1894
AH 160294
Alblasserdam, 15 februari. Heden is van de werf van de heer Jan Smit Czn alhier te water gelaten het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, gebouwd voor rekening der Zeilvaart Maatschappij Neptunus te Rotterdam. Het schip heeft een lengte van 240, een breedte van 38 en een diepte van 25 Engelse voet. De grootte bedraagt circa 1740 ton register en het draagvermogen ongeveer 2800 ton dood gewicht. Het schip zal worden gevoerd door kapt. K.W. Schenk en is bestemd om 31 maart van Rotterdam naar Samarang en Soerabaija te vertrekken.
NRC 200394
Advertentie. Rotterdam – Samarang – Soerabaja. Het nieuw gebouwd stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk, sluit 31 maart. (opm: eerste reis) Adres Vroege & De Wijs, Kuijper, van Dam & Smeer, te Rotterdam.
Op 22-03-1894 wordt voor de HUGO MOLENAAR een eerste zeebrief aangevraagd voor kapt. K.W. Schenk.
NRC 130494
Rotterdam, 12 april. Volgens bericht van 10 dezer van kapt. K.W. Schenk, gezagvoerder van het schip (opm: fregat) HUGO MOLENAAR, van Rotterdam naar Java, uit Dungeness, waar de loods werd geland, had hij in de Noordzee fraai weder met omlopende koelte en heiïg weder. Het schip voldeed in alle opzichten uitstekend. (opm: eerste reis)
AH 090594
Gepraalde schepen. 27 april, op 32° N.Br., 14° W.L. HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk, van Rotterdam naar Samarang.
JB 110794
Anjer gepasseerd: Nederlands schip HUGO MOLENAAR van Rotterdam naar Java en het Nederlandse barkschip CONCORDIA van IJmuiden naar Samarang.
AH 150794
Rotterdam, 14 juli. Volgens bij de rederij ontvangen bericht is het fregatschip BATAVIER, kapt. D. Gomes, op Java bevracht voor een volle lading droge suiker met bestemming het Kanaal voor orders. Ook het Nederlandse fregat HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, na een reis van 95 dagen heden te Batavia aangekomen, is bevracht naar Europa met suiker.
JB 200794
Batavia, 20 juli. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Samarang.
SAB 250794
Semarang, 24 juli. Aangekomen HUGO MOLENAAR, K.W. Schenk van Batavia.
SAB 200894
Semarang, 19 augustus. Vertrokken HUGO MOLENAAR, K.W. Schenk naar Soerabaja.
RN 201094
Rotterdam, 19 oktober. Het Nederlandsche fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, is met een volle lading suiker van Samarang vertrokken naar de Azoren voor orders.
JB 231094
Batavia, 20 oktober. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Rotterdam.
1895
RN 030195
Kaap Agulhas gepasseerd 8 december 1894 HUGO MOLENAAR, Schenk, van Samarang naar St. Michael.
AH 080195
St. Helena, voor 7 januari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Batavia naar Rotterdam.
AH 150295
Ponta del Gada, 14 februari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Java, om orders.
NVD 010395
St. Michaels, 28 februari. Zeilklaar HUGO MOLENAAR, Schenk van Samarang naar Marseille.
AH 020495
Marseille, 31 maart. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Java.
AH 020695
Rotterdam, 1 Juni. Het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, 28 mei van Marseille naar Cadiz vertrokken, zal aldaar een lading zout innemen naar Montevideo.
RN 140695
Rotterdam, 14 juni. Het Nederlandsch fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, arriveerde 15 dezer van Marseille te Cadiz, om daar zout te laden naar Montevideo.
RN 100795
Cadiz, 8 juli. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Montevideo met een lading zout.
AH 250895
Montevideo, 23 augustus. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Cadiz.
NRC 150995
Rotterdam, 14 september. Het Nederlandse schip (opm: fregat) HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk, van Cadiz te Montevideo aangekomen, is van zijn ankers gedreven, doch heeft assistentie.
AH 280995
Rotterdam, 27 september. Volgens bij de directie der maatschappij Neptunus ontvangen bericht, is het Nederlandse stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, thans te Montevideo, bevracht om een lading op de Platarivier in te nemen, bestemd naar het Kanaal, voor order.
AH 111195
La Plata, 14 oktober. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Montevideo.
RN 051295
Volgens bij de maatschappij Neptunus ontvangen bericht vertrok het Nederlandsche schip HUGO MOLENAAR, kapt. Scheuk, gisteren van Ensenada naar Europa.
1896
RN 050296
Hamburg, 2 februari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Ensenada, 59 dagen reis, alles wel.
NRC 220396
Rotterdam, 21 maart. Volgens bij de directie der Maatschappij Neptunus ontvangen bericht, arriveerde het fregatschip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, de 21e dezer des avonds van Hamburg te Shields, gesleept door de sleepboot NOORDZEE.
RN 240496
Rotterdam, 23 april. Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, vertrok 22 april van Shields naar Samarang en Soerabaja.
AH 040596
Prawlepoint, 1 mei. Gepasseerd HUGO MOLENAAR, Schenk van Shields naar Soerabaja.
PGC 070796
Rotterdam, 3 juli. Het Nederlandse schip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, van Shields naar Soerabaja, is met verhitte lading (opm: broei in de kolen) te Kaapstad binnengelopen.
PGC 090796
Rotterdam, 6 juli. Het schip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, van Shields naar Soerabaja, met verhitte lading te Kaapstad binnengelopen (opm: zie PGC 070796) is door experts nagezien. Deze hebben aanbevolen de lading steenkool onmiddellijk te lossen en te verkopen. De romp van het schip heeft niet geleden.
NRC 140796
Londen, 11 juli. Volgens telegram van Lloyd’s agent aan de Kaapstad in dato 10 dezer, waren de kolen aan boord van het Nederlands fregatschip HUGO MOLENAAR, van Shields naar Java bestemd en aldaar met sterk verhitte lading binnengekomen, aan het smeulen en was men genoodzaakt snel te handelen, dewijl er groot gevaar voor schip en lading bestond. Er werden 300 ton van de lading verkocht voor 12 shilling 8 pence per ton, van langszijde af te halen. Het lossen, landen en weder aan boord nemen zou kosten – hier werd het telegram door een verminkt codewoord onduidelijk. De overige kolenlading zal gelost moeten worden en het hoogste bod daarvoor is 11 shilling 2 pence per ton. Een onmiddellijk antwoord per telegraaf wordt ingewacht. Indien de kolen niet langszijde geleverd worden, is de prijs 3 shilling per ton minder.
NRC 160796
Londen, 14 juli. HUGO MOLENAAR. Volgens telegram uit Kaapstad van 13 dezer zullen de overige kolen in publieke veiling worden verkocht.
NRC 040896
Kaapstad, 15 juli. De 9de werden 300 ton kolen ex HUGO MOLENAAR verkocht, waarvan 40 ton tegen 29, en 260 ton tegen 20 shilling 3 pence. Op order der experts werd voortgegaan met het lossen der kolen wegens toenemende temperatuur, waarvan hedenochtend 25 ton werden verkocht tegen 21 shilling 9 pence, 235 ton tegen 21 shilling 6 pence, en de overige tegen 20 shilling 3 pence, vrij van invoerrechten.
NRC 080896
Rotterdam, 7 augustus. Volgens bij de rederij ontvangen telegrafisch bericht heeft het schip HUGO MOLENAAR gisteren de reis van Kaapstad naar Semarang en Soerabaja voortgezet.
JB 100996
Anjer gepasseerd: Nederlandse schip HUGO MOLENAAR van Shields naar Soerabaja.
JB 120996
Batavia, 12 september. Aangekomen HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk van Cardiff via Algoabaai.
SAB 210996
Samarang, 20 september. Aangekomen HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk van Kaapstad.
SAB 290996
Samarang, 29 september. Vertrokken HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk naar Soerabaja.
SAB 071096
Soerabaja, 5 oktober. Aangekomen HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk van Samarang.
SAB 241196
Soerabaja, 24 november. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk naar Passaroeang.
AH 101296
Passaroeang, 8 december. Vertrokken HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk naar Barbados voor orders.
1897
RN 030497
St. Helena, 8/ 15 maart. Gepasseerd HUGO MOLENAAR, Schenk van Passaroeang naar Barbados voor orders.
RN 230497
Volgens van de directie der Maatschappij Neptunus ontvangen bericht, arriveerde het Nederlands fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van Java met een lading suiker te Barbados en ontving order naar Delaware Breakwater, werwaarts het schip gisteren is vertrokken.
RN 150597
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, arriveerde 13 mei van Passaroeang via Barbados te Delaware.
AH 010697
Philadelphia, 29 mei. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Java.
RN 150697
Rotterdam, 14juni. Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR,, kapt. Schenk, is bevracht van New York naar Java met 65.000 kisten petroleum, tot 18 c. één, 19 c. twee en 20 c. drie havens.
AH 220697
Philadelphia, 21 juni. Vertrokken HUGO MOLENAAR, Schenk naar New York, om aldaar voor Java te laden.
AH 030897
New York, 31 juli. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Java.
AH 190997
Gepraaid: 30 augustus, op 10° NB. 25° WL. HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van New York naar Java.
SAB 231197
Batavia, 23 november. Te Anjer voor orders aangekomen: Nederlands schip HUGO MOLENAAR, met petroleum van New York.
JB 271197
Batavia, 27 november. Aangekomen Nederlands schip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van New York.
NVD 181297
Het Nederlands schip HUGO MOLENAAR is bevracht van Java naar de Azoren, voor orders
NVD 201297
Volgens van de rederij ontvangen bericht is het Nederlands schip Hugo Molenaar bevracht van Java met suiker naar Barbados v. o. en niet naar de Azoren, zoals gisteren gemeld.
1898
AH 200198
Soerabaja, 18 januari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Batavia.
SAB 140298
Soerabaja, 11 februari. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Passaroeang.
RN 260298
Volgens bij de directie der Maatschappij Neptunus ontvangen bericht vertrok het Nederlands fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, 24 dezer van Passaroeang naar Barbados met een lading suiker voor order.
RN 010698
St. Helena gepasseerd 15/23 mei HUGO MOLENAAR, Schenk van Passaroeang naar Barbados voor orders.
RN 210698
Barbados, 18 juni. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Java.
RN 090798
Rotterdam, 8 juli. Het Nederlands fregatschip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, van Passaroeang te Barbados aangekomen, vertrok 22 juni van laatstgenoemde plaats naar Boston (V.S.).
RN 180798
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, arriveerde 15 juli van Passaroeang via Barbados te Boston.
NRC 020898
Boston, 16 juli. Bij het neernemen van de bramra´s aan boord van het schip HUGO MOLENAAR zaterdag jongstleden viel de beneden-grootbramra aan dek. Er werd een deuk in het dek veroorzaakt aan bakboord bij de grote mast, doch niemand bekwam enig letsel.
RN 200898
Bij Nobska geankerd, 8 augustus, HUGO MOLENAAR, Schenk van Boston naar New York.
AH 230898
City Island, 10 augustus. Gepasseerd HUGO MOLENAAR, Schenk van Boston naar New York.
NVD 071098
New York, 5 oktober. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Sydney N.Z.W.
RN 171198
Gepraaid 30 oktober, op 8° NB en 27° W.L., het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van New York naar Sydney.
1899
AH 150199
Syney (NZW), 14 januari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van New York, 98 dagen reis.
RN 040299
Bevracht: Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, van Melbourne of Geelong naar UK., Continent 30 .sh., prompt.
PGC 200299
Rotterdam, 18 februari. Volgens bij de directie der Maatschappij NEPTUNUS ontvangen bericht vertrok het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, de 18e dezer van Sydney naar Melbourne, om daar naar het Kanaal te laden.
NVD 280299
Geelong, 25 februari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Sydney.
NRC 020499
Rotterdam 1 april. Volgens van de directie der Maatschappij Neptunus ontvangen bericht vertrok het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, 1 april van Geelong naar het Kanaal voor orders.
AH 270899
Scilly, 25 augustus. Gepasseerd HUGO MOLENAAR, Schenk van Geelong naar Het Kanaal voor orders.
RN 300899
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, arriveerde 27 augustus met een lading tarwe van Geelong te Falmouth voor order.
PGC 060999
Rotterdam, 5 september. Het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van Melbourne thans te Falmouth voor orders, moet de lading te Greenock lossen.
RN 080999
Volgens later ontvangen bericht is de bestemming van het te Falmouth voor order liggende fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, veranderd, en zal het de lading niet te Greenock maar te Hull moeten lossen.
NVD 150999
Hull, 12 september. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Geelong.
NVD 101099
Nieuwe Waterweg, 9 oktober. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Hull, gesleept door de sleepboot OCEAAN.
Op 07-11-1899 wordt voor de HUGO MOLENAAR een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. K.W. Schenk.
RN 181199
Rotterdam, 17 november. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk met stukgoed naar Batavia.
NVD 231199
Bij Ventnor aangekomen, 20 november, HUGO MOLENAAR, Schenk van Rotterdam naar Java, gesleept door de sleepboot LAUWERSZEE.
1900
AH 260200
Batavia, 25 februari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Schenk van Rotterdam.
SAB 190300
Samarang, 18 maart. Aangekomen het Nederlands fregat HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk van Batavia.
SAB 050400
Samarang, 5 april. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk naar Soerabaja.
RN 190500
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, vertrok 10 mei van Soerabaja naar Sydney N.S.W.
NRC 010600
De heden alhier gehouden algemene vergadering van de aandeelhouders van de Zeilvaart-Maatschappij Neptunus alhier, heeft haar goedkeuring gehecht aan de balans en de winst- en verliesrekening over 1899 en de heer C. Smit herkozen als commissaris. In het verslag van de directie werd herinnerd aan de plaats gehad hebbende reductie van het kapitaal tot NLG 296.000, als gevolg van het vergaan van de COLUMBUS, welke reductie gepaard is gegaan met een overeenkomstige belangrijke afschrijving op de boekwaarde van de twee overblijvende schepen, de BURGEMEESTER JONKHEER COENEN en de HUGO MOLENAAR, en met de vereffening van het debet cijfer van de winst- en verliesrekening. De HUGO MOLENAAR werd met zijn lading van Geelong naar Hull bestemd en kwam, na aldaar gelost te hebben, hier een lading stukgoederen voor Indië innemen, waarheen het de 18e november vertrokken is. De BURGEMEESTER JONKHEER COENEN werd van Delaware Breakwater naar Philadelphia georderd ter ontlossing van zijn lading suiker en vertrok daarop naar New York om een lading petroleum voor Java in te nemen, waar het de 4e november heen is gegaan. De exploitatierekening heeft een batig saldo opgeleverd van NLG 23.215 en daaruit wordt een dividend uitgekeerd van 5%, voorts afgeschreven op de BURGEMEESTER JONKHEER COENEN NLG 6.824,18½ en op de nieuwe rekening NLG 1.722,32½ overgebracht.
NRC 0307900
Rotterdam, 2 juli. Volgens bij de Zeilvaart-Maatschappij Neptunus ontvangen telegram is het Nederlandse schip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, gisteren van Soerabaja te Sydney aangekomen.
ST 150900
Sydney, 13 september. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Schenk naar Londen.
1901
PGC 050201
Londen, 4 februari. Op het Nederlandse schip HUGO MOLENAAR, kapitein K.W. Schenk, werd heden herverzekering gesloten tot 20 pct.
AH 140201
Gepraaid Door het Engelse barkschip BESSFIELD, van Oamaru te Falmouth aangekomen: 25 december 1900 op 1° NB. 20° WL. HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van Sydney naar Londen.
AH 040301
Lizard, 3 maart. Gepasseerd HUGO MOLENAAR, Schenk Sydney naar Londen.
RN 070301
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van Sydney naar Londen, was 4 maart bij Falmouth.
AH 090301
Rotterdam, 8 maart. Het Nederlandse schip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk arriveerde gisteravond, gesleept door twee sleepboten, van Sydney te Londen.
SV 100401
HUGO MOLENAAR, Schenk, van Londen naar Cardiff passeerde 9 april des avond’s 7 uur Gravesend gesleept.
RN 150401
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, van Londen naar Cardiff gesleept door de sleepboot HIBERNIA, passeerde 11 april Dover.
Cardiff, 13 april. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Wiebes q.q. van Londen gesleept.
RN 220401
Het Nederlands stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk (opm: kapt. Wiebes), ligt te Barry in lading naar Java.
AH 140501
Barry, 13 mei. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Wiebes naar Java.
SV 130601
Gepraaid: 1 Juni op 21 graden NB. 23 graden WL., het Nederlands HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk (opm: kapt. Wiebes), van Cardiff naar Java. Alles wel.
ST 090901
Tagal, 5 september. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Wiebes van Cardiff.
SAB 260901
Samarang, 26 september. Aangekomen HUGO MOLENAAR, gezagvoerder Ch. Wiebes van Tagal.
SAB 291001
Samarang, 29 oktober. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, gezagvoerder Ch. Wiebes naar Banjoewangi.
SV 071101
Naar Australië: Nederland schip HUGO MOLENAAR, 1.735 tons laadt suiker voor bevrachters rekening.
AH 091101
Banjoewangi, 8 november. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Wiebes, om bij te laden voor Zuid Australië.
TEL 211101
Banjoewangi, 20 november. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Wiebes naar Melbourne.
1902
NVEC 040102
Melbourne, 1 januari. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Wiebes van Java.
TEL 130202
Het schip HUGO MOLENAAR, Wiebes, hier van Banjoewangi aangekomen, heeft zwaar stormweer door staan en verschillende zeilen verloren.
TEL 070302
Melbourne, 6 maart. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Wiebes naar Het Kanaal voor orders.
NVEC 280602
Gepraaid: 3 april, op 46 gr. Z.Br. en 153 gr. W.L, het Nederlands schip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, van Geelong naar Het Kanaal.
NVEC 220702
Gepraaid: 14 juni, op 8 gr. Z.Br. en 35 gr. W.L., het schip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, van Geelong naar Falmouth.
RN 050802
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, arriveerde 3 augustus van Geelong te Falmouth.
RN 140802
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt, Wiebes, van Geelong te Falmouth, heeft orders gekregen naar Bristol.
RN 180802
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, arriveerde 15 augustus van Geelong, laatst van Falmouth te Bristol, gesleept door de sleepboot TRITON.
RN 150902
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR vertrok 12 september, des middags, van Bristol naar Rotterdam, gesleept wordende.
NVEC 170902
Rotterdam, 15 september, Aangekomen HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes van Bristol.
NRC 281002
Het Nederlandse fregat HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, gisteren uit Rotterdam naar Java vertrokken, wordt naar het Kanaal gesleept door de Engelse sleepboot OCEANIA.
NRC 301002
Rotterdam, 29 oktober. Volgens rapport van kapt. Wiebes, gezagvoerder van het fregatschip HUGO MOLENAAR, van hier naar Java bestemd en dat zondag l.l. naar zee vertrok, had hij in de Noordzee harde wind uit het zuidwesten. Het schip arriveerde maandagnamiddag om 4 uur bij Dungeness, waar de sleepboot het schip verliet, dat bij gunstige noordenwind de reis heeft voortgezet.
1903
RN 100303
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, arriveerde 7 maart van Rotterdam te Batavia.
SAB 020403
Batavia, 29 maart. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes naar Samarang.
SAB 300403
Samarang, 30 april. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes naar Soerabaja.
RN 160503
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, arriveerde 15 mei, van Rotterdam, laatst van Samarang, te Soerabaja.
NNO 210603
Soerabaja, 18 juni. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes naar Kraksaan.
TEL 100703
Bezoeki, 8 juli. Uitgezeild HUGO MOLENAAR, Wiebes naar Barbados voor orders.
WIN 240903
St. Helena, 22 september. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Wiebes van Bezoeki.
TEL 291003
Barbados, 28 oktober. Aangekomen HUGO MOLENAAR, Wiebes van Bezoeki.
NVEC 031103
Rotterdam, 30 oktober. Volgens mededeling van de reder heeft het van Java te Barbados aangekomen Nederlandse schip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes order bekomen naar Boston.
PGC 281203
Boston, 14 december. Het Nederlandse stalen schip HUGO MOLENAAR, kapitein Wiebes, is gisteren door een hevige storm van zijn ankerplaats, in het vaarwater naar East Boston geslagen. Drie sleepboten hebben het schip naar een veiliger ankerplaats gebracht.
1904
RN 010304
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, lag 26 februari te Boston zeilklaar naar Buenos Aires.
RN 250504
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, arriveerde 23 mei van Boston te Buenos-Aires.
RN 020704
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, vertrok 29 Juni van Buenos Aires naar Bahia Blanca.
RN 110704
Bahia Blanca, 9 juli. Gearriveerd HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes van Buenos Aires.
RN 090804
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes vertrok 6 augustus, des voormiddags van Bahia Blanca naar Engeland.
NNO 251004
Fleetwood, 22 oktober. Aangekomen HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes van Bahia Blanca.
RN 081204
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, vertrok 4 december van Fleetwood naar Preston.
RN 091204
Het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Wiebes, arriveerde 5 december van Fleetwood te Preston.
1905
SV 130305
Rotterdam, 11 maart. De bark HUGO MOLENAAR, liggende te Preston, wordt op 30 maart te Liverpool geveild.
PGC 110405
Londen, 7 april. Het Ned. schip HUGO MOLENAAR is te Liverpool in veiling opgehouden voor GBP 6620. (opm: de verkoper vond dus de prijs te laag)
PGC 270605
Rotterdam 26 juni. Het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. K. Wiebes, van de Zeilvaart Maatschappij Neptunus alhier, is onderhands en voor geheime prijs aan een Rotterdamse firma verkocht. Het schip blijft onder Nederlandse vlag varen. (opm: de HUGO MOLENAAR arriveerde op 22 juni van Preston te Barrow)
NRC 080705
Rotterdam, 7 juli. Nader vernemen wij, dat het onlangs verkochte schip HUGO MOLENAAR verdoopt is in EMANUEL en dat het in den vervolge onder Nederlandse vlag en onder boekhouderschap van de heer G. van Wieringen zal varen.
SV 041005
Philadelphia, 22 september. Uitgeklaard EMANUEL, Bos naar Shimonoseki (opm: Japan).
SV 101005
Delaware, 26 september. Gepasseerd EMANUEL, Bos van Philadelphia naar Shimonoseki.
1906
AH 140306
Shimonoseki, vóór 13 maart. Aangekomen EMANUEL, Bos van Philadelphia.
SV 300306
Shimonoseki, 13 maart. Vertrokken EMANUEL, Bos, naar Vancouver om aldaar voor Chili en daarna voor Europa te laden.
SV 020406
Rotterdam, 1 april. Volgens telegram uit Shimonoseki zoude het schip EMANUEL, kapt. Bos, aldaar 13 maart gearriveerd van Philadelphia, den 2 april in ballast vertrekken naar Puget Sound om hout te Iaden voor Chili.
SV 170506
EMANUEL, Bos, arriveerde 15 mei van Shimonoseki te Port Angeles.
AH 051106
Antofagasta, 3 november. Aangekomen EMANUEL, Bos van Townsend.
1907
SV 190207
EMANUEL, R. Bos, lag 18 februari zeilklaar te Antofagasta (opm: Chili) naar Upu-Sund.
AH 030507
Port Townsend, 1 mei. Aangekomen EMANUEL, Bos van Antofagasta.
AH 170507
Tacoma, 4 mei. Aangekomen EMANUEL, Bos van Antofagasta.
SV 290707
Het schip EMANUEL, Bos, vertrok 2 juli van Tacoma naar Antofagasta.
SV 171007
Het schip EMANUEL, Bos, arriveerde 10 oktober van Tacoma te Antofagasta.
1908
PGC 130408
Londen, 11 april. Volgens een telegram uit Noumea, Nieuw-Caledonië, is het in ballast zijnde Ned. stalen fregat EMANUEL (ex HUGO MOLENAAR) op de westkust gestrand (opm: op 8 april) en zal waarschijnlijk totaal wrak worden. De bemanning is te Noumea geland. Voornoemd schip is in 1895 te Alblasserdam gebouwd en is groot 1801 Bruto en 1735 Netto Reg. Ton.
PGC 150408
Londen, 15 april. Omtrent het Ned. schip EMANUEL wordt het volgende door LLoyd’s Agent te Noumea aan de Salvage Association geseind: Door zware zeegang ging de mast overboord waardoor het schip plat op zijn zijde werd geslagen. De toestand is hoogst gevaarlijk. Er wordt geen kans gezien het schip vlot te brengen en bergingsmateriaal is niet aanwezig. Ook kan er met het Gouvernement geen contract worden gemaakt. De rechtbank heeft besloten het schip te verkopen zoals het daar ligt.
PGC 210508
Sydney, 14 april. Kapitein Bos en de bemanning van het Nederlandse stalen fregatschip EMMANUEL (ex HUGO MOLENAAR) arriveerden te Noumea per auto van Turemba op de kust van Nieuw-Caledonia, waar het schip op 8 april op een rif strandde. De fokke- en de grote mast zijn overboord geslagen en er staat tot 4 voet water in het schip dat als totaal verloren wordt beschouwd. Het was in ballast op reis naar Noumea om chroomerts te laden. De EMMANUEL was 1735 ton groot, in 1894 gebouwd en behoorde toe aan reder G. van Wieringen te Rotterdam.
NRC 100608
Noumea, 29 april. De gestrande en wrak geworden Nederlandse bark EMANUEL is in publieke veiling verkocht. De voor de veiling geborgen goederen zullen eveneens worden verkocht.
AH 210708
Hierna behandelde de Raad de stranding van bark EMANUEL, kapitein P.J. Hemmes van Schiedam, die met ballast geladen van Antofagasta, met bestemming naar Amedie-eiland op 7 april, op de Tabanka-rif, ongeveer 3 mijlen van het vasteland van Nieuw Caledonië, strandde. De bemanning, behalve de kapitein, 16 personen tellende, kon met eigen boot het schip verlaten en ging, aan wal gekomen, met automobiel naar Noumea. Uit de scheepsverklaring voor de consul te Sidney afgelegd, bleek o.a. dat het op de 7 april buiig weder en dik van mist was, en dat er geen goede gelegenheid was om de plaats van het schip te bepalen. Vlak bij Tabanca rif stond ongeveer 70 vadem water, en als een bewijs van slecht weder werd later bekend, dat op dien dag ook nog een Noorman gebleven was. Ook konden door dikke mist en regen geen observaties gedaan worden. Tot de morgen van 7 april werd recht op de kust aan gehouden, met alle zeilen bij: tegen de avond werd men de branding gewaar, waarna het schip herhaaldelijk en zwaar stootte op stenen. Kort daarop bemerkte de bemanning dat het schip water maakte. Ook kwam de branding over het schip en in de kajuit waardoor het journaal verloren ging. Andere stukken, kaarten, rekeningen, etc, die in een kast geborgen waren bleven behouden. Met boten, werd na gehouden scheepsraad het schip verlaten. Bij de verklaring van de kapitein tot deze dat hij twee chronometers aan boord had daarvan had hij in Antofagasta een goedkoop kunnen kopen. Doch er was verschil tussen beide, zodat hij zijn eigen uit Holland medegenomen steeds had gebruikt. Toen het ongeval plaats had, was hij aan dek met de stuurman Vellenga en een matroos Lauvre (een Rus); de uitkijk luid Geupke. Geen waren tot nog toe te vinden of te beschrijven geweest. Behalve aan mist en regen, meent de kapitein dat het ongeval aan stroming bij eb te wijten is. De Raad zal later uitspraak doen.
RN 310808
De Raad van Tucht voor de Koopvaardij heeft een klacht behandeld, door een paar schepelingen van de Nederlandsche bark EMANUEL tegen de toenmalige kapitein R. Bos ingediend bij de consul te Valparaiso. De schepeling Rothman voelde op 14 augustus 1907 pijn in de keel en van de stuurman kreeg hij een fles azijn om te spoelen. Maar de pijn werd steeds erger en de 28sten augustus kon hij niet meer werken. Er waren geen goede medicijnen aan boord. Den 25en september kwam hij in Chili in het hospitaal, waar het nog slechter was dan aan boord, waarheen hij nu terugging. Doch aan boord kon en wilde men de man niet houden en werd hem aangezegd, dat hij, of in het hospitaal moest blijven, of dat hem anders zou afbetaald worden. Als getuige werd gehoord de stuurman P.J. Hemmes, die verklaarde, dat Rothman met een kwaadaardige ziekte behept was, waardoor hij aan boord niet kon blijven.
Aangaande Kumeke, een tweede klager, verklaarde hij, dat deze aan toevallen leed en niet volkomen toerekenbaar kon geacht worden.
De tweede getuige in deze zaak was de stuurman Vellinga. Hij weet dat Rothman aan boord ziek werd en om medicijnen gevraagd heeft (o.a. Jodium Calium), die niet aan boord waren. Getuige zegt, dat de zieke te Antofagasta aan wal gegaan is en in het hospitaal twee a drie dagen vertoefd heeft. Hij kwam toen, nog steeds zwaar ziek, aan boord terug, doch aangezien hij niet werd aangenomen, werd hem het toekomende geld uitbetaald. De zieke heeft nimmer naar de kapitein Bos gevraagd, doch deze heeft de zieke wel bezocht. Allen hebben de patiënt goed behandeld. Getuige verklaarde nooit klachten gehoord te hebben over gemis aan vriendelijkheid of zorg van kapitein Bos ten opzichte van zijn schepelingen. Het onderzoek was hiermede afgelopen. De Raad zal later uitspraak doen.
HV 180908
Gedeelte uit het verslag van de Raad van Tucht voor de Koopvaardij.
In de vorige zitting werd door Hemmes, destijds stuurman, en Vellenga, 2n stuurman, verklaard, dat zij nooit klachten hadden gehoord over gemis van zorg van de kapitein. Volgens hen leed Rootman aan een voor de anderen aan boord zeer gevaarlijke ziekte men hoorde van syphilis en dat er verscheidene wonden in de hals waren en daarom wilde men hem liever niet aan boord terug. De medicijnkist was 11/2 jaar geleden dooreen dokter te Philadelphia behoorlijk aangevuld. De kapitein nu verklaarde dat hem wel was gezegd dat R. ziek was, maar er mee aan boord was gekomen. Zijn medicijnen waren op; toen kreeg hij jod-kali. Of dat aan boord was? In de medicijnkist vond men een fles met de etiket er af; van de inhoud dier fles dorst men de patiënt niet geven. De kapitein keek in de kist, maar haalde die niet geheel leeg om zich te overtuigen of daar toch de etiket lag. In het doktersboek kwam jod-kali voor. Dat geweigerd werd breeuwwerk te geven om gaten te stoppen van een hut die water inkreeg, ontkende de kapitein. Het weigeren om de doktersvlag te hijsen had als reden dat „men” de patiënt liever aan wal wilde hebben. Die „men” bleken te zijnde oude en de jonge Hemmes, de vertegenwoordigers van de rederij. En nu kreeg de kapitein er ongemakkelijk van te horen dat die heren daar eigenlijk de lakens uitdeelden, in plaats dat hij als gezagvoerder zijn recht en zijn plicht deed gelden. Ja, hij zei dat het niet te doen was om de man te lozen, maar de aard der ziekte stond hem tegen. Ook werd hem verweten dat hij, toen de man klaagde dat hij ’t in het hospitaal zo slecht had, er geen eten kreeg enz., naar een en ander geen onderzoek had gedaan of niet gezorgd had dat hij in een Engels hospitaal werd opgenomen, vóór alles niet gezorgd had voor een attest van de dokter. De voorzitter, mr. Fentener van Vlissingen, gaf hem vrij onzacht te verstaan dat hij aan boord, in plaats van kapitein, een ornament was. Hij, die de man gemonsterd had, liet hem zelfs door Hemmes ontslaan. Scherp werd de kapitein verweten dat hij de man niet had bezocht, dat hij de smid, toen deze hem er over sprak, zelfs afjakkerde. Het geld dat de equipage voor de patiënt over had, gold als bewijs dat hij niet goed behandeld werd. Alles had kunnen worden gecoupeerd, indien hij, in plaats van de Hemmesen te laten regeren, de doktersvlag gehesen had. Zo kwam dan gisterenavond kapt. R. Bos van een slechte reis. De Raad zal later uitspraak doen
SV 250908
De Raad van Tucht voor de Koopvaardij deed vrijdagavond 18 september, uitspraak in de zaak tegen kapitein P.J. Hemmes uit Schiedam, wiens vaartuig, de stalen bark EMANUEL, op de reis van Antofagasta naar Amedie eiland met ballast, op 8 april 1908 op de Tabanka-rif, ongeveer drie mijlen Zuid van het vasteland van Nieuw-Caledonië. strandde en verging, gelukkig zonder dat mensenlevens te betreuren waren. De Raad, die aan de behandeling van deze zaak twee zittingen wijdde sprak als zijn oordeel uit, de stranding is toe te schrijven aan de omstandigheid, dat de kust dichterbij was dan kon worden aangenomen, van welke ( misrekening de gezagvoerder geen verwijt kan worden gemaakt, omdat het weer geen nauwkeurige berekening toeliet. Ook is de nodige voorzichtigheid in acht genomen en is behoorlijk
uitkijk gehouden. Het ware wellicht aanbevelenswaardig geweest om bij het onverwacht zien van de branding, met alles tegen vóór de wind om te gaan, doch dit is een zeldzaam toegepaste manoeuvre en het is de vraag ( of zij effect gesorteerd zou hebben.), Ook is het schip rechtmatig verlaten. Op grond van een en ander acht de Raad geen termen aanwezig tot toepassing van enige straf en werd de gezagvoerder vrijgesproken. Vervolgens zette de Raad de behandeling voort van de klacht van smid Kunneke en bootsman Rootman tegen de toenmalige gezagvoerder van de bark EMANUEL, kapitein R. Bos uit Delfzijl, ingediend op 20 oktober 1907 en lopende o.a. over gebrek aan medicijnen aan boord en onvoldoende zorg voor de zieke bootsman Rootman, het niet hijsen der doktersvlag, over het niet omkijken naar de zieke, toen deze klaagde over slechte verpleging in het Chileense hospitaal. Thans werd de toenmalige gezagvoerder Bos gehoord, die verklaarde dat de medicijnkist aangevuld was, doch dat hij de gevraagde jodium kali niet durfde verstrekken, omdat van het flesje, dat deze vloeistof vermoedelijk bevatte, het etiket was af gevallen. Ook spreekt de kapitein tegen dat hij geen nota genomen heeft van de zieke. De doktersvlag werd op verzoek van Rootman niet gehesen, omdat Hemmes, de vertegenwoordiger van de reder, het niet wilde hebben doch ook onafhankelijk van de heer Hemmes zou hij de vlag niet gehesen hebben omdat hij uit ervaring wist, dat de dokter lang op zich liet wachten. Ook zei de kapitein, dat hij pas den derden dag dat Rootman in het hospitaal lag, vernam dat namens Rootman tot de heer Hemmes geklaagd werd over de slechte verpleging in het hospitaal. Verschillende leden van den Raad gaven als hun indruk te kennen, dat de behandeling van de zaak vrijwel overgelaten is aan de heer Hemmes en diens zoon en dat kapitein Bos uit het oog heeft verloren dat hij de gezagvoerder en verantwoordelijk was. Zelfs het bewijs van ontslag van Rootman is door Hemmes en niet door de gezagvoerder getekend en dus niet eens wettig. Het lid de heer Luytjes nam het de heer Bos vooral kwalijk, dat hij de doktersvlag op ver zoek van Rootman niet hees, hoewel hij wist dat deze doodernstig ziek was. Uitspraak volgt later.