DC 160828
Antwerpen, 10 augustus. Op ’s konings verjaardag zullen alhier twee nieuwe schepen van stapel lopen, namelijk het driemastschip JAVA, van 7 à 800 tonnen, voor de heren De Cock van Gend, en de schone brik KAREL EN PIETER, van 380 à 400 tonnen, toebehorende aan de heren Elsen en Van Linden alhier.
Op 29 november 1828 verkreeg N.J. de Cock & Frère te Gent voor de JAVA onder kapt. J.Y. Zweep de eerste zeebrief plus een Turkse Pas
1829
MCO 130129
Vlissingen, 9 januari. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen, en sedert onze laatste van onze rede naar zee gezeild: PIETER EN KAREL, kapt. H. Poppen; JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, en NATHALIA, kapt. A. Nanning, alle drie met troepen naar Batavia.
JC 050529
Den 3 mei is te Batavia gearriveerd het schip JAVA, kapt. J. van der Zweep, met Zr.Ms. troepen, den 6 januari van Antwerpen vertrokken.
JC 040729
Advertentie. De brieven pakketten voor Japan, met de schepen HELENA, kapt. D. Grim, en JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, zullen op aanstaande maandag de 6de juli uiterlijk des middags om 12 ure worden gesloten.
Batavia, den 3de juli.
De postmeester, P.A. Bik.
JC 070729
4 juli: Ter rede van Batavia liggende schepen: Zr.Ms. korvet ANNA PAULOWNA en de koopvaardijschepen AUGUSTE, DE HOOP VAN ALBLASSERDAM, JAVA, NATHALIE, HELENA, APOLLO, OEMAR OSMAN, FATTOL KAHIER, SUMANAP, HOGOAN, DE SCHELDE, TIKSOEN, de stoomboot VAN DER CAPELLEN, de brikken LE HÉROS, MERCATOR, MERKUS, HARRIET, BENKOELEN, DOROTHEA, GOANLIE, PEANGHOEY en INGSOEN, de barken FELICITAS, ALLIANCE en DIEDERIKA, de schoeners KIM SOENHOAT, SEMANGKA en DOLPHIJN, en tien buitenlandse schepen.
OHC 271029
De schepen HELENA, kapt. D. Grim, en JAVA, kapt. J.IJ. van der Zweep, waren, volgens brief van Batavia, van den 3de juni, naar Japan bevracht.
1830 - 1831
JC 300130
Batavia, 27 januari. Heden arriveerde alhier het schip JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, met drie passagiers, de 3 januari vertrokken van Japan.
MCO 130730
Vlissingen, 10 juli. Van den 7 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen de JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, van Batavia, en REMBRAND, kapt. F. Petersen, van de Havannah, beide met koffie en suiker; de laatstgenoemde moet quarantaine houden.
Op 10 juli 1830 werd de twee jaren geldige zeebrief geretourneerd naar Den Haag evenals de Turkse Pas, welke slechts voor een enkele rondreis geldig was.
Gedurende 25-27 augustus 1830 waren er in Brussel onlusten uitgebroken welke de opmaat vormden tot de revolutie die resulteerde in de afscheiding door België. Op 4 oktober 1830 werd eenzijdig de onafhankelijkheid van België geproclameerd.
In reactie hierop decreteerde koning Willem I bij Koninklijk Besluit van 28 oktober 1830 (Staatsblad No. 73) dat van de schepen welke in de Zuidelijke Provinciën van het Rijk tehuis behoorden de Nederlandse zeebrieven moesten worden ingetrokken. Dit betrof 196 schepen, waaronder de JAVA van N.J. de Cock & Frère, Gent.
Op 20 december 1830 zou de scheiding der Nederlanden door de grote mogendheden (Groot Brittannië, Frankrijk, Pruisen, Oostenrijk en Rusland) worden erkend.
Bovengenoemd KB betekende voor de Zuid-Nederlandse schepen dat zij nu als Belg buitengesloten waren van lading van de Nederlandsche Handel-Maatschappij. In 1830 en 1831 vinden we verder geen zeetijdingen, zodat mag worden vanuit gegaan dat de JAVA in Antwerpen werd opgelegd.
1832
Aan de blokkade van de N.H.M. kwam voor de JAVA formeel een einde nadat de rederij De Cock in Rotterdam een rederij had opgericht, aan wie op 6 februari 1832 de JAVA werd ‘verkocht’. Voor 26.000 gulden werd koopman N.J. de Cock in Rotterdam eigenaar. Kapitein J.IJ van der Zweep bleef de gezagvoerder. Opnieuw onder Nederlandse vlag kon het fregat weer deelnemen aan het vervoer van goederen van de N.H.M.
Op 16 maart 1832 werd opnieuw een (eerste) Nederlandse zeebrief afgegeven voor de JAVA met kapt. J.IJ Zweep, welke was aangevraagd door N.J. de Cock in Rotterdam.
Voordat het fregat naar zee mocht diende het echter nog door de Nederlandse autoriteiten te worden gekeurd. Die keuring diende in een Nederlandse haven plaats te vinden, in dit geval in Vlissingen. Omdat het nog een jong schip was dat al eerder onder NL vlag was gekeurd was de keuring natuurlijk maar een formaliteit.
MCO 050432
Vlissingen, 3 april. Gisteren zijn van hier naar zee gezeild: DIANA, kapt. J. C. Dinze, van Antwerpen op avontuur; de JAVA, kapt. J.IJ. van der Zweep, en DE PRINS VAN ORANJE (ex STAD GENT), kapt. T. Versluys, (opm: beide zijn na de Afscheiding in 10/1830 in 1832 uit België teruggevlagd naar Nederland) van Vlissingen naar Rotterdam; en heden, L’AUGUSTE, kapt. R. Baubure en RAOUL, kapt. J. Persil, beide van Duinkerken naar Middelburg gedestineerd; alle met ballast.
RC 050432
Den 2 dezer, des namiddags, arriveerde te Helvoetsluis JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, van Vlissingen.
De benodigde Turkse Pas voor de beoogde reis naar Batavia werd door Den Haag op 7 april verstrekt.
RC 070432
Advertentie - Te Rotterdam liggen in lading:
- Naar Batavia, het nieuw gebouwd en gekoperd Nederlands fregatschip PRINS VAN ORANJE, kapt. Theodorus Versluys.
- Naar Batavia, het Nederlands gekoperd fregatschip JAVA, kapt. Jan IJdes van der Zweep. Beide schepen hebben uitmuntende inrichtingen voor passagiers.
Adres ten kantore van Kuijper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuijzen.
MCO 081132
Advertentie. Heden overleed, ten huize harer ouders, in den ouderdom van 39 jaren, onze geliefde dochter, mejufvrouw Dieuwertje de Boer, echtgenote van kapt. J.Y. van der Zweep (opm: gezagvoerder van het driemastschip JAVA). Smartelijk is voor het ouderlijk hart dit verlies, en zal het niet minder zijn voor haar echtgenoot, onze schoonzoon, welke thans afwezig is, bij het vernemen ener zo grievende tijding.
Middelburg, 5 November 1832, T. de Boer, T. de Boer, geb. Tortel.
P.S. Deze diene tot bijzondere kennisgeving aan vrienden en bekenden, zo binnen als buiten deze stad.
1833
RC 090233
Rotterdam, 8 februari. De 9e september is van Batavia te Soerabaya aangekomen het schip AZIA, kapt. J. Boot.
De 14e september is van Batavia naar China gezeild het schip JEANNETTE PHILIPPINE, kapt. C. Kenk.
De 20e september is het schip JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, van Soerabaya naar Passaroeang gezeild.
Op 16 maart 1832 verkreeg N.J. de Cock, Rotterdam voor zijn bark JAVA onder kapt. H. Peters een nieuwe zeebrief en op 7 april een Turkse Pas.
AH 060433
Het schip WILLEM, kapt. A. Plug, van Samarang en Batavia naar Rotterdam, is 30 maart door de oorlogskotter MAGPIE te Portsmouth binnen gezonden.
Het schip JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, mede van Batavia naar Rotterdam, is 28 maart door de kotter FOX te Plymouth binnen gezonden.
Vanwege de Engels-Franse boycot van Nederlandse schepen en havens werden als drukmiddel om op de Westerschelde de vrije doorvaart van Belgische schepen te verzekeren zowel de WILLEM als de JAVA door de Engelsen opgebracht. Nadat begin juni Nederland toegaf werd het embargo opgeheven en konden de schepen hun reis vervolgen.
RC 110633
Rotterdam, 10 juni. De 9e dezer, des morgens, arriveerde te Helvoetsluis JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, van Batavia, laatst van Plymouth.
RC 060833
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia het Nederlands gekoperd fregatschip JAVA, kapt. Jan Ydes van der Zweep, om de 15e september te vertrekken. Dit schip heeft de best mogelijke inrichtingen voor de overvoer van passagiers.
Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
RC 120933
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading, naar Batavia, het Nederlands gekoperd fregatschip JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, welks vertrek bepaald was op de 15e september, is nu vastgesteld op de 15e oktober. Dit schip heeft de best mogelijke inrichtingen voor de overvoer van passagiers. Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
JC 250933
Het blijkt uit een opgave van de ladingen van de volgende schepen, die op reis van Batavia, Suriname en Demerarij naar Nederland opgebracht en onder embargo gelegd waren, dat dezelve, onder anderen, bestonden in een gezamenlijke hoeveelheid van 42.001 balen koffie, waarvan 31.101 balen van de Nederlandsche Handel-Maatschappij, welke niet vóór in de veiling van oktober aanstaande, op de Nederlandse markt zouden kunnen worden gebracht. Men dacht dat de schepen, die in Amerika en elders waren binnen gelopen, nog voor het najaar in Nederland zouden kunnen aankomen. De lading van ieder uit Batavia gezeild schip, was samengesteld als volgt:
pikols pikols pikols bossen
koffij suiker tin bindrotting diversen
DE WILLEM 2800 960 600 47
DE JAVA 2500 4302 300 200 536 pikols nagelen en 91 lg specerijen
(opm: gegevens van de overige 16 genoemde schepen hier niet opgenomen)
Op 10 oktober 1833 verkreeg de JAVA, kapt. J.IJ. van der Zweep, een nieuwe Turkse Pas. De zeebrief was nog ruim een jaar geldig.
RC 291033
Rotterdam, 28 oktober. De 25e dezer, des namiddags, arriveerde te Helvoetsluis MARIE, kapt. J.D. Heitman, van Reval en zeilde CHARLOTTE, kapt. C. Muis, naar Antwerpen; de 26e, des morgens, zeilden Zr.Ms. oorlogs-korvet AJAX, kapt.-luitenant Koops; JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep en DE JONGE ADRIANA, kapt. M. Schaap, naar Batavia, welke alle wel in zee zijn gekomen, behalve kapt. J.Y. van der Zweep, welke tegen de Kwade Hoek aan de grond geraakt, doch des nachts met hoog water, door assistentie van de loodsboot n.º 3 vlot geworden en bij de Goerese haven ten anker gekomen is.
De 28e, des morgens, zeilden van Helvoetsluis HELENA CHRISTINA, kapt. B.J. Martens en JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, naar Batavia.
1834
DC 120434
Dordrecht, 11 april. Van de 46 Belgische koopvaardijschepen, die, vanaf de uitbarsting der Belgische revolutie (opm: eind 1830) tot op heden, de stad Antwerpen voorgoed hebben verlaten, en thans de Nederlandse vlag voeren, varen deze 14 naar Amsterdam:
de FELICITAS, de DILIGENCE, de ROSALIE, de SURINAME, de EUGENIE, de MATHILDE, de AUGUSTIN, de JOSEPH, de PRESIDENT SCHIMMELPENNINCK, de DIANA, de GRAAF BAILLET, de NATALIE, de JONGE PIETER, de STAD BRUGGE.
En de navolgende 32 naar Rotterdam: de INDIAAN, de JAVA, de PRINS VAN ORANJE, de DE COCK, de ELISA, de VASCO DA GAMA, de EMANUEL, de BATAVIER, de ERASMUS, de MARIA, de MARGARETHA, de MALEYR, de BATAVIER, de PRINS FREDERIK, de MARIA THERESIA, de ANNA HELENA, de STAD ’s-GRAVENHAGE, de GENERAAL CHASSÉ, de SUMATRA, de BELLONA, de ANJER, de RIBBLE, de KOOPHANDEL, de SCHELDE, de APOLLO, de AVENTURE, de JULIANA, de VIJF GEBROEDERS, de PHENOMENE, de MACASSAR, de VAN DER WERVE, de ORTELIUS.
RC 080534
Rotterdam, 7 mei. Volgens brief van kapt. J.IJ. van der Zweep, voerende het schip JAVA, van Rotterdam naar Batavia, in dato Simonsbaai (aan de Kaap de Goede Hoop) de 26e januari, was hij de 13e dito aldaar zwaar lek binnengelopen; de lading was gelost en men was bezig met de ballast te lossen, ten einde het lek te zoeken en ten spoedigste te repareren.
RC 010734
Rotterdam, 30 juni. Het schip JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, van Rotterdam naar Batavia, aan de Kaap de Goede Hoop lek binnen, heeft na volbrachte reparatie de 8e april de reis voortgezet.
DC 291134
Vlissingen, 27 november. Heden morgen arriveerde uit zee: JAVA, kapt. J.Y. v.d. Zweep, van Batavia.
1835
In januari-maart 1835 werd de werfbeurt in Rotterdam gebruikt om het schip van fregat naar bark te vertuigen, waardoor met een kleinere bemanning kon worden volstaan.
Op 1 april 1835 verkreeg N.J. de Cock, Rotterdam voor zijn bark JAVA onder kapt. J.IJ. van der Zweep een nieuwe zeebrief.
RC 040435
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading naar Batavia:
Het Nederlands gekoperd barkschip JAVA, kapt. J.T. van der Zweep; vertrekt de 15e april.
Het Nederlands gekoperd fregatschip BELLONA, kapt. R. Rolufs, vertrekt in het laatst dezer maand.
RC 250435
Rotterdam, 24 april. De 23e, des morgens, zeilden Zr.Ms. brik van oorlog DE BRAK, kapt.-luitenant Friese, naar Texel; JACOBUS, kapt. J. Lourens en JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, naar Batavia; DE BEURS, kapt. L. Valkenburg, naar Antwerpen.
JC 120835
Batavia, 9 augustus. De 7e augustus is alhier aangekomen het Nederlandse schip (opm: bark) JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, de 28e april van Rotterdam vertrokken. De 8e dito is alhier aangekomen de dito bark JACOBUS, kapt. J. Laurens, de 28e april van Rotterdam vertrokken. Heden is alhier aangekomen het dito schip PETRUS, kapt. F.H. Trip, de 19e april van Amsterdam vertrokken.
1836
Op 14 maart 1836 vroeg N.J. de Cock in Rotterdam voor de JAVA onder kapt. H. Peters een nieuwe zeebrief aan.
DC 190436
Hellevoetsluis, 15 april. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: PRECIOSA, kapt. C.F. Smit, van Greifswald. Heden morgen zeilden naar zee: MARGARETHA, kapt. H.G. Henrichs naar New York; JONGE MARIA, kapt. G.T. Meeuw, naar Smirna; JANTINA ENGELINA, kapt. H.T. de Jonge, en CATHARINA JOSEPHINA, kapt. P.J. Muntendam, beiden naar Liverpool; MONNIKENDAM, kapt. D.H. Kramer, naar Rio Janeiro; de HOOP, kapt. L. Berkhoff, naar Lissabon; MARIA, kapt. J.A. Pronk, JACOBUS, kapt. J. Laurens, JAVA, kapt. H. Peters, en RHOON EN PENDRECHT, kapt. A. Schaap, allen naar Batavia, en Zr. Ms. oorlogsbrik VALK, kapt.-luitenant Van Lennep Koster. Kapt. Van der Kolff is van de quarantaine ontslagen.
DC 190436
Hellevoetsluis, 16 april. De schepen gisteren gemeld zijn wel in zee gekomen, behalve J.A. Pronk, J. Lourens, A. Schaap, H. Peters (opm: JAVA) en Zr. Ms. brik DE VALK, kapt.-luit. Van Lennep Coster, welke door contrarie wind voor Pampus ten anker zijn gekomen.
DC 230436
Hellevoetsluis, 20 april. Heden morgen zeilde naar zee: Zr. Ms. brik van oorlog de VALK, kapt. luit. Van Lennep Koster, naar Texel. Het schip JAVA, kapt. H. Peters, ligt bij de Goeresche haven ten anker.
DC 280436
Hellevoetsluis, 25 april. Gisteren namiddag zeilden naar zee: JAVA, kapt. H. Peters, naar Batavia;
DC 300436
Hellevoetsluis, 28 april. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: EENSGEZINDHEID, kapt. J.N. van Duynen, van Stockton, en de loodsboot no. 8, welke rapporteert den 19 dezer bij de Singels gepraaid te hebben het brikschip JACOBUS, kapt. J. Lourens, en den 25 dito het barkschip JAVA, kapt. H. Peters, beiden naar Batavia;
1837
RC 260137
Rotterdam, 25 januari. Den 23 januari arriveerden te Helvoetsluis JAVA, H. Peters, van Batavia, en EENDRAGT, C. Ouwehand, van Triëst.
RC 180437
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia:
- Met zeer goede inrigtingen voor passagiers, het Nederlands gekoperd Barkschip JAVA, kapt. H. Peters, vertrekt den 20 dezer.
- Voor goederen en passagiers, het Nederlands gekoperd Fregatschip JOHANNA CORNELIA, kapt. H.F. Horneman.
- Het Nederlands fregatschip STAD ROTTERDAM, kapt. C. Poort, met goede inrigtingen voor passagiers, om den 25 dezer te vertrekken.
Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer en Hudig en Blokhuyzen
JC 120837
Batavia, 10 augustus. De 8e dezer is hier aangekomen het Nederlandse schip PRINS VAN ORANJE, kapt. P. de Boer, met 12 passagiers en Zr.Ms. troepen, de 24e april vertrokken van Nieuwediep.
Gisteren is hier aangekomen de Nederlandse bark JAVA, kapt. H. Peters, de 29e april vertrokken van Rotterdam.
1838
Op 26 april 1838 verkreeg N.J. de Cock, Rotterdam voor zijn bark JAVA onder kapt. H. Peters een nieuwe zeebrief.
JC 190938
Batavia, 16 september. De 14e dezer is hier aangekomen de Nederlandse bark ADELAAR, kapt. J.H. Bangma, vertrokken de 20e mei, en dito bark JAVA, kapt. H. Peters, met twee passagiers, vertrokken van Rotterdam de 10e juni.
1839
ZP 140139 – 287
De 22e september lagen te Batavia ter rede de schepen ONDERNEMING, kapt. H.J. Klein, ALIDA WILHELMINA, kapt. S. van der Mey, ADELAAR, kapt. J.A. Bangma en JAVA, kapt. H. Peters.
1840
Op 8 februari verkreeg N.J. de Cock in Rotterdam voor zijn bark JAVA onder de nieuwe kapitein J.H. Zeeman een nieuwe zeebrief.
JC 300940
Te Batavia aangekomen schepen:
De 25e september: Zr.Ms. schoener JANUS, luit.t.zee 1e klasse J.T. Daansen, van Soerabaija de 16e september; stoomschip KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. C, Bornemann, van Samarang de 24e september met negen passagiers; fregat HENRIETTE CLASINA, kapt. F.J. Hoffman, van Amsterdam de 5e juni; fregat ERFPRINCES SOPHIA, kapt. H.K. Hellers, van Middelburg de 5e juni; fregat DILIGENCE, kapt. H. Bos, van Tagal de 15e september; fregat CHARLOTTA, kapt. P. Blair, van Patjitan de 20e september; bark MASTOOR, kapt. Sech Vadil bin Hydragt, van Cheribon de 12e september; brik TEKSIEN, kapt. Kate Abdul Rachman, van Indramaijoe de 22e september.
De 27e september: schoener DE LEEUW, kapt. J.R. Rutter, van Helvoetsluis de 2e juni; bark DE HOOP VAN ALBLASSERDAM, kapt. A. Pronk, van Calcutta de 21e juli; bark MARIA ENGELINA, kapt. W.F. Fontijn, van Pekalongan de 24e september met een passagier; fregat MERCURY, kapt. J. Schoon, van Banka de 10e september.
De 28e september: de bark KONGSING, kapt. Lauw Tjoe, van Pekalongan de 19e september.
Van Batavia vertrokken schepen:
De 26e september: fregat KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. F.A. Bangeman Sietzes, naar Soerabaija. De 27e september: fregat PRINS VAN ORANJE, kapt. P. de Boer, naar Soerabaija; fregat MAASSTROOM, kapt. C. van der Linden, naar Rotterdam; fregat (opm: bark) JAVA, kapt. J.H. Zeeman, naar Rotterdam;
1841
DC 160141
Hellevoetsluis, 14 januari. Gisteren namiddag arriveerde uit zee: BOREAS, kapt. C. van Gelderen, van Smirna, laatst van Falmouth, zijnde geassisteerd door schipper L. Vink, voerende de ijssloep KOSACK; gemelde schipper rapporteert, dat voor de wal zijn de schepen MAASSTROOM, kapt. C. van der Linden, KOLONEL KOOPMAN, kapt. F.W.E. Schuchard, MACASSAR, kapt. J.H.M. Struben, en JAVA, kapt. J.H. Zeeman, allen van Batavia, zijnde de schipper van de ijssloep bij kapt. C. van der Linden aan boord geweest.
Heden morgen weinig ijs op de stroom.
DC 210141
De 14e dezer zijn te Brouwershaven binnengekomen de schepen JAVA, kapt. J.H. Zeeman, en MAASSTROOM, kapt. C. van der Linden, beide van Batavia naar Rotterdam; de volgende dag is laatstgemeld schip op de rede en het eerstgemelde bij No. 4 (opm: waarschijnlijk een boei) ten anker gekomen.
1842
Kapt. Zeeman werd op de JAVA afgelost door kapt. H. Hagers, voor wie N.J. de Cock, Rotterdam, op 12 februari 1842 een nieuwe zeebrief en een Turkse Pas verkreeg.
RC 120242
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading, naar Batavia het Nederlands gekoperd fregatschip (opm: bark) JAVA, kapt. H. Hagers, mede voor passagiers, waartoe hetzelve zeer goede inrichtingen heeft, om in de loop der maand februari te vertrekken.
Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
JC 290642
Batavia, 26 juni. De 24e dezer zijn alhier aangekomen de Nederlandse bark SIRIUS, kapt. H. Mulder, van Amsterdam vertrokken 21 maart, de dito bark JAVA PACKET, kapt. J.M. Jansen, van Rotterdam 7 maart, en het dito schip JAVA, kapt. H. Hagers, van Rotterdam 7 maart.
Heden zijn alhier aangekomen het Nederlandse schip ERFPRINSES SOPHIA, kapt. H.K. Hillers, van Amsterdam met drie passagiers, vertrokken 22 maart, dito bark DRIE VRIENDEN, kapt. G.H. Ruhaak, van Rotterdam vertrokken 4 april, dito bark VICE ADMIRAAL GOBIUS, kapt. H.J. Bonn, van dito vertrokken 4 april, dito bark JONGE CORNELIS, kapt. J.J. Klein, van dito met twee passagiers, vertrokken 4 maart, en dito schip DILIGENTIA, kapt. H.T. Horneman, van dito vertrokken 24 februari.
1843
RC 170143
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading, naar Batavia, het Nederlands gekoperd fregatschip JAVA, kapt. H. Hagers, om spoedig te vertrekken. Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
JC 270543
Batavia. 24 mei. Heden zijn hier aangekomen het Nederlands schip JOHANNA MARIA CHRISTINA, kapt. C.N. Gorter, vertrokken van Amsterdam de 6e februari, met 1 passagier. Dito schip JAVA, kapt. H. Hagers, vertrokken van Rotterdam de 8e februari, met 1 passagier. Dito schip MARIE JULIE, kapt. P.F. Marker, vertrokken van Rotterdam de 7e februari, met 3 passagiers. Dito schip TRITON, kapt. H. Olie, van Amsterdam de 6e februari. Dito schip ELISE SUSANNE, kapt. N. Dijkama, vertrokken van Rotterdam de 7e februari, met 1 passagier, dito bark DE NEDERWAARD, kapt. M.D. Meijer, vertrokken van Rotterdam de 15e december, met 1 passagier. Dito schip EUGÉNIE, kapt. G.A. Klimp, vertrokken van Amsterdam de 3e januari.
JC 100643
Advertentie. Vertrekkende schepen.
- Vracht en passage naar Rotterdam, per het snelzeilend Nederlands fregatschip (opm: bark) JAVA, kapt. H. Hagers, hebbende zeer goede inrichtingen voor de overvoer van passagiers. Adres bij Van Ommeren, Rueb & Co.
Op 7 december verkreeg N.J. de Cock, Rotterdam, voor zijn bark JAVA onder kapt. H. Hagers een nieuwe Turkse Pas; de zeebrief uit 1842 was nog steeds geldig.
RC 191243
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading naar Batavia, voor goederen en passagiers, om ten spoedigste te vertrekken:
Het Nederlands gekoperd fregatschip JAVA, kapt. H. Hagers.
1844
AH 180744
De 9e april l.l. werd gepraaid op 22º02’ ZB 95º OL het Nederlandse fregatschip JAVA, kapt. H. Hagers, van Rotterdam naar Batavia met troepen. Hetzelve was zo zwaar lek, dat de pompen voortdurend in beweging moesten blijven, hebbende toen 82 dagen reis.
JC 240444
Batavia, 22 april. De 19e dezer is hier aangekomen de Nederlandse bark WATERLOO, kapt. S. van Duijn, de 9e december van Amsterdam vertrokken.
De 21e dezer zijn hier aangekomen de Nederlandse bark THEODORA SARA, kapt. A. van Oosteroom, de 5e januari van Amsterdam vertrokken, het dito schip STAD TIEL, kapt. E.M. Chevalier, met een passagier, de 9e januari van Amsterdam vertrokken, het dito schip BAROS, kapt. E.R. Borchers, de 9e december vertrokken van Amsterdam, het dito schip CORNELIS HOUTMAN, kapt. T.A.B Sietzes de 9e december van Amsterdam vertrokken, de dito bark CORNELIA, kapt. T.S. Deinum, met een passagier, de 9e december van Amsterdam vertrokken, de dito bark VIER GEBROEDERS, kapt. F. Jaski, de 9e januari van Amsterdam vertrokken, het dito schip GERTRUDE, kapt. A. Schaap, met enige passagiers, de 9e januari van Rotterdam vertrokken, de dito bark ELISE SUSANNA, kapt. N.A. Dijkema, de 30e december van Rotterdam vertrokken, het dito schip GENERAAL CHASSÉ, kapt. J.M. Winter, met twee passagiers, de 22e december van Rotterdam vertrokken, de dito bark VICE-ADMIRAAL GOBIUS, kapt. H.J. Bonn, met een passagiers, de 25e december van Rotterdam vertrokken, het dito schip d’ELMINA, kapt. J.C. Jansen, de 14e januari van Rotterdam vertrokken, het dito schip KENAU HASSELAAR, kapt. P.S. Schuil, de 14e januari van Rotterdam vertrokken, de dito bark JAN DANIEL, kapt. J.H. Zeeman, de 9e januari van Rotterdam vertrokken, en de dito bark ZEEPAARD, kapt. J. Giltjes Lzn, de 15e januari van Middelburg vertrokken.
Heden zijn hier aangekomen het Nederlandse schip JAVA, kapt. H. Hagers, met twee passagiers, de 8e januari van Rotterdam vertrokken, de dito bark CELEBES, kapt. T. Cars Czn, de 10e december van Suriname vertrokken, en de dito bark PIET HEIN, kapt. P.Y. Jobs, de 8e september van Rotterdam vertrokken.
1845
Nadat de JAVA weer in Patria, in Amsterdam deze keer, was teruggekeerd werd het schip te koop aangeboden.
AC 150145
Advertentie. G.J. Roland Holst, A. van der Sluis en D. Beth, makelaars, zullen op maandag 10 februari des avonds ten 6 ure te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ, ten overstaan van een daartoe bevoegd beambte, verkopen: een extra ordinair welbezeild, gekoperd en kopervast fregatschip genaamd JAVA, gevoerd door kapt. H. Hagers, en varende onder Nederlandse vlag, volgens Nederlandse meetbrief lang 35 el 30 duim, wijd 5 el 90 duim en hol 5 el 50 duim, en alzo gemeten op 269 lasten of 509 tonnen.
Breder bij inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaars.
Tijdens de veiling van 10 februari werd de JAVA voor 14.500 gulden gekocht door de Amsterdamse Gebroeders Reelfs en ingebracht in de NV Zuidzee-Visscherij te Amsterdam. Het schip kreeg de naam ZUIDPOOL.
De bark werd tussen februari en juli 1845 uitgerust voor de walvis- en robbenvangst op het zuidelijk halfrond. Hiertoe werd voor een drietal vangstsloepen ruimte gemaakt, terwijl in het ruim en op het tussendek ook aan het sterk vergrote aantal opvarenden een plaats moest worden geboden. Mogelijk werd de tuigage teruggebracht naar fregat zoals de waterschout en de kranten het schip steeds omschrijven.
AC 120245
Prijzen van de schepen, geveild 11 februari 1845 in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ:
Het gekoperd fregatschip JAVA, kapt. Hagers, NLG 12.000, in trekgeld NLG 1.200 (opm: onjuist, in totaal 14.500 gulden).
Koper B.D. Bosscher (opm: makelaar namens Gebr. Reelfs, Amsterdam; nieuwe naam ZUIDPOOL, kapt. A.F. Brunn).
DC 130245
Dordrecht, 12 februari. Maandagavond is te Amsterdam in publieke veiling het barkschip JAVA, laatst gevoerd door kapt. H. Hagers, gekocht voor NLG 14.500 door de heren Gebroeders Roelfs (opm: Gebrs. Reelfs, Amsterdam), om, naar men verneemt, uitgerust te worden voor de Zuidzeevisserij.
Op 16 juli 1845 verkregen de Gebrs. Roelfs (opm: Reelfs) voor de – nu – ZUIDPOOL een nieuwe zeebrief; kapitein werd A.F. Bruins; (opm: Arnold Friedrich Brunn). De fouten in beide namen zijn toe te schrijven aan leesfouten, gemaakt tijdens de registratie in Den Haag.
Hier past een opmerking:
Zowel de zeebrief als de koopakte noemen de Gebrs. Roelfs als kopers. De Cedule en de contemporaine pers noemen echter als naam Gebr. Reelfs, een reeds bestaande rederij die eerder al bij de walvisvaart betrokken was.
De zeebrief vermeldt weliswaar als kapitein de naam A.F. Bruins, maar de pers spreekt van A.D. Brunn. De naam Arnold Friedrich Brunn staat vermeld in de Cedule en op de monsterrol als kapitein.
Op 6 augustus werd de bemanning van de ZUIDPOOL onder de 30-jarige in Bremen geboren kapt. A.F. Brunn ten overstaan van de Amsterdamse Waterschout gemonsterd. Omdat Nederland te weinig kapiteins, officieren en harpoeniers had met voldoende ervaring met de walvisvangst, en de interesse sowieso niet zo groot was in verband met een circa drie jaren verblijf buitengaats, bestond de bemanning uit een mix van Nederlanders en buitenlanders. Onder de opvarenden was een Anne Meijer, waarschijnlijk de opperstuurman die later kapitein Brunn zou opvolgen.
LC 190845
Amsterdam, 15 augustus. Ten tweede male is de Maatschappij van Reederij tot de Walvisvangst in de Zuidzee, onder bestuur van de heren Gebr. Reelfs, op het punt om een schip, daartoe uitgerust, van voor deze stad naar deszelfs bestemming te doen vertrekken.
Ruim een jaar geleden was een eerste vaartuig, de ANNA EN LOUISA, tot hetzelfde oogmerk onder zeil gegaan (opm: zie AH 230444), omtrent hetwelk thans bericht ontvangen is van den 13 januari ll., op welken tijd het schip zich in de Molukse Passaat bevond en een spermacetivis (opm: potvis) geslagen had.
Het thans op het IJ voor deze stad zeilvaardig liggende schip is een fregat, genaamd de ZUIDPOOL (opm: zie o.a. AC 150145), gevoerd door kapitein T.A. Brunn (opm: A.F. Brunn), en bemand met 36 koppen. Gisteren is hetzelve bezocht geworden door den heer H.A. van Karnebeek, adjudant van Z.M. den Koning, door Zijne Excellentie de heer Gouverneur van Noord-Holland, twee leden uit het bestuur der Handel-Maatschappij en verscheidene andere aanzienlijkheden, bij welke gelegenheid door de boten, die bij de visvangst moeten dienen, op het IJ gemanoeuvreerd is, hetwelk, gelijk de inrichting van geheel het schip, door de aanwezige gasten met veel genoegen beschouwd is.
AH 210845
Amsterdam, 20 augustus. Gisteren middag is alhier door de Willemsluis langs het kanaal naar het Nieuwe Diep vertrokken het gekoperd fregatschip de ZUIDPOOL, kapt. T.A. Brunn (opm: A.F. Brunn), bemand met 36 koppen. Dit, door de onvermoeide zorg van de heren directeuren Gebr. Reelfs, voor rekening van de Zuidzee Walvischvangst Reederij, uitgerust schip is l.l. zondag 17 augustus o.a. vereerd geworden door een bezoek van de Ed. Achtb. burgemeester, wiens belangeloze ijver ter bevordering van die scheepvaart, naar men hoopt, navolging bij onze meer gegoede landgenoten zal vinden, ten einde die tak van vroegere welvaart eenmaal zijn vorige luister te doen herkrijgen. De scheepsruimte van het bedoelde vaartuig kan tot 5.000 vaten traan en 40.000 stuks baleinen of waivisbaarden bevatten, berekend tegen een vangst van plm. 50 vissen. Voor de uit- en thuisreis, waarvan de duur op nagenoeg drie jaren berekend wordt, bevindt zich o.a. aan boord 40.000 ponden vlees en spek en 160.000 kannen water, doch als een bijzonderheid mogen wij niet onvermeld laten, dat de zich aan boord bevindende manschappen zich verbonden hebben tot het niet nuttigen van sterke drank, welke derhalve op die bodem niet gevonden wordt.
LC 050945
Helder, 30 augustus. Nauwelijks had men bespeurd, dat het sedert enige dagen, hier in de haven liggende, en ter walvisvangst uitgerust, groot en fraai Nederlands fregatschip de ZUIDPOOL, onder bevel van kapitein A.D. Brunn (opm: A.F. Brunn), zich gereed maakte, de haven te verlaten, of velen begaven zich naar den zeedijk, om het uitzeilen van deze belangrijke bodem te zien; weinige ogenblikken daarna verliet dan ook gemeld vaartuig deze rede onder daverende salvo’s uit zijn geschut, hetwelk onmiddellijk beantwoord werd door de toejuichingen van de verzamelde menigte, die getroffen was zowel door het prachtige gezicht als door de herinnering, dat de walvisvangst weleer zo belangrijke bron van welvaart van ons vaderland uitmaakte. Moge een ruime zegen op die onderneming rusten en mogen de waardige bevorderaars derzelve rijke vruchten inoogsten voor hun pogingen, opdat men zich in de opvolging van meerdere bodems voor die nijverheid spoedig moge verheugen, gelijk deze uitrusting door de zorg van de heren Gebrs. Reelfs te Amsterdam, als boekhouders der rederij, zo spoedig is ten uitvoer gebracht.
1846
RC 260347
Volgens ontvangen bericht is de Zuid Zee Walvisvanger ZUIDPOOL, kapt. T.A. Brunn (opm: A.F. Brunn), den 6 augustus (1846) te Oahu (een der Sandwich-Eilanden) aangekomen, met 300 vaten traan.
1847
J.C.A. Schokkenbroek:
Toen de ZUIDPOOL in januari 1847 in Sydney lag om te provianderen was Anne Meijer, waarschijnlijk de voormalige opperstuurman, reeds kapitein. Kapitein Arnold Friedrich Brunn was toen waarschijnlijk reeds verongelukt.
NRC 310847
Amsterdam, 30 augustus. Volgens brief van kapt. A. Meijer, voerende de Zuidzeevisser de ZUIDPOOL, in dato Navigator-Eilanden (opm: Samoa) 23 maart (1847), had hij op de reis van Sydney naar Apolo (opm: het eiland Upolu, Nieuw Zeeland, 13º49’ ZB 171º44’ WL) twee grote spermaceti-vissen (opm: potvissen) gevangen. Binnen twee à drie dagen zou hij de reis naar de Noord-Westkust van Kamchatka voortzetten (opm: het schiereiland Kamchatka, Noordoost-Siberië waarop o.a. Kikchik 53º30’ NB 156º20’OL). Aan boord was alles wel.
1848
AH 210348
Volgens berichten van New Bedford d.d. 25 februari was het Nederlandse schip de ZUIDPOOL, kapt. Meijers (opm: A. Meijer), de 25e maart 1847 te Upola Navigator Island aangekomen en had alstoen 350 vaten sperm en 400 vaten walvistraan gevangen.
R. van den Bos:
De in 1822 in Flensburg geboren Deen Buhne kwam hier als tweede stuurman de gelederen versterken, na te zijn vertrokken van de Amerikaanse walvisjager CLEMENTINE waar hij derde stuurman was geweest.
NRC 080548
Amsterdam, 6 mei. Volgens brief van kapt. Meijer, voerende de Zuidzee-walvisvaarder ZUIDPOOL, in dato Honolulu (Sandwich Eilanden) 14 september 1847, had hij 1000 vaten traan en ruim 300 vaten spermaceti-olie aan boord. De equipage genoot de beste gezondheid en was gereed om de reis weder voort te zetten tot visvangst.
1849
NRC 260549
Upolie (Navigatie-Eilanden), 17 november (1848). Het schip ZUIDPOOL, kapt. Meijers (opm: A. Meijer), hebbende 39 maanden reis, van Amsterdam, heeft de 13e dezer deze haven aangedaan, gaande van Talcahuano (opm: Chili, 36º42’ ZB 73º07’ WL) en van daar naar Amsterdam.
AH 070749
Het Amsterdamse Zuidzee-Walvisvaarder de ZUIDPOOL, kapt. A. Meijer, is op 4 april jl. van Talcahuano te Valparaiso aangekomen en de 12de daaropvolgende naar San Francisco in Californië gestevend.
AH 051049
San Francisco, 6 juli. Binnengekomen de ZUIDPOOL, kapt. A. Meijer, van Talcahuano
1850
NRC 110350
Valparaiso, 20 december (1849). De Zuidzee-walvisvanger de ZUIDPOOL, van Amsterdam, is te San Francisco verkocht geworden. (opm: gebouwd in 1828, kapt. A. Meijer, is het schip door de koper mogelijk als pension gebruikt om de vele ‘golddiggers’ onderdak te verlenen)
Naschrift
De heer Ron van den Bos heeft de navolgende informatie:
De ZUIDPOOL, kapt Meijer, werd half maart 1848 te Honoloeloe gerapporteerd, vertrok op 1 april ter walvisvangst naar Kamschatka, daarna zuidwaarts en was eind december 1848 bij Tonga / Samoa. Hoorde daar van goudvondsten in Californië, zeilde naar Talcahuano, verscheepte een gedeelte van de walvisolie naar Nederland (met Nederlands schip?) en bood passage naar San Francisco. Pikte onderweg, begin april nog 40 passagiers op in Valparaiso en lag begin juni 1849 in San Francisco. Stuurman Buhne bleef nog korte tijd op het schip waarna ook hij vertrok naar de goudvelden. Na zes maanden besloot hij – ziek en berooid – toch maar weer stuurman te worden. (bron: “SAIL & STEAM on the Northern California Coast 1850-1900, door Wallace E. Martin, San Francisco, 1983.)
Vanwege deze ‘goldrush’ werd San Francisco voor veel schepen het kerkhof. Veel bemanningsleden drosten waardoor de schepen niet weer konden uitvaren en honderden zo als goedkoop pension eindigden. Mogelijk was de ZUIDPOOL een zelfde lot beschoren.