Johannes Wamsteker werd per 18 juni 1840 vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op de “Margaretha Catharina” onder kapitein J.H. Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op de school terug op 06 juli 1841004-532/1835.

Op 29 september 1841 werd vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart Evert Roelof Bijl als ligtmatroos geplaatst op de “Margaretha Catharina” onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Zij gage was f 10,-. Hij keerde op school terug op 15 november 1842 met de “Sara Johanna” onder kapitein van der Hucht. 004-949/532-1837.

Op 15 mei 1845 werd Jacob Jonker vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de “Johanna” onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug op 08 maart 1846004(533/1994).

Op 15 mei 1845 werd Frederik Willem Hendrik van Straaten vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de “Johanna” onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school op 08 maart 1846004(533/1992).

Op 01 juli 1848 werd Tjerk Dirk Gollards vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de Johanna onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij kwam terug van de reis per 02 april 1849004(533/2062).

 

Jacob Spin schilderde een aquarel van de “Elisabeth Antonia” welk schip onder kapitein J.H.Schippers het in februari 1853 zwaar te verduren had in de Indische Oceaan.

 

Algemeen Handelsblad 30 april 1853

Batavia, 12 maart. Op 6 dezer is alhier ter rede teruggekeerd het op 31 januari jl. naar Nederland vertrokken koopvaardijschip ELISABETH ANTONIA, kapt. A. Schippers. Die bodem is in de open zee door hevige stormen overvallen en ondervond grote moeilijkheid, om tegen de hoge zeeën op te werken. Hierdoor kreeg het schip enige averij en werd lek, waarom de kapitein besloot, de reis niet voort te zetten maar naar Batavia terug te keren. Het is nog onzeker of de vertimmeringen aan hetzelve hier of elders zullen geschieden. Aan boord bevonden zich als passagiers mevrouw de weduwe Van der Hucht en vijf kinderen, benevens de kapitein der genie E.A. Haitink en echtgenoot, voor wie deze terugkeer wel een grote teleurstelling genoemd mag worden.

NRC 29 april 1853

Batavia, 9 maart. Op de 6e dezer is alhier ter rede teruggekeerd het op de 31e januari j.l. naar Nederland vertrokken koopvaardijschip ELISABETH ANTHONIA, kapt. A. Schippers (opm: J.H. Schippers, zie ook NRC 030553 en 220653). Die bodem is in zee door hevige stormen overvallen en bekwam daardoor enige averij en werd lek, waarom de kapitein besloot, de reis niet voort te zetten maar naar Batavia terug te keren. Het is nog onzeker, of de vertimmeringen aan hetzelve hier of elders zullen geschieden.

NRC 03 mei 1853

Advertentie. Het fregatschip ELISABETH ANTHONIA, gezagvoerder J.H. Schippers, op welke bodem zich de ondergetekende, met nog zeven leden zijner familie als passagier bevond om van Batavia naar Nederland te worden overgevoerd, werd tussen de 17e en 20e februari j.l, op 15º Z.B. en 98º Lengte, door een orkaan belopen, waardoor hetzelve zwaar lek werd, en naar Batavia moest terugkeren. Wij brengen hier niet alleen hulde toe aan de gezagvoerder, die als bekwaam zeeman reeds enige dagen van tevoren het ontstaan van dit natuurverschijnsel voorzien had, maar verklaren tevens, dat het aandachtig gadeslaan van dit gebeurde ons de overtuiging heeft gegeven, dat wij aan zijn zo tijdig genomen voorzorgen, voorbeeldige bedaardheid en waakzaamheid, zowel in de orkaan, als na het ontstaan der averij, de redding van het schip en de lading, het behoud van ons leven en gelukkig weder bereiken van Batavia verschuldigd zijn, en volbrengen langs deze weg een aangename taak, door de gezagvoerder J.H. Schippers, hiervoor openlijk onze dank te betuigen.

Batavia, 7 maart 1853, E.A. Haitink, kapitein-ingenieur

NRC 22 juni 1853

Amsterdam, 21 juni. Het schip ELISABETH ANTHONIA, kapt. J.H. Schippers, van Batavia herwaarts gedestineerd, te Batavia lek uit zee terug gekomen (opm: zie NRC 030553), had volgens brief van de kapitein van de 26e april de reparatie geëindigd en zou waarschijnlijk tegen medio mei de reis weder aannemen.

 

 

Datum vanaf: 1835
Kapitein: Schippers, Jan Hugo
College: Zeemanshoop, Amsterdam
Vlagnummer: 335
Overige informatie: 1835 – 1844

Familiegegevens en opleiding

Florus Guyt Jr werd geboren te Katwijk op 01 juni 1818

Hij trouwde met Geertruida Maria Bruins, geboren te Beerta op 03 oktober 1816. Zij overleed in juni 1866.003

Florus werd "vermist" in 1862. Bij zijn overlijden werd als woonplaats Rotterdam vermeld.118

 

Florus Dirksz Guyt werd geboren te Katwijk op 11 juni 1818 als zoon van Dirk Florisz Guyt en Lijsbeth Parlevliet. Hij trouwde te Katwijk in 1846 met Geertruida Maria Johannesd. Bruins en woont later te Rotterdam. Hij is overleden in 1863 in de Indische Oceaan bij het vergaan van zijn schip.

Het is bekend dat hij kapitein was in 1842 van de “Jacoba”, in 1844 (1854?) op de bark “Olivier van Noord”, in 1849 op de “Wollemade (moet zijn “Woltemade”) en van 1859-1863 op de eerste stalen driemasclipper (fregat”). Met dit schip verging hij in 1863 op de Indische Oceaan.

Floris Dirksz. Guyt werd geboren op 11 juni 1818 te Katwijk aan Zee als zoon van Dirk Florisz. Guyt, koopvaardijkapitein, en Lijsbeth Parlevliet. Hij was getrouwd met Geertruida Maria Bruins. Hij verging met zijn schip in 1863 in de Indische Oceaan005.

 

Floris Guyt werd geboren op 11 juni 1818 te Katwijk aan Zee. Hij overleed op 12 november 1840, plaats niet gegeven en niet aangegeven in Dordrecht. In 1839 woonde hij in Rotterdam .064 (in deze gegevens zitten ongetwijfeld fouten.)

 

Guijt  Jan de Wit  van Java herwaarts 12 Oct (1863) van Java vertrokken. 5 Nov. gepraaid 28o44’ZB/51o OL sedert niets van vernomen.

Uit “Assurantie vennootschap tegen zeeschade 1843-1889”Stadsarchief Amsterdam 642-17.

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

F.Guyt Jr werd met nr.708 lid van Zeemanshoop per 03 december 1844 op voorspraak van J.H.Schippers. Zijn schip was de "Woltemade". Toegevoegd is: "vermist"002. Ten tijde van de inschrijving waren Guyt en zijn vrouw 26 resp. 27 jaar. Ingeschreven waren 2 zoons nl. Dirk Florus (10 september 1844) en Gerardus Marinus (19 augustus 1849), en 2 dochters: Adelyda Catharina (21 april 1842) en Catharina Jellina (15 januari 1847)002a.

In de Algemene Vergaderingen van 26 november/03 december 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Floris Guyt Jr , oud 26 jaar, voerend de bark “Woltemade” voor rekening van C.Balguerie & Zn te Rotterdam, wonend te Rotterdam en met als adres Corver & Co te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.H.Schippers.023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 20 november 1849003.

 

F.Guijt was met vlagnummer R168 in de periode 1839 t/m 1863 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

F.Guijt Jr was in 1852 en 1858 afwisselend commissaris van de Maatschappij058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd dd 27 augustus 1863 vraagt de wed. van kapitein F.Guijt geb. Bruins om de reglementaire uitkering welke in de vergadering dd 24 september 1863 wordt toegekend ingaande 01 februari 1863 voor haar en 2 kinderen.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 juni 1866 staat een brief van A.en C.Guyt waarin wordt gemeld dat hun moeder de wed. kap. F.Guyt geb. G.M.Bruins is overleden. Zij verzoeken om continuering van onderstand voor hun broer (die kennelijk nog minderjarig is)042.

 

In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd. 29 september 1863 werd per 01 februari 1863 een uitkering in de 1e klasse toegekend aan de wed. F.Guyt Jr geb Bruins voor haar en 1 kind.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 24 juli 1866 staat vermeld dat A. & C.Guyt meedelen dat hun moeder de wed. kapitein F.Guyt geb. G.M.Bruins is overleden “en verzoekende voortduring der uitkeering voor hun broeder welk verzoek is toegestaan.”023.

 

In het Jaarverslag 1863 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt opgegeven dat hij in dat jaar is “vermist of verongelukt”058.

In het Jaarverslag 1866 van de Maatschappij staat vermeld dat zijn weduwe in 1866 is overleden058.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001

vlagnummer                    jaren                       type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        708                       1845-1851                 bark                  Woltemade                                           C.Balguerie & Zn

                                           1852                       geen vermelding van schip en boekhouder

                                           1853                       bark                  Olivier van Noord                                C.Balguerie & Zn

        336                       1854-1857                 bark                  Olivier van Noord                                idem

                                      1858-1862                 fregat               Jan de Wit                                              idem

                                      Zeetijdingen 27 mei 1863, kapitein F.Guyt Jr op het ijzeren fregat Jan de Witt: “Vermist”.

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart staat kapitein F.Guyt Jr met vlagnummer R168 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1849, 1851            van de bark “Woltemade”                140 last  varend voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam

*    1855                       van de bark “Olivier van Noord”     320 last  varend voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam

*    1858, 1859, 1862 van het fregat “Jan de Wit                 393 last  varend voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam

 

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

F.Guyt Jr                                  Jan de Wit                                 04 september 1860                              01 november 1861

                                                  Jan de Wit                                 08 april 1862                                        niet vermeld

 

Bouma025 vermeldt F.Guyt Jr als gezagvoerder gedurende:

*    een Guyt op een schip met de naam “Jacoba” wordt niet genoemd. Is hier verwisseling met T Guyt, zie hierna

*    1842 t/m 1844 op de 3/m bark “Protheus”, gebouwd in 1838 te Schiedam, 343 ton o.m., varend voor Groot Roelants & Co te Schiedam (Bouwma zet hier geen “Junior” bij en wellicht slaat dit dus op Senior);

*    1845 t/m 1852 op de bark “Woltemade”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 270 ton o.m., varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam;

*    1853 t/m 1857 op de 3/m bark “Olivier van Noort”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 564 ton o.m., varend voor Gebr. Hartsen te Amsterdam (dus niet in 1844!);

*    1858 t/m 1863 op het 3/m ijzeren schip “Jan de Witt”, gebouwd in 1858 te Kinderdijk, 718 ton o.m., varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1863 vermist.

 

Overige bijzonderheden

In Gens Nostra 61, p.290, 2006, wordt gesproken over een militair Petrus Vrolijk. Deze reisde op 04 september 1859 vanuit Rotterdam met de “Jan de Wit” naar Batavia, aankomst op 19 december 1859.

 

In een brief van kapitein S.Halfweeg dd december 1846 vanuit Batavia aan zijn patroon beschrijft deze zijn reis van Nederland naar NOI. Hij meldt: “Den 21 sten November praaiden wij Kapitein Guit met de bark “Wolkwade” (moet “Woltemade” zijn) den 5den November van de Kaap gezeild … “ (dus de ontmoeting vond plaats in de Indische Oceaan.)

Gegevens dd 09 maart 2006 van Nan Halfweeg te Leidschendam.

 

F.Guyt Jr had "zijn scholing zeer waarschijnlijk gekregen ... op de vloot van Van Hoboken waar zijn vader het commando over de “Anthony” voerde”039.

 

F.Guyt Jr verzorgde per 15 september 1859 vanuit Hellevoetsluis met de “Jan de Witt een troepentransport van 3 offcieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Hellevoetsluis op 19 december 1859 na een reis van 95 dagen Onderweg was 1 manschap overleden065.

Op 08 april 1862 vertrok hij vanuit Brouwershaven met de “Jan de With” en 2 landmachtofficieren. Hij kwam te Batavia aan op 03 juli 1862 na 86 dagen065.

 

De bark “Woltemade” onder kapitein F.Guyt verliet Rotterdam op 16 maart 1850 en bereikte via Kaap Hoorn op 12 juni 1850 Valparaiso. Via dezelfde route terug werd op 06 juni 1851 Cowes bereikt.121

De bark “Olivier van Noort” onder F.Guyt was in 1855 te Melbourne en bereikte 19 juni 1855 Callao. Via Kaap Hoorn werd op 06 januari 1856 Brouwershaven bereikt.121

 

 

Datum vanaf: 1844
Kapitein: Guyt Jr, Florus Dirksz
Overige informatie: 1844 – 1852

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.Hus als gezagvoerder gedurende:

*    1853 t/m 1857 op de bark “Woltemade”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 270 ton o.m., varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1852
Kapitein: Hus, J.
Overige informatie: 1852 – 1854

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1826-11-21
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: WELVAART
Schipper: Koert, Casparis
Scheepstype: fregat
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

1826

Op 29-11-1826 wordt voor de WELVAART door Louis Schumacher uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Casparus Koert.

OHC 281226

Texel, 26 december. Uitgezeild C. Koert (opm: fregat WELVAART, eerste reis) naar Berbice.

1827

OHC 130327
Te St. Thomas zijn gearriveerd P. Schakel, W. Turner, B.O. Hansen, en te Berbice F. Bax, C. Hofker en C. Koert, alle 6 van Amsterdam.
OHC 080527
Texel, 5 mei. Den 6 mei binnen het schip (opm: fregat) de WELVAART, kapt. C. Koert van Berbice en J. Marris van Londen.

1828

OHC 100128

Texel, 6 januari. Gisteren nog uitgezeild het schip de WELVAART, C. Koert, naar Berbice.
OHC 050628
Amsterdam, 3 juni. Den 2 juni bij Texel binnengekomen de WELVAART, C. Koert van Berbice
AH 070628
Cargalijsten. Amsterdam, 6 juni. WELVAART, kapt. C. Koert, van Berbice.
AH 221028
Advertentie. In lading ligt te Amsterdam, woensdag 22 oktober. De WELVAART, kapt. C. Koert. Adres Hoyman en Schuurman.
OHC 021228
Texel, 30 november. Uitgezeild de WELVAART, kapt. C. Koert naar Berbice.
OHC 131228
Den 4 december was op de hoogte van Wight het schip de WELVAART, kapt. C. Koert, van Amsterdam naar Berbice.

1829

OHC 310329
Arrivementen: Te Berbice DIANA (opm: schoenerbrik), H. Wente en de WELVAART (opm: fregat), C. Koert van Amsterdam.
OHC 230629
Texel, 21 juni. binnengekomen de WELVAART, kapt. C. Koert van Berbice.
AH 071029
Advertentie. In lading ligt te Amsterdam, naar: Berbice. Het gekoperd tweedeks fregatschip de WELVAART, kapt. Casper Koert. Adres bij Hoyman & Schuurman.

Op 17-11-1829 wordt voor de WELVAART door Louis Schumacher uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Casparus Koert.
 
1830

AH 090130
Advertentie. In lading ligt naar: Berbice. Het gekoperd tweedeks fregatschip de WELVAART, kapt. Casparus Koert en het gekoperd hoekerschip de NEDERLANDER, kapt. Cornelis Hofker. Adres bij Hoyman & Schuurman.
RC 260130
Amsterdam, 24 januari. De negen schepen, zijnde de LOUISA EN AGATHA (opm: brik), kapt. H. Mulder, naar Lima; WILLEM ERNST (opm: fregat, haar eerste reis), kapt. J.G. Veening, naar Batavia; de JONGE LODEWIJK ANTONIE (opm: pink), kapt. R. Tjebbes en WILHELMINA EN MARIA (opm: fregat), kapt. J.J. Bart, naar Suriname; MARIA EN JACOBA (opm: brik), kapt. S. van Duyn, naar St. Thomas en Curaçao; DIANA (opm: schoenerbrik), kapt. H. Wente en de WELVAART (opm: fregat), kapt. C. Koert, naar de Berbice; de TWEE GEBROEDERS (opm: kof), kapt. H.J. Klein, naar Bordeaux en de FREDERICA (opm: kof), kapt. J. Barends, naar Rochefort, voor rekening van welker rederijen en inladers de uitijzing van het groot Noord-Hollandsch kanaal is ondernomen geworden, zijn gisteren voor de sluis van het Nieuwe Diep gekomen; doch de menigte drijfijs, welke van de Texelse wal over de rede drijft, heeft het Nieuwe Diep daarmede voor het ogenblik zodanig vervuld, dat de kapiteins het verkieslijk hebben geoordeeld, de ontruiming daarvan met een verandering van windstreek af te wachten, alvorens door te schutten.
RC 160230
Amsterdam, 14 februari. De schepen WILHELMINA EN MARIA, kapt. J.J, Bart; van Amsterdam naar Suriname; de WELVAART, kapt. C. Koert, van Amsterdam naar Berbice en MARIA EN JACOBA, kapt. S. van Duyn, van Amsterdam naar St. Thomas en Curaҫao, waren de 29e januari, des namiddags ten 2 ure, met oosten wind en mooi weer, in goede staat zeilende op de hoogte van Wight.
AH 260630
Carga-lijsten. Amsterdam, 25 juni. De WELVAART, kapt. C. Koert, van Berbice.
AH 041030
Advertentie. In lading ligt te Amsterdam, naar: Berbice. Het gekoperd tweedeks fregatschip de WELVAART, kapt. Casparus Koert, van Amsterdam. Adres bij Hoyman & Schuurman.
RC 271130
Amsterdam, 25 november. Den 24 november van Texel uitgezeild de WELVAART, R. Koert naar Berbice.

1831 - 1833


OHC 080331

Arrivementen: Te Berbice C. Koert.
AH 300431
Cargalijst Amsterdam. De WELVAART, kapt. C. Koert, van Berbice met koffie.
AH 310531
Texel, 27 mei. Binnengekomen de WELVAART, kapt. C. Koert, van Berbice. (opm: 28 mei:van quarantaine ontslagen)

Na lossing heeft de WELVAART vermoedelijk tot de zomer van 1833 in Amsterdam opgelegd gelegen. In oktober 1832 was nog een poging ondernomen om het schip weer naar zee te brengen. Als gevolg van uiterst slechte economische omstandigheden, resulterend in een gebrek aan aanbod van lading en daaruit voortvloeiende lage vrachtprijzen, moet geen lonende exploitatie mogelijk zijn geweest. Een alternatief, door de reguliere vaart van Berbice te verleggen door die naar Indië, had geen enkele zin.  De Nederlandsche Handel-Maatschappij zag wegens tegenvallende oogsten al geen kans om het door (gesubsidieerde) nieuwbouw sterk toegenomen aanbod van scheepsruimte te vullen met export vanuit Indië, zodat dit surplus aan schepen (fregatten, barken, brikken, een enkele galjoot) zich ook voor West-Indië aanbood. Deze concurrentie werd nog sterker toen eind 1830 België zich van de Noordelijke Nederlanden had afgescheiden, waardoor de voormalige Zuid-Nederlanders sowieso niet meer voor de (gesubsidieerde) vrachten van de NHM in aanmerking kwamen, waardoor voor hen feitelijk alleen de Caraïbische Zee restte, van waaruit de exportpotentie echter veel te gering was.

AH 201032
Advertentie. In lading te Amsterdam: naar Berbice. Het gekoperd tweedeks fregatschip de WELVAART, kapt. Casparus Koert, van Amsterdam. Adres bij Hoyman en Schuurman.

AH 010633
Advertentie. In lading naar: Berbice. Het gekoperd tweedeks fregatschip de WELVAART, kapt. Casparus Koert, van Amsterdam. Adres bij Hoyman en Schuurman.

Op 13-07-1833 wordt voor de WELVAART door de weduwe Louis Schumacher uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Casparus Koert.

AH 111133
Berbice, 12 september. Aangekomen de WELVAART, H. Wente, van Amsterdam.
OHC 301133
Amsterdam, 28 november. Texel, 27 november binnengekomen de WELVAART, kapt. Wente, van Berbice.

1834

AH 090834
Advertentie. In lading naar: Batavia. Het nieuw gekoperd tweedeks barkschip MARGARETHA CATHARINA (opm: voormalig fregat WELVAART, op 24 juli voor NLG 24.000 aangekocht), kapt. Hendrik Mulder, van Amsterdam. Adres bij Canne en Balwé en F. der Kinderen.

Op 09-08-1834 wordt voor de MARGARETHA CATHERINA door H. Angelkot Willink uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Hugo Schippers. 

AH 220834
Advertentie. Tot vervoer van families of bijzondere personen, van Amsterdam naar Batavia, wordt aangeboden het uitmuntend daartoe ingerichte en nieuw gekoperde barkschip MARGARETHA CATHARINA, gevoerd door kapt. Hendrik Mulder, zullende omstreeks medio of in het laatst van de maand september vertrekken. Te bevragen bij Canne en Balwé en Floris der Kinderen, cargadoors te Amsterdam.
DC 180934
Amsterdam, 16 september. De werken aan het westelijke Dok en aan de grote Sluis van hetzelve, zijn thans zo ver volbracht, dat gemelde sluis weder voor de handel kan worden opengesteld, en dat de eerste doorschutting door dezelve zal plaats hebben op vrijdag den 19 dezer, des namiddags ten één ure, met het koopvaardijschip de MARGARETHA CATHARINA.
DC 200934
Amsterdam, 17 september. De op gisteren door ons aangekondigde eerste doorschutting der nieuwe Westelijke Doksluizen als waarschijnlijk aangekondigd, zal werkelijk, zonder bijzondere verhindering, en op een plechtstatige wijze plaats hebben op vrijdag den 19 dezer, des namiddags ten één ure.
De opening en doorschutting zullen geschieden ten overstaan van het bestuur dezer stad, zullende de omliggende schepen enz. vlaggen, en zal de doorschutting door ereschoten worden begeleid. Het schip dat deze eerste doorschutting zal doen, genaamd MARGARETHA CATHARINA, is dat van de heer H. Angelkot Willink alhier en wordt gevoerd door de kapt. H. Mulder.
Na de doorschutting en inwijding der voormelde Doksluizen zullen de drie boeiersvloten der jachthavens dezer stad het schip ontvangen en begroeten.
PGC 230934
Amsterdam, 19 september. De plechtige eerste doorschutting van de nieuwe westelijke doksluizen heeft op heden plaatsgehad. Op het schip MARGARETHA CATHARINA, hetwelk deze eerste schutting deed, bevonden zich de heer staatsraad-burgemeester, heren wethouders, leden van de achtbare raad en onderscheidene andere autoriteiten, benevens de heer generaal-majoor Kuntzer. Zodra het schip zich midden in de sluis bevond, hield dezelve stil en deed de heer staatsraad burgemeester een op de omstandigheden toepasselijke toespraak, waarna het schip de doorschutting verder voortzette, gevolgd wordende door de stoomboot MERCURIUS, aan boord hebbende het corps muziek der stedelijke schutterij, hetwelk zich onafgebroken deed horen. Buiten de sluis werd het schip opgewacht door de op het IJ gestationeerde kanonneerboot en een tiental vaartuigen van de jachthavens in slagorde geschaard, die het schip met saluutschoten herhaalde malen begroetten en door hetzelve beantwoord werden. Het heerlijke weder had een ontzettende menigte doen bijeenstromen tot bijwoning der plechtigheid, elke met de Groothste blijken van belangstelling en ten meeste genoegen van alle aanwezigen is afgelopen.
AH 141034
Uitgezeild: Texel, 11 oktober. MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, naar Batavia.
RC 301034
Rotterdam, 29 oktober. Volgens brief van kapt. H. Mulder, voerende het schip MARGARETHA CATHARINA, van Amsterdam naar Batavia, in dato de 15e dezer, was hij in goede staat zeilende tussen Wight en Bevesier (opm: Beachy Head).

1835

JC 040235
Te Batavia zijn aangekomen: de 30e januari het Nederlandse schip IDA ALEIDA, kapt. J. Sipkes, met drie passagiers, van Amsterdam vertrokken de 30e september en dito schip STAD DORDRECHT, kapt. J. van Nassau, van Dordrecht vertrokken de 25e september; de 1e februari het dito schip ONDERNEMING, kapt. J.P. Middel, van Amsterdam vertrokken de 15e september, het dito schip de VROUW HENDRIKA, kapt. L.A.J. Boulet, met een passagier, van Amsterdam vertrokken de 13e september, het dito schip MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, met een passagier, van Amsterdam vertrokken de 11e september.
AH 260835
Binnengekomen: Texel, 24 augustus. MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, MADURA, kapt. B.C. ten Ham, VEREENIGING, kapt. A.A. Herman; van Batavia.
AH 260835
Carga-lijsten Amsterdam: MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, van Batavia met koffie, suiker, huiden en bindrottingen.
AH 061135
Advertentie. In lading naar: Batavia. De gekoperde tweedeks bark MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, van Amsterdam. Adres bij Canne en Balwé en F. der Kinderen. Vertrekt 20 november.
AH 121235
Uitgezeild: Texel, 10 december. Door kontrariewind teruggekomen: CATHARINA JOHANNA, kapt. J.E. Schneebeeke, EENSGEZINDHEID, kapt. B.T. Martens; AUGUSTIN, kapt. G. Mulder en MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, alle vier naar Batavia.
AH 151235
Binnengekomen: Texel, 13 december. Terug uit zee: EDAMS WELVAREN, kapt. J Meyer; MARGARETHA CATHARINA, kapt. H. Mulder, met enige schade.

1836

AH 090136
Uitgezeild: Texel, 7 januari. JAPAN, kapt. P.H. Willers, MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, beide naar Batavia.
JC 110536
Advertentie. Vertrekkende schepen. Passage naar Amsterdam, met het voor passagiers bijzonder goed ingericht schip (opm: tweedeks bark) MARGARETHA CATHARINA, kapitein J.H. Schippers, zullende medio juni van hier vertrekken; te bevragen te Soerabaja bij den gezagvoerder, en alhier bij Nolthenius & Co. Amsterdam, 4 Mei 1836.
NB. De kajuit voorzien van alle gemakken is zeer geschikt tot afhuring voor een familie.
JC 150636
Soerabaja, 5 juni. Vertrokken MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers over Batavia naar Nederland met 3 passagiers.
AH 151136
Volgens brief uit St. Helena, 14 september, van kapt. J.H. Schippers, voerende de MARGARETHA CATHARINA, de 29e juni van Batavia naar Amsterdam vertrokken, was hij op de hoogte van Madagascar door een vliegende storm uit het Z. naar N.O. belopen geworden, waardoor de boot weggeslagen, 2 man gekwetst en schip en tuigage veel hadden geleden, vervolgens te St. Helena binnengelopen en dacht de 15e september de reis te zullen voortzetten.
AH 161136
Binnengekomen te Texel, 14 november. MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers en JAPAN, kapt. P.H. Willers, beide van Batavia.
AH 161136
Carga-lijsten Amsterdam: MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Batavia met koffie, suiker, indigo, tin en bindrotting.

1837

AH 170337
Schepen in lading te Amsterdam: Batavia. Het gekoperd tweedeks barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapt. Jan Hugo Schippers. Adres bij Canne en Balwé en Floris der Kinderen. Sluit 20 maart.

Op 09-03-1837 wordt voor de MARGARETHA CATHERINA door H. Angelkot Willink uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Hugo Schippers.

AH 070437
Texel, 5 april. Uitgezeild MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers, naar Batavia.
PGC 250437
Kapt. J. Kwakkelstein (opm: voerende de hoeker VRIENDSCHAP), van Lisbon te Helvoet binnen, heeft op 6 april op de hoogte van Greenwich met Oostelijke wind in goede staat zeilend gezien een brik, tonende de vlag van het College Zeemanshoop met No. 101, zijnde die van kapt. J.T. Visser, voerende het schip ALIDA, van Amsterdam naar Havana, en de volgende dag een bark, tonende diezelfde vlag met No. 335, zijnde die van kapt. J.H. Schippers, voerende het schip MARGARETHA CATHARINA, van Amsterdam naar Batavia.
JC 150737
Batavia, 12 juli. Gisteren is hier aangekomen de Nederlandse brik MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, met twee passagiers, de 5e april vertrokken van Amsterdam.
JC 260737
Batavia, 23 juli. Vertrokken MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers naar Calcutta.
JC 011137
Batavia, 30 oktober. Heden is hier aangekomen de bark MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H.. Schippers, de 29e september vertrokken van Calcutta.
JC 081137
Advertentie. Passage naar Nederland met het snelzeilend, en voor den overvoer ener familie bijzonder goed ingerichte barkschip MARGARETHA CATHARINA, gevoerd door kapitein J.H. Schippers, zullende in den loop dezer maand van hier vertrekken, te bevragen bij den gezagvoerder, en bij Nolthenius & Co.
JC 251137
Batavia, 23 november. Uitgezeild MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers naar Amsterdam.

1838

AH 230338
Texel, 21 maart. Binnengekomen MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Batavia.
Cargalijst Amsterdam MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Batavia met 4.607 balen koffie, 299 kisten indigo en 1.026 bundels bindrotting. N.H.M.
AH 200538
In lading te Amsterdam naar: Batavia: het Nederlandse gekoperde barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapt. Jan Hugo Schippers, adres bij Canne en Balwé en Floris der Kinderen.
AH 260738
Texel, 24 juli. Uitgezeild MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers naar Batavia.
RC 110838
Kapitein J. Andresen, van Suriname in Texel binnen, heelt den 4 dezer, op de hoogte van Goudstaart (opm: Start Point), gezien een schip, tonende vlag van het collegie Zeemanshoop met Nr. 335, zijnde die van kapt. J.H. Schippers, voerende de bark MARGARETHA CATHARINA, van Amsterdam naar Batavia, hebbende als toen 12 dagen reis; aanboord was alles wel.
AH 150938
Volgens brief van kapt. J.H. Schippers, voerende bet schip MARGARETHA CATHARINA, van Amsterdam naar Batavia, in dato 18 augustus, bevond hij zich toen op 41° 9 N. Br. en 15° W. L. en had gedurende de gehele reis tegenwind en stilte gehad.
JC 121238
Batavia, 9 december. De 17e augustus. Aangekomen de bark MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, vertrokken van Amsterdam de 24e juli.
JC 221238
Het tweede brieven pakket ter verzending naar Nederland met de PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapitein Huidekoper naar Amsterdam, alsmede per MARGARETHA CATHARINA, kapitein J.H. Schippers naar Padang, zullen op morgen middag om één uur worden gesloten.

1839

ZP 220439 – 371
Gearriveerd te Batavia de 8e december 1838: Schippers, MARGARETHA CATHARINA, van Amsterdam, 137 dagen reis.
ZP 140639 – 416
Kapt. Giltjes, van Banjoewangie te Middelburg binnen, rapporteert dat tegelijk met hem de 24e april van St. Helena is vertrokken het schip SCHOON VERBOND, kapt. B. Drayer, alsmede daags voor hem JAVA’S WELVAREN, kapt. Van Delden, beide van Batavia en de MARGARETHA CATHARINA, kapt. Schippers, van Padang, alle naar Amsterdam.
AB 170639

Het schip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Padang naar Amsterdam, was, volgens particulier bericht, den 14 juni, des avonds, in het Gat van Texel ten anker liggende.

Op 06-07-1839 wordt voor de MARGARETHA CATHERINA door H. Angelkot Willink uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Hugo Schippers.

AH 170739
Advertentie. In lading naar: Batavia. Het gekoperd barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapt J.H. Schippers van Amsterdam Adres bij Canne en Balwé en F. der Kinderen.
JC 111239
Advertentie. Passage naar Amsterdam, met het snelzeilend en voor den overvoer van passagiers, bijzonder goed ingericht Nederlands barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapitein J.H. Schippers, zullende binnen 14 dagen van hier vertrekken; adres bij Nolthenius & Co.

1840

ZP 240440
Volgens brief van Batavia van de 18e december zouden van daar vertrekken de schepen: MARGARETHA CATHARINA, kapt. Schippers en AMALIA, kapt. Muller, beide de 21e dito; de JAVAAN, kapt. Van Duin, medio januari.
AB 270440
Texel, 24 april. Binnengekomen MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Batavia.
AH 030640
Advertentie. In lading naar Batavia. De gekoperde tweedeks bark MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Amsterdam. Adres bij Canne en Balwé en F. der Kinderen.
ZP 110740
De 10e juli lagen te Nieuwe Diep zeilklaar de schepen HOLLAND, kapt. Dekker, naar Batavia; MARGARETHA CATHARINA, kapt. Schippers, naar dito.

1841

JC 270141
Banjoewangie, 9 januari. Aangekomen de Nederlandse bark MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Soerabaja 6 januari met 15 man gepasporteerde militairen.
RC 080641
Te St. Helena zijn aangekomen kapitein J. Rickels van Batavia en J.H. Schippers (opm: bark MARGARETHA CATHARINA) van Banjoewangie naar Amsterdam.
AH 260641
Carga-lijsten Amsterdam: MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Batavia met koffie, suiker, tin en bindrottingen.
RC 290641
In Texel binnengekomen J.H. Schippers van Banjoewangie.
AH 060941
Advertentie. Naar Batavia (via Kaap de Goede Hoop) zal ten spoedigste vertrekken: het extra snelzeilend gekoperd tweedeks barkschip MARGARETHA CATHARINA, gevoerd wordende door kapt. Jan Hugo Schippers. Iemand enige goederen naar bovengemelde plaatsen te laden hebbende of van de voor passagiers bijzonder goed ingerichte kajuit, voor de overtocht naar de Kaap de Goede Hoop of Néerlands Indiën wensen gebruik te maken, wordt verzocht zich in tijde aan te melden bij de cargadoors Canne en Balwé of Floris der Kinderen.

Op 10-09-1841 wordt voor de MARGARETHA CATHERINA door H. Angelkot Willink uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Hugo Schippers.

1842

JC 160342
Batavia, 14 maart. De 13e dezer is alhier aangekomen het Nederlandse fregatschip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, met twee passagiers, van Amsterdam de 29e oktober 1841.
AH 090442
Volgens brief van kapt. J.H. Schippers, voerende de bark MARGARETHA CATHARINA, d.d. Kaap de Goede Hoop, 20 januari, was hij toen gereed om van daar naar Batavia te vertrekken, aan boord was alles wel.
AH 190942
Texel, 17 september. Binnengekomen MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Batavia.
PGC 200942
De schepen MARGARETHA CATHARINA, kapt. Schippers, van Batavia naar Amsterdam en ZORGVLIET, kapt. Berghuijs, van Rotterdam naar Belfast, zijn de 12e sept. Deal gepasseerd.
AH 220942
Cargalijsten Amsterdam: MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Batavia met peper, arak, cassia, rijst, indigo, huiden, sigaren en gember.
AH 251042
Schepen in lading naar: Suriname. Het gekoperd tweedeks barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Amsterdam. Adres bij Canne en Balwé en Floris der Kinderen en Zn.
AH 021142
Advertentie. Naar Batavia zal in de loop der maand november vertrekken: het gekoperd tweedeks barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers. Personen of families tot de overtocht naar Java, van deszelfs zeer geschikte kajuit en in alle delen tot gemak der passagiers uitmuntende inrichtingen gebruik wensen te maken of iemand enige goederen te laden hebbende, worden verzocht zich aan te melden bij de cargadoors Canne en Balwé of Floris der Kinderen en Zoon, te Amsterdam.

1843

AH 050143
Texel, 3 januari. Uitgezeild PROTEUS, F. Guyt jr. en MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers naar Batavia.
PGC 270143
Het schip MARGARETHA CATHARINA (opm: bark), kapt. Schippers, van Amsterdam naar Batavia, is 18 januari te Cowes binnengelopen met verlies van de boegspriet, verschansingen, kombuis enz.
AH 110243
Scheepstijdingen. Het schip (opm: bark) MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Amsterdam naar Batavia, te Cowes binnengelopen, is aldaar de 4e februari door een driftig geworden schip aangedreven geworden en heeft daardoor veel schade aan het hek bekomen.
RC 140243
Rotterdam, 13 februari. Van Cowes wordt van de 6e dezer gemeld, dat aldaar de 4e een hevige storm uit het noorden gewoed had, waarbij het schip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, van Amsterdam naar Batavia, door aandrijving van een driftig geworden vaartuig schade aan het hek bekomen en een anker en ketting had laten slippen, terwijl de kof ANTHONY, kapt. E.H. Mugge, van Shields naar Marseille, mede aldaar binnen, de boeg ingestoten was.
PGC 030343
De schepen MARGARETHA CATHARINA, kapt. Schippers, van Amsterdam naar Batavia, en ANTINA, kapt. Mugge, van Shields naar Marseille, te Cowes met schade binnen, hebben 17 februari de reizen voortgezet.
JC 120743
Scheepsberichten. Batavia. Aangekomen.7 juli. Nederlandse bark MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Seluppets (opm: J.H. Schippers), vertrokken van Amsterdam de 3e januari met drie passagiers.
JC 020843
Batavia, 30 juli. Vertrokken MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers over Wijnkopersbaai naar Amsterdam.
JC 160843
Wijnkoopersbaai, 5 augustus. Aangekomen de Nederlandse bark MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Batavia den 30sten juli.
RC 121243
Van Wijnkopersbaai den 20 augustus MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers naar Amsterdam.
AH 191243
Cargalijst Amsterdam. MARGARETHA CATHARINA, J.H. Schippers van Wijnkopersbaai met 4.050 balen koffie, 277 kanasters suiker. N.H.M.

1844

AC 310744
Advertentie. G.J. Roland Holst, F. der Kinderen, J.H.A. Balwé, H. Salm, J Schröder en D. Beth, makelaars, zullen op maandag 19 augustus 1844, des avonds ten 6 ure precies, te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notaris F.W. Fabius verkopen: een extraordinair welbezeild gekoperd en kopervast tweedeks Nederlands barkschip, genaamd MARGARETHA CATHARINA, gevoerd door kapt. Jan Hugo Schippers, volgens Nederlandsche meetbrief lang 27 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 4 duimen, hol 4 ellen 35 duimen, en alzo gemeten op 268 tonnen of 142 lasten; breder bij inventaris en bericht bij bovengemelde makelaars.
AC 210844
Prijzen der schepen, geveild op 19 augustus 1844, in de Nieuwe Stadsherberg aan het IJ:
- Het gekoperd Nederlands barkschip ANNA GEERTRUIDA, kapt. L.A.J. Boulet, NLG 14.000, in slag NLG 5.000; B.D. Bosscher. (opm: nieuwe naam ANTONIE EN EUGENIE, nieuwe kapitein Casper Meijer)
- Het gekoperd Nederlands barkschip GOUDA SUZANNA, kapt. J.L. Mulder, NLG 12.100, in slag NLG 4.000; J.H.A. Balwé.
- Het gekoperd Nederlands barkschip MARGARETHA CATHARINA, kapt. J.H. Schippers, NLG 16.000, in slag NLG 5.000; J. Corver. (opm: nieuwe naam WOLTEMADE, kapt. F. Guijt)
NRC 201044
Advertentie. In lading naar: Kaap de Goede Hoop en Batavia, om in november te vertrekken, het Nederlandse snelzeilend gekoperd barkschip WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr.
Adres bij Kuypers, van Dam & Smeer.

Op 02-11-1844 wordt voor de WOLTEMADE door C. Balguerie & Zoon uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. F. Guijt Jr. 
(opm. het schip is vernoemd naar Wolraad Woltemade, circa 1708-1773, een Kaapse Nederlandse veeboer die op 1 juni 1773 omkwam bij de redding van zeelieden van het schip de JONGE THOMAS in de Zuid-Afrikaanse Tafelbaai. Heden ten dage bestaat er nog een heldenpenning in zijn naam te Zuid Afrika)

AH 091244
Texel, 7 december. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr., naar Kaap de Goede Hoop en Batavia.

1845

JC 300445
Advertentie. Ter bevrachting naar enige haven wordt aangeboden het Nederlands nieuw gekoperd barkschip WOLTEMADE, gezagvoerder F. Guijt Jr., groot 142 gemeten lasten. Nadere informatiën bij Voute & Guerin.
JC 300445
Batavia, 27 april. Heden is alhier aangekomen de Nederlandse bark WOLTEMADE, kapt. F. Guijt, vertrokken van Amsterdam de 7e december 1844.
JC 040645
Batavia, 2 juni. In lading naar China WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr., agent Voute & Guerin.
NRC 270945
Batavia, 4 juni. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. naar Macao
NRC 281045
Hong Kong, 11 augustus. Vertrokken WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. naar Batavia.
JC 291045
Batavia, 26 oktober. Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr., vertrokken van Canton de 27e juli.

1846

AH 220146
Batavia, 7 november 1845. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. naar Rotterdam.
AH 260346
Texel, 24 maart. Binnengekomen WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. van Batavia.
AH 270346
Cargalijst Amsterdam. WOLTEMADE, F. Guijt Jr. van China en Batavia met thee, rijst, tabak en cassia (opm:Padang-cassia = valse kaneel, heeft scherpere smaak dan goede Ceylon-kaneel) .
NRC 100446
Advertentie. In lading te Amsterdam naar: Batavia en de Kaap de Goede Hoop. Het Nederlands gekoperd barkschip WOLTEMADE, kapt. J. Guijt Jr.
Adres bij Jan Corver en Co., te Amsterdam, en bij Kuyper, van Dam en Smeer en Hudig en Blokhuyzen, alhier.
AH 220746
Gepraaid: 17 juli, op de hoogte van Wight; STAD TIEL, Chevalier, en  WOLTEMADE, Guyt, Jr., van Amsterdam naar Batavia.
AH 270746
Bij Portsmouth, 22 juli. WOLTEMADE, Guyt, Jr., van Amsterdam naar Batavia.
AH 181146
Gepraaid: 13 september, op 21° Z. Br. 20° W.L.; WOLTEMADE, Guyt naar de Kaap de Goede Hoop.
JC 191246
Batavia, 16 december. Heden zijn hier aangekomen de Nederlandse bark WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr., vertrokken van Kaap de Goede Hoop de 5e november.

1847

JC 060147
Batavia. In lading naar: Naar Rotterdam, Nederlands schip WOLTEMADE, gezagvoerder Guijt, Agenten Voute en Guerin.
NRC 260347
Batavia, 20 januari. Uitgezeild WOLTEMADE, F. Guyt naar Rotterdam.
NRC 070547
Helvoetsluis, 6 mei. Gisteren arriveerde WOLTEMADE, F. Guyt Jr. van Batavia.
NRC 080547
Cargalijst. Rotterdam. WOLTEMADE, F. Guit Jr. van Batavia met 390 picols koffie, 4.600 picols rijst, 900 stuks huiden, 50 picols peper, 32 kisten boomwas van Japan, 632 bossen balein, van Japan. Order.

Op 29-05-1847 wordt voor de WOLTEMADE door C. Balguerie & Zoon uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. F. Guijt Jr.

AH 310547
Advertentie. Aan heren scheepsreders. De ondergetekende heeft de eer te berichten, dat hij als agent van de heer G.F. Muntz in het afgelopen jaar heeft geleverd de bladen patent metal, benodigd voor dubbeling van het alhier te huis behorende schip WOLTEMADE; dat genoemd schip, nu een reis naar Java en terug volbracht hebbende, twee bladen in de boeg van dat vaartuig zijn afgenomen en tegen twee nieuwe bladen van dezelfde oorspronkelijke zwaarte gewogen, waarbij is bevonden dat het gehele verlies in gewicht niet meer bedraagt dan vijf ten honderd; dat is er aan de huid van genoemd schip, evenmin als aan die van het schip OLIVIER VAN NOORD, welk vaartuig mede een reis naar Java volbracht (en welks dubbeling ook door de ondergetekende geleverd is) aangroeiing is te bespeuren; na welke gunstige bevindingen de ondergetekende zich gerechtigd acht het gebruik van Muntz’s Patent Metal algemeen aan te bevelen en tevens vermeent de belanghebbenden aandachtig te moeten maken, dat het dubbeling van beide voornoemde schepen afkomstig zijn uit de fabriek van de uitvinder G.F. Muntz te Birmingham, en dat genoemde schepen de eerste zijn gewest, waarmede hier te lande de proef van Muntz’s Patent Metal is genomen.
Rotterdam, 28 mei 1847. Gerrit Visser Ez., enige agent van G.F. Muntz, voor Amsterdam. Adres bij de heer G.F. Plate.
AH 250947
Helvoetsluis, 23 september. Voor de wal WOLTEMADE, F. Guijt van Archangel
NRC 250947
Cargalijst Rotterdam. WOLTEMADE, F. Guijt van Archangel met: 2.607 tschetw. rogge, 350 matten.
(opm: tschetswert, oude Russische inhoudsmaat, vooral gebruikt voor graan; 67 tschetwert = 150 hectoliter, hier dus circa 5.836 hl of circa 420 ton)
NRC 091047
Advertentie. In lading te Rotterdam naar: Batavia, mede voor passagiers, waartoe hetzelve bijzonder is ingericht. Het snelzeilend Nederlands gekoperd barkschip WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. Adres ten kantore van Kuyper, van Dam en Smeer, Hudig en Blokhuyzen en Wambersie en Crooswijck.
AH 221147
Helvoetsluis, 20 november. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. naar Batavia.
OHC 311247
Kapt. Rietmeijer, van Batavia te Helvoet binnen, rapporteert 18 december op de hoogte van Lizard gepraaid te hebben het schip WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr., van Rotterdam naar Batavia.

1848

LCO 110248
Men meldt uit Rotterdam, waar de branderijen thans bloeien door den aftrek naar den Oost-lndischen Archipel, dat de reders Balguerie en Zoon, aan de equipage van hun schip WOLTEMADE, kapt. Guyt, van daar naar Oost-lndië bestemd, in plaats van het gewone rantsoen jenever, ene ruime hoeveelheid koffie (5 Nederlandse ons per hoofd in de week) zullen verstrekken. Bij de monstering van het volk werd hun deze voorwaarden bekend gemaakt, waarmede allen genoegen namen. De WOLTEMADE heeft echter wel sterke drank aan boord,. daar de kapitein zich heeft voorbehouden, om, wanneer door zware storm de gelegenheid om koffie te koken ontbreken mocht, bij uitzondering drank toe te dienen aan wie ze mocht begeren.
NRC 240648
Batavia, 4 april. Gearriveerd WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr., van Rotterdam.
9 April. Vertrokken WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr. naar Soerabaja.
NRC 280748

Soerabaja, 21 april. Aangekomen WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr., van Batavia.
4 Mei. Vertrokken WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr. naar Rotterdam.
AH 250948
Bij Falmouth, 19 september. WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr., van Batavia naar Rotterdam.
NRC 280948
Helvoetsluis, 27 september. Binnengekomen WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr., van Batavia.
NRC 051048
In lading te Rotterdam naar: Kaap de Goede Hoop. Voor goederen en passagiers het gekoperd snelzeilend Nederlands barkschip WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr.
Adres ten kantore van Kuyper, van Dam en Smeer, en Hudig en Blokhuyzen alhier, Jan Corver en Co. te Amsterdam, en hij de heren reders Corns. Balguerie en Zoon.
NRC 131048
Rotterdam, 12 oktober. De onderstaande brief is door de heren C. Balguerie & Zn gezonden aan de heer Voorhoeve, secretaris van het Matigheids-Genootschap alhier:
Rotterdam, 9 oktober.
WelEdele heer,
Ons schip de WOLTEMADE, gevoerd door kapt. Guyt Jr, onlangs van Oost-Indiën teruggekomen zijnde, hebben wij het genoegen u te kunnen zeggen, dat de proef met deze bodem genomen om geen sterke drank aan zijn equipage uit te delen, uitmuntend is geslaagd. De bemanning is daaronder zeer tevreden en gezond gebleven, zelfs hebben wij geen zieken, noch op de reis, noch gedurende het verblijf in Indië gehad, zodat wij geen cent aan hospitaal- of doctorskosten betaald hebben. Bij het binnenvallen alhier heeft het volk zich zeer behoorlijk gedragen en met ijver zijn werk gedaan, hetgeen niet altijd het geval met binnenkomende schepen is. Gedurende het verblijf in Indië heeft kapt. Guyt van tijd tot tijd enige uitdelingen rode wijn laten doen.
Uit het bovenstaande blijkt:
1.  dat er geen bezwaar bestaat om een goede bemanning te verkrijgen, met onthouding van sterke drank.
2.  dat de onthouding van sterke drank niet nadelig, maar gunstig op de gezondheid werkt.
3.  dat de onthouding van sterke drank eveneens gunstig werkt op het gedrag, en de discipline aan boord in de hand werkt.
Eindelijk kunnen wij u nog melden, dat de weinige jenever, welke voor onvoorziene gevallen was aan boord gedaan, onaangeroerd is teruggekomen.
Hoogachtend hebben wij de eer ons te noemen Ued. Dw.Dienaren,
Corn. Balguerie & Zoon
NRC 201148
Zeilklaar te Rotterdam, 18 november, WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. van Rotterdam naar Batavia.
RC 141248
Helvoetsluis, 13 december. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. van Rotterdam naar Batavia.
NRC 211248
Cowes, 17 december. WOLTEMADE, F. Guijt Jr. van Rotterdam naar Kaap de Goede Hoop.
  

1849

JC 020549
Batavia, 28 april. Gisteren is hier aangekomen de Nederlandse bark WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr., de 13e december vertrokken van Rotterdam.
NRC 210949
Gepraaide Schepen. Den 6den september op 46° N.Br. 45° WL. WOLTEMADE, Guyt, van Batavia naar Rotterdam.
NRC 280949
Helvoetsluis, 27 september. Gearriveerd WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. van Batavia, naar binnengesleept door de stoomboot BROUWERSHAVEN.
NRC 280949
Cargalijst Rotterdam. WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr. van Batavia met 3.812 balen rijst, 1.635 bossen bindrotting. Cornelis Balguerie & Zonen. 370 pakken tabak Lenersan & Co.
NRC 191049
In lading te Rotterdam naar: Kaap de Goede Hoop. Het gekoperd snelzeilend Nederlands barkschip WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. Adres ten kantore van Kuyper, van Dam en Smeer. (opm: zie echter NRC 311249)
NRC 311249
Naar Valparaiso. Het nieuw gekoperd snelzeilend Nederlands barkschip WOLTEMADE, kapt F. Guyt Jr, om den 15den januari 1850 te vertrekken. Adres ten kantore van Kuyper, van Dam en Smeer (opm: verandering van reisdoel)

1850

AH 150150
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Valparaiso en San Francisco (Californië) voor goederen en passagiers het nieuw gekoperd, extra snelzeilend Nederlands barkschip WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr., om de 1e februari te vertrekken. Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer.

Op 05-02-1850 wordt voor de WOLTEMADE door C. Balguerie & Zoon uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. F. Guijt Jr.

NRC 080350
Rotterdam, 7 maart. Zeilklaar de Nederlandse bark  WOLTEMADE, F. Guijt Jr. naar Valparaiso en San Francisco.
NRC 140350
Helvoetsluis, 13 maart. Uitgezeild WOLTEMADE, F. Guijt Jr. naar Valparaiso.
NRC 310850
Rotterdam, 30 augustus.  Met het stoomschip CANADA, den 26sten dezer te Liverpool gearriveerd, zijn berichten tot den 28sten juni van Valparaiso ontvangen, en was aldaar voor dien tijd gearriveerd (opm: zie NRC 020950) het barkschip WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr., van Rotterdam.
NRC 020950
Valparaiso, 11 juni. Aangekomen WOLTEMADE, kapt. F. Guijt Jr., van Rotterdam met 88 dagen reis.
NRC 031050
Per het stoomschip SEVERN van Valparaiso te Southampton gearriveerd, zijn berichten tot en met den 1sten augustus van daar medegebracht, en was den 4den juli van daar vertrokken het Hollandse schip OCEAN, kapt. van Duffelen, naar Panama, en den 11 den het schip WOLTEMADE, kapt Guyt Jr., naar San Francisco.
NRC 251150
San Francisco, 8 september. Binnengekomen WOLTEMADE, kapt Guyt Jr, van Rotterdam (opm: via Valparaiso, zie NRC 020950)).
AH 271250
San Francisco, 15 oktober. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt Guyt Jr, naar Callao (opm: Lima).

1851

AH 010351
Callao, 24 december 1850. Binnengekomen WOLTEMADE, kapt Guyt Jr van San Francisco.
OHC 310351
Te Callao de schepen GRAAF VAN HOGENDORP, kapt. van Hees, van Pisco, JUNO, kapt. Chevalier, MARIA ANTOINETTE, kapt. Day en WOLTEMADE, kapt. Guyt Jr., alle 3 van Chincha.
AH 290451
Callao, 8 februari. Binnengekomen WOLTEMADE, Guyt Jr. (opm: de vorige haven is niet vermeld; mogelijk heeft de bark een kustreis gemaakt om lading te verzamelen)
NRC 120651
Cowes, 8 mei. Binnengekomen WOLTEMADE, Guyt Jr van Callao naar Londen.
AH 130651
Londen, 10 juni. WOLTEMADE, Guyt Jr van Callao.
NRC 010751
Londen, 28 juni. In lading WOLTEMADE, Guyt Jr. naar Kaap de Goede Hoop.
NRC 250751
Londen, 21 juli. Uitgezeild WOLTEMADE, Guyt Jr. naar Kaap de Goede Hoop.
NRC 290751
Deal, 25 juli. WOLTEMADE, Guyt Jr. naar Kaap de Goede Hoop.
AH 101051
Gepraaid 15 juli, op 3" N. Br.: PRINS HENDRIK, Goedkoop, van Amsterdam naar Batavia. 1 Sept., op 11 graden 23' N. Br. 20 graden 56” W. L.: WOLTEMADE, Guijt Jr., van Londen naar Batavia.
NRC 091251
Kaap de Goede Hoop, 17 oktober. Aangekomen WOLTEMADE, Guijt Jr., van Londen

1852

NRC 100152
Kaap de Goede Hoop, 18 november 1851. Vertrokken WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. naar Akyab.
NRC 250352
Akyab, 19 januari. Aangekomen WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. van Kaap de Goede Hoop.
NRC 220452
Akyab, 13 februari. Uitgezeild WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. naar Rotterdam.
NRC 280652
St. Helena, 9 mei. WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. van Akyab naar Rotterdam.
AH 050752
Helvoetsluis, 2 juli. Binnengekomen WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. van Akyab
Cargalijst Rotterdam. WOLTEMADE, kapt. F. Guyt Jr. van Akyab met 5.257 balen rijst, order.

Op 31-07-1852 wordt voor de WOLTEMADE door C. Balguerie & Zoon uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. F. Guijt Jr. In de kranten wordt sindsdien steeds van een kapitein Hus gesproken. Bureau Veritas wijzigt in haar register ook de naam van kapitein Guijt in Hus. Er is geen zeebrief gevonden en de reden van deze wisseling der wacht is onbekend.

AH 110852
Helvoetsluis, 9 augustus. Uitgezeild WOLTEMADE, Hus naar Newcastle.
AH 170852
Northshields, 13 augustus. Binnengekomen  WOLTEMADE, Hus van Rotterdam.


1853

AH 110353
Point de Galle (opm: nu Galle, Sri Lanka), 19 januari. Binnengekomen WOLTEMADE (opm: bark), H. Hus van Shields.
AH 190553
Akyab, 13 maart. Aangekomen WOLTEMADE, Hus, van Point de Galle.
NRC 020653
Akyab, 4 april. Uitgezeild WOLTEMADE, Hus naar Rotterdam.

DC 020653
Het schip WOLTEMADE, kapt. Keno (opm: bark, kapt. H. Hus), de 4e april van Akyab naar Rotterdam vertrokken, is de 12 dito aldaar lek teruggekomen en moet lossen om te repareren.
NRC 030653
Akyab, 12 april. Het Nederlandse barkschip WOLTEMADE, kapt. Hus, hetwelk de 4e dezer van hier naar Rotterdam vertrok, is lek uit zee terug gekomen. Hetzelve maakte twee duim water in het uur en zal de lading moeten lossen om te repareren.
 

1855

NRC 030155
Rotterdam, 2 januari. De Zeepost van 2 januari vermeldt een lijst van onderscheidene schepen, welke in het jaar 1854 verongelukt, verbrand, afgekeurd, gesloopt of vermist zijn. Onder deze vinden wij als vermist: WOLTEMADE, kapt. H. Hus.
RC 270155
Gepraaide Schepen: Den 1 november 1854, in Straat Banca, WOLTEMADE, van Sunderland naar Shanghai en is sindsdien vermist.
(opm: de bark WOLTEMADE, bouwjaar 1826, is mogelijk in 1853-1854 in het Verre Oosten verkocht; van de in krantenberichten genoemde kapitein Hus is geen Nederlandse of Nederlands-Indische zeebrief bekend; de vermissing tussen Straat Banka en Shanghai zal wel juist zijn)

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1826-36

BIJLBRIEF
Schip: de WELVAART

plaats en datum acte bijlbrief, Amsterdam, 31 oktober 1826

soort schip kopervast fregat

gevoerd door kapt.

Bouwwerf/verkoper Antonius de Graaff, meester scheepsbouwer van de firma A. de Graaff & Zonen te Amsterdam, werf de Oranjeboom

eigenaar/aankoper rederij onder de directie van Louis Schumacher, commissionair te Amsterdam

te voeren door kapt. Casparus Koert

groot volgens meetbrief in tonnen

tuigage en aantal dekken twee dekken

afmetingen lang over stevens 101 voet, wijd binnen zijn huid 27½ voet, hol in het ruim 12 voet 2 duim, tussendek hoog 6 voet 2 duim, Amsterdamse maat of 28,31 x 7,79 x 3,45 meter, tussendek hoog 1,75 meter Nederlandse maat

kiellegging

tewaterlating 20 juli 1826

plaats en nummer van registratie Amsterdam, deel 13, folio 25, recto, vak 3

datum van registratie 14 november 1826

notaris Burgemeester & Wethouders Amsterdam, 15 november 1826, get. D.W. Elias

prijs (bij aan-/verkoop)

bijzonderheden geheel nieuw gebouwd in 1826 en alsnu gereed liggend voor deze stad tot het doen van een reis naar Rio Berbice








researcher/datum research ML-270806

Naam WELVAART (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1826
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1826.36

deel VI, foto 014, 015
CEDULE

Naam schip de WELVAART

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 21 november 1826

type schip fregat

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Casparus Koert

grootte in tonnen 142 lasten of 268 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 24 november 1826

nummer registratie deel 12, folio 44, recto, vak 4

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.

researcher/datum research: ML / 280715

bijlage bij acte 36 van 1826, fregat WELVAART
eigenaren per medio november 1826:

Louis Schumacher, Amsterdam (boekhouder en 6/16e part)
G.J. van der Laan, Amsterdam (2/16e part)
H.P. de Bordes, weduwe van J. van Bosse, Amsterdam (1/16e part)
firma A.L. van Harpen & Zoon, Amsterdam (1/16e part)
firma Da Costa Gomes, De la Penha & De Castro, Amsterdam (1/16e part)
A.C. Warneke, weduwe van A.G. Heineken, Amsterdam (1/16e part)
J.H.F. Schmedding, Amsterdam (1/16e part)
firma Holst Graafland & Strik, Amsterdam (1/16e part)
R. Bronkhuijzen, Leiden (2/16e part)

ML / 280715

Naam WELVAART (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1826
Toegang 5074
Inventaris 1417
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1418.1834.31

deel VII, foto I-015, 016
CEDULE

Naam schip MARGARETHA CATHARINA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 30 juli 1834

type schip niet vermeld

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Hendrik Mulder, mede-eigenaar

grootte in tonnen 142 lasten of 268 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 1 augustus 1834

nummer registratie deel 30, folio 2, verso, vak 1

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.




researcher/datum research: ML / 240915


bijlage bij acte 31 van 1834, schip MARGARETHA CATHARINA
eigenaren per ultimo juli 1834:

Herman Angelkot Willink, assuradeur te Amsterdam (boekhouder en 8/28e part)
Hendrik Mulder, Amsterdam (schipper en 1/28e part)
C.F.M. de Lepel, Amsterdam (4/28e part)
W.W. Willink, Amsterdam (4/28e part)
W.W. Willink Jr., Amsterdam (4/28e part)
P. Huidekoper, Amsterdam (2/28e part)
A. Huidekoper, Amsterdam (2/28e part)
J. Laan Willink, Amsterdam (2/28e part)
J.A. Willink Wzn., Amsterdam (1/28e part)

ML / 240915

Naam MARGARETHA CATHARINA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1834
Toegang 5074
Inventaris 1418
Klik hier om de originele akte te bekijken

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1834 – no. 31

KOOPBRIEF de Welvaart

plaats en datum acte Amsterdam, 25 juli 1834

type schip koopvaardij fregatschip

kapitein Casparus Koert

verkoper Pieter Swanenburg, boekhouder, belast met de
liquidatie van het huis van negotie Louis Schumacher,
destijds boekhouder van het schip

koper Herman Angelkot Willink, assuradeur te Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / nr van registratie

datum registratie

notaris Hendik Ioannis Weyland, Amsterdam

prijs ƒ 24000

bijzonderheden

Naam WELVAART (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1834
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.98c
DVD VIII – 210 - 214
ACTE VAN KOOP/VERKOOP
Naam schip MARGARETHA CATHARINA

plaats en datum acte openbare verkoping, Amsterdam, 19 augustus 1844

type schip bark

bouwwerf/verkoper Jan Abraham Willink Willemszoon, zonder beroep, te Amsterdam. De drie schepen behoorden toe aan de rederijen van wijlen Herman Angelkot Willink, door de aandeelhouders in die rederijen tot verkoping gemachtigd

gevoerd door kapt. Jan Hugo Schippers

eigenaar/aankoper Jan Corver, makelaar, ten behoeve van zijn meesters de heren Corns. Balguerie & Zoon, kooplieden en reders te Rotterdam, waarvoor acteerde Frederick Jean Plate, koopman te Rotterdam, van de firma Corn.Balguerie & Zoon

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 268 tonnen of 142 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 27,50 m., breed 5,04 m., hol 4,35 m.

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 21 augustus 1844

nummer van registratie deel 68, folio 140, recto, vak 6

notaris Fredrik Wilhelm Fabius, notaris te Amsterdam

prijs NLG. 21.000,-

Bijzonderheden± tijdens deze verkoping ligt het schip aan de werf d´Oranjeboom van de scheepsbouwmeesters A. de Graaf & Zoon, Amsterdam, waar het wordt verbouwd.

Zie actes Rott.3.03.17.01.3675.98a en b



researcher/datum research: ML / 140108

Naam MARGARETHA CATHARINA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1844
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 1826
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen.
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer AMS 5074.1417.1826.36
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1826-36
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074 – 1420 – 1834 – no. 31
N.A. Den Haag archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675. – No. 98c
Wikipedia: Woltemade
AB = Avondbode
AC = Amsterdamsche Courant
AH = Algemeen Handelsblad
DC = Dordtsche Courant
JC = Javasche Courant
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
OHC = Opregte Haarlemsche Courant
PGC = Provinciale Groninger Courant
RC = Rotterdamsche Courant
ZP = Zeepost