Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
kof “De Vrouw Maria”
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 26 juli 1814
Advertentie. Nicolaus Montauban van Swyndregt, Hubertus Montauban van Swyndregt en Frederik van Dam, makelaars binnen Rotterdam, als last-hebbende van hun Principalen, en geautoriseerd door de Regtbank van Koophandel, zitting houdende binnen deze stad Rotterdam, zijn van mening, op dinsdag 9 Augustus 1814 des namiddags te vier uur, ten huize van George Crabb, kastelein in het Badhuis, in de Boompjes, in het openbaar te veilen en aan de meest daarvoor biedende of eerstmijnende te verkopen:
Een extra welbezeild Kofschip, genaamd DE VROUW MARIA, gevoerd geweest bij kapitein A. Harmens, lang over steven 89½ voet, wijd over zijn berghouten 22 voet 2 duim, hol, in het ruim, 10 voet ½ duim, alle Amsterdamse voeten, met al deszelfs rondhout, staande en lopend wand, ankers, touwen en zeilen, zoals hetzelve thans is liggende in de Leuvehaven, Oostzijde. Breder bij Inventaris en nader onderrigting bij bovengemelde makelaars.
Datum vanaf: |
1810 |
Kapitein: |
Harmens, A. |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Hildert Janssen Bonn werd ca 1790 geboren te Norden in Oost-Friesland als zoon van Jan Arends Bonn, scheepskapitein, en Steintje/Heintje Helders. Zijn broer Jan Janssen Bonn was eveneens gezagvoerder ter koopvaardij
Hij trouwde met Jantje Ulrichs Bonjer. Deze overleed in 1867. Te Dornumersyhl/Oost-Freisland werden twee kinderen geboren en wel:
-
Johanna Christina, 28 december 1826. Deze trouwde op 23 oktober 1849 met Jan Smit, reder/scheepsbouwer 1825-1908 Alblasserdam, enige zoon van Cornelis Smit reder / scheepbouwer te Alblasserdam en Neeltje Tuytel. Getuigen bij het huwlijk was oom van de bruid Jan Janz Bonn kapitein der koopvaardij en scheepsreder 53 jaar woont te Den Haag.
-
Ulrich Hildert, 05 oktober 1831. Kapitein der koopvaardij, trouwt in 1866 te Alblasserdam met Maria Daniela Lipjes.
In 1862 is Hildert wethouder / raadslid van de gemeente Alblasserdam en mede oprichter van de werf / droogdok van H.J.Bonn en Mees en Wilton te Katendrecht / Rotterdam.064
Hildert Janz overleed in 1866 te Alblasserdam
“Heden overleed, tot droefheid van mij en mijne Kinderen, in den ouderdom van 66 Jaren, mijn hartelijk geliefd Echtgenoot, H.J.BONN, rustend Koopvaardij-Kapitein.
Norden, in Oost Friesland, A.R.BONJER
28 Februarij 1854 Wed. H.J.Bonn
Eenige Kennisgeving
(Knipselcollectie Centraal Bureau voor Genealogie)
IS WELLICHT EEN ANDERE KAPITEIN, GEZIEN DE OPGAVE VAN DE ECHTGENOTE
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.J.Bonn was met vlagnummer R70 in de periode 1826 t/m 1854 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. de ledenlijsten in de periode 1820 t/m 1825 ontbreken. Hij kan dus in één van de jaren uit de genoemde periode tot de Maatschappij zijn toegetreden058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de Jaarverslagen 1855, 1858 en 1859 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat dat zijn weduwe een jaarlijkse uitkering ontving van f 100,-.058 (Deze jaren kloppen niet met de opgaven onde de “Familiegegevens” hiervoor).
In het Jaarverslag 1867 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt vermeld dat de “trekkende weduwe” van H.J.Bonn is overleden058.
De schepen van de kapitein
H.J.Bonn was in 1824 gezagvoerder van het Rotterdamse fregat de “Jonge Adriaan” (200 lasten, gebouwd te Denemarken). De boekhouder was A.van Hoboken012.
Op 22 feburari 1826 werd op de Rotterdamse werf “Rotterdams Welvaren” het fregat “Neerlands Koning” te water gelaten. “Even voordat die plechtige gebeurtenis zou plaats hebben, kwam het fregatschip “De Jonge Adriana”, kapitein H.J.Bonn, de rivier op zeilen, en met een saluut van 21 schoten, uit haar vuurmonden, heette zij de “Neerlands Koning” welkom in het water”026(36/345).
Sterrenburg062 noemt H.J.Bonn in 1845 gezagvoerder van de “Vice Admiraal Gobius”.
In de Jaarverslagen 1849 en 1851 van de Maatschappij staat kapitein H.J.Bonn met vlagnummer R70 als gezagvoerder in de ledenlijsten maar zonder vermelding van schip of boekhouder058.
Bouma025 vermeldt H.Bon (sic) als gezagvoerder gedurende:
-
1830 van het 3/m schip “Neerlands Nijverheid”, gebouwd in 1829 te Alblasserdam, 470 ton o.m., varend voor C.Smit & Co te Alblasserdam (is dit dezelfde persoon als H.J.Bonn?)
Bouma025 vermeldt H.J.Bonn als gezagvoerder van:
-
1818 t/m 1827 van het 3/m schip “Jonge Adriana”, gebouwd in 1818, bouwlocatie niet vermeld, 400 ton o.m., varend voor A. van Hoboken & Zn te Rotterdam;
-
1831 t/m 1833 van de brik “Jonge Elisabeth”, gebouwd in 1814, bouwlocatie niet vermeld, 274 ton o.m., varend voor Hoboken te Rotterdam;
-
1832 t/m 1838 op het fregat de “(Vrouw) Johanna Elisabeth”, gebouwd in 1831 te Alblasserdam 821 ton o.m., varend voor C.Smit te Alblasserdam (. Hij werd in 1838 opgevolgd door G.H.Ruhaak.);
-
1840 t/m 1848 van de bark “Vice Admiraal Gobius”, gebouwd in 1840 te Alblasserdam en te water op 08 juli 1840 , 595 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam.
niet vermeld als gezagvoerder van “De Nederlandse Nijverheid”. De eerste vermelding is 1831 met kapitein F.H.von Lindern en reder C.Smit & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
In de eerste decade van de 19e eeuw had reder-koopman Van Hoboken voortdurend moeilijkheden met de te voeren vlaggen, vanwege de oorlog tusseen Frankrijk en Engeland en de daarmee samenhangende in beslagnamen van schepen van de vijand.
“Ook met de papieren voor zeelieden werd gerommeld, zoals een instructie aan Henrichs laat zien: ‘Laat de Drie Gezusters op naam van Bonn stellen en houd die papieren onder U, totdat Gijzelf vertrekt, want kapitein Bonn moet met alle de papieren van kapitein Luitiens varen. Omdat Bonn geen Kniphauser-burger is, zal het best zijn, dat hij zich deze reis maar Harmen Luitiens moemt en dus op zijn naam vaart.’ ”
Eind mei 1812 was het schip “Le Jeune Jacob” onder kapitein Bonn vanuit Rotterdam uitgevaren naar Engeland. Het schip was kort daarvoor door van Hoboken gekocht. Het schip keerde, beladen met suiker en koffie op 12 juli terug in Nederland.069 – p.78
In november 1814 voer kapitein Bonn met de “Jonge Jacobus” van Londen naar Rotterdam en had daarbij zeer zwaar weer. 069 – p.106
In 1822 kocht Van Hoboken het in 1818 in Altona gebouwde Deense fregat Frederik de Zesde. Hij had aan gexzagvoerder H.J.Bonn een fors schip beloofd. “Deze kapitein had dit naar zijn opvatting verdiend … Bonn was in de eerste week van november 1821 met de Jonge Jacobus voor Helvoet verschenen, na een uiterst snelle rondreis van ruim acht maanden. “In mei 1822 was Bonn in Kopenhagen om het schip de Frederik de Zesde te kopen en huiswaarts te zeilen. “. Het schip kreeg de naam “De Jonge Adriana”. “Gezagvoerder Bonn had de Jonge Jacob overgegeven aan een kapitein die ook Bonn heette, met de voornamen Jan Jansz – waarschijnlijk diens zoon (zie aldaar, waaruit blijkt dat het géén zoon van hem was). Van Hoboken noemde deze J.J.Bonn als gezagvoerder in een brief van december 1821, … De Jonge Adriana … begon op 27 september 1822 aan de eerste Indië-reis. Kapitein H.J.Bonn, die veel vertrouwen genoot van Van Hoboken, kreeg een uniek betaalmiddel me. Dat was de 18-karaats briljant; een juweel waarvoor het Russische hof in 1790 achtduizend gulden had geboden en dat in het bezit van Van Hoboken was gekomen … De Jonge Adriana nam ook een bijzondere passagier mee: de Duitser Philop Franz von Siebold, die als 26-jarige arts tot chirurgijn-majoor in het Indische leger was benoemd en tevens opdracht had natuurkundig onderzoek in de kolonie te gaan verrichten. … Bij het vertrek uit Helvoet had de Jonge Adriana 29 bemanningsleden aan boord. Het schip nam vier officieren, honderd soldaten en ook enige vrouwen plus kinderen mee. … “069 – p.122-123.
Ontleend aan van Blokland-Visser064 is het volgende:
Hildert Bonn maakte als jongen een reis mee met zijn vader naar Kopenhagen op het onder Pruisische vlag varende schip “Heba Maria” (Gemeentearchief Amsterdam, particuliere archieven 38, inv.nr 590 ) Hij was in 1810 stuurman (Gemeentearchief Rotterdam, Oud-Notarieel Archief Rotterdam, inv.nr 3523/626). Van hem zijn waarschijnlijk meer akten in het notarieel archief van Rotterdam.
Op 29-9-1823 t/m 1826 te Rotterdam is Hildert Bonn kapitein op het fregat “Jonge Adriaan” 200 last / reder A van Hoboken te Rotterdam / gebouwd in Denemarken / met Frans Harms von Lindern als lichtmatroos voor een gage van f 16, - per maand.
Op 18 juli 1826 te Rotterdam is hij kapitein op het fregat “De Vijf Zusters” reder A van Hoboken te Rotterdam, en vertrekt naar Batavia en komt terug in Holland in augustus 1827. Aan boord was als 4e stuurman Frans Harms von Lindern.
Deze melding van van Blokland is fout en moet worden geplaatst bij Jan Jans Bonjer, de broer van Hildert Jans)
Op 06 november 1829 monstert Hildert Bonjer te Rotterdam aan op het nieuwe fregat “De Nederlandsche Nijverheid”, 251 last , gebouwd op de werf van Cornelis Smit en te water gelaten op 26 september 1829, voor reder Corenlis Smit Jz te Alblasserdam. Als 1e stuurman vaart mee Frans Harms von Lindern (later gezagvoerder, zie aldaar) voor een gage van f 70,- per maand.
In 1832/38 is hij kapitein op het fregat “Johanna Elisabeth” en in 1840 op de nieuwe bark “Vice Admiraal Gobius”.
Rotterdamsche Courant 23 maart 1815
Advertentie. J.H. de Witt, R. Hoyman, C. Schuurman, J. van Ouwerkerk de Vries, T. van Olivier, J.B. Lublink, B. Oostrum de Waal en H. Smit, makelaars, zullen ten overstaan van een daartoe bevoegde beambte, op maandag 3 april 1815 des avonds te 6 uur te Amsterdam in het Nieuwezyds Heeren Logement (op de Haarlemmerdijk) verkopen: een extraordinair welbezeild Kofschip, genaamd de VROUW MARIA, gevoerd door kapt. H.J. Bonn, lang over steven 90 voet, wijd 22 voet 4 duim, hol 12 voet, alles Amsterdamse maat, breder bij de inventaris omschreven. Nader onderrichting te bekomen bij de voornoemde makelaars en bij Coopman en de Witt en Lenaerts.
Rotterdamsche Courant 23 januari 1821114
Rotterdam, 22 januari. Het Nederlandse schip (opm: brik) de JONGE JACOBUS, kapt. H.J. Bonn, zeilde den 18 april l.l. uit Helvoetsluis naar Batavia, en heeft alzo de uit- en de thuisreis in 9 maanden en 2 dagen afgelegd, waaronder gerekend zijn 51 dagen stilleggers te Batavia en aan de Kaap de Goede Hoop. (opm: zie ook RC 231220)
Rotterdamsche Courant 27 februari 1821114
Rotterdam 26 februari. …..Den 26 dezer zeilden de schepen de HOOP, L. Das, naar Lissabon; BETSEY, J. Roepel, en DE TWEE VRIENDEN, H. Bos, naar Surinamen; POCAHUNTAS, F.A. Rijnolds, naar Baltimore; PIETER EN EMMA, J. Chambers, en de JONGE JACOBUS, H.J. Bonn, naar Batavia; SOPHIA CHRISTINA, L. de Koning, naar Genua, en MARIE AUGUSTINA, kapt. Villanumores, naar Nantes. De wind O.
Rotterdamsche Courant 24 maart 1821114
Amsterdam, 22 maart. Kapt. H.G. Bergveld, voerende het schip (opm: brik) ACTIVE, den 18 maart in Texel binnengekomen van Havana, deelt het volgende mede:
Woensdag den 21 februari 1821 des namiddags te 5 uren, op de breedte van 35º46’ N.B. en lengte 35º10’, west van Greenwich, praaide ons een Amerikaans schip genaamd MISOURIE (opm: vermoedelijk MISSOURI), kapt. J. Bausch, van Greenock naar New York bestemd, met 4 passagiers aan boord; hetzelve was 100 dagen in zee en had gebrek aan water.
Wij draaiden bij om bijstand te bieden, doch vernemende, dat hetzelve geen sloep had om uit te zetten, bragt ik hem met onze eigen sloep 2 vaten water aan boord.
Ik vernam verder, dat deszelfs boegspriet en galjoen (opm: licht, ondersteunend deel van de boeg, waarop de boegspriet rust) gebroken waren en dat zij met het tweede noodroer stuurden, hebbende het vaste roer en de sloep door een zware storm den 25 december en het eerste noodroer den 18 februari verloren. Voorts had hij niet alleen gebrek aan water, maar ook aan provisie; wij bragten hem toen nog 2 vaten water, enig brood, vlees, spek, enz. om de reis te kunnen volbrengen, waarna wij des avonds ten 10 uren ieder onze koers vervolgden.
Het schip (opm: brik) de JONGE JACOBUS, kapt. H.J. Bonn, van Rotterdam naar Batavia, is door bovengemelde kapitein Bergveld den 11 maart in goede staat gepraaid op de noorder breedte van 49º17’ en 10º lengte west van Greenwich.
Rotterdamscche Courant 08 november 1821114
Rotterdam, 7 november. Heden arriveerde van Batavia te Helvoetsluis het Nederland brikschip de JONGE JAKOBUS (opm: JONGE JACOBUS), gevoerd door kapt. H.J. Bonn, overbrengende met de wel-edele gestr. Heren kolonel Taets van Amerongen en 1e luitenant ter zee Koopman de gelukkige tijding der verovering van Palembang, door de Nederlanders, op den 24 juni laatstleden. Dit schip zeilde den 26 februari laatstleden uit Helvoetsluis naar Batavia.
Bataviasche Courant 27 april 1822114
Batavia, 26 april. Van den 20 tot den 22 dezer maand zijn niet minder dan zes schepen uit Europa, waarvan vijf uit Nederlandse havens, voorbij Anjer gezeild. Onder deze laatsten bevonden zich de Nederlandse schepen ALEXANDER, kapt. Marcussen, van Amsterdam vertrokken den 4 januari, ARINUS MARINUS, kapt. J. Hahn, van Amsterdam vertrokken den 31 december l.l. en de JORINA, kapt. Duijvenboden, van Hellevoetsluis gezeild den 6 januari l.l. welke schepen dus alle van 106 tot 110 dagen de reis volbracht hebben.
Zij brengen ons de berichten mede omtrent de aankomst van de brik de JONGE JACOBUS, kapt. Bonn (opm: H.J. Bon), aan boord van welke de eerste officiële mededeling van de uitslag der Palembangse expeditie naar het vaderland is gezonden, en het blijkt dat die tijding aldaar allerwege met de vreugde en belangstelling welke zij verdiende, is ontvangen.
De JONGE JACOBUS is ditmaal niet beneden de roem gebleven, die hij zich als snelzeiler in drie vorige reizen had verworven, zijnde hij de 6 november l.l. op de rede van Hellevoetsluis aangekomen, na die van Batavia den 22 juli te hebben verlaten, en dus (de dagen van vertrek en aankomst, daarbij gerekend) 108 etmalen in zee te zijn geweest.
In de maanden november en december hebben overigens vele en zware ZZW stormen gewoed, waardoor vele en grote zeeschaden zijn veroorzaakt en meerdere schepen vergaan zijn. Dit lot schijnt echter geen van de uit Indië thuis komende schepen getroffen te hebben; alleen het schip DIJKZIGT, in het begin van november herwaarts gezeild, is, na op Kentish Knock gestoten te hebben, lek in Ramsgate binnengevallen.
Rotterdamsche Courant 08 juni 1822114
Rotterdam, 7 juni. Uittreksel uit de Loyd’s Lijst van den 4 juni: ….
Aan de Kaap de Goede Hoop is den 22 maart binnengelopen het schip de JONGE JACOBUS, Bonn (opm: brik, kapt. Hildert Jans Bonn), van Rotterdam naar Batavia.
Rotterdamsche Courant 04 juli 1822114
Amsterdam, 2 juli. Den 24 juni zijn weder verscheiden schepen, welke sedert den 20 dito in de Sond gelegen hadden, van daar naar de Noordzee gezeild, waaronder de volgende Nederlandse, als: de GOEDE HOOP, kapt. R. Wijbrands, van Nerva; JACOBA HENRIETTE, J.G. Bart, van Petersburg, en de VROUW ALIDA, kapt. T. Swiers, van Dantzig (opm: Gdansk), alledrie naar Amsterdam; de JONGE ADRIANA, kapt. H.J. Bon, van Koppenhagen naar Rotterdam; ALIDA, kapt. H.J. Benes, van Koppenhagen naar Jersey, en de WAAKZAAMHEID, T.J. Smit, van Dantzig naar Duinkerken.
Rotterdamsche Courant 13 juli 1822114
Rotterdam, 12 juli. Den 10 dezer arriveerde te Helvoetsluis de JONGE ADRIANA, H.J. Bonn van Koppenhagen; de VROUW ANNA, H.C. Uil, van Marennes; de VROUW JANNA, A.H. Breeland, van Liverpool…..
Rotterdamsche Courant 28 september 1822114
Rotterdam, 27 september. Den 26 arriveerde te Helvoetsluis de ZEEPLOEG, M.N. Sikkes,van Bergen.
Den 27 zeilde de JONGE ADRIANA, H.J. Bonn, naar Batavia; de wind O.
Rotterdamsche Courant 08 oktober 1822114
Rotterdam, 7 oktober. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 4 oktober:
….Het schip de JONGE ADRIANA, Bonn, van Rotterdam naar Batavia, was den 30 september op de hoogte van Plymouth, en den 1 dezer het schip VROUW CORNELIA, D. Steenveld, van Surinamen naar Amsterdam, op de hoogte van Dartmouth…..
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt B.R.de Vries als gezagvoerder gedurende:
* 1818 t/m 1827 van de kof “Anna Catharina”, gebouwd in 1802, locatie niet vermeld, 150 ton o.m., varend voor Fontein te Harlingen. Het schip is 16 keer te Harlingen geregistreerd komend van Noorwegen en 1 maal vanuit Oleron.
In het Archief van de Amsterdamse Waterschout011a bevindt zich monsterrollen op naam van kapitein Broer Remkes de Vries op de:
“Zes Gezusters”, dd 23 augustus 1805 (Pruisische vlag); 08 maart 1806 ( Pr.);
“Anna & Catharina”, dd 27 februari 1819; 14 maart 1820.
Overige bijzonderheden
Bremer094 vermeldt de stranding van de kof “Anna Catriena” op 25 mei 1829 bij Huisduinen, geladen met hout en onder gezag van kapitein Broer Rekke de Vries.
Leeuwarder Courant 24 maart 1818114
Harlingen, 21 maart. Heden zijn uitgezeild: het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het kofschip ALIDA CLASINA, kapt. Egbert L. Tiktak, het smakschip de GOEDE HOOP, kapt. Tibbe Smit, het smakschip de VROUW MARTHA, kapt. Dirk C. de Groot, het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smith, het smakschip de VROUW GESINA, kapt. Thole P. Veen, het smakschip de WAAKZAAMHEID, kapt. Cort W. Stoet, het kofschip de GOEDE VERWAGTING, kapt. Jurjen T. Schuuring, alle met ballast naar Noorwegen; het smakschip de GOEDE HOOP, kapt. Berend J. de Jong, met ballast op avontuur naar de Oostzee, het kofschip de JONGE YPEUS, kapt. Harm de Weerd, het kofschip de VROUW ELISABETH, kapt. Frans B. Nipperus, beide met pannen naar de Oostzee, het tjalkschip METTA, kapt. Berend Martens Prins, met pannen, vloeren en muursteentjes naar Itzehoe, het tjalkschip de VROUW ZWAANTJE, kapt. Andries Joseph Kramer, met stukgoederen van Amsterdam naar Bremen, den 19 als bijlegger alhier binnen gelopen, na gedane reparatie het tjalkschip de 2 GEBROEDERS, kapt. Berend J. Korfker, met gerst van Hamburg naar Schiedam, zullende de reis verder binnendoor voortzetten, en is alhier binnen gekomen het smakschip de JONGE MARTHA, kapt. Jan Foekes Zijlstra, ledig van Amsterdam.
Leeuwarder Courant 14 juli 1818114
Harlingen, 13 juli. Den 9 dezer zijn alhier binnen gekomen het smakschip de TWEE GEBROEDERS, kapt. Harm H. Hulst, het kofschip ALIDA CLASINA, kapt. Egbert L. Tiktak, het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer L. de Vries, het kofschip de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klasen, en het smakschip de VROUW HELENA, kapt. Joseph Bolwijn, allen met hout van Noorwegen. ….
Leeuwarder Courant 24 juli 1818114
Harlingen, 23 juli. …
Den 21 dito is alhier binnen gelopen het kofschip de GOEDE VERWACHTING, kapt. Hijlke W. Overmeer, met ballast van Hull, en is van hier uitgezeild het kofschip de ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het smakschip de VROUW CATHARINA, kapt. Harmanus Slehuis, het kofschip ALIDA EN CLASINA, kapt. Egbert L. Tiktak, en het tjalkschip de VROUW JELTJE, kapt. Jan H. Zeven, allen met ballast naar Noorwegen.
Leeuwarder Courant 21 augustus 1818114
Harlingen, 21 augustus. …
Den 19 dito zijn alhier binnen gekomen het smakschip de VROUW CATHARINA, kapt. Arend Klasen, het kofschip CATHARINA, kapt. Daniel Tobbens, het kofschip ALIDA CLASINA, kapt. Egbert L. Tiktak, en het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, alle met hout van Noorwegen….
Leeuwarder Courant 04 september 1818114
Harlingen, 3 september…..
Den 1 september zijn van hier uitgezeild het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met gerst naar Londen, het smakschip de VROUW CATHARINA, kapt. Harms Sleehuis, het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het smakschip de WAAKZAAMHEID, kapt. Evert W. Stuit, en het tjalkschip de VROUW JETJE, kapt. Jan H. Zeeven, alle vier met ballast naar Noorwegen. …
Leeuwarder Courant 09 oktober 1818114
Harlingen, 8 oktober….
Den 7 dito zijn alhier binnen gekomen het kofschip de JONGE MARGARETHA, kapt. Claas Broek, ledig van Amsterdam om pannen te laden voor Tonningen (opm: Tönning), het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het galjootschip JUPITER, kapt. Barend Roelofs van Wijk, en het brikschip HARMONIE, kapt. H. Nielsen, alle drie met hout van Noorwegen, en het kofschip ZEELUST, kapt. Albert Sluik, met Oostzees hout van Memel (opm: Klaipeda).
Leeuwarder Courant 30 april 1819114
Harlingen. Den 26 april binnen gekomen…
Den 28 dito binnen gekomen het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het smakschip VROUW REINERA, kapt. Berend S. Bondrager en het galjootschip JUPITER, kapt. Barend Roelofs van Wijk, alle met hout van Noorwegen
Leeuwarder Courant 11 mei 1819114
Harlingen. Den 6 mei binnen gekomen
Den 8 dito binnen gekomen het kofschip NEPTHUNUS, kapt. H. Harmens, met ballast van Hull, en het smakschip VROUW CHRISTINA, kapt. D. Boetjer met hout van Dantzig (opm: Gdansk). Uitgezeild de kofschepen de VRIENDSCHAP, kapt. Coert W. Stuit, ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer P. de Vries, en het smakschip de VROUW CHRISTINA, kapt. Jacob B. Bondrager, alle drie met ballast naar Noorwegen; de schoonerschepen LIVELY, kapt.William Baijes, HOPE, kapt. Enos Page, beide met boter naar Londen, en het tjalkschip de JONGE HENDRIK, kapt. Albert Hasewinkel met ballast naar Noorwegen.
Leeuwarder Courant 1 juni 1819114
Harlingen. Den 7 juni binnen gekomen het smakschip CHRISTINA, kapt. Jacob B. Bondrager en het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, beide met hout van Noorwegen.
Leeuwarder Courant 06 juli 1819114
Harlingen. Den 2 juli uitgezeild
Den 4 dito uitgezeild het barkschip JUNGVROUW MARIA, kapt. Jens Giersoe, met ballast naar Noorwegen, het tjalkschip de VROUW BERRENDINA, kapt. Eisse J. Karst, ledig op avontuur, het sloepschip WATERLOO, kapt. Charles Warren, met boter naar Londen, en het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, met ballast naar de Oostzee.
Leeuwarder Courant 25 juli 1820114
Harlingen. Den 5 juli … … Den 11 dito binnengekomen het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het tjalkschip de VROUW MARGERETHA, kapt. A.H. Stuur, met pannen en steen, en het kofschip de VROUW IKINA, kapt. G. Postma, met ballast op avontuur…..
Leeuwarder Courant 08 augustus 1820114
Nieuwezijlen (opm: bij Dokkum). Den 30 (juli) dito uitgezeild het sloepschip ATALANTA, kapt. James Birne, het schonerschip MARY, kapt. Wm. Atkinson, beide met boter naar Londen; de smakschepen de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. Jan J. Siedses, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit; en het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, alle drie met ballast op avontuur…..
Rotterdamsche Courant 23 december 1820114
Londen, 19 december. Te Plymouth is gearriveerd ANNA CATHARINA, De Vries (opm: kof, kapt. B.R. de Vries), van Vlissingen naar Bordeaux zeer lek.
Rotterdamsche Courant 03 mei 1821114
Amsterdam, 1 mei. Het schip (opm: kof) ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, van Harlingen of Vlissingen naar Bordeaux, sedert den 17 december te Plymouth onder reparatie gelegen hebbende is den 23 april van daar vertrokken.
Leeuwarder Courant 28 augustus 1821114
Harlingen.
….Den 25 dito binnen gekomen het sloepschip MARIA, kapt. Robert Cubith, met ballast van Londen, het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer Remkes de Vries, met zout van Oleron. Uitgezeild het schonerschip LIVELY, kapt. W. Bayes, het sloepschip SWIFT, kapt. Enos Page, beide met boter &c. naar Londen.
Leeuwarder Courant 02 oktober 1821114
Harlingen. Den 24 september binnen gekomen het schonerschip ELISA, kapt. Soren Nielsen, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. Broer Remkes de Vries; de smakschepen de VROUW MARTHA, kapt. Dirk Clazen de Groot, de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.K. de Jong, alle drie met ballast naar Noorwegen…..
Leeuwarder Courant 26 februari 1822114
Harlingen…..
…Den 22 februari binnengekomen het sloepschip WILLIAM, kapt. Willliam Naseby, met ballast van Londen; uitgezeild de kofschepen ANNA CATHARINA , kapt, B.R. de Vries, de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klaazen, de VROUW ITHINA, kapt. J.J. Postma, alle drie met ballast naar Noorwegen; NEPTHUNUS , kapt. H. Hermans, met klaverzaad, schors enz. naar Engeland; de JUFROUW HENDRIKA MARGARETHA, kapt. C.J. van der Veer, met haver naar Cette (opm: Sète); het smakschip ALLEGONDA HILLEGINA, kapt. E.K. Kuilema, met ballast naar Noorwegen…..
Leeuwarder Courant 09 april 1822114
Harlingen. Den 4 april is binnen gekomen ….
…..Den 6 dito is binnen gekomen het kofschip ANNA CATHERINA, kapt. H.R. de Vries, met hout uit Noorwegen. ….
Leeuwarder Courant 23 april 1822114
Harlingen. ………
…..Den 20 dito binnengekomen het smakschip CATHARINA, kapt. A.K. Pot, met hout van Dantzig; het galjootschip de VROUW ENGEBORN, kapt. A.M. Ridderwald, met hout van Noorwegen; de kofschepen VRIESLANDS WELVAART, kapt. Fokke D. van Veen, met zout van Liverpool, ATLAS, kapt. Emanuel Krause, met hout en hennep van Memel, het schonerschip LIVELY, kapt Willian Bayes, met ballast van Londen; uitgezeild de kofschepen CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, de VROUW ELISABETH, kapt. Jan J. Arends jr; de smakschepen de VROUW GEZINA, kapt. Fokke Joosten, EENDRACHT, kapt. E.J. Dortjes, alle op avontuur met ballast.
Leeuwarder Courant 31 mei 1822114
Harlingen. Den 12 mei binnen gekomen…..
…..Den 15 dito binnen gekomen het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het schonerschip MARTHA, kapt. Jens Larsen; de smakschepen DIANA, kapt. W.J. Stuit, de DAGERAAD, kapt. Jan A. Smith, de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jong, CASTOR, kapt. S.H. Hooghout, het tjalkschip de VROUW HILLEGINA, kapt. W.J. Patman, en het kofschip JOHAN HEINRICH WILHELM, kapt. Harmanus Slokuis, alle met hout van Noorwegen; uitgezeild het kofschip de GOEDE WELVAART, kapt. Israel J. Vos, met ballast op avontuur…..
Leeuwarder Courant 07 juni 1822114
Harlingen. ….
Den 27 dito binnen gekomen het schonerschip VICTORY, kapt. Robert Cubit, met ballast van Londen. Uitgezeild de smakschepen de VIJF GEZUSTERS, kapt. Popke E. de Jong, de VROUW HILLEGINA, kapt. Harm Kleeve, en het kofschip de VROUW ELISABETH, kapt. Jan J. Arends, alle met ballast naar Noorwegen; de tjalkschepen de VROUW ALIDA, kapt. H.J. Kruse, en WILHELMINA, kapt. Dirk J. de Jong, beide met pannen en steen naar Hamburg; de kofschepen ANNA CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, en de JONGE CORNELIS, kapt. Harm H. Koster, beide met ballast naar Noorwegen; de smakschepen ALLEGONDA HILLEGINA, kapt. H. E. Kuileman, de VROUW ELISABETH, kapt. Jacob M. Scherpbier, DIANA, kapt. M. Stuit, alle met ballast op avontuur; het kofschip HET GEDULD, ledigscheeps naar Karolinerzijl.
Leeuwarder Courant 30 augustus 1822114
Harlingen. Den 20 augustus binnen gekomen het schonerschip LIVELY, kapt. William Bayes, met ballast van Londen; het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. B.B. de Vries, en het smakschip VRIENDSCHAP, kapt. Jan B. Sterenborg, beide met hout van Noorwegen. ….
Leeuwarder Courant 03 september 1822114
Harlingen.
….Den 31 dito binnen gekomen het kofschip EENDRAGT, kapt. E.M. de Jong, met hout van Noorwegen; het schonerschip SARA JANE, kapt. H. Clark, met ballast van Londen. Uitgezeild de kofschepen de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klazen, CATHARINA, kapt. A. Klazen, ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries; de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VROUW MARTHA, kapt. D. Clazen de Groot, alle met ballast op avontuur.
Leeuwarder Courant 01 oktober 1822114
Harlingen.
….Den 26 dito binnen gekomen het sloepschip SWIFT, kapt. William Barfield, met ballast van Londen; het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, met hout van Noorwegen.
|