Familiegegevens en opleiding
David Boelhouwer werd geboren te Amsterdam op 11 mei 1813. Hij huwde met Cornelia Hendrina Joon, geboren te Amsterdam op 17 januari 1812. 003.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Boelhouwer, adres Kleine Kattenburgerstraat, werd met nr.530 effectief lid van Zeemanshoop per 12 mei 1840 op voorspraak van J.J.Ynsen. Het schip was de “Alida Willemina”002. Ten tijde van de inschrijving waren Boelhouwer en zijn vrouw 27 resp. 28 jaar. Ingeschreven staan 6 kinderen nl. David ( 29 oktober 1833); Gerrit Hendrik (03 juni 1836), Johannes Jacobus (14 december 1838); Cornelia Maria (07 november 1841); Cornelis Hendrik (29 april 1845) en Maxim Theodore (30 juni 1847). Toegevoegd is “bedankt” 002a.
In de Algemene Vergaderingen van 05/12 mei 1840 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd David Boelhouwer, oud 27 jaar, voerend de brik “Alida Willemina”, wonend in de Kleine Kattenburgerstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.J.IJnsen.023.
David Boelhouwer werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 23 januari 1849 en bedankte in 1860 023.
Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1840 t/m 1860 met de vlagnummers 530 (1840 t/m 1854) en 220 (1854 t/m 1860).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 december 1852 staat een bericht van de Zuihollandsche Maatschappij tot redding van Schipbreukelingen te Rotterdam dat een zilveren medaille is toegekend aan kapitein Boelhouwer.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 oktober 1853 staat het volgende:
“De Voorzitter (reikt) met een hartelijke toespraak aan kapitein Boelhouwer, den Zilveren Medaille en het daarbij behoorende getuigschrift uit aan dezen door de ZuidHollandsche Maatschappij tot redden van Schipbreukelingen toegekend, als een blijk van erkentelijkheid wegens het door hem, als Gezagvoerder van het Nederlandsche Barkschip Java’s Welvaren op den 27ste Juny 1852 op ongeveer 48o36’ Z.Br. en 51o5’ W.L. redden der Equipagie, bestaande uit 24 personen van het in eenen zinkenden staat verkeerende Engelsche Barkschip Paramatta gevoerd door Kapitein W.Curran, komende van Callao en bestemd naar Delawara, en hen veilig te Valparaiso aan wal brengen.”023.
In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was D.Boelhouwer van de bark “Theodora Mechtelda”.104.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
530 1840 brik Alida Willemina B.W.van Straten
1841-1844 fregat Maximiliaan Theodoor idem
1845 fregat Maximiliaan Theodoor B.W.van Starkenborgh van Straten
1846-1848 fregat Maximiliaan Theodoor Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1849-1853 bark Java’s Welvaren idem
220 1854-1859 bark Theodora Mechtelda idem
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
D.Boelhouwer Theodora Machtelda 30 april 1860 01 maart 1861
Theodora Machtilda 12 juni 1861 22 mei 1862
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam ` Schip ` Periode ` Aantal reizen Diensttijd
D.Boelhouwer Alida Willemina 1840-1841 1
Maximiliaan Theodoor 1841-1848 7
Java’s Welvaren 1849-1853 3
Theodora & Machtilda 1854-1862 5
16 22
Bouma025 vermeldt D.Boelhouwer als gezagvoerder gedurende:
* 1841 van de brik “Alida Willemina” ex Prins der Nederlanden, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 214 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
* 1842 t/m 1845 van het 3/mschip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor B.W. van Straten;
* 1846 t/m 1847 van hetzelfde schip maar nu varend voor B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam;
* 1848 t/m 1850 van hetzelfde schip maar nu varend voor de wed. van Starckenborg van Straten;
* 1850 t/m 1854 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1855 t/m 1862 van de bark “Theodora Machtilda”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
Jan Roelof Lusink werd per 27 maart 1852 vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de Java’s Welvaren onder kapitein Boelhouwer voor een reis van Amsterdam naar Californië. Hij meldde zich weer bij de school op 21 september 1853 004(533/2163).
De bark “Java’s Welvaren” vertrok op 29 april 1852 vanuit Cardiff en arriveerde via Kaap Hoorn op 31 augustus 1852 Valparaiso. Via San Francisco, vertrek 25 januari 1853 voer het schip over de Pacific naar Batavia en keerde ongetwijfeld via Kaap de Goede Hoop terug naar Europa.121
Bericht uit de Harlinger Courant dd 01 december 1852 onder de Scheepsberichten096:
“AMSTERDAM, 23 November. Volgens brief van kapt. Boelhouwer, voerende het schip Java’Welvaren, van hier naar Californie, in dato Valparaiso 29 September, had hij de geledene schade hersteld en dacht den 2 October, de reis naar San Francisco voort te zetten; aan boord alles wel.”.
Familiegegevens en opleiding
Carel Anastatius Leopold van der Wijck werd per 02 september 1843 "ingenomen" als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam. Hij werd geboren te Doesburg op 03 april 1830. Zijn ouders waren Jonkheer Pieter van der Wijck, zonder beroep te Vorden nr.185 bij Zutphen, en Christine Caroline Philippine Muller. "Het kostgeld is ontvangen bij G.F.Dijk op de Heerengracht over de Bergstraat te Amsterdam". De vorderingen werden in de periode 1844-46 middels drie-maandelijkse rapporten bijgehouden van de vakken zeevaartkunder, schoolonderwijs (nederlands, engels en frans) en scheepswerk. Voorts is gemeld:
" 24 Dec 1845 aangenomen tot Lidmaat der Ned.Herv.Gemeente door Do Meijjes
7 Mei 1846 geplaatst als Jongen op het schip Amboina Capt.Laurens (moet zijn Louwerse025) naar Batavia voor Rotterdam ...
6 Maart 1847 terug van de reis
3 Mei 1847 geplaatst als Ligtmatr. op het Schip Sara Johanna Capt.Sweijs naar Batavia voor Amsterdam ...
25 Maart 1848 terug van de reis met goed attest
5 April 1848 eervol ontslagen"004(949-533/2012).
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
C.A.L.van der Wijck werd met vlagnummer 796 per 29 juli 1862 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein E.Sanders. Als zijn schip is vermeld de “Theodora Machtilda”. Toegevoegd is “Honorair Lid gew.” 002. Ten tijde van de inschrijving was van der Wijck 32 jaar001.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 22/29 juli 1862 staat vermeld dat als lid voor de vlag is voorgedragen/benoemd C.A.L. van der Wijck, oud 32 jaar, voeren de bark “Theodora Machtilda”, voor rekening van de wed. B.W. van Starcvkenborg van Straten, op voordracht van kapitein E.Sanders.023
Carel A.L. van der Wijck was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1862 t/m 1866 met vlagnummer 796.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 maart 1866 krijgt C.A.L. van Wijk toestemming zijn effectieve lidmaatschap in een honorair lidmaatschap om te zetten.042.
In de notulen van 17 april 1866 van de Algemene Vergadering staat het verzoek van C.A.L.van der Wijk om van effectief lid over te gaan naar het honoraire lidmaatschap, hetgeen wordt toegestaan.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
796 1862-1864 bark Theodora Machtilda Wed.B.W.van Starckenborgh van Straten
1865 geen vermelding van schip en boekhouder
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip Vertrek Terugkomst
C.A.L. van Wijck Beatrix 14 november 1859 12 oktober 1861
Theodora Machtilda 28 juli 1862 27 januari 1863
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
C.A.L.van Wijck Theodora Machtilda 1862-1865 2 3
Bouma025 vermeldt C.A.L. van der Wijck als gezagvoerder gedurende:
* 1858 t/m 1861 van de bark “Beatrix”, gebouwd in 1852 te Capelle aan de IJssel, 411 ton o.m., varend voor Schloss & Hencke te Rotterdam. Het schip voer in 1862 voor Bicker Caarten & Anthony te Rotterdam en was herdoopt in “China”;
* 1863 t/m 1865 van de bark “Theodora Machtilda”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam. Het schip voer in 1866 voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam en was omgedoopt tot “Geesiena Maria”.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.C.Rolff werd met vlagnummer 831 per 13 maart 1866 benoemd tot effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van E.Sanders. Zijn schip was de "Geesina Maria"002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 06/13 maart 1866 werd als effectief lid voor de vlag voorgedragen/benoemd Jan Christoffel Rolff, geen leeftijd genoemd, voerend de bark “Geesina Maria”, op voordracht van kapitein H.Rolff. 023
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 mei 1887 staat een brief vermeld van J.C.Rolff “dat zijn broeder H.J.Rolff aan het College Zeemanshoop eene som van f 500,- heeft gelegateerd.”042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop wordt een brief gemeld van J.C.Rolff dat zijn broer H.J.Rolff aan Zeemanshoop een bedrag heeft gelegateerd van f 500,-.023.
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
831 1866-1870 bark Geesina Maria J.H.A.E.Meijjes
1871-1876 bark Jacob Roggeveen Jerem.Meijjes & Zn
1877-1879 geen vermelding van schip en boekhouder
Vermelding van vertrek en aankomst te Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek aankomst
J.C.Rolff Geesiena Maria 02 april 1866 27 maart 1867
Geesiena Maria 19 mei 1867 11 juni 1868
Bouma025 vermeldt J.C.Rolff als gezagvoerder gedurende:
* 1866 t/m 1871 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;
* 1872 op de bark “Jacob Roggeveen”, gebouwd in 1863 te Amsterdam, 700 ton o.m., varend voor Jeremias Meyes & Zn te Amsterdam;
* 1873 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;
* 1874 op de bark “Jacob Roggeveen”, gebouwd in 1863 te Amsterdam, 700 ton o.m., varend voor Jeremias Meyes & Zn te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
De Harlinger Courant dd 29 oktober 1874 vermeldt in de rubriek Scheepvaart-berigten het volgende096:
Binnengekomen:
“Batavia vóór 22 Oct. Jacob Roggeveen, J.C.Rolff, Amsterdam.”
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.Ruardi Bek (adres bij J.Meijjes & Zn) werd met vlagnummer 886 per 25 februari 1874 effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van J.Vos van Marken. Zijn schip was de “Geesina Maria”.002. De naam staat in het register als Bek,P.Ruardi).
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 17/24 februari 1874 staat vermeld dat ale effectief lid voor de vlag is voorgesteld/benoemd P.Ruardi Beck, geen leeftijd vermeld, voerend de bark “Gesiena Maria”, voor rekening van Jer. Meijjes & Zn, op voordracht van kapitein J.Vos van Marken.023
P.Ruardi Beck was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1874 t/m onbekend eindjaar maar wellicht 1875 met vlagnummer 886.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
886 1874 bark Geesina Maria Jerem.Meijjes & Zn.
Bouma025 vermeldt P.Ruardi Bek als gezagvoerder gedurende:
* 1867 t/m 1868 van de bark “Clio”, gebouwd in 1853 te Amsterdam, 453 ton o.m., varend voor F.A.Jas te Amsterdam;
* 1872 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;
* 1874 t/m 1875 op hetzelfde schip en voor dezelfde reder.
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
P.Ruardi Bek Clio 10 november 1866 31 juli 1868
Overige bijzonderheden
Geen.
Familiegegevens en opleiding
Tjipke Ridder werd geboren te Hollum op Ameland op 25 mei 1833 als zoon van Jacob Jans Ridder en Tietje Dirks Kat.
Hij trouwde te Nes op Ameland met Gertje Ruijgh, geboren te Hollum op 07 september 1835 als dochter van Jan Pieters Ruijgh en Tietje Douwes de Beer. Zij overleed te Hollum op 28 december 1914.
Tjipke overleed eveneens te Hollum op 19 februari 1909. Hij was koopvaardijkapitein.
Ontleend aan een kwartierstaat in Gens Nostra 56(1), 2001, p.66.
De schepen van de kapitein
Vermelding van vertrek en aankomst te Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek aankomst
T.J.Ridder Fosca Helena 27 september 1860 01 maart 1861
Fosca Helena 03 mei 1861 15 september 1861
Fosca Helena 31 oktober 1861 05 juni 1862
Fosca Helena 09 april 1862 27 februari 1863
Bouma025 vermeldt T.J.Ridder als gezagvoerder gedurende:
* 1861 t/m 1865 van de schbrik/kof “Fosca Helena”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 214 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam;
* 1866 t/m 1875 van de 2/msch “Gezusters”, gebouwd in 1857 te Amsterdam, 213 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;
* 1876 t/m 1877 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;
* 1879 van de bark “Jan van Brakel”, gebouwd in 1849 te Amsterdam, 327 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;
* 1880 van het schroefstoomschip “Java”, gebouwd in 1873 te Middlesbro, 1551 ton o.m., varend voor de Stoomvaart Maatschappij “Java” dir. T.C.Schol te Amsterdam. Het schip werd in 1881 verkocht naar Frankrijk;
* 1880 t/m 1883 van de bark “Waalstroom”, gebouwd in 1853 op de werf Witte Kruis van Jerem. Meijjes te Amsterdam023, 412 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam. Het schip was getuigd als een 3-mast schoener;
* 1884 t/m 1886 op de bark “Henriëtte”, gebouwd in 1855 te Amsterdam, 432 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam.
Het schip werd op 28 april 1886 in publieke veiling verkocht voor f 3.700,- en gekocht door Kapt. J.Schuitema te Delfzijl, en door deze onder dezelfde naam bevaren.
Overige bijzonderheden
Uit: “Het Journaal van het Nederlandse barkschip “Henrietta”, door Jan Bleeker, brochure 2006, eigen beheer 24 pp.
-
Vertrokken naar Riga onder bevel van Kapt. T.J.Ridder van IJmuiden den 25 April, aldaar aangekomen den 16 Mei, vertrokken den 31 Mei, IJmuiden aangekomen den 22 Juny.
-
Vertrokken naar Riga 30 Juny, aldaar aangekomen den 12 July, vertrokken den 29de, IJmuiden aangekomen 20 Augustus.
-
Vertrokken naar Riga den 27 Augustus, aldaar aangekomen 9 September, vertrokken 26de, Cuxhaven binnen geloopen 21de October, vertrokken den 29de, IJmuiden binnen 2 November.
-
vertrokken naar Sundsvall den 27 April, aldaar aangekomen den 13 Mei, vertrokken naar Dordrecht 28de en te Brouwershaven aangekomen den 16 Juny.
-
Vertrokken naar Sundsvall den 26 Juny, aldaar aangekomen 18 July, vertrokken den 29de, IJmuiden aangekomen 15 Augustus.
-
Vertrokken naar Riga den 24 Mei, aldaar aangekomen 5 Juny, vertrokken 20de, IJmuiden aangekomen 12 July.
-
Vertrokken naar Riga 1 Augustus, aldaar aangekomen 21 Augustus, vertrokken 6 September, IJmuiden aangekomen 1 October.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt G.Wagenaar als gezagvoerder gedurende:
* 1878 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
A.Mosterman was in 1881 kapitein van het houten fregat “India Packet”, gebouwd in 1861 door J.Smit te Alblasserdam, 680/758 ton, varend voor D.Held te Amsterdam052.
Bouma025 vermeldt A.Mosterman als gezagvoerder gedurende:
* 1877 t/m 1878 van de bark “Anna Lucretia” ex Suzanna Elisabeth”, gebouwd in 1854 te Nw. Lekkerland, 739 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam. Het schip is te Nerva gestrand;
* 1879 t/m 1880 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor D. Held te Amsterdam. Het schip werd in 1880 verkocht en gesloopt;
* 1881 op het 3/m schip “India Packet”, gebouwd in 1861 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam. Het schip werd in 1882 verkocht aan J.& J.Vinke te Amsterdam en herdoopt in “Heemse”;
* 1883 op de bark “Anna Maria Wilhelmina” ex Frans & Elise, ex Odilia Margaretha, gebouwd in 1855 aan de IJssel, 627 ton o.m., varend voor F.R.P.Victor te Amsterdam. Het schip is in 1883 bij Farø op de noordpunt van Gotland gestrand en wrak geraakt. Bouma vermeldt bij 1883 ook een kapitein C. Lodewijks. Het is niet duidelijk of de stranding in 1883 onder Mosterdman of Lodewijks heeft plaatsgevonden. Of dat Mosterdman tijdens deze laatste reis het commando heeft overgenomen.
* 1886 t/m 1887 van de bark “Mr. Jacob van Lennep”, gebouwd in 1868 te Nieuwendam, 820 ton o.m., varend voor de Wed. J.van Wesel & Zn te Amsterdam. Het schip werd in 1887 verkocht naar Engeland;
* 1887 van de bark “Merwede” ex Soerabaya, ex Emma, ex Baron van Heemstra, gebouwd in 1852 te Middelburg, 739 ton o.m., varend voor J.Vriesendorp & Zn te Dordrecht. Het schip werd in 1887 te Bremerhaven verkocht wegens averij, daarna ging het naar Noorwegen als “Briljant”.
Overige bijzonderheden
Geen
|