Familiegegevens en opleiding
Johannes Jacobus Day werd geboren op 19 mei 1812 (of 1813?) te Arnhem als zoon van de Rooms-Katholieke James Day en Joanna Cors.
Hij trouwde te Rotterdam op 25 augustus 1841 met Anna Margaretha Luskens, geboren 18 februari 1817 te Rotterdam als dochter van Johannes Adolphus Luskens en Johanna Molemans. Hij trouwde voor de 2e maal op 08 januari 1845 te Rotterdam met Maria Elisabeth Theresia Sengers, geboren op 06 februari 1819 te Rotterdam als dochter van Petrus Sengers, koopman, en Maria van Winkel. Johannes Day woonde te Rotterdam o.a. aan de Westewagenstraat Wijk 5 nr. 712 en aan de Schiekade Wijk 14 nr.468. Hij vertrok op 01 mei 1865 naar Delft.
Hij overleed te Rotterdam op 27 september 1884005.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.J.Day werd met vlagnummer 606 effectief lid van Zeemanshoop per 19 oktober 1841 en op voorspraak van S.van Delden Az. Zijn schip was de Antoinette Maria002. Ten tijde van de inschrijving waren Day en zijn vrouw 29 resp. 25 jaar. Toegevoegd is “bedankt” 002a.
In de Algemene Vergaderingen van 12/19 oktober 1841 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Johannes Jacobus Day, oud 29 jaar, voerend de bark “Antoinette Maria”, wonend te Rotterdam en met als adres P.de Voys op de Bloemgracht te Amsterdam, op voordracht van kapitein S.van Delden Az 023.
J.J.Day was met vlagnummer R4 in de periode 1840 t/m 1871 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
606 1841-1853 bark Antoinette Maria L.F.de Bruijn te Rotterdam
262 1854 geen opgave van schip en boekhouder
De ledenlijsten van de Maatschappij in de Jaarverslagen vermelden kapitein J.J.Day met vlagnummer R4 in058:
* 1849, 1851 op de bark “Antoinetta Maria” 271 last varend voor L.F. de Bruyn te Rotterdam
* 1855 op de ss “Levant” ? varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam
* 1858, 1859 en op de ss “Ary Scheffer” 215 last varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam
1862 t/m 1867
J.J.Day was in 1853-1854 secretaris van de Maatschappij058.
Bouma025 vermeldt J.J.Day als gezagvoerder gedurende:
* 1840 t/m 1853 van de bark “Antoinette Maria”, gebouwd in 1836 te Rotterdam, 510 ton o.m., varend voor L.F. de Bruyn te Rotterdam;
* 1854 op het ijzeren schroefstoomschip “Admiraal Verhuell”, 50 pk, gebouwd in 1848 te Kinderdijk, 274 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
* 1855 t/m 1857 van het ijzeren schroefstoomschip “Levant”, 70 pk, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
* 1858 t/m 1868 van het 3/m ijzeren schroefstoomschip “Ary Scheffer”, gebouwd in 1857 te Glasgow, 408 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Uit een briefvan Martin Lindenboom uit Arnhem aan G.N.Bouma te Haren dd 02 september 2001 ontleen ik het volgende:
Uit de Rotterdamsche Courant (datum?) het volgende bericht: “Hellevoetsluis, 26 maart 1854. Gister namiddag is uit zee van Glasgow aangekomen de stoomboot LEVANT, kaptein J.J.Day”. Zij vertrok op 24 mei 1854 voor de eerste keer van Hellevoetsluis in de lijndienst naar Havre, met als kapitein J.J.Day. Op 22 february 1854 vertrok de ADMIRAAL VERHUELL van Hellevoetsluis naar Havre, kapitein J.J.Day, en op 2 maart 1854 kwam dit schip van Havre weer in Hellevoetsluis, maar nu met gezagvoerder J.Hus.
“Speculatie mijnerzijds (aldus Lindenboom): J.J.Day is na aankomst te Havre van de ADMIRAAL VERHUELL afgestapt. In zijn plaats werd J.Hus gezagvoerder en J.J.Day reisde van Havre voor zijn reder Balguerie naar Glasgow om daar het aangekochte stoomschip LEVANT over te nemen en naar Rotterdam te brengen.”
In “Reizen rond Kaap Hoorn onder Nederlandse vlag. Overzicht vanaf de ontdekking in 1616 tot het einde van de Nederlandse grote zeilvaart in 1911”. door H.Hazelhoff Roelfzema. Uitgave Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarder, 2010, 88 pp plus Bijlage met een Chronologisch Register van Reizen van 1616 tot 1911.121
p.60-61 De eerste reizen met guano 1850-1855. Jan de Witt, Willem Barents.
De bark “Antoinette Maria” onder kapitein J.J.Day vertrok uit Helvoet op 17 juni 1850 en bereikte, via Kaap Hoorn”, op 05 oktober Valparaiso. Ging daarna naar de Chincha-eilanden om Guano te laden. Kwam aan in Callao op 08 februari 1851 en arriveerde, wederom via Kaap Hoorn, Engeland op 08 mei 1851.
Rotterdams Nieuwsblad van 15 januari 1855:
“ Een rapport van de heeren B.J.Martens, A. van Wijk Jurriaanse, J.J.Day, P.J. van Emmerik en D.Keus, benoemd tot deskundigen, ingediend bij de Kamer van Koophandel alhier, over het plaatsen van een vuurschip op de Banjaard.”
Familiegegevens en opleiding
Jacob Hus werd geboren op 13 augustus 1824 te Katwijk aan Zee als zoon van de Nederlands Hervormde Leendert Hus en Jacoba Spaanderman. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Leuvehaven Wijk 3 nr. 314 (nieuw nr. 185) en aan de van Brakelstraat nr. 39.
Hij trouwde te Katwijk in 1847 met Trijntje Maartensdochter Schaap, geboren 23 april 1823 te Katwijk aan Zee. Hij werd na zijn loopbaan op zee expert005 en 054-070
Hij overleed in 1901
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Jacob Hus was met vlagnummer R354 in de periode 1853 t/m 1873 en met vlagnummer R27 in de periode 1873 t/m 1901 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1901 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat de “hooggeachte President, den Heer Jb.Hus, die met nauwe plichtsbetrachting en onvermoeide ijver de belangen van het Fonds behartigde vanaf het jaar 1887” in 1901 is overleden058.
De schepen van de kapitein
Jacob was van 1851-1854 gezagvoerder op de bark “Woltenmaden”, in 1854 van de stoomboot “Admiraal Verhuell” (beide schepen van de Rotterdamse rede Plate), in 1859 op de schroefstoomboot “Levant”. “In 1877 staat hij ook vermeld als gezagvoerder. Is ook kapitein van de “W.A.Scholten” geweest, ook maakte hij de eerste reis van de H.A.L. naar New York met de “Rotterdam” (die door zijn dochter Jacoba te Glasgow was gedoopt054-070.).
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein Jb.Hus met vlagnummer R354 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1855 ss. “Admiraal Verhuell” ? last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1858, 1859,
1862, 1863 ss “Levant” 163 last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1864 t/m 1867 ss “Gothenburg” 330 last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
en in de Jaarverslagen van de Maatschappij met vlagnummer R27 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1874 “W.H.Scholten” 1623 last voor de Ned.Amerik.Stoomv. Mij te Rotterdam
* 1877, 1878, 1880 t/m 1883, 1885 t/m 1888, 1890 t/m 1901 geen vermelding van schip en boekhouder
Jb.Hus was van 1876-1885 secretaris en van 1886-1900 president van de Maatschappij058.
Bouma025 vermeldt J.Hus als gezagvoerder gedurende:
* 1853 t/m 1857 op de bark “Woltemade” (zonder -n), gebouwd in 1826 te Amsterdam, 270 ton o.m., varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam;
* 1855 t/m 1857 op het ijzeren schroefstoomschip “Admiraal Verhuell”, gebouwd in 1848, 274 ton o.m. 50 pk, varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam;
(overlap met vorige periode!)
* 1858 t/m 1864 op het ijzeren schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., 70 pk, varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam;
* 1865 t/m 1872 van het ijzeren schroefstoomschip “Gothenburg” ex Celt, gebouwd in 1855 te Deptford, 626 ton o.m., varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam;
* 1872 van het schroefstoomschip “Maas”, gebouwd in 1872 bij Henderson, Coulbroun & Co te Renfrew, 2037 ton o.m., varend voor Plate, Reuchlin & Co te Rotterdam;
* 1873 t/m 1874 op het schroefstoomschip “Rotterdam”, gebouwd in 1872 bij Henderson, Coulbroun & Co te Renfrew, 1735 ton o.m., in 1873 varend voor Plate, Reuchlin & Co en in 1874 voor de Nederlandsch-Amerikaasche Stoomvaart Maatschappij, beiden te Rotterdam;
* 1875 t/m 1876 op het ijzeren schroefstoomschip “W.A.Scholten”, gebouwd in 1874 te Glasgow, 3070 ton o.m., 500 pk, varend voor de Nederlandsch-Amerikaanse Stoomvaart Maatschappij te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Uit de Rotterdamsche Courant een bericht (datum?) waarin staat dat op 22 februari 1854 de “Admiraal Verhuell van Hellevoetsluis naar Havre vertrok met gezagvoerder J.J.Day. Op 02 maart 1854 kwam het schip kwam het schip terug van Havre te Hellevoetsluis, maar nu met gezagvoerder J.Hus.(informatie uit een brief van Marin Lindeboom te Arnhem aan G.N.Bouma te Haren, dd. 02 september 2001 - zie ook bij J.J.Day).
De Harlinger Courant dd 22 december 1874 bevat in de rubriek Scheepstijdingen het volgende bericht.096:
Uitgegaan.
“Plymouth 15 Dec. W.A.Scholten (s) Rott. n. Newyork.”
p.31. In november 1872, toen het zusterschip “Rotterdam” onder kapitein E.J.Deddes te New York arriveerder , kwam de “Maas”, later “Maassdam”in de vaasrt . Een maandelijkse dienst van Rotterdam naar New York kon toen worden gerealiseerd.
p.36. In 1874-1875 leed de NASM belangrijke finantiële verliezen. “Niet alleen bleven de inkomsten laag, de jonge rederij kreeg ook te kampen met het zeemansongeluk waartegen het moeilijk vechten is. Door storm en ijsgang liepen de schepen ernstige schade op. Zo verloor de W.A.SCHOLTEN bij het zwaaien op de rivier, door zware ijsgang, schroefraam en roer.”
Uit:” Brug over den oceaan. Een eeuw geschiedenis van de Holland Amerika Lijn”, door A.D.Wentholt, 1973 Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam/’s Gravenhage
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Timmermans was met vlagnummer R239 in de periode 1848/49 t/m 1874 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1859 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij een schadevergoeding heeft gekregen van f 100,- kennelijk vanwege een ongeluk met zijn schip. (dit moet de “Olivier van Noort” geweest zijn, zie hierna) 058.
In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij staat vermeld dat hij in dat jaar is overleden 058.
In het Jaarverslag 1867 van de Maatschappij wordt in de Rekening van Ontvangst en Uitgaaf melding gemaakt van de opbrengst van “opgevischt Tin, uit het wrak “Olivier van Noort”.”
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein J.Timmermans met vlagnummer R239 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849 van de bark “Maas” 145 last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1851, 1855 van het fregat “Jan de Wit” 289 last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1858 geen vermelding van schip en reder
* 1859, 1862, 1863 van het ss “Admiraal Verhuel” 145 last voor G.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1864 t/m 1867 van het ss “Levant” 219 last voor G.Balguerie & Zoon te Rotterdam
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden J.Timmermans in de periode 1848/49 - 1851/52 als gezagvoerder van het fregat “De Maas”, op 14 september 1825 op stapel gezet op de werf “Het Land van Belofte” van P.van Swijndrecht te Rotterdam en op 13 oktober 1826 te water gelaten, 286 ton o.m., varend voor de rederij C.Balguerie & Zn te Rotterdam. De Nederlandsche Hermes012b vermeldt dat het schip op 13 oktober 1826 van stapel liep met als bouwmeesters P.van Swijndregt en Wed.Visser, groot 292 ton, 154 last.
Bouma025 vermeldt J.Timmermans als gezagvoerder gedurende:
* 1849 t/m 1852 van het 3-mastschip “Maas”, gebouwd in 1827 op de werf Het Land van Belofte van P. van Swijndregt en de Wed. Visser te Rotterdam, 286 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
* 1852 t/m 1856 van de bark “Jan de Wit”`ex Anthony, gebouwd in 1826 te Rotterdam, 550 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam. Het schip voer in 1857 voor N.Brantjes te Purmerend en was herdoopt in “Vrede”;
* 1858 van de bark “Olivier van Noort”, gebouwd in 1850 te Rotterdam, 610 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam. Het schip verging in 1858 in de Torresstraat op weg van Sydney naar Java. De bemanning werd gered;
* 1865 t/m 1869 van het schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
* 1873 t/m 1875 van het schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
In de Harlinger Courant dd 09 september 1858 staat in de rubriek BINNENLANDSCHE BERIGTEN het volgende096:
“HARLINGEN, den 8 September.
De Shipping en Mercantile Gazette van 4 Sept. deelt een omstandig verhaal mede van het gelijktijdig vergaan der te Rotterdam te huis behoorende bark Olivier van Noord kapitein Timmermans en van het engelsche schip Rodney kapt. Bisset. Beide schepen hielden denzelfden koers op eene reis van Australië naar Indiën. Den 7 Junij bevonden zij zich in de Torrestraat op 21o Z.B. en 159o O.L. met nog twee andere engelsche schepen, namelijk de Northumbrian en de Sea Park. De Rodney geraakte spoedig op het Kenn’s Rif aan de grond en bleef daar zitten. De gezagvoerder liet ter waarschuwing voor de andere schepen blaauw licht in de mast brengen, en vuurpijlen afsteken. De nederlandsche bark schijnt die seinen niet te hebben begrepen en geraakte insgelijks op het rif. De bemanning der Rodney redde zich in de booten. De Olivier van Noord verloor al de booten bij het uitzetten, doch het volk werd door het kloekmoedig en overschrokken gedrag der bemanning van de Northumbrian niettegenstaande de hevige branding met de reddingsboot van boord gehaald. De Northumbrian nam het nederlandsche volk aan boord en de Sea Park dat der Rodney. Eenige uren later zijn beide gestrande schepen op zijde gevallen en totaal wrak geworden.”
De bark “Jan de Witt” onder kapitein J.Timmermans werd vermeld te Londen, op 17 mei 1854 te Kaap Hoorn en via Payta en de Chincha eilanden (guano) op 28 oktober 1854 te Callao. Via de Pacific arriveerde her schip op 24 maart 1855 te Batavia en de terugreis naar Europa zal via Kaap de Goede Hoop zijn gegaan.121
Een tweede melding “crossed Pacific W-E in 1855 and rounded Horn in ’53. In ’57 Sydney-Gravesend (26/10) probably”121 data verwarrend
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.Smidt als gezagvoerder gedurende:
- * 70 t/m 1872 van het schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
- * 73 t/m 1874 van het ijzeren schroefstoomschip “Gothenburg” ex Celt, gebouwd in 1855 te Deptford, 626 ton o.m., varend voor C.Balguérie & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1874 verkocht naar het buitenland;
- * 76 t/m 1875 van het schr.ss “Holland”, gebouwd in 1874 te Rotterdam, 720 ton o.m., varend voor de Ned. Stoomb. Mij. Dir. D.L.Wolfson te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Timmermans was met vlagnummer R239 in de periode 1848/49 t/m 1874 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1859 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij een schadevergoeding heeft gekregen van f 100,- kennelijk vanwege een ongeluk met zijn schip. (dit moet de “Olivier van Noort” geweest zijn, zie hierna) 058.
In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij staat vermeld dat hij in dat jaar is overleden 058.
In het Jaarverslag 1867 van de Maatschappij wordt in de Rekening van Ontvangst en Uitgaaf melding gemaakt van de opbrengst van “opgevischt Tin, uit het wrak “Olivier van Noort”.”
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein J.Timmermans met vlagnummer R239 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849 van de bark “Maas” 145 last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1851, 1855 van het fregat “Jan de Wit” 289 last voor C.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1858 geen vermelding van schip en reder
* 1859, 1862, 1863 van het ss “Admiraal Verhuel” 145 last voor G.Balguerie & Zoon te Rotterdam
* 1864 t/m 1867 van het ss “Levant” 219 last voor G.Balguerie & Zoon te Rotterdam
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden J.Timmermans in de periode 1848/49 - 1851/52 als gezagvoerder van het fregat “De Maas”, op 14 september 1825 op stapel gezet op de werf “Het Land van Belofte” van P.van Swijndrecht te Rotterdam en op 13 oktober 1826 te water gelaten, 286 ton o.m., varend voor de rederij C.Balguerie & Zn te Rotterdam. De Nederlandsche Hermes012b vermeldt dat het schip op 13 oktober 1826 van stapel liep met als bouwmeesters P.van Swijndregt en Wed.Visser, groot 292 ton, 154 last.
Bouma025 vermeldt J.Timmermans als gezagvoerder gedurende:
* 1849 t/m 1852 van het 3-mastschip “Maas”, gebouwd in 1827 op de werf Het Land van Belofte van P. van Swijndregt en de Wed. Visser te Rotterdam, 286 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
* 1852 t/m 1856 van de bark “Jan de Wit”`ex Anthony, gebouwd in 1826 te Rotterdam, 550 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam. Het schip voer in 1857 voor N.Brantjes te Purmerend en was herdoopt in “Vrede”;
* 1858 van de bark “Olivier van Noort”, gebouwd in 1850 te Rotterdam, 610 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam. Het schip verging in 1858 in de Torresstraat op weg van Sydney naar Java. De bemanning werd gered;
* 1865 t/m 1869 van het schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam;
* 1873 t/m 1875 van het schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 ton o.m., varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
In de Harlinger Courant dd 09 september 1858 staat in de rubriek BINNENLANDSCHE BERIGTEN het volgende096:
“HARLINGEN, den 8 September.
De Shipping en Mercantile Gazette van 4 Sept. deelt een omstandig verhaal mede van het gelijktijdig vergaan der te Rotterdam te huis behoorende bark Olivier van Noord kapitein Timmermans en van het engelsche schip Rodney kapt. Bisset. Beide schepen hielden denzelfden koers op eene reis van Australië naar Indiën. Den 7 Junij bevonden zij zich in de Torrestraat op 21o Z.B. en 159o O.L. met nog twee andere engelsche schepen, namelijk de Northumbrian en de Sea Park. De Rodney geraakte spoedig op het Kenn’s Rif aan de grond en bleef daar zitten. De gezagvoerder liet ter waarschuwing voor de andere schepen blaauw licht in de mast brengen, en vuurpijlen afsteken. De nederlandsche bark schijnt die seinen niet te hebben begrepen en geraakte insgelijks op het rif. De bemanning der Rodney redde zich in de booten. De Olivier van Noord verloor al de booten bij het uitzetten, doch het volk werd door het kloekmoedig en overschrokken gedrag der bemanning van de Northumbrian niettegenstaande de hevige branding met de reddingsboot van boord gehaald. De Northumbrian nam het nederlandsche volk aan boord en de Sea Park dat der Rodney. Eenige uren later zijn beide gestrande schepen op zijde gevallen en totaal wrak geworden.”
De bark “Jan de Witt” onder kapitein J.Timmermans werd vermeld te Londen, op 17 mei 1854 te Kaap Hoorn en via Payta en de Chincha eilanden (guano) op 28 oktober 1854 te Callao. Via de Pacific arriveerde her schip op 24 maart 1855 te Batavia en de terugreis naar Europa zal via Kaap de Goede Hoop zijn gegaan.121
Een tweede melding “crossed Pacific W-E in 1855 and rounded Horn in ’53. In ’57 Sydney-Gravesend (26/10) probably”121 data verwarrend
Familiegegevens en opleiding
Dirk Pietersz Ouwehand werd geboren te Katwijk op 25 februari 1845 als zoon van Pieter Dirksz Ouwehand en Niesje Maartensd. Schaap.
Hij trouwde te Katwijk in 1869 met Petronella Klaasd. Haasnoot.
Hij overleed te Rotterdam op 30 maart 1885.
Hij was in 1876-1877 kapitein op de Levant en hij is ook kapitein geweest van het ss Ary Scheffer054-103.
In 1982 verscheen een privé-uitgave over de stamboom van het zeevaardersgeslacht Ouwehand onder de titel “The Oldhand and the Sea”, waarin tevens gegevens over de familie Spaanderman.
De schepen van de kapitein
Volgens Bouma025 was D.Ouwehand gezagvoerder van:
* 1876 t/m 1879 op het ijzeren schroefstoomschip “Levant”, gebouwd in 1848 te Londen, 308 o.m., 70 pk, varend voor C.Balguerie & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1879 verkocht naar Noorwegen als “Vega”. Het is in 1888 gestrand bij Schouwen;
Bouma vermeldt géén kapitein Ouwehand op één van de drie schepen met de naam “Ary Scheffer”.
Overige bijzonderheden
Geen
|