Inloggen
HUYDECOPER - ID 15545


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1859-08-17 / 1874-04-04 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland
Verkocht naar buitenland: Noorwegen

Identification Data

Bouwjaar: 1859
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Construction Data

Scheepsbouwer: Jan van Duyvendijk Teuniszoon, Lekkerkerk, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1857-08-10
Launch Date: 1858-09-23
Delivery Date: 1859-03-03
Technical Data

Net Tonnage: 779.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 419.00 lasts
 
Length 1: 41.10 Meters Registered
Beam: 7.19 Meters Registered
Depth: 5.65 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1859
Datum agenda: 1859-08-16
Register nr: 18590536
Scheepsnaam: HUYDECOPER
Type: Bark
Lasten: 419
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Zeylen & Decker, Van
Plaats: niet gemeld
Kapitein op moment van verzoek: Blok, C.I.N.
Opmerkingen: eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1859-03-03 HUYDECOPER
Manager: Firma Van Zeijlen & Decker, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

bijlage bij acte Rott.3.03.17.01.3675.457 barkschip HUYDECOPER.

Eigenaren per maart 1859:

H.K.H. Prinses Marianne der Nederlanden, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Firma L.J. Enthoven & Co., fabrikanten, ´s-Gravenhage (1/30e part)
Ds. Theodorus Cornelis Reinier Huydecoper, predikant, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Willem van Schmid, particulier, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Jan Blok, particulier, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Jan van Duyvendijk Teuniszoon, scheepsbouwmeester, Lekkerkerk (13/60e part)
Lukas van Zoest, smid, Lekkerkerk (1/30e part)
Jan Stam Jr., timmerman, Lekkerkerk (1/60e part)
Firma Erkel & Co., kooplieden, Lekkerkerk (1/60e part)
Firma Monster & Co., kooplieden, Lekkerkerk (1/60e part)
Firma Van Zeylen & Decker, reders en boekhouders, Rotterdam (6/30e part)
Firma P. Varkevisser & Zonen, cargadoors, Rotterdam (1/30e part)
Hendrik Hartog, reder, Rotterdam (1/30e part)
Firma Gebr. Kröner, winkeliers, Rotterdam (1/30e part)
Constantinus Joan Ninck Blok, koopvaardijkapitein, Rotterdam (1/30e part)
Hendrik van Andel, zeilmaker, Rotterdam (1/30e part)
Albert Christiaan van Erpecum, koopman, Rotterdam (1/60e part)
Firma Eijsens & de Goede, kooplieden, Rotterdam (1/60e part)
Firma Pastern & Co., fabrikanten, Rotterdam (1/60e part)
Leendert Hendrik Smits, blokmaker, Rotterdam (1/60e part)
Johannes Franciscus Eli Gortmans Gz., winkelier, Rotterdam (1/60e part)
Jan Elias Huydecoper, heer van Zeist, particulier, Zeist (1/30e part)
Jacobus Cornelis van der Lely, touwslager, Maassluis (1/30e part)
Johannes Jacobus Bauduin, fabrikant, Dordrecht (1/30e part)
Ds. Samuel van Griethuyzen, predikant, Groningen (1/60e part)
Johannes Jacobus Ellerman, wijnkoper, Utrecht (1/30e part)

Ship Events Data

1874-04-04: NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Verkochte schepen. Het Nederlandse barkschip HUYDECOPER, gebouwd in 1858, groot 750 tonnen, is verkocht aan een rederij in Noorwegen, en het Nederlandse brikschip JAN VAN GALEN, gebouwd in 1849, groot 366 tonnen, is verkocht aan de heer Aug. M.E. Tromp, beide door de makelaar Ed. C.A. Koli.

Gezagvoerders

Zierikzeesche Courant 02 april 1864114

Te Brouwershaven is gearriveerd op 29 maart 1864 de “Huijdecoper”, kapitein C.J.N.Blok, komend van Soerabaja, bestemming Rotterdam.

 

In Bouma025 komt een “Huydecoper” voor, gebouwd in 1858 bij J. van Duivendijk te Lekkerkerk, 755 ton, en varend voor van Zeylen en Dekker te Rotterdam. Maar in het rijtje gezagvoerders staat ca 1864 géén kapitein Blok.

 

 

Datum vanaf: 1859
Kapitein: Blok, C.J.N.
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt R.J.Reinders als gezagvoerder gedurende:

*   1848 t/m 1854 van de bark “Hendrik Wester”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, varend voor Kranenborg & Zn te Amsterdam. Het schip is in 1854 in Straat Gaspar gestrand;

*   1861 t/m 1864 van de bark “Cornelis Anthonie”, gebouwd in 1857 te Bolnes, 644 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam;

*   1865 t/m 1866 van de bark “Huydekoper”, gebouwd in 1858 te Lekkerkerk, 755 ton o.m., varend voor van Zeylen & Decker te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

In de “Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr” komt de volgende vermelding voor:

09 januari 1852 op de reede van Cilacap:

       “Ik vond hier op de reede De Hector Persille, de Zorgvliet, kapt Appel, de Hendrik Wester, kapt. Rijnders, De Tweeling Zusters, kapt. Karst en kapt. Dupain van de Koophandel.”

 

R.J.Reinders vertrok op 03 december 1862 van Brouwershaven met de “Cornelius Antonie”(sic) en 1 landmachtofficier plus een soldaat.`Hij arriveerde te Batavia op 14 april 1863 na een reis van 132 dagen065.

 

In de Harlinger Courant van begin maart 1853 (geen datum op de fotokopie van de pagina) staat onder de rubriek SCHEEPS-BERIGTEN het volgende096:

AMSTERDAM 3 Maart. Het schip Hendrik Wester, kapt. Reynders, van Bourgas herwaarts gedestineerd, is den 6 Februarij lek, met zware slagzijde, verstopte pompen en na een gedeelte der lading over boord geworpen te hebben, te Angostolt binnengeloopen, en had den 9 dito een aanvang gemaakt met lossen.”

 

Zierikzeesche Courant 16 maart 1864

Op 13 maart 1816 arriveerde te Brouwershaven de “Cornelis Anthonie”, kapt. R.J.Reijnders, komend van Passaroeang met bestemming Rotterdam.

 

 

Datum vanaf: 1864
Kapitein: Reinders, R.J.

Familiegegevens en opleiding

David Forbes Browning werd geboren op 14 augustus 1819 te Folkstone als zoon van de Nederlands Hervormde David Browning en Leuntje Cars, particuliere te Middelburg. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Herderstraat Wijk 3 nr. 411 (nieuw nr. 20). Hij vertrok naar Voorburg. Hij vestigde zich op 03 mei 1879 opnieuw te Rotterdam aan de Kruiskade nr. 322, komende van Apeldoorn.

Hij huwde op 08 januari 1851 te Rotterdam met Anna de Decker, geboren op 03 november 1828 te Antwerpen, particulier, als dochter van Guihelmes de Decker, leverancier, en Susanna Johanna Schuppens005.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.F.Browning was met vlagnummer R308 in de periode 1851 t/m 1872 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein D.F.Browning met vlagnummer R308 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

  • 1851 bark “Hoop van Capelle”  304 last  Reuchlin, Moll & Dutilh te Rotterdam
  • 1855 bark “Zuidbeveland” 300 last  S.Smits te Lekkerkerk
  • 1858 bark “Antonia Geertruida”    367 last  van den Arend te Rotterdam
  • 1859, 1862, 1863 fregat “Remigius Adolfus” 398 last  van Zeylen & Dekker te Rotterdam
  • 1864 geen vermelding van schip en reeder
  • 1865 fregat “Minister Fransen van de Putte” 828 last  van Zeylen & Dekker te Rotterdam
  • 1866, 1867 bark “Huydekoper”   399 last  van Zeylen & Dekker te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt D. Forbes Browning als gezagvoerder gedurende:

  • 1851 t/m 1854 op de bark “Hoop van Capelle”, gebouwd in 1851 te Capelle aan de IJssel, 576 ton o.m., varend voor Reuchlin, Moll & Dutilh te Rotterdam;
  • Bouma vermeldt géén kapitein D.Forbes Brownning op de schepen “Zuidbeveland” en “Zwerver”;
  • 1858 t/m 1859 op de bark “Antonia Geertruida”, gebouwd in 1857 te Lekkerkerk, 694 ton o.m., varend voor P.v.d. Arend te Rotterdam;
  • 1860 t/m 1863 op het fregat “Remigius Adolphus”, ex Admiraal van Kinsbergen, gebouwd in 1830 te Rotterdam, 750 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam
  • 1865 t/m 1866 op het 3m schip “Minister Fransen van de Putte”, gebouwd in 1864 te Bolnes, 1500 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam;
  • 1867 t/m 1869 op het fregat “Huydekoper”, gebouwd in 1858 te Lekkerkerk, 755 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam.

Ook van Sluijs013 vermeldt in de kapiteinslijst geen Browning als kapitein van een “Zuidbeveland” en een “Zwerver”, wel op de “Hoop van Capelle” (1849-1854), “Antoina Geertruida” (1856-1859) en “Remigius Adolphus” (1859-1864).

David Forbes Browning maakte de volgende reizen005:

  • de Hoop van Capelle 1854 Akyab - Rotterdam   rijst
  • Zwerver 1857 Rotterdam - Cardif - Hongkong ballast
  • Antonia Geertruida 1858 Rotterdam - Batavia diversen
  • Remigius Adolphus 1860 Rotterdam - Cardif - Hongkong

1863    Rotterdam - New Castle   ballast

  • Huydecoper 1867 Rotterdam - Batavia diversen

 

Overige bijzonderheden

Dutch barque “Hoop Van Capelle” of Rotterdam, arrived at Albany on 14 November 1852, having left England on 14 August 1852. Master = Browning. Tonnage = 400. Cargo = coals for the P. & O. Company.

The Inquirer newspaper at Perth wrote the following story about the Hoop van Capelle in its “Shipping Intelligence” section on 1 December 1852:

“King George’s Sound: Arrivals On the 14th instant, the Dutch ship Hope van Capelle, of Rotterdam, Browning master. She left England on the 15th August for this port, with a cargo of patent fuel for the P. & O. Steam Company. On the night of the 5th instant, she shipped a heavy sea, which carried the captain & the first mate overboard. The captain had hold of some of the braces and got into the ship again, but with one of his legs broken: but the mate was lost. As there was no doctor on-board, the carpenter set the captain’s leg. They were obliged to carry him every day upon the deck to take observations, as there was no other person on board upon whom he could depend to navigate the vessel. The sea carried away a portion of the bulwarks, and some livestock and other things which were not well secured.” 105

NRC 03 april 1851

Rotterdam, 2 april. Heden morgen ten 7 ure is van de werf van de scheepsbouwmeester P. Bakhuizen te Capelle a.d. IJssel met het beste gevolg te water gelopen het barkschip de HOOP VAN CAPPELLE, groot ongeveer 300 gemeten lasten, gebouwd voor een rederij onder directie van Reuchlin, Moll & Dutilh, hetwelk gevoerd zal worden door kapt. David Forbes Browning.

NRC 23 mei 1851

Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia voor passagiers en goederen het nieuw gebouwd snelzeilend barkschip DE HOOP VAN CAPPELLE, kapt. D.F. Browning, hebbende geschikte inrichtingen voor passagiers. Adres ten kantore van de cargadoor Vlierboom & Suermondt alhier.

NRC 21 januari 1853

Albany (King George Sound) (opm: West-Australië), 25 november 1852. Het Nederlandse barkschip de HOOP VAN CAPELLE, kapt. Browning, heeft de 15e dezer bij het naar binnen zeilen, alhier op een rots gestoten, doch heeft ogenschijnlijk geen schade bekomen.

NRC 17 september 1853

Cork, 12 september. Het alhier van Akyab gearriveerde Nederlandse barkschip HOOP VAN CAPELLE, kapt. Forbes Browning, is lek en lost de lading om te repareren.

 

In de Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr staat de volgende melding109:

23 februari 1843. Vertrek vanuit Zierikzee naar Nederlands Oost Indië met “De Zeeuw”:

“Ik had deze reis evenals de vorige de zoon van mijn Patroon A.Luteijn tot opperstuurman. D.F.Browning 2e stuurman en A.Verhulst als 3e.”

 

Datum vanaf: 1867
Kapitein: Browning, David Forbes

Familiegegevens en opleiding

Adolphus Eduardus Bouten werd geboren te Antwerpen op 13 december 1823 als zoon van de Rooms-Katholieke Luitje Jacobs Bouten en Catharina Elisabeth Luken/Luxen. Hij woonde te Rotterdam aan de Tarwe Akker Wijk 1 nr. 206 (nieuw nr. 3). Hij vertrok op 04 juni 1867 naar Wijdenes. Hij behaalde op 26 november 1859 het diploma 1e stuurman op de grote vaart 

Hij huwde op 24 juli 1861 te Nibbixwoud als eerste stuurman met Anna van Rijgersma geboren ca 1833 te Hauwert, huidige gemeente Medemblik in NH, als dochter van de leraar Sigefridus Gardingius van Rijgersma en Dieuwertje Baukes Feenstra.

Hij overleed te Rotterdam op 16 december 1905 aan de Schermlaan005.

De opgaven van de ouders van de drie broers Adolphus Eduardus, Jacob en Andreas George verschillen in spelling.

 

Hans Bouten, e-mail dd 27 augustus 2004I

Hans Bouten spreekt over de “katholieke Bouten uit Antwerpen. “Wij hebben contact gehad met ongeveer 350 Bouten familieleden in de zeventiger jaren in Roeselaere in Belgie. Deze naam komt daar veel meer voor dan hier.

Wij heten dus oorspronkelijk geen Bouten, maar Boiten, een bekende Groningse naam! E.e.a het gevolg van een fout van een trouwacte in Köningsbergen in het voormalige Duitsland (volgens overlevering en min of meer bevestigd door archief Veendam)”.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

A.E.Bouten was met vlagnummer R29 in de periode 1864 t/m 1905 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

A.E.Bouten was van 1884-1887 “afwisselend commissaris” en van 1888-1890 “permanent commissaris” van de Maatschappij058.

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein A.E.Bouten met vlagnummer R29 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

  • 1864 t/m 1866 van de bark “Cornelis Anthonie”   340 last  varend voor van Zeylen & Decker te Rotterdam
  • 1867, 1874, 1877, 1878, 1880 t/m 1883, 1885 t/m 1888, 1890 t.m 1902 geen vermelding van schip en boekhouder

 

Adolphus Everardus Bouten maakte de volgende reizen005:

  • Samuel Hendricus 1860 Soerabaja - Rotterdam     suiker, koffie
  • Cornelis Anthonie 1865 Batavia - Rotterdam - Java heen: diversen; terug: koffie

                                            1866       Menado - Rotterdam                     koffie

                                            1866       Rotterdam - Batavia                      diversen

  • Huydecoper 1869 Rotterdam - Singapore       diversen

1871    Soerabaya - Rotterdam       suiker, gutta, tabak, huiden

Bouma025 vermeldt A.E.Bouten als gezagvoerder gedurende:

  • 1858 t/m 1860 op de bark “Samuel Henricus”, gebouwd in 1855 te Capelle aan de IJssel, 611 ton o.m., varend voor G.H.Stoltenberg & Zn te Rotterdam. In 1860 werd het schip verkocht aan James Barge te Amsterdam en herdoopt in “Kalimas”;
  • 1865/66 op de bark “Cornelis Anthonie”, gebouwd in 1857 te Bolnes, 644 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam. In 1866: “Verongelukt in N.O.I.” (Is: op 18 december 1866 op Meinderts Droogte gelopen en wrak geraakt. Na onderzoek zou de kapitein onzorgvuldigheid zijn verweten)

Zeetijdingen januari 1867  bark Cornelis Anthonie onder kapitein A.E.Bouten “Verongelukt in O.I.”.

  • 1870 t/m 1874 op de bark “Huydecoper”, gebouwd in 1858 te Lekkerkerk, 755 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam. Het schip werd in 1874 verkocht naar Noorwegen.

 

Overige bijzonderheden

In de zitting van 19 october 1874 van de parlementaire enquête door de Tweede Kamer “omtrent den toestand van de Nederlandsche koopvaardijvloot” (zitting 1874 - 1875) werd verhoord kapitein Jacob Bouten. Het verslag staat op p.425 t/m 428. In dit verslag wordt hem de vraag gesteld hoe hij over de tuchthandhaving aan boord denkt in het licht van de nieuwe wet op de tucht. Jacob Bouten is daar zeer negatief over en vraagt om meer macht voor de kapitein. Hij refereert aan zijn eigen ervaringen maar ook aan die van zijn broer:

“Mijn broeder, ook kapitein, had een stuurman aan boord, een eerste deugniet. De kapitein had sterke drank, arak, te Batavia gekocht voor eigen gebruik; de stuurman verkocht daar een gedeelte van aan het volk en aan gepasporteerde militairen, die ook met het schip meegingen, en hij wierp de rest over boord. Hij zocht daarenboven allerlei moeilijkheden en kocht anderen om ten einde te getuigen tegen mijn broeder, dien hij valschelijk beschuldigde van hem te hebben willen vermoorden.

Die stuurman werd op de tehuisreis ontslagen; hij verliet St.Helena het schip, kwam per mail naar Nederland, en beklaagde den kapitein voor den raad van tucht. Hij wachtte daarmeê echter tot op het ogenblik dat mijn broeder op nieuw met zijn schip vertrekken moest. Deze kon dus niet voor den raad verschijnen en schreef, dat hij in zee ging; hij werd veroordeeld om zes maanden in zijne betrekking geschorst te worden, op grond dat hij den stuurman ontslagen had. Mijn broeder werd niet gehoord; hij werd veroordeeld op de beschuldiging van den stuurman.”

Het is niet duidelijk om welke van de twee broers-kapiteins van Jacob Bouten het ging.

 

Datum vanaf: 1869
Kapitein: Bouten, Adolphus Eduardus(Everardus)

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.457
DVD VIII – 1104, 1107
BIJLBRIEF
Naam schip HUYDECOPER

plaats en datum acte Rotterdam, 2 maart 1859

type schip bark

bouwwerf/verkoper Jan van Duyvendijk Teuniszoon, scheepsbouwmeester te Lekkerkerk

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper zie bijlage

te voeren door kapt. Constantinus Joan Ninck Blok

grootte in tonnen 794 tonnen of 419 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 41,10 m., breed 7,69 m., hol 5,65 m.

kiellegging 10 augustus 1857

tewaterlating 23 september 1858, geheel volbouwd.

plaats / datum registratie Rotterdam, 3 maart 1859

nummer van registratie deel 154, folio 24, recto, vak 1

notaris Willem Simon Burger Wz., notaris te Rotterdam

prijs

Bijzonderheden:







researcher/datum research: ML / 261108










bijlage bij acte Rott.3.03.17.01.3675.457 barkschip HUYDECOPER.

Eigenaren:

H.K.H. Prinses Marianne der Nederlanden, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Firma L.J. Enthoven & Co., fabrikanten, ´s-Gravenhage (1/30e part)
Ds. Theodorus Cornelis Reinier Huydecoper, predikant, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Willem van Schmid, particulier, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Jan Blok, particulier, ´s-Gravenhage (1/60e part)
Jan van Duyvendijk Teuniszoon, scheepsbouwmeester, Lekkerkerk (13/60e part)
Lukas van Zoest, smid, Lekkerkerk (1/30e part)
Jan Stam Jr., timmerman, Lekkerkerk (1/60e part)
Firma Erkel & Co., kooplieden, Lekkerkerk (1/60e part)
Firma Monster & Co., kooplieden, Lekkerkerk (1/60e part)
Firma Van Zeylen & Decker, reders en boekhouders, Rotterdam (6/30e part)
Firma P. Varkevisser & Zonen, cargadoors, Rotterdam (1/30e part)
Hendrik Hartog, reder, Rotterdam (1/30e part)
Firma Gebr. Kröner, winkeliers, Rotterdam (1/30e part)
Constantinus Joan Ninck Blok, koopvaardijkapitein, Rotterdam (1/30e part)
Hendrik van Andel, zeilmaker, Rotterdam (1/30e part)
Albert Christiaan van Erpecum, koopman, Rotterdam (1/60e part)
Firma Eijsens & de Goede, kooplieden, Rotterdam (1/60e part)
Firma Pastern & Co., fabrikanten, Rotterdam (1/60e part)
Leendert Hendrik Smits, blokmaker, Rotterdam (1/60e part)
Johannes Franciscus Eli Gortmans Gz., winkelier, Rotterdam (1/60e part)
Jan Elias Huydecoper, heer van Zeist, particulier, Zeist (1/30e part)
Jacobus Cornelis van der Lely, touwslager, Maassluis (1/30e part)
Johannes Jacobus Bauduin, fabrikant, Dordrecht (1/30e part)
Ds. Samuel van Griethuyzen, predikant, Groningen (1/60e part)
Johannes Jacobus Ellerman, wijnkoper, Utrecht (1/30e part)

ML / 261108

Naam HUYDECOPER
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1859
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: NA-Den Haag
Omschrijving: Rott.3.03.17.01.3675-457